De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Financiën.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Financiën.

5 minuten leestijd

Dezer'dagen werd mij door iemand op den schouder geklopt die mij vroeg of het referaat al verzonden was. Op mijn toestemmend antwoord zei hg: Krijgt dan ieder lid niet zoo'n exemplaar ? Wel zeker, antwoordde ik, ieder lid krijgt er een. Hij had er echter geen ontvangen. Dat kan natuurlijk liggen aan een abuis, of aan de post, of aan andere oorzaken. Daarom acht ik het wel goed hier eens neer te schrijven dat thans ieder lid zoo'n exemplaar behoort ontvangen te hebben. Mocht dit niet het geval zijn, laat men dan de moeite doen mij even een briefkaart te schrijven en ik zend het direct.

Maar men kan nog meer doen, en niet alleen zij die er nog geen, maar ook zij die er wel een ontvangen hebben. Ik zal u zeggen wat.

Op de jaarvergadering werd aan den penningmeester gevraagd, wat hij er van dacht: of het referaat van prof. van Leeuwen met het oog op de kosten gedrukt zou kunnen' worden en den leden rondgezonden. Ik aarzelde geen oogenblik, om .te zeggen dat ik mij daar niet tegen zou verzetten, want ik vond het jammer, als de vele leden, die het niet gehoord hebben, daar geen kennis van zouden nemen. Maar, , . maar... men kan op zoo'n oogenbliik, onder den indruk van het gehoorde, wel gul en royaal zgn. maar „onder in den zak vindt men de rekening.""

Die heb ik ook gevonden en ligt nu voor mij om te betalen, f 133, 94! Dat viel mij geducht tegen. Daar had ik niet op gerekend. Vooral bij een zoo slecht voorziene kas als de Bondakas. Een kas met een groot tekort. Evenwel ik vertrouw dat vele leden die dit schoone boekje hebben ontvangen met mij van meening zijn: Voor wat, hoort wat. Ik aal niet veel vragen, maar ik zou toch gaarne willen dat minstens 100 leden die het betalen kunnen mij één gulden zonden, dan kuétien degenen die het niet betalen kunnél^ vrij blijven. Dat kan toch wel, niet waar? De kas kan het niet missen en wié heeft daar nu niet f 1 voor over.

Om te beginnen ontving ik de vorige week voor dit doel reeds een postwissel uit Baarn van N. N. „voor het toegezonden referaat".

Als er honderd van een gulden komen ben ik al tevreden. Er scheelt dus nu nog f98 aan. De volgende week hoop ik u reeds het begin van den te verwachten vloed te kunnen mededeelen. En nu gaan wij eens in het laadje kijken , .. Wacht even ... M'n vrouw ... Man! een briefkaart uit Utrecht, daar zal je van staan te kijken!

Menschen, menschen, wat lees ik daar; van ds. Goslinga; neen maar; luister toch eens:

Waarde vriend,

Woensdagavond kreeg ik een goede kennis bij mij, die voor het Studiefonds wat had gespaard aan dubbeltjes en kwartjes, 't Bedroeg tezamen f27, 35. Dit vond ik reeds een prettige verrassing. Maar nu de groote. Vrgdagavond ontving ik met de post op de gewone manier van Gebrs H. te-Leiden

Duizend Gulden

voor het Studiefonds. Hoe vindt ge het ? Is het niet beschamend? Ik zend het u direct over. Groete, G.

Welk een verrassing! Wat hebben wij toch met een riijken God te doen. Zgns is al het goud en het vee op duizend' bergen. En onze nog steeds onbekende Gebrs H. te Leiden, die reeds zoo herhaalde malen ons met zulke groote sommen verblijdden, zeggen wij hartelqk dank ook voor deze milde gave. Dat de Heere het hun vergelde. „

't Is toch een aardig werk, dat penningmeesterschap. Het bezorgt mij wel veel werk, maar ik heb het er graag voor over, want het bezorgt mij ook ~ menigen blijden dag.

Dat was daar nu geen onaardig oponthoud by het onderzoek naar den inhoud van het laadje. Wij zullen het thans voortzetten en vinden uit:

Diemen big Amsterdam van A, Z, twee zilverbons a f 2, 50, één voor het LeerstoeSonds en één voor het Studiefonds, tezamen f5,

Hilversum, van R, Bottenheft f 23, 64 zijnde den inhoud van busje no, 35.--''

Bodegraven, afgezonden door ds.Kijftenbelt, bij Z.Eerw, aan huis bezorgd van N. N. f 10 voor hét Leerstoelfonds en f 10 voor het Studiefonds. Samen f 20.

Hoevelaken, door ds. A, Dekker f 5 voor den Geref, Bond en f 5 voor het Leerstoelfonds, te zamen f 1, 0, lijnde een gedeelte van de Pinkstercollecte.

Maassluis, van N. N, f 1, 75 voor het Leerstoelfonds.

Utrecht, van B de Rooy f 1, zijnde de contributjie. Dit lid is verhuisd uit Sprang naar Utrecht, Tiendstraat 48. De afdeeling zal hier zeker wel notitie van nemen.

Hoogeveen, van den heer K. Brunsting f 4, 50 voor contributie aldaar geïnd.

Vlaardingen. Volgens bericht van ds. Heijer was de gave van de vorige week niet juist. Dit moest zijn: f 2 van den heer en mej. Oliman te Vlaardinger-Ambacht, bij gelegenheid van hun vijfen-twintig jarig huwelijksfeest.

En hiermede ben ik aan het einde van deze belangrijke week, Den Heere zij hiervoor de lof en de dank.

Denk aan den gulden voor het referaat.

J. C. FLIEHE, Penningmeester.

Arnhem, Pels Rijckenstraat 28,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 juni 1918

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Financiën.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 juni 1918

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's