STAAT EN MAATSCHAPPIJ
De vrouw - burgemeester.
Er wordt helaas in onze wetgeving aan de emancipatie van de vrouw (toekenning van gelijke rechten voor man en vrouw) gaandeweg een breedere plaats ingeruimd. Het gaat er mede als met den druppel, die den steen uitholt, of als met den steen, die langs het hellend vlak naar beneden glijdt.
Zoo kwam eerst het passieve kiesrecht voor de vrouw, dat haar den weg tot de stembus opende, daarna het actieve kiesrecht, waardoor zij toegang kreeg tot de Kamers, de Staten en de Raden.
De administratie ontsloot hare deuren om de vrouw bij het vervullen van allerlei betrekkingen in gelijke positie te brengen met den man.
De wetten des lands werden gewijzigd, teneinde voor het bekleeden van ambten en bedieningen elke tenachterstelling van de vrouw bij den man weg te nemen. Onlangs geschiedde dit nog bij een aanvulling van de Provinciale wet, toen het ambt van Griffier bij de Provinciale Staten ook voor de vrouw werd toegankelijk gemaakt.
Op dien weg wordt thans verder gegaan bij de herziening van de Gemeentewet, welke dezer dagen in de Tweede Kamer in openbare behandeling komt en waarin niet minder dan de benoembaarheid van de vrouw tot burgemeester is opgenomen geworden.
Terecht zijn tegen deze benoembaarheid van de vrouw, bij het schriftelijk overleg van Kamer met regeering, overwegende bezwaren ingebracht. Gewezen werd o.m. op de eischen, welke het ambt van burgemeester stelt en waarvoor in verschillende gevallen de vrouw niet geschikt is ; op de functie van den burgemeester als hoofd der politie, op zijn optreden bij brand, of bij watersnood.
Voor deze bezwaren nu is de Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw gelukkig gezwicht. Met dankbaarheid kan worden geconstateerd, dat de Minister de benoembaarheid der vrouw tot burgemeester uit 't ontwerp-herziening-Gemeentewet heeft weggenomen.
Dat daarmede nog niet het laatste woord zal zijn gesproken, zal wel zoo aanstonds blijken, wanneer het wetsontwerp in de Tweede Kamer aan de orde komt.
Immers in de gewisselde stukken wordt medegedeeld, dat verschillende leden de benoembaarheid van vrouwen tot burgemeester en ook tot secretaris toejuichten. Zelfs wilden deze leden verder gaan en de vrouw benoembaar verklaren tot ambtenaar van den burgerlijken stand, omdat de vrouwen — gedacht werd in het bijzonder aan huwelijksvoltrekkingen — voor dit ambt de noodige geschiktheid bezitten.
Het is dan ook te verwachten, dat van de feministische zijde der Kamer alles op haren en snaren zal worden gezet om de regeeringswijziging inzake de niet-benoembaarheid der vrouw tot burgemeester weer ongedaan te maken.
Dat Minister Ruijs hier met de bedenkingen, bijzonder van de Antirevolutionairen, heeft willen rekenen, stemt tot groote blijdschap.
De opvatting van gelijkheid tusschen man en vrouw, gaat toch vierkant in tegen de ordinantie Gods en brengt de ware rechten der vrouw in gevaar.
Er behoort tegen het feministisch streven van onzen tijd een sterke dam te worden opgeworpen en geen gelegenheid mag voorbij gaan zonder daarop met kracht aan te dringen.
De predikant - raadslid.
Hebben wij de schrapping van de bepaling der benoembaarheid van de vrouw tot burgemeester in het wetsontwerp tot herziening der Gemeentewet met ingenomenheid begroet, ook de opneming van een bepaling in de wet, waarbij de bestaande uitsluiting van predikanten voor het lidmaatschap van den Gemeenteraad wordt opgeheven, heeft onze volle instemming.
Al zijn wij geen voorstander van het beginsel, dat dienstdoende predikanten zitting nemen in Kamers en Staten, toch heeft het geen zin om de geestelijken van het bekleeden van die ambten uit te sluiten.
Dit betreft ook het lidmaatschap van den Raad.
Naar onze meening mist de Overheid het recht tot uitsluiting. De wet mag aan predikanten en geestelijken den toegang tot de wetgevende-en regeeringslichamen niet ontzeggen.
De kerkelijke Overheid, Kerkeraad of Synode alleen heeft te beslissen of den predikant verlof kan worden verleend.
Dit recht komt niet aan den wetgever toe.
Daarom verblijden we er ons over, dat dit struikelblok ook uit de Gemeentewet zal worden weggenomen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 mei 1930
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's