In gesprek met C. G. Boender uit Wijk en Aalburg

In deze serie over de opleiding Godsdienst Pastoraal Werk aan de Christelijke Hogeschool Ede is eerst iets verteld over de opleiding in het algemeen. In het vervolg hopen we kennis te maken met een aantal studenten. Deze keer zijn we in gesprek met iemand, die studeert uit interesse.
Wie op zaterdag in het gebouw van de CHE rondloopt, merkt al snel dat er een groot verschil in leeftijd bestaat tussen de verschillenden studenten. Dhr. C. G. Boender, geboren in 1928 te Tholen behoort duidelijk tot de groep van de oudere studenten. Het leeftijdsverschil met veel andere studenten is voor hem geen enkele hindernis. Hij voelt zich prima thuis binnen de opleiding en als zijn gezondheid het toelaat hoopt hij nog enige tijd verder te gaan met deze studie.
Voor velen zal C. G. Boender geen onbekende zijn. Nadat hij aan de protestantse kweekschool te Dordrecht zijn onderwijsakte en hoofdakte had behaald was hij 22 jaar werkzaam in het lager onderwijs; eerst als onderwijzer (Scheveningen en Rijssen), vanaf 1955 als hoofd van de school (te Nieuw-Beijerland en later te Kootwijkerbroek).
Ondertussen had hij de politiek als het ware met de paplepel ingegeven gekregen van zijn vader, die statenlid in de provincie Zeeland was. C. G. Boender werd ook actief in de politiek. Toen in 1972 de toenmalige burgemeester van Mariekerke (dhr. De Wolf) plotseling overleed, kwam er in het Zeeuwse een vacature. C. G. Boender vroeg zich af 'zou ik het proberen' en uiteindelijk was hij daar voor een periode van zes jaar burgemeester. In 1978 volgde een herbenoeming in Aalburg, waar hij het ambt van burgemeester vervulde tot zijn pensionering (1 april 1993).
Naar zijn idee had hij vanaf zijn pensionering 'tijd over'. Er kwam nog meer tijd voor hem vrij toen hij zijn taken binnen de S.G.P. beëindigd zag. Na een druk leven had nu (te veel) vrije tijd.
Dit probleem werd ook gesignaleerd door ds. W. Chr. Hovius, die in die tijd docent O.T. aan de opleiding van de THGB was. In oktober 1993 vroeg deze aan C. G. Boender: 'Hoe vul jij je tijd in? Denk eens een keertje na over Ede'. Het 'nadenken' liep in eerste instantie uit op een keertje meelopen op zaterdag (m.n. het college O.T. van ds. W. Chr. Hovius). Na deze zaterdag zijn er vele gevolgd, want dhr. C. G. Boender besloot de opleiding te volgen. Vanaf september 1994 volgde hij de colleges als cursist. Toen hij in 1998 de vier jaren van het tweedegraads-deel van de studie doorlopen had, meldde hij zich aan om ook het eerstegraads-deel van de studie te doen. Dat betekent dat er nog drie studiejaren volgen. Hieruit kan wel iets afgeleid worden van zijn grote doorzettingsvermogen.
Gezien zijn leeftijd wilde C. G. Boender zich graag vrijgesteld zien van de verplichting tot het afleggen van tentamens. Daarom liet hij zich als cursist inschrijven. Hierdoor bestaat wel de mogelijkheid tot het bijwonen van de colleges, maar draagt het huiswerk veel meer het karakter van vrijwilligheid (omdat er toch geen tentamen/cijfer volgt). C. G. Boender geniet van deze unieke mogelijkheid om te studeren en kan met een gerust hart naar de verhalen van tentamendrukte van zijn jaargenoten luisteren. Het verschil tussen student en cursist vormt geen muur.
Ook het (soms grote) verschil in leeftijd vormt geen belemmering voor contacten met andere studenten. C. G. Boender voelt zich thuis, binnen de opleiding, te midden van zijn medestudenten. Zelfs na lang nadenken kan hij geen drempels opnoemen, waarmee hij geconfronteerd werd tijdens de studie.
C. G. Boender is zeer te spreken over de wijze, waarop vorm wordt gegeven aan de opleiding. Op de vraag wat het mooie en goede van de opleiding is, worden onder andere de volgende ­ elementen eruit gelicht: colleges, gevolgd door goede discussies, leesmateriaal met de juiste informatie, etc. Als cursist verkeert hij bovendien in de ideale situatie dat hij bij zijn huiswerk zich kan concentreren op die dingen, waar zijn interesse vooral naar uitgaat. Maar die interesse is breed, en varieert van kerkgeschiedenis tot praktische theologie. De studie binnen het eerstegraadsgebied boeit hem zeer, met name als een bepaald onderwerp uitgediept wordt.
C. G. Boender vindt de studie een zinvolle, verantwoorde tijdsbesteding. Zijn interesse ging altijd al uit naar zaken, die met kerk, theologie en religieuze zaken te maken hebben. Op deze manier is hij bezig zijn persoonlijke belangstelling te verdiepen.
Maar als ouderling van de hervormde gemeente te Aalburg kan hij zijn bezig-zijn in Ede ook op verschillende manieren gebruiken. Wat zaterdags geleerd wordt, kan ten dienste van de gemeente aangewend worden. Vragen, die door de week op zijn pad komen, worden op zaterdag vaak weer voorgelegd aan de docenten.
De vele contacten met docenten en studenten kunnen heel goed benut worden. Het gebeurt meer dan eens dat C. G. Boender in de gangen van het gebouw van de CHE bezig is met het regelen van preekbeurten voor Aalburg; de verschillende docenten van zaterdag gaan toch voor in kerkdiensten op zondag?
Het mag duidelijk zijn dat C. G. Boender eenieder wil aanraden aan deze studie te beginnen. Hij is dankbaar dat hij gezien zijn leeftijd de gezondheid en vitaliteit gekregen heeft om dit te mogen doen. 'Het is een mooie verantwoorde invulling voor de tijd, die je gekregen hebt.'

M. A. Buitink-Heijblom, Ede

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen