Waar en echt gebeurd
En het geschiedde
In de vroege ochtend van een dag midden in de week zat ik onlangs in de eeuwenoude Hillegondakerk in Rotterdam-Hillegersberg. Terzijde van het rumoer van drukke straten is het er stil. Het morgenlicht viel door de gebrandschilderde ramen. In de late avond van 24 december zullen er, zoals elders, ook hier voor de kerstnachtdienst velen samenkomen. Ouderen en jongeren die er kind aan huis zijn en zij, die de dienst bezoeken uit nostalgie of om even uit te stijgen boven de kille wereld van plannen en getallen. Evenals de eeuwen door zullen er liederen worden gezongen.
Het kerstevangelie zal als vanouds klinken, bij voorkeur naar de beschrijving van Lucas.
'En het geschiedde in die dagen dat er een gebod uitging….'
Velen zullen die geschiedenis horen, als menigeen die hier eeuwen geleden zat. Zonder een spoor van twijfel dat Lucas historische gebeurtenissen weergeeft. Natuurlijk waren er niet alleen de machthebbers, wier namen Lucas noemt en de niet met name genoemde herders in het veld. Zonder enige twijfel ging ook de hemel open, daalde een engel af om herders de vreugde vanwege geboorte van Christus te verkondigen en zong een hemels engelenkoor het 'Ere zij God'. In deze dienst zullen er ook zijn, die bepaalde passages uit het kerstevangelie van Lucas bijna horen als 'er was eens…' Een sprookje. Ik bedoel dat niet zozeer als een verhaaltje, een fabeltje, maar als een verhaal dat aan universele, menselijke oerverlangens tegemoet komt. Zal het ook hen dit jaar raken en op welke wijze?
In die stille kerk zag ik de mensenmenigte al voor me. Zal er iets gebeuren? Hoe zullen die velen de kerk uitgaan? Wat zou Gods bedoeling zijn? Staat het Hem voor ogen, dat ieder de geschiedenis van het evangelie van Lucas eenvoudigweg voor waar aanneemt? Ja, natuurlijk, echt gebeurd.
Kunnen we daar vandaag de dag nog wel zo 'naief' over spreken?
Moeten we in de kerk voorbijgaan aan moderne vragen, die sinds de Verlichting opgeld doen. Of dienen we de rationele hobbel weg te nemen, door te beweren dat de hemel niet openging, de maagdelijke geboorte onmogelijk? Dit alles metafoor is? Het alles wel waar is, maar niet echt gebeurd? Voorbeelden ervan horen we te over.
De verleiding
Overwegend vroeg ik me af of we het 'wel waar, maar niet echt gebeurd', waarover de laatste jaren zoveel geschreven is, gemakkelijk af kunnen doen als modieuze theologie? Eraan voorbij kurmen gaan en met stelligheid beweren, dat het alles natuurlijk echt gebeurd is. Wat is de beweegreden om scheiding te maken tussen waarheid en feitelijkheid? Is dat er één van puur rationele aard? De Heilige Schrift is vol geschiedenis, de God van Israël, is de God van de geschiedenis van schepping tot voleinding. Hij openbaart Zich daarin door Zijn woorden, die tevens daden zijn.
De evangelist Lucas schrijft herhaaldelijk 'en het geschiedde'. Vooral deze evangelist heeft belangstelling voor de geschiedenis. Dat blijkt alleen al uit de proloog. Daarin klinken woorden als 'betrouwbaar' en 'nauwkeurig onderzoek' en 'het getuigenis van ooggetuigen'.
Lucas' proloog doet sterk denken aan klassieke geschiedwerken.
Het evangelie van de geboorte van Christus bevat ook driemaal het 'en het geschiedde'. Echt gebeurd wil Lucas zeggen. Niet alleen de wereldgeschiedenis. van op macht beluste heerschappen, waarbij we ons telkens weer veel kunnen voorstellen, maar eveneens het geschieden van Gods heil in de onvoorstelbare geboorte van Christus. Sinds de tijd van de Verlichting wordt daar anders over gedacht. Het moge waar zijn, dat Augustus of wie ook regeerde, maar de hemel ging niet open. Het onvoorstelbare, het bovennatuurlijke wordt immers door het rationalisme buitengesloten. Het gaat derhalve om historische kernen, die een mythologische uitwerking hebben gekregen, om de boodschap, het kerugma. Wat is de zinvolle boodschap? Aan het denkkader van de Verlichting kan ik me onmogelijk uitleveren. We zouden de heilsfeiten, waar ons geloof op rust, immers verliezen. Bovendien kan men de vraag stellen of de criteria volgens welke de geschiedenis beoordeeld wordt wel het laatste woord moeten hebben. Persoonlijk beleef ik niet de sterke aanvechting van het rationalisme. Vraag ik me af of de moderne mens er werkelijk mee gediend wordt, wanneer we de hobbels voor het verstand wegnemen, door te beweren dat de wereldgeschiedenis die Lucas beschrijft waar en echt gebeurd is, maar de heilsgeschiedenis op een andere manier waar en niet echt gebeurd is.
De echte geschiedenis
Mogelijk biedt die theologie een uitweg, die spreekt over het geschieden van het woord. Over Gods bijzondere geschiedenis te midden van de wereldgeschiedenis. De laatste verdient eigenlijk de naam 'geschiedenis' niet. God is de gans Andere. Hij is niet in menselijke categorieën te vangen. Zeker na de ellende van twee wereldoorlogen in Europa was wel duidelijk, dat de geschiedenis eerder vol absurditeiten is dan vol heilsdaden Gods.
We kunnen, zo stelt deze theologie. God niet afleiden uit wat voor handen is. Ook niet uit de geschiedenis. God is te vinden in de geschiedenis van Zijn openbaring, die alle aardse geschiedenis trancendeert, oordeelt en in genade uiteindelijk op een hoger plan brengt. Geen wonder dat de historisch-kritische bijbelwetenschap niet meer dan historische kernen vond. De bril waardoor gekeken wordt deugt niet. Hoe me dit ook aanspreekt, blijft de vraag of ik dan wel het tweede 'en het geschiedde' uit Lucas 2 het volle pond mag geven, terwijl ik aan het eerste min of meer voorbij ga.
Toen wel, nu niet meer?
Waar ik de verleiding het sterkst voel is, wanneer ik de bijbel lees vol wonderhjke daden van God en de vraag gesteld wordt, waarom gebeuren deze nu niet meer? Dat is meer dan een afstandelijke, theoretische vraag. Het is een betrokken vraag van aangevochten mensen. Ik kan dan zeggen, dat God zich nu verbergt of dat Hij de wereld vanouds regeert door Zijn gebod en belofte. Zich openbaart in mensen, die door de boodschap van het evangelie zijn geraakt en aangeraakt. Maar is dat geen insnoerende existentialisering van het heil?
Dan komen we in die dienst mogelijk even op verhaal, maar is er ook niet een ingrijpen van God buiten het menselijke handelen om, en er soms dwars tegenin? Versmallen we zo het evangelie niet tot een zaak voor ons eigen hart. Het is waar, dat, indien Christus duizend keer in Bethlehem geboren is en niet in ons hart, we er niets aan hebben. Maar daar is toch niet alles mee gezegd. Luther bedoelde met die zinsnede, de geboorte van Christus niet een daad Gods in de geschiedenis te ontkennen.
De feitelijkheid van het heil geeft ons hoop voor ons persoonlijk leven, maar ook voor de schepping? Het heilsfeit doorslaggevend voor onze beleving. Zonder de feitelijkheid blijft de bevinding uiteindelijk leeg.
En het geschiedde
We lezen in de diensten rond kerst Lucas 2. Niet simpelweg als een hoofdstuk uit de vaderlandse geschiedenis van Israël. Met een historisch geloof komen mensen ook niet verder. We lezen in het eerste ' en het geschiedde' van de wereldgeschiedenis van die dagen en het kost helaas niet erg veel moeite dit door te vertalen. Dit is voorstelbaar voor ieder die in de kerk is. Een evolutionistische visie op de geschiedenis lijkt bepaald niet gerechtvaardigd. We lezen het tweede 'en het geschiedde'. Het kost meer moeite om dat door te vertalen in een wereld, waarin de hemel niet lijkt open te gaan. We lezen het 'heden is u' als een boodschap van God aan ons vandaag. Dat alles in de overtuiging, dat de Geest ons op de hoogte wil stellen van dit heilsfeit. Gelijktijdig maakt met hetgeen gebeurd is, opdat het waar is en wordt voor ons. Opdat we dan niet even op verhaal gekomen de kerk weer verlaten, maar als de herders het alom bekend maken, het als Maria bewaren en overwegen. Het derde 'en het geschiedde' ook werkelijkheid wordt midden in deze wereld. Dat lijkt me onwaarschijnlijk, zo niet onmogelijk, wanneer het niet echt gebeurd is.
Zo getuige zijn in de wereld van de hoop die in ons is vanwege de daden Gods. Want waar de levende God niet werkelijk ingreep in de geschiedenis, bestaat er voor de toekomst weinig of geheel geen hoop meer. Zo gedenkend de toekomst tegemoet. Gedenkend de daden Gods present stellen in de kracht van de Heilige Geest. Want Gods daden worden in alle tijden vervoegd. Ze zijn waar en echt gebeurd. We zijn ermee gediend, wanneer dat ons als moderne mensen verkondigd wordt en we dat tegen alles in geloven.
D. M. van de Linde
[Tekst afbeelding: De heilige familie bij een palmboom Rafhael (1483-1520)
Duke of Sutherland Collection, geleend aan The National Gallery of Scotland, Edinburgh
Uit: Een schat aan gebeden, Ten Have, Baarn]
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 december 1999
De Waarheidsvriend | 24 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 december 1999
De Waarheidsvriend | 24 Pagina's