De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Kerknieuws

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerknieuws

19 minuten leestijd

Zondag 5 januari was een blijde en goede dag voor de hervormde gemeente Zijderveld. Uit de hand van de Heere God mocht een nieuwe predikant ontvangen worden in de persoon van kand. F. Maaijen. Dit na een vacatureperiode van 4 maanden. Het stemt tot dankbaarheid dat de periode kort mocht zijn.

In de morgendienst werd kand. F. Maaijen bevestigd door ds. W. Arkeraats uit Werkendam. Als schriftlezing was gekozen voor Jesaja 52 vers 1 t/m 10 met als tekst vers 7. 'Hoe liefelijk zijn op de bergen de voeten desgenen, die het goede boodschapt, die den vrede doet horen; desgenen, die goede boodschap brengt van het goede, die heil doet horen; desgenen, die tot Sion zegt: Uw God is Koning.'

Als thema plaatste ds. Arkeraats boven de preek: 'de evangelieprediker', wat onderverdeeld werd in 3 punten, te weten: blijdschap om zijn komst; rijkdom van zijn boodschap en eer van zijn God. Als dienaren van het Woord zijn we bevoorrechte mensen, want we hebben een heerlijke taak, zo begon ds. Arkeraats. Ds. Arkeraats schetst de situatie van het volk Israël in ballingschap en de terugkeer naar Jeruzalem. In Jeruzalem was de boodschap van de bevrijding reeds doorgedrongen. Het betekende dat God Zijn belofte waarmaakt. Het betekent ook dat het werk van de Heere doorgaat, wat uitloopt op de komst van de Heere Jezus. Ds. Arkeraats vroeg: 'Is de boodschap welkom? ' Het is èen rijke boodschap, die getuigt van het heil in de Heere Jezus, die voor onze zonden gekruisigd is, en zo een wég vrijgemaakt heeft voor ons mensen. Als wij daar iets van mogen kennen, dan getuigen we uw, onze God is Koning, Hem zij al de eer

Aan de handoplegging deden naast ds. W. Arkeraats nog negen predikanten mee. Ook in de teksten die ds. F. Maaijen meekreeg, sprak de rijkdom van en het goede uit Gods Woord. In de middagdienst hield ds. F. Maaijen zijn intredepreek. Als schriftlezing was gekozen Ps. 122 met als tekst vers 9, waar staat: Om des huizes des HEEREN, onzes Gods wil, zal ik het goede voor u zoeken'. Ds. Maaijen stelde 4 punten, te weten: dat slaat op u; dat ziet op Christus; dat ziet op God en dat slaat op mij.

Op een in de toekomst eventueel gestelde vraag van: 'Hoe gaat het dominee? ' antwoordde ds. Maaijen: 'Het gaat goed met mij als dominee van Zijderveld, als ik goed mag spreken van God'.

Het volk Israël gaat met vreugde op naar Jeruzalem, de weg voert over de bergen en dan is daar die stad met de tempel. Geldt dat ook voor u gemeente, ook de kerk van Zijderveld ligt wat hoger, leeft het ook zo in uw hart, het opgaan naar Gods huis, met vreugde? We komen in Gods huis om Hem te ontmoeten, om daar te groeien en te bloeien in het geloof, zoals het staat in Ps. 52 vers 6 berijmd. Het zien van de tempel betekent ook het zien van de offerplaats en die offerplaats wijst op Christus die voor zondaren de weg naar het kruis ging.. Daarin is alleen rust te vinden. Is het uw diepst verlangen om daar te zijn, aan de voeten van de Heere Jezus?

Het goede zoeken, verstaan wij dat wel, wat is goed? Een is er goed, dat is namelijk God. Als we teruggaan naar het eerste hoofdstuk van de Bijbel, lezen we: En God zag al wat Hij gemaakt had, en ziet het was zeer goed. Wie zoekt eigenlijk het goede voor u, vroeg ds. Maaijen? Het is God. Want God is enkel goedheid. Daar mogen we op terugvallen. Want van nature is het niet goed tussen God en ons. Het is in jaren niet te vatten en te bepreken wat Gods goedheid inhoud en betekent. God gaf immers Zijn enig geboren Zoon de Heere Jezus, is er groter zondaarsliefde mogelijk?

Nu ten laatste mag ik wat zeggen van mijzelf. In de schaduw van Hem mag ik het goede voor u zoeken. Het gaat om meer dan een luisterend oor en een warm hart. Het gaat om de dienst van de verzoening met Christus. Het gaat erom dat u Christus zal leren kennen, dat is de hartelijke wens en bede van ds. Maaijen. Er zijn vele facetten aan het ambt verbonden, als bidden. Bijbellezen, troosten en luisteren, het zal op het tempelplein ook zo geweest zijn. Zo wil ik ook in uw midden bezig zijn, het goede voor u te zoeken, sprak ds. Maaijen. Mag ik dat ook van u verwachten, gemeente? Wat is het goede? Dat we Hem leren kennen en zo dicht bij het kruis en het geopende graf leven, want buiten Christus is geen leven. Zo wil ik het goede voor u zoeken, ja ik, van ganser harte.

Na het dankwoord van ds: Maaijen, sprak namens de burgerlijke gemeente van Vianen de heer H. R. A. L. Klein-Kranenburg een woord van welkom. Namens de classis sprak ds. M. G. Pettinga: namens de ring en als consulent sprak ds. L. M. Jongejan enkele woorden tot ds. F. Maaijen. Ouderling J. A. Ruitenburg richtte het woord tot de nieuwe predikant nam.ens de gemeente en de colleges. Ds. F. Maaijen werd toegezongen Ps. 84 vers. 3.

BEVESTIGING EN INTREDE VAN DS. T. OUWERKERK IN ANDELST EN ZETTEN

Na een vacaturetijd van anderhalfjaar werd op 12 januari jl. ds. T. Ouwerkerk, komende van Ridderkerk, verbonden aan de hervormde gemeente van Zetten-Andelst. De bevestigingsdienst, gehouden in het kerkgebouw van Zetten, werd geleid door zijn zwager ds. A. Baas te Ermelo. Deze hield een preek naar aanleiding van 2 Korinthe 12 ; 9a 'En Hij heeft tot mij gezegd: Mijn genade is u genoeg; want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht'. De doorn in het vlees was om Paulus klein te houden. Dat geldt ook voor predikanten. Want Zijn kracht wordt immers in zwakheid volbracht. Ds. Baas bracht ds. Ouwerkerk in herinnering dienst uitspraak: 'Wee mij, indien ik niet het Evangelie verkondig!' De predikant raadde zijn zwager aan zich verre te houden van het kerkelijke gekissebis, , want dat leidt af van het Woord. De bevestiger eindigde zijn preek, doelend op de genade van Christus, met de uitroep 'Genoeg is toch genoeg? !'

De aanwezigen zongen ds. Ouwerkerk na diens ja-woord het derde couplet van de Morgenzang (in gewijzigde vorm) toe. In de middagdienst, eveneens gehouden in de nu overvolle kerk van Zetten, hield ds. Ouwerkerk de intredepreek met als tekst Jeremia 20 : 7a 'heere! Gij hebt mij overreed, en ik ben overreed geworden; Gij zijt mij te sterk geweest, en hebt overmocht'. In de Goddelijke overreding der liefde onderscheidde hij drie punten;

1. de ambtelijke overreding; 2. de borgtochtelijke overreding en 3. de innerlijke overreding.

Ds. Ouwerkerk zei: 'Indien u mij zou willen vragen, hoe bent u hier gekomen? , dan antwoord ik: De Heere heeft mij overreed en heeft overmocht'. Deze vraag beantwoord hebbende, kon hij aan de preek beginnen.

Jeremia had het zwaar. De ganse dag werd hij belachen en bespot. Maar hij gaf er niet de brui aan. Hij was wel moe in het werk, maar niet van het werk. Jeremia stortte zijn hart uit voor de Heere. Zijn klacht in het gebed loopt echter uit op een jubel. De Heere is immers zijn schild! Jeremia was ambtelijk geroepen tot profeet. Dat was een zware dienst, maar hij was overreed geworden. 'In het ambt staan' betekent 'dienen'. Jeremia klaagt wel, maar in de Heere. Klagen zonder de Heere is zeuren. In zijn klacht houdt hij de Heere vast. Hij sterkt zich ambtelijk in zijn God. Zich wendend tot de kerkenraden zei ds. Ouwerkerk dat hij begeert zo met elkaar op te trekken.

Tegenover de Goddelijke overreding der liefde staat de helse overreding van de haat. In de schepping werd geleefd volgens de regel: God lief te hebben boven alles en de naaste als onszelf. Daarvoor was toen geen overredingskracht nodig, maar de Satan gebruikte de helse overredingskracht met de bewering dat God de mens niet lief heeft. De vrouw en de man laten zich door de overreding van de haat verleiden. Nu geldt voor het ganse menselijk geslacht, of men nu kerkelijk of wereld is, dat we haters van God en van de naaste zijn. Voor wie dat niet gelooft: kijk maar naar Rwanda! Er is géén dominee of ouderling, die een mens kan overreden de naaste lief te hebben. God komt echter niet achter de feiten aangelopen, maar ziende op de helse overredingskracht heeft Hij in Zijn voorzienigheid de vraag gesteld: 'Wie zal met zijn hart borg worden om tot Mij te geraken? Wie zal van vijanden vrienden maken? ' God heeft immers nooit welbehagen gehad de mens te verdoemen! Dan treedt de Zoon naar voren en zegt: 'Zie Ik kom om Uw wil te doen'. Christus laat zich dus borgtochtelijk overreden. Hij is in Bethlehem geboren om naar Golgotha te gaan ten einde nee te zéggen tegen de overredingskracht van de Boze. Hij heeft vrijwillig ja gezegd om zoenoffer te zijn vanwege de Goddelijke overreding der liefde van de Vader en door de innerlijke bewogenheid als God. Wat een diepte! Afgedaald in de diepte van de hel. Genade verworven om vijanden te verzoeken tot een vrijwillig volk van God. Hoe wordt geleerd om tot dat volk te gaan behoren? Door de uitstorting van Gods liefde in het hart. Hoe gaat dat? Dat moet immers gekend worden om heilig avondmaal te kunnen vieren en eenmaal zalig te worden! Dit gebeurt, wanneer de Heere uw hart inneemt. Dan overreedt Hij u. Daarvoor gebruikt Hij Zijn dienaren. Door de prediking wordt u overreed tot God te gaan. Ds. Ouwerkerk zei: 'Ik raad u, ik bid u dat te doen!' God zegt: Eist van Mij vrijmoedig. U moet vragen: Overreed mij, dan zal ik overreed zijn. Dan is er ook altijd de verwondering: Gij hebt mij overreed. Immers als de Heere niet te sterk was geworden, dan zou U vergaan zijn.

Gods volk moet steeds opnieuvy overreed worden met 'Mijn genade is u genoeg'. Als er dan iedere dag bespotting is, dan is de Heere met mij als een verschrikkelijke Held! Hoe zalig te worden? Gij hebt mij overreed en ik ben overreed geworden. Er is veel overredingskracht voor nodig. Maar dan is er ook de innerlijke overreding: 'Hij is mij te sterk geworden'. Prijst dan de Heere! Dan zal het zijn: 'Hij, Hij en Hij alleen!'

Voorafgaande aan de prediking sprak ds. Ouwerkerk woorden van begroeting en dank uit. Daarin betrok hij onder andere de burgemeester van de gemeente Valburg, waartoe de dorpen Andelst en Zetten behoren. Vervolgens sprak de scriba van de ring Elst, ds. H. J. ten Brinke van Gendt, ds. Ouwerkerk toe. Daarna volgde de consulent dr. J. van Beelen, mede namens de classis Nijmegen en ouderling H. van der Pol namens beide kerkenraden. De laatste liet de aanwezigen ds. Ouwerkerk Ps. 119 : 9 toezingen.

AFSCHEID VAN DS. N. DE LANGE VAN BROEK OP LANGEDIJK

Na een ambtsperiode van viereneenhalfjaar heeft ds. N. de Lange afscheid genomen van de gemeente Broek op Langedijk. Op de woensdag voorafgaande aan de afscheidsdienst was de gemeente reeds in de gelegenheid gesteld om van ds. en mevr. De Lange afscheid te nemen. Velen hebben van deze gelegenheid gebruik gemaakt. In de afscheidsdienst bediende ds. De Lange voor het laatst als predikant van Broek op Langedijk het Woord uit Deuteronomium 30. De afscheidswoorden van Mozes sluiten het boek Deuteronomium af. Mozes stelt het volk voor een keuze: kies voor het Leven. Mozes verwacht het Leven omdat God het heeft belooft. Hij schudt zijn volk wakker, blijf bij de les, kies heden het Leven met God. Dat is een rijk leven, een leven met een goud randje. Leef je met God dan ben je gezegend. Leef je bewust zonder God dan ben je eigenlijk dood.

God zoekt een relatie met ons. Door het Woord komt Hij dichtbij ons. Het Woord is vlees geworden door de komst van Zijn Zoon op aarde. Hij gaat door de straten en roept ons. De Geest zorgt ervoor dat het Woord blijft klinken ook al verlaat een predikant de gemeente. Mozes wist dat het niet van hem afhangt. We mogen vertrouwen dat God Zijn gemeente vasthoudt.

Er is geloofsverwachting dat de gemeente van Christus leeft en groeien kan, omdat het Woord de gemeente voedt. Door het Woord kan de gemeente kiezen. Kies daarom, gemeente, voor het Leven. Na afloop van de dienst sprak consulent ds. Hakkenberg het scheidende predikantsgezin toe.

GEDENKDAGEN PREDIKANTEN IN DE MAAND FEBRUARI

Prof. dr. M. J. G. van der Velden werd op 10 februari 1957 in Nieuwpoort (ZH) tot predikant bevestigd. De nu in Uti^echt wonend hoogleraar hoopt aldaar op die datum zijn veertigjarig ambtsjubileum te vieren.

BEROEPEN TE:

Hierden: G. van Meijeren, Meeuwen.

CALVIJNS (S)PREKEN BIJ HET AVONDMAAL

In 1996 promoveerde dr. W. H. Th. Moehn op een studie over de prediking van Calvijn. Hij en dr. W. Balke bieden in de week van 72-76 mei 1997 een studieweek aan met als thema 'Het avondmaal in de prediking van Calvijn'. Naast inleidingen door terzake deskundigen zullen preekteksten gelezen worden en besproken op hun exegetisch, theologisch en pastoraal gehalte. Leiding: dr. W. Balke en dr. W. H. Th. Moehn Data:12-16 mei 1997 Kosten: 315, - Aanmelden: uiterlijk 1 april 1996.

WAAR HET OP AAN KOMT

Dit is het thema van het jeugdweekend in Wapenveld, dat gehouden zal worden op 1 en 2 maart 1997 Deo Volente. We nodigen jou - als jongere van 16 jaar en ouder - hierbij hartelijk uit om aan dit weekend deel te nemen! Zaterdagmiddag staat een enthousiaste commissie klaar om jullie tussen 13.30 en 14.00 uur te ontvangen. De rest van de middag brengen we op een gezellige en ontspannen manier door. Als spreker voor de zaterdagavond is ds. A. Baas (Ermelo) uitgenodigd, die over het thema zal spreken. Zondagmiddag zullen we naar aanleiding van de preek verder met het thema bezig gaan. Je kunt je telefonisch of schriftelijk opgeven t/m 8 februari 1997 bij Hénri Palm, de Kade 9, 8191 VZ Wapenveld, tel. 038-4470441 of bij Jacqueline Schakelaar, de Kade 1, 8191 VZ Wapenveld, tel. 038-4478665. Graag hopen wij je te ontmoeten op het jeugdweekend!

CONFERENTIE OVER STRESS

De RMU sectie 'Het Richtsnoer' en de Commissie Verzorgende Beroepen van de Ger. Gem. beleggen een conferentie op D.V. zaterdag 15 maart 1997.

Thema: 'Help! Ik ben gestrest...'. Onderwerpen: Wat is stress: definitie en literatuurstudie; Het vóórkomen van stress, (calvinistische) visie op arbeid, verzakelijking in de zorg; Hoe ga je ermee om in je werk; Het voorkómen van stress: nabijheid en distantie, verantwoordelijkheidsgevoel, afstemming werk/privé.

Sprekers: dhr. G. van Brenk, verpleegkundige en directeur van Stichting 'De Schuilplaats' (Ambulante hulpverlening voor maatschappelijk werk en terminale thuiszorg); dhr. M. Geluk, verpleegkundige en maatschappelijk werker bij 'De Vluchtheuvel' (Hulp aan mensen met persoonlijke, gezins-en relatieproblemen).

Plaats: De Driestar, Ronsseplein 1 te Gouda. Aanvang 10.00 uur met ontvangst met koffie vanaf 9.30 uur. Aanmelding tot uiterlijk 8 maart

bij de administratie van sectie 'Het Richtsnoer', Andante 20, 2925 AB Krimpen aan den IJssel, tel. 0180-517888. Het is mogelijk bij de aanmelding een lunchpakket te reserveren a ƒ 7, 50.

IRS WERKGROEP

BEZINNING EN EVANGELISATIE D.V. 22 februari: Bezinningsdag in Gouda. Thema: 'Evangelisatie, dicht bij de Bron'. Dit thema wordt ingeleid door ds. J. C. de Groot uit Dordrecht. De leiding van deze dag is in handen van ev. J. W. N. van Dooijeweert.

Plaats: 'Hogeschool De Driestar', Burg. Jamessingel 2. Aanvang 10.00 uur, sluiting 15.30 uur. Kosten voor deze dag: ƒ 12, 50. Lunchpakket meenemen. Iedereen is hartelijk welkom.

STATISTISCHE NIEUWSBRIEF 1995 NHK: MINDER LEDEN, MAAR MEER PREDIKANTEN

Zoals gebruikelijk de laatste jaren heeft de Begeleidingscommissie voor de statistiek van de Nederlandse Hervormde Kerk aan het eind van het jaar weer een cijfermatig overzicht verstrekt van de stand van zaken in de kerk over het vorige jaar. In de Statistische Nieuwsbrief 1995 zijn gegevens opgenomen betreffende het ledenbestand, de gemeenten, de predikanten en de oflFervaardigheid in de kerk. Bijzonder dit jaar is dat in de Nieuwsbrief regelmatig teruggekeken wordt naar de situatie van vijfjaar geleden. Wat zijn de ontwikkelingen de laatste 5 jaren geweest?

Een van de meest opvallende ontwikkelingen is dat in de periode 1991-1995 het aantal predikanten (omgerekend naar fulltimers) met 21 is gestegen naar 1.368. Tegelijkertijd zien we dat de financiële bijdragen voor de kerk zijn gestegen. De leden brachten door vrijwillige bijdragen, collecten, acties en legaten in 1994 ƒ 275 miljoen aan levend geld bij elkaar. Dat is ƒ 39 miljoen of 16% meer dan 5 jaar daarvoor. De geldontwaarding bedroeg in de genoemde periode 14, 6%.

Tegenover de stijging van het aantal predikanten en de hoeveelheid levend geld staat een afname van het aantal leden. In de periode 1991-1995 verloor de kerk 11 % van haar leden door een sterfte-en uitschrijvingsoverschot. Het verlies gold het sterkst de zgn. geboorteleden (20%) en het minst de belijdende leden (7%). Eind 1995 telde de NHK ruim 2, 3 miljoen leden, waaronder ruim 730.000 belijdende leden en 970.000 doopleden.

Combinatie van bovenstaande gegevens leidt tot de constatering dat het gemiddeld aantal leden per fulltime predikant vanaf 1990 met 12, 3% gedaald is naar 1.649. De rekenkundige bijdrage aan levend geld per lidmaat is in 5 jaar tijd met bijna 25% gestegen naar ƒ 369, - per jaar.

Ondertussen is de kerkelijke participatie in de vorm van doop en belijdenis de laatste 5 jaren verder afgenomen. Het jaarlijks aantal dopen verminderde geleidelijk met in totaal 24% naar 9.500 in 1995. Het jaarlijks aantal belijdenissen nam in vijfjaar tijd met 10% af, maar stabiliseerde zich de laatste jaren rond de 6.200.

Verder kan het onder meer opmerkelijk genoemd worden dat het aantal officieel goedgekeurde SoW-federaties (samenwerking tussen een hervormde gemeente, een gereformeerde kerk en/of een evangelisch-lutherse gemeente) zich in 5 jaar tijd verdubbelde naar 176 per einde 1995. Verder was er een vrij forse stijging van het aandeel vrouwen onder de dienstdoende predikanten:17% per einde 1995, hetgeen anderhalf keer zoveel was als in 1990.

Meer interessante informatie staat in de Statistische Nieuwsbrief 1995, die op bestelling voor ƒ 10, - verkrijgbaar is bij de Begeleidingscommissie voor de statistiek. Postbus 405, 2260 AK Leidschendam, tel. 070-3131271.

KERKELUKE RECHTER OORDEELT: HERVORMDE GEMEENTEN HEBBEN TEN ONRECHTE STICHTINGEN OPGERICHT

De Generale commissie voor de behandeling van bezwaren en geschillen in de Nederlandse Hervormde Kerk (de 'hoogste' kerkelijke rechter) heeft geoordeeld dat de oprichting van stichtingen waarin de hervormde gemeenten te Harskamp en Elspeet-Vierhouten hun vermogen hebben ondergebracht, onrechtmatig is.

Voorgeschiedenis

Voorgeschiedenis In 1992 werd de hervormde kerkorde zo gewijzigd, dat alle kerkvoogdijen (de colleges die het vermogen van de hervormde gemeenten beheren) zouden komen te vallen onder één kerkordelijke regeling. Dat betekende dat gemeenten met zgn. 'vrij beheer' en 'oud toezicht' zich zouden moeten aanpassen. Zij kregen tot 1 januari 1996 de tijd om dat vrijwillig te doen. 73 gemeenten hebben de kerkordewijziging aangevochten bij de burgerlijke rechter. Deze stelde de gemeenten in het ongelijk. Een aantal gemeenten ging daarop in hoger beroep.

