De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

‘Gaat dan henen...’

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

‘Gaat dan henen...’

Van overzee

5 minuten leestijd

Zondag 5 januari was het dan zover. Voor het eerst zou in een nieuw gebied van de Herv. Kerk van Oost-Afrika een doopbediening plaatsvinden. Vele volwassenen en kinderen keken naar deze dienst uit. Bijna een jaar lang waren de ouderen onderwezen. Enkelen, die niet konden lezen en schrijven waren ook telkens bij het onderwijs aanwezig geweest. Het kleine kerkje was helemaal vol en vooraan op de grond zaten tientallen kinderen op rieten matten. In de harten lezen wij niet, maar uit de ogen is vaak af te lezen wat er leeft in de harten. Zo was het ook bij deze dopelingen; de blijdschap over dit grote gebeuren was van de gezichten af te lezen. In alle eenvoud, zonder opsmuk of ritueel werd aan een groot aantal volwassenen en kinderen de doop bediend.

Zij zijn geroepen, om daar in dat gebied getuigenis af te leggen van de Heere Jezus Christus, hun enige hoop beide voor het leven en sterven.

Hoe ervaar je dit als zendingspredikant voor jezelf? Het is een groot wonder zo te mogen bezig zijn in het werk van de zending. Exegese van de Schrift, pastoraat, onderwijs, en dit alles heenleidend naar de Heilige Doop. Om dan daarna verder te onderwijzen. Het bepaalt je weer bij één van de wezenlijkste zaken van het werken in de zending.

Als zendingspredikant werken wij hier gewoon in de gemeente en binnen de gemeente ontmoet je dezelfde situaties als in Nederland. Niet de idylle, de romantiek waarmee vélen het werken in de zending omgeven, maar ook hier is het een aanbinden van de strijd tegen de machten van de boze. 'Gaat dan henen...'. Deze opdracht van Christus blijft staan. Ook in de gewijzigde zendingssituatie. Was vroeger de zendingsarbeider heer en meester op het 'veld', thans is hij iemand die assisteert bij het werk van de jonge kerk.

Onze werkomstandigheden zijn vaak anders hier, en de mensen reageren vaak anders dan wij denken, maar toch dient bij al ons werken het ene doel niet uit het oog verloren te gaan nl.: te wijzen op het Lam Gods.

Wel merk ik, dat binnen de kerk hier in Kenya, men de zendingsarbeider graag het voortouw geeft. Hij moet maar ergens beginnen - wel in overleg met de kerk - en hij is het die vaak de initiatieven neemt. Zo is dat ook voor het nieuwe gebied in Sun waarover u hierboven leest. De kerk wil wel graag uitbreiden en in andere gebieden het evangelie verkondigen, maar eerst moet dan, zoals naar dit gebied, de zendingspredikant er maar heen om het geheel op te zetten.

Het ontbreekt een jonge kerk ook vaak aan middelen om het werk uit te breiden, én de motivatie is er vaak niet.

'Gaat dan henen...' Zendingsarbeiders zijn geroepen - en dit is genade - om de jonge kerken te assisteren, niet als een dictator maar als discipel. Vaak zijn ze in positie geplaatst waarin het voor de hand lag, dat men in zo'n situatie heersend en bevoogdend optrad. Maar het maakt een groot verschil of men zich dit alles met welgevallen laat aanleunen, of om door alles heen het dienend aspect van het werk te laten uitkomen.

Wat dit betreft hebben de Afrikaners de zendingsmensen zeer snel door. Met welk oogmerk het werk gedaan wordt, wordt door hen scherp gezien. De plaats van de zendingsarbeider in een jonge kerk is vaak moeilijk aan te geven. Daar komt nog bij, dat er in de loop der jaren heel wat gesleuteld is aan het begrip zending.

Wat is zending? Steeds vaker wordt deze vraag gesteld. Jaren geleden werd al gezegd: 'Vroeger had de zending problemen, nu is de zending zelf een probleem geworden'. Wel, het is ook allemaal niet zo eenvoudig en ook de jonge kerken hebben hun eigen inbreng, maar daar waar wij geroepen zijn de Naam van Christus te belijden, daar dient het dan ook wel voluit, royaal te gebeuren.

Dit primaire gegeven blijft gekoppeld aan het: 'Gaat dan henen...' uit Matth. 28. De aard van Paulus' prediking was: 'En Gode zij dank. Die ons allen tijd doet triomferen in Christus, en de reuk Zijner kennis door ons openbaar maakt in alle plaatsen' (2 Cor. 2 : 14).

'Gaat dan henen...', in alle plaatsen.

Onvermijdelijk komt dan de vraag: Wie is dan tot deze dingen bekwaam? Waar wij ook zijn op deze wereld, wat hebben wij nodig? Dit; om discipel te zijn, een dienstknecht, om te leren niet meerder te zijn dan onze Meester, Die gekomen is om te dienen en Zijn ziel te geven tot een rantsoen voor velen. Hem mogen wij danken wanneer volwassenen en kinderen het teken en zegel van de doop ontvangen, en Hem mogen wij ze aanbevelen.

'Gaat dan henen...' Zo ligt de gehoorzaamheid aan Jezus Christus ten grondslag aan de zendingsroeping.

Gaande in gehoorzaamheid leidt en helpt Christus ons op die weg.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 februari 1986

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

‘Gaat dan henen...’

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 februari 1986

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's