De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Boekbespreking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boekbespreking

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Jac. Kruidenier, De tijdgeest verstaan. Historische schetsen van filosofen uit de nieuwste tijd, Uitg. De Groot Goudriaan, Kampen 1994, 224 blz., ƒ 39,90.
De schrijver van dit boek is historicus van professie en doceert o.m. 'kennis van het cultureel en maatschappelijk leven' aan De Driestar te Gouda. Hij heeft een zeer informatief boek geschreven met schetsen over een zevental recente filosofen: S. Kierkegaard, L. Wittgenstein, H. Dooyeweerd, H. Marcuse, J. P. Sartre, E. Levinas en M. Foucault. Ieder die deze namen wel eens tegenkomt en op zoek is naar een compacte en heldere samenvatting van het bijbehorende gedachtengoed, neme dit boek ter hand. De afwisseling van inhoudelijk-wijsgerige met historisch-biografische informatie houdt het geheel levendig. Over het algemeen is de schrijver goed geslaagd in zijn poging het boek toegankelijk te maken voor de niet of nauwelijks wijsgerig geschoolde lezer.
Zeer instructief zijn de aan elk hoofdstuk toegevoegde slotpassages, waarin Kruidenier in een eigen evaluatie laat zien hoe de invloed van de besproken denker doorwerkt in de hedendaagse westerse cultuur. Telkens is daarbij behalve van de nodige distantiëring en kritische vragen ook sprake van een zorgvuldig zoeken naar waarheidsmomenten in het denken van de betreffende filosoof. Daarbij wordt niet geschroomd om waar nodig ook in eigen vlees te snijden. Zo gaat de schrijver vanuit Marcuse kritisch in op de materialistische consumptiementaliteit, die hij weerspiegeld vindt in bijv. wegwijsbeurzen (p. 115), en legt hij vanuit Levinas de vinger bij bepaalde vormen van 'heilsegocentrisme' (p. 170). Het hoofdstuk over Levinas bevat overigens enkele herhalingen en is mede door de onduidelijke structuur het moeilijkste uit het boek geworden. Dat over de Nederlandse christen-wijsgeer Dooyeweerd is daarentegen weer erg mooi uitgevallen: sympathiek maar niet onkritisch. Heeft Vollenhoven overigens niet een belangrijker bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van de Wijsbegeerte der Wetsidee dan op p. 70 gesuggereerd wordt? Helaas is de schrijver nogal karig met bronvermeldingen. De anekdotes waarmee hij zijn betoog hier en daar lardeert, kunnen daardoor moeilijk geverifieerd worden. Rondom elk van de besproken filosofen heeft immers ook nogal wat legendevorming plaatsgevonden! In de slotbeschouwing wordt nog eens een aantal lijnen doorgetrokken, nu m.n. in de richting van het onderwijs. Weliswaar zijn de concretiseringen niet steeds even sterk (de kritiek op een woord als 'partner' bijv., p. 208, valt ook wel te leveren zonder de in de schetsen geboden informatie), maar al met al helpen ze toch 'de tijdgeest verstaan'. Zo bewijst de schrijver ons met dit boek een belangrijke dienst.
G. van den Brink, Lelystad

Gerhard J. Simmelink: Leren ouder worden, uitgave Ambo, Baarn, prijs ƒ 24,90.
De schrijver was de laatste twintig jaren docent psychologie met als specialisme de oudere mens.
Dit blijkt uit zijn boek, waarin literatuur over ouderen verwerkt is met ook eigen ervaring. Het biedt een schat van wijsheid, waarmee ouderen en zij, die met ouderen omgaan hun winst kunnen doen. Soms wordt dit samengevat in één zin, die ons aan het denken zet en ons helder voor de geest brengt, waarom het gaat. Ik noem: oud worden is de consequentie van een lang leven. Een zin om over na te denken.
Wie zelf ouder wordt, herkent veel van wat gezegd wordt en ook wie met ouderen en ouden te maken heeft, kan hier veel leren.
Hoewel dit boek veel wijsheid bevat, mis ik echter, ondanks enkele aanhalingen uit de Schrift, te veel die wijsheid, waarvan bijvoorbeeld Psalm 90 : 12 spreekt: Leer ons alzo onze dagen tellen, dat wij een wijs hart bekomen. Soms nadert de schrijver, meen ik, hier wel aan, maar het komt er niet uit.
Wanneer ook dit – misschien moet ik zeggen: vooral dit ter sprake was gekomen, we kunnen dit immers niet missen! – zou dit boek nog veel rijker zijn geweest.
C. A. Korevaar, Rotterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 oktober 1994

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Boekbespreking

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 oktober 1994

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's