Bekeerde hippies
'Hier en Heden'
Pas kreeg ik een relaas onder ogen over hippies, die tot bekering kwamen. Hun geloof ziet er niet precies uit als het geloof dat onder ons zich openbaart. Die bekeerlingen noemen zich Jesus-People of Children of God. Met een aantal teksten hebben ze minder moeite dan wij, gezeten burgers als we zijn. Wanneer het Evangelie voorhoudt dat we geen discipelen kunnen zijn, indien we niet alles verlaten, kost dat hun geen moeite. Ouderlijk huis en een studie die ze hadden kunnen en mogen volgen, laten ze in de steek en ze trekken met niet veel meer dan geloof, hoop en liefde de wijde wereld in.
Van hun gevonden schat wensen ze vroegere lotgenoten, die aan drugs, sex en verveling ten gronde gaan, deelgenoten te maken. Dieven zijn het effectiefst te vangen met inschakeling van hun maatjes en hippies bekeer je met behulp van Jesus-People. Deze jonge bekeerlingen hebben al zoveel sex achter de rug dat al dat woeste sex-gedoe voor hen niet meer hoeft. Overigens gaan ze wel, gezien hun omhelzingen en dergelijke, heel broederlijk en zusterlijk met elkaar om. De prikkels zijn er echter uit verdwenen ogenschijnlijk, want het heeft niks te maken, aldus het verslag, met kleffe bedoeningen en bedoelingen. Het zij zo. We moeten niet al te levenswijs op deze mededeling reageren met een veelbetekenende glimlach. Tenslotte gebeurden in de jonge Pinkstergemeente dingen, die wij bezwaarlijk kunnen plaatsen.
Maar voorzichtigheid en reserve blijven geboden. Hoe gauw kwam in de jonge gemeente, waar het erg fijn ging, het Aananias-en Saffira-effect, als ik het eens op die manier mag benoemen.
Mijn zegsman schrijft dat het een en ander moeilijk te beoordelen valt. Als je kennis neemt van een aantal televisiefilmpjes over deze bekeerlingen en hun doen en laten, kun je er geen goed woord voor vinden. Toch zijn er bepaalde dingen, die respect afdwingen. Deze Children of God zijn dag en nacht in de weer om uitvallers in de maatschappij op te vangen. Ze praten niet alleen volgens bijbelse lijnen, ze gaan ook te werk volgens bijbelse voorschriften. Nu zet u misschien een paar kritische stekeltjes overend. Want zodra we! lezen van iemand dat hij te werk gaat, hebben we de zware klip van het verbroken werkverbond in onze verrekijker. Laten we echter ons oordeel niet te spoedig toespitsen. Wie weet hoe soms wondersnel en heilig stil het geloof zich nestelen kan in een mensenhart, het geloof namelijk dat werkt via de liefde.
Vergeet daarbij niet dat een boel dingen, die voor u vreemd en afstotend, soms zelfs ongezond prikkelend zijn, dat voor hen niet (meer) zijn. Niet alleen ligt een volstrekt ander leven achter hen, maar ze hebben geen enkele ervaring van de beschutte en bijzonder van goede zeden doordesemde sfeer, waarin wij geboren zijn en getogen. Wanneer mensen als deze in aanraking komen met Gods Woord kunnen we dan met goed geweten staande houden dat ze per definitie ineens op ons gaan lijken in heel hun doen en laten als twee druppels water op elkaar?
Natuurlijk gaan we de allerveiligste weg, wanneer we hun bekering als een allerlaatste stunt van hippies en tegelijk van de duivel van de tafel vegen. Echter het staat niet duidelijk in de Bijbel dat de route met de allergeringste risico's die is, die wij moeten kiezen. Ik geef echter toe dat het erg safe is om de mensen, die in praat, gelaat en gewaad onze tweelingen zijn te accepteren en de overigen maar zonder pardon af te schrijven.
Indien we daar nu toch ééns een enkele kleine mee zouden ergeren? Dat zou Godgeklaagd wezen. Een rechtvaardig oordeel oordelen is een veel delicater werkzaamheid. Daartoe zijn we geroepen.
Trouwens er is nog een omstandigheid. Het behaagt God dikwijls om mensen, die soms zweren bij het toppunt van leerzuiverheid in combinatie met een radicale afwezigheid van een dienovereenkomstig leven, tot jaloersheid te prikkelen door mensen te bekeren, waarvan wij zeggen 'dat het geen mensen zijn'. Immers de uitdrukkingen: 'dat zijn geen mensen; dat zijn geen manieren; dat zijn toch geen kleren; dat is geen leven' zitten startklaar achter de omheining van onze tanden.
God wil door de bekering van zulken tot jaloersheid verwekken die braaf doch in feite onbekeerd bij vader thuis bleven en probeerden het er netjes af te brengen. Doch dan moet het wel de kant van bekering opgaan anders richt de jaloersheid zich eerder op het eertijds dan op het nu van de bekeerlingen, die tot begeerte moeten opwekken. Ik zeg niet dat zoiets in ons geval zonder meer aan de hand is, doch ik wil er wel met alle nadruk op wij zen dat we op die mogelijkheid attent moeten zijn. We keuren ontzaglijk veel af van anderen, die niet precies volgens ons patroon geknipt zijn louter en alleen om onze valse gewaande zekerheden overend te laten. Meestentijds zijn we zeker op punten waar een tikje meer bevangenheid ons profijt kan opleveren en daarentegen zijn we erg ongewis waar meer zekerheid ons voordeel zou opleveren.
Gelukkig hoeven we niet haastig mensen de handen op te leggen. Dit zegt de Bijbel zelf. Het houdt niet in dat we wel haastig zullen moeten veroordelen. Het selectief toelatingsbeleid van de discipelen, toen moeders met kinderen tot de Heere gingen, werd niet in dank afgenomen. De discipelen hebben hoogstwaarschijnlijk wel moeders zien komen, waarvan ze zich afvroegen: Wat doen die hier? Veel, verbazingwekkend veel, kan aanwezig zijn, terwijl het essentiële mankeert, het éne nodige kan er zijn doch onzichtbaar diep verscholen, zoals Calvijn ergens noteert.
Ik ben bang voor het hooghartig oordeel van ons, die perfect weten en die als welonderwezen en ervaren in geestelijke zaken concluderen, dat we alles willen laten overwinteren en overzomeren. Het zal wel moeten, maar of wij zo gemakkelijk tot die gevolgtrekking kunnen geraken is de kwestie. Er was een knaap, die keihard néén zei en tenslotte ja deed. Er was er ook een die heel deugdzaam ja sprak en het jammerlijk erbij liet liggen. Hij zei heel deugdzaam ja, hij wist er ongetwijfeld alles van, hij wist kostelijk goed hoe het lag en wat er allemaal dient plaats te grijpen. Het kwam er tenslotte niet van. We mogen wel eens bang wezen dat we die persoon zijn. Het is niet uitgesloten dat we meer oordelen dan noodzakelijk is. Het Evangelie zegt zelfs: Oordeelt niet.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 november 1972
De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 november 1972
De Waarheidsvriend | 12 Pagina's