Boekbespreking

Dr. A. F. J. Klijn: Na het Nieuwe Testament. De christelijke literatuur uit de tweede eeuw; Ten Have, Baam 1973; prijs f 7, 90.
De Groninger hoogleraar dr. A. F. J. Klijn geeft in deze paperback een overzicht van christelijke geschriften tussen het Nieuwe Testament enerzijds en de grote theologen van de derde eeuw anderzijds. Wie echter menen mocht, hier een boekje voor zich te hebben, dat de inhoud van genoemde geschriften in ons Nederlandse taaleigen overbrengt, komt bedrogen uit. Het boek geeft enerzijds meer, anderzijds minder. De schrijver richt zijn aandacht op de jonge christelijke kerk, waarin de bedoelde geschriften ontstaan zijn. Daardoor ontstaat het beeld van een getuigende kerk. Wenst men zich breder te oriënteren, dan is het nodig zelf naar de bronnen te gaan. Dat me hiertoe alleen terecht kan óf bij dure of uitverkochte standaardwerken óf bij oppervlakkige overzichten (pag. 5), lijkt mij een verdediging van de verkoopbelangen van dit boek door de auteur. Ik heb altijd goed kunnen werken met dr. A. C. Duker, dr. W. C. van Manen, Oud-Christelijke Letterkunde, Amsterdam 1871 en met het prachtige boek van dr. M. R. James, The Apocryphal New Testament, Oxford 1953.
Het werk is vlot en prettig leesbaar geschreven. Als oriëntatie zeer aan te bevelen. Alleen zou de lezerskring een index gewaardeerd hebben!
Schoonhoven                                                                            dr. J. Broekhuis

J. Hovius: Isaac da Costa's Bezwaren tegen den geest der eeuw. Uitgave van de Willem de Zwijgerstichting, 's-Gravenhage 1973.
Augustus jl. was het 150 jaar geleden dat de befaamde Bezwaren tegen den geest der eeuw van de toenmaals pas bekeerde jood Da Costa het licht zagen. Ieder die er weleens iets over las weet dat het verschijnen van dit geschrift het effect had van het vallen van een zware steen in een stille vijver. Al wat vliegen kon vloog overeind en vluchtte verschrikt weg. Vanaf de kant begon toen het schelden op de boosdoener.
Men leefde aan het begin van de vorige eeuw zo heerlijk vergenoegd met de idee van tot een verlichte generatie te behoren. Als ouderwets en bijgelovig werden de oude waarheden en het leven ernaar aan de kant gezet.
Binnenkort zal er een herdruk van deze Bezwaren verschijnen; wij hopen daar dan nog de nodige aandacht aan te schenken. Ditmaal bespreken wij de brochure van prof. Hovius over Da Costa en zijn Bezwaren. Ik kan het nog maar nauwelijks een brochure noemen; het boekje telt 87 bladzijden.
Na een korte levensschets van Da Costa staat prof. Hovius achtereenvolgens stil bij de geest des tijds waar Da Costa tegenop turnde en daarna bij de Bezwaren zelf. Heel de inhoud van Da Costa's boekje wordt met eigen woorden zorgvuldig weergegeven, terwijl ze tegelijk geplaatst worden in de samenhang van de tijd waarin het geschrift geschreven werd. Hierin legt prof. Hovius allerlei materiaal op tafel dat men niet zo gemakkelijk ergens elders zal tegenkomen. Niet alleen in de figuur van Da Costa maar in de tijd waarin Da Costa leefde heeft prof. Hovius zich grondig ingewerkt. De literatuur die hij vermeldt bewijst de omvangrijkheid van de studie die hij erover gemaakt heeft. Ik aarzel dan ook niet het een heel goede en waardevolle brochxure te noemen.
En of ze actueel is, is een vraag die ternauwernood behoeft gesteld te worden. Stoot op slag wordt men herinnerd aan wat er in onze tijd gaande is. Er is niets nieuws onder de zon, wordt weleens gezegd, en dat geldt zeker ten aanzien 'van de beginselen waaruit velen in de 19de eeuw leefden vergeleken bij wat er thans zoal beweerd, en ook gedaan wordt! Er is nog dezelfde schijn van verdraagzaamheid. Er is nog dezelfde zedeloosheid, zelfs nog in erger graad dan toen. Er is nog dezelfde propaganda voor revolutie, alleen nu nog gevaarlijker. Er is tenslotte ook nog dezelfde hoogmoed. En wie er wat van zegt loopt, evenals Da Costa ten deel is gevallen, gevaar uitgekreten te worden. Ook daarin is niets veranderd. Wij onderschrijven dan ook van harte wat prof. Hovius aan het eind van zijn geschrift opmerkt: 'Da Costa"s geschrift was voor anderhalve eeuw actueel, het is naar zijn wezenlijke inhoud thans actueler dan ooit'. Men leze dit boekje eens. Het zal ogen verlichten, het zal harten sterken, nl. om eenzelfde strijd te strijden als mannen als Da Costa hebben gestreden. Als u lid wordt van de Willem de Zwijgerstichting, ontvangt u deze brochure gratis. U kunt u opgeven via Postbus 166, Den Haag.
K. Exalto

P. Jasperse: Jong en bejaard in de maalstroom (I). Uitg. Oosterbaan en Le Cointre N.V.; ƒ 10, 75.
In dit boek vinden we een beoordeling van diverse artikelen uit het weekblad De Reformatie. Ze zijn overwegend afgestemd op ethische onderwerpen. Toch werpt de schrijver voornamelijk bijbels licht over het huwelijk. Vandaar dat de auteur op onthullende wijze het zondebederf aan de kaak stelt, de verderfelijke leuzen van de moderne tijd ontmaskert. De grote verdienste van dit boek, vind ik, dat hier de vinger gelegd wordt bij de mentaliteitsverandering van ons volk van na de oorlog. Zeg mij welke gezinnen ge hebt, en ik zal u zeggen welk volk gij zijt. Soms huiveringwekkend ontleedt de schrijver de wezenlijke oorzaken van de afval van ons volk, maar . . . hij wijst ook de bron der genezing aan. Bovendien wordt een heldere stijl gebruikt, een klare betoogtrant, een boek voor nadenkende lezers. Willen wij trachten ons volk te behoeden voor morele verwording, dan moeten wij de oorzaken en geneesmiddelen kennen. En daarvoor kunt u uitstekend in dit boek terecht. Het toont er de waarheid naar het Woord.
A. v. Br.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen