De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

FEUILLETON

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

FEUILLETON

5 minuten leestijd

Kleine Luijden
SCHETSEN UIT HET FRIESCHE .DORPSLEVEN
door IDSARDI.
40)

Ik had toentertijd nog de zorg mijner moeder, die weduwe was. Toen mijn vader op zijn sterfbed lag, — wij waren maar heel eenvoudige menschen, en m'n vader moest hard werken om den kost te verdienen — liet hij mij als de oudste van de kinderen beloven, dat ik moeder voor mijn rekening zou nemen, omdat de andere kinderen dit vrij zeker minder goed zouden kunnen doen. Ik beloofde dit, en heb, Gode zij dank, die belofte ook tot het laatste oogenblik vervuld, want kort voor uw komst in Zorgvliet is moeder bij mij aan huis gestorven. Ik heb ze mogen verzorgen, en daarna, gedurende een zeer lange krankheid, die met veel pijn gepaard ging, nacht en dag verpleegd, tot eindelijk de dood aan ons beider lijden een einde maakte. Want mijn moeder was, tegen u gezegd, geen gemakkelijke vrouw. In hare jeugd had zij zelf een harde leerschool doorloopen; daarna haar geheele leven gesloofd om met eere er dóór te komen en elk het zijne te kunnen geven, doch mede wellicht daardoor was zij niet erg teergevoelig, ook niet tegenover de kinderen. Zooals 't harde leven op de karaktervorming der menschen altijd inwloed heeft. Vader was heel anders. Vader was meer zacht en zweeg, zoodat feitelijk het heele bestuur thuis van moeder uitging, en zooals zij sprak, zoo moest het, en zoo kwam het. Wat zij eenmaal in haar hoofd had, moest uitgevoerd, al zou ook de onderste steen boven. En wee, wie haar daarbij tegenwerkte.
Dit alles maakte het echter voor mij niet gemakkelijk, vooral niet, toen zij er op stond bij mij te komen inwonen, om mijn huishouding te besturen. De andere kinderen gingen namelijk dienen, zoodat dit de aangewezen weg leek.
't Was misschien beter geweest, dat ik toen meer handelend was opgetreden en haar een kamertje had bezorgd, waar zij alleen rustig wonen kon. De vrees evenwel, mijn belofte aan vader te schenden en niet minder de bezorgdheid dat haar toorn tegen mij zou ontbranden en booze tongen van mij zouden zeggen dat ik, bij vooruitgang in mijn zaken, moeder verachten ging, deed mij besluiten haar verlangen in te willigen.
Zoo kwam zij in mijn huis, en bestuurde dit zoolang het ging, doch juist daardoor kreeg mijn leven een andere richting dan ik mij had voorgesteld. Geheel overeenkomstig hare natuur gevoelde zij zich ook hier meesteres. Zij was mijn moeder, en ik was haar kind, en hoewel in het geheel geen verstand van zaken, wilde zij regeeren. Zij is met meer, en ik wil er niet meer van zeggen, doch u begrijpt, dat dit voor mij meermalen een bron van leed werd. Zonder dat zij het ook wist of wilde, verloor ik door haar soms mijn beste klanten. Nog altijd ben ik echter dankbaar, haar zooveel mogelijk in alles te zijn tegemoet gekomen, zoodat ik mij in dat opzicht niets te wijten heb. Ook toen zij hulpbehoevend werd en maar alleen door mij geholpen wilde zijn, heb ik met opoffering van veel, haar tot 't laatste oogenblik bijgestaan. Maar toen ik haar eindelijk de oogen sloot, was mijn toekomstbeeld al lang weg!
't Was een avond als deze. Een vermoeiende dag lag achter mij. 'k Had veel geloopen en veel gesproken, maar ook goede zaken gedaan. In opgewekte stemming keerde ik huiswaarts, 't Ging immers met den handel goed. De menschen mochten mij wel; de klandisie breidde zich uit; de omzet werd al grooter, en ik kon berekenen dat als 't zoo voortging, binnen niet al te langen t|jd het mij volstrekt niet meer onmogelijk zou zijn om aan al de billijke begeerten van een jonge vrouw te voldoen, voor zoover die tenminste bleven binnen de perken van het bescheiden dorpsleven, zooals wij dit hier altijd gekend hebben.
Mijn besluit was dan ook genomen. Als ik straks haar huis genaderd zou zijn, stond zij natuurlijk, als altijd, mij op te wachten, om dan een praatje te maken en gezellig een eind met mij op te loopen. Zoo waren wij het gewoon, en dan vertrouwden wij elkander onze geheimen. Althans zoo meende ik, en zoo had ik het altijd gedaan. Welnu, ik zou haar straks verrassen. Ik zou haar zeggen, dat mijn zaken gunstig stonden; dat de vooruitzichten schitterend waren; dat het de vurigste wensch van mijn hart was haar gelukkig te maken, en dan zou ik haar eens doen raden naar wat mijn voornemen was. Wat zou zij blij wezen! Temeer, waar zij zich meermalen in dien geest had uitgesproken, dat het haar lijken zou, zelfstandig te wonen en aan 't hoofd van een bedrijf te staan.
Toentertijd was de bakkerij van Deelstra nog een gewoon huis, door een ouden rentenier bewoond. Dit pand leende zich echter bizonder voor mijn doel, en vaak had ik bij mijzelf overlegd, dat dit mijn toekomstige woning moest worden. Daar zou een flinke manufactuur-zaak met confectie gevestigd kurmen worden. Wanneer die gevel werd opgetrokken, en een heele nieuwe pui met groote spiegelruiten de menschen naar binnen lokte, dan kon het niet uitblijven, of hier moest mijn zaak floreeren en een afmeting krijgen, zooals geen tweede in Zorgvliet. Ik meende, dat hier het geluk voor mij zou zijn opgeschept. Welnu, daarnaar zou ik haar laten raden, en als zij het dan eindelijk opgaf, omdat geen mensch iets van mijn plannen weten kon, dan zou ik hare verbazing zien, maar ook niet minder hare blijdschap, als ik alles had meegedeeld en gezegd, dat dit nu alles van haar werd. Ach, ik kende toen nog niet zoo goed als nu het menschelijk hart en wist niet dat ik nog leergeld in de levensschool betalen moest.
(Wordt vervolgd).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 januari 1929

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

FEUILLETON

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 januari 1929

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's