Eind 1995 bleek dat een aantal hervormde gemeenten, waaronder die te Harskamp en Elspeet-Vierhouten, ertoe was overgegaan hun vermogensbestanddelen onder te brengen in een stichting. Zij hadden dit gedaan zonder daarvoor de kerkordelijk voorgeschreven toestemming van de Provinciale Kerkvoogdij Commissie te vragen. De oprichting van de stichtingen had tot doel te voorkomen dat de zorg voor en het beheer van het vermogen van de gemeenten per 1 januari 1996 zouden komen te vallen onder het toezicht van de daartoe door de kerkorde aangewezen organen. Ook vreesde men dat de gemeenten het eigendom over hun bezittingen zouden verliezen als gevolg van het Samen op Wegproces met de gereformeerde en lutherse partners. Toen de Provinciale Kerkvoogdij Commissie van deze handelswijze kennis kreeg, tekende zij er bezwaar tegen aan bij de Provinciale conimissie voor bezwaren en geschillen. Deze stelde de Provinciale Kerkvoogdij Commissie in het gelijk. Vervolgens tekenden genoemde gemeenteleden tegen deze uitspraak weer beroep aan bij de Generale commissie voor bezwaren en geschillen.

Uitspraak

De Generale commissie voor bezwaren en geschillen concludeert nu, met betrekking tot de gemeenten te Harskamp en Elspeet-Vierhouten, onder meer dat tot de oprichting van de stichting en de overheveling van het kerkelijke vermogen naar deze stichting is besloten, uitsluitend om te voorkomen dat de zorg voor en het beheer van het vermogen van de gemeente met ingang van 1 januari 1996 zou komen te vallen onder het toezicht van de daartoe door de kerkorde aangewezen organen. Dit oogmerk is naar het oordeel van de commissie strijdig met wat mag worden verwacht van een hervormde gemeente die deel uitmaakt van het geheel der kerk. Dat gemeenten die willen behoren tot de Nederlandse Hervormde Kerk op een dergelijke wijze de bepalingen van de kerkorde, waaraan zij zijn of zullen zijn onderworpen, doelbewust trachten te ontgaan, is reeds in strijd met de goede trouw die in elk geval voor haar handelen jegens de gehele kerk en al haar onderdelen afzonderlijk richtsnoer dient te zijn.

Ook stelt de Generale commissie dat met het Samen op Weg-proces geenszins wordt beoogd dat hervormde gemeenten de eigendom van hun kerkelijke goederen verliezen en dat dit ook niet bewerkstelligd wordt met de kerkordewijziging van 1992. 'Daarom is de vrees van verlies van eigendom ongegrond en kan zij geen rechtvaardiging vormen voor de bestreden besluiten, ' aldus de Generale commissie.

De Generale commissie is het niet eens met de stelling van de gemeenten dat de kerkelijke rechter zou moeten terugtreden nu de vraag naar de geldigheid van de kerkordewijziging van 1992 (in hoger beroep) is voorgelegd aan de burgerlijke rechter. Niet alleen gaat het hier niet om dezelfde rechtsvraag, maar ook vindt de Generale commissie dat van de geldigheid moet worden uitgegaan zolang de burgerlijke rechter daarover niet in andere zin heeft beslist.

Verder wijst de Generale commissie erop dat artikel 2 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek waar de gemeenten zich op beroepen, weliswaar rechtspersoonlijkheid verleent aan gemeenten die tot een kerkgenootschap behoren, maar dat dat niet betekent dat hervormde gemeenten of hun kerkvoogdijen volledige vrijheid van handelen hebben ten opzichte van het geheel van de kerk en haar organen. 'Hier mag de rechtspersoonlijkheid (...) niet worden verward met de onderlinge verhouding waarin de rechtspersoonlijkheid bezittende organisatievormen die van een groter organisatorisch verband deel uitmaken, tot elkaar staan. Die verhouding kan een meerdere of mindere mate van controle of zeggenschap van de ene rechtspersoon in de andere meebrengen, ' aldus de Generale commissie.

De uitspraak van de Generale commissie van bezwaren en geschillen in deze twee zaken is des te meer van belang, omdat er onder andere in de provincies Gelderland en Utrecht nog meerdere vergelijkbare zaken wachten op behandeling.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 januari 1997

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Kerknieuws

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 januari 1997

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's