En dan zal het einde komen
En omdat de ongerechtigheid vermenigvuldigd zal worden, zo zal de liefde van velen verkouden.(Mt. 24 : 12)
'Verwoesting van Jeruzalem voorzegd', zo luidt het opschrift boven de eerste veertien verzen van Mattheüs 24. Maar direct daarachter staat 'begin der smarten'. Jezus toonde Zijn discipelen de gebouwen van de tempel en zei, dat er niet één steen van op de andere gelaten zou worden. Dat Hij Profeet was, die dit met recht voorzeggen kon, is gebleken in het jaar 70. Op de negende dag van de maand Av plunderden de troepen van de Romeinse generaal Titus de (tweede) tempel en staken deze in brand. Bij de tweede joodse opstand (132-135) werd de stad op last van Hadrianus volledig verwoest en naar Romeins model herbouwd. Geen steen op de andere.
De discipelen, jood als ze waren, konden zich iets ergers dan de verwoesting van de tempel nauwelijks voorstellen. Tempel weg, alles weg. Zal dat niet 'de gruwel der verwoesting' zijn, waarover hun eigen profeet Daniël al had gesproken? (vers 15) Dat moet het einde van de tijd, het einde van de wereld betekenen. Wanneer gaat dat gebeuren en 'wat zal het teken zijn van Uw toekomst en van de voleinding der wereld?', vroegen ze.
Kennelijk is de verwoesting van de tempel toch niet het laatste. Er staat nog heel wat meer te gebeuren. Iaat Jezus weten. Voordat Hij wederkomen zal, zullen er oorlogen, opstanden, aardbevingen en verderfelijke ziekten zijn. En ook dat is nog maar 'een beginsel der smarten'. Vooral degenen, die Hem volgen, zullen het in de wereld nog zwaar te verduren krijgen: verdrukking, haat, verlies van hun leven. En dan komt ook nog een keer de proef op de som. Er zullen eerst nog verleiders komen, die zichzelf Christus noemen. Valse profeten, valse 'Christussen' zullen niet alleen de gezonde leer vervalsen, maar mensen, die de christennaam dragen, zullen zich als gevolg hiervan ook aan Hem gaan ergeren en afvallen van het geloof.
De grote afval zal nog doorbreken. Goed voorbeeld doet goed volgen. Maar kwaad voorbeeld zal kwaad doen volgen.
Liefde
In dat verband wordt door Jezus gezegd, dat de ongerechtigheid zal worden 'vermenigvuldigd' en dat daarom de liefde van velen zal verkillen. Onrecht, ongerechtigheid is er sinds de mens van God afviel altijd in deze wereld geweest. Ze heeft met de vervreemding van de mens van zijn Schepper te maken. Israels profeten hebben tegen de ongerechtigheid, die zich ook concreet doorvertaalt in (maatschappelijk) onrecht, in scherpe bewoordingen getoornd. Maar in het laatste der dagen zal die ongerechtigheid zich vermenigvuldigen.
Het kwaad zal zich niet opstapelen – dat heet optellen – maar vele malen vergroot worden. De climax ervan is kennelijk de verkilling van de liefde. Het kwaad 'zegt Calvijn' komt pas goed aan de dag 'door het licht van het Evangelie'. Waar het Evangelie komt, behoort de liefde 'aller harten in gloed' te zetten. Maar het omgekeerde is ook waar: waar het Evangelie verdwijnt en niet meer wordt geloofd, verkilt de ware liefde, die ontspruit aan Hem, die ons heeft liefgehad, en Wiens liefde in onze harten wordt uitgestort door de Heilige Geest, die ons is gegeven .
Zouden we hier niet denken aan de openbaring van 'de Zoon des Verderfs', die vóór 'de Grote Dag van Christus' zich manifesteren zal, zich verheffend 'boven al wat God genaamd of als God geëerd wordt?' (2 Thess. 2) Ongerechtigheid, die nog verborgen is (vs. 6), wordt nog weerhouden. Wèlke verdere betekenis ook aan de 'weerhouder' moet worden toegekend, niet zonder reden is deze de tijden door ook geduid als de prediking van het Evangelie. Zolang het Evangelie nog kracht doet onder de mensen, wordt het grote kwaad nog ingedamd en zal de liefde nog opbloeien. Waar de invloed van het Evangelie verdwijnt, slaat de ongerechtigheid toe.
Concreet
Zodra we de tijd, waarover Jezus spreekt, eigenmachtig en speculatief als 'het einde' naar ons toe halen, zullen we ons het woord, dat Jezus in vers 6 noemt, te binnen moeten brengen: 'en nog is het einde niet'.
Dit Schriftgedeelte dringt ons er echter wel toe de tekenen van de tijden te onderkennen. De tekenen in de natuur wèl onderscheiden maar 'de tekenen der tijden' niet? vraagt Jezus in ditzelfde Bijbelboek (Mt. 16 : 3). Daarom zullen we dunkt me de grote afval, die zich voltrekt in de aangrijpende secularisatie vandaag, naast Mattheüs 24 mogen leggen.
Het Evangelie wijkt, de ongerechtigheid vermenigvuldigt en de liefde verkilt. De alles-kan-en-alles-mag-cultuur brengt geen gerechtigheid, gemeenschap en harmonie, maar ongerechtigheid, verdeeldheid en wanorde. De heilzame normen en waarden, die in de Tien Woorden aan Israël en de wereld zijn gegeven en die door de kerk van alle tijden in geloof zijn beaamd, worden met voeten getreden. Dat verbreekt hechte gemeenschappen als het huwelijk en gezin en daaraan verwante maatschappelijke verbanden. Het verbreekt ook kerkelijke gemeenschap. De liefde verkilt en wijkt. Het individualisme, met de daarmee gegeven ego-cultuur, slaat toe, tot in de gemeente van Christus toe.
Maar vooral: de valse profetie slaat toe. Zodat er naar de wereld van de kerk geen goed Getuigenis maar een kwaad gerucht uitgaat. Valse Christussen verkondigen een Jezus, die niet de Christus der Schriften is, ons gegeven tot een volkomen verzoening van al onze zonden. Zo ten diepste verkilt de liefde.
Het einde
We mogen het woord van Jezus over de verkilling van de liefde intussen niet los zien van wat volgt. 'Maar wie volharden zal tot het einde, zal zalig worden', zegt Hij. Dat is een appèl tot waakzaamheid en een bemoediging. De grote afval zal niet allen meeslepen. Een rest blijft bewaard.
Tot die tijd, tot aan dat 'einde', geschiedt er echter ook nog iets anders. Het Evangelie van het Koninkrijk zal 'in de hele wereld' gepredikt worden, tot een getuigenis 'allen volken'. Ook dat woord is een appèl en een bemoediging. Een appèl voor de kerk om uit te gaan de wereld in en te betuigen, dat God alzo lief de wereld heeft gehad, dat Hij Zijn Eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat eenieder die in Hem gelooft niet verloren zal gaan maar het eeuwige leven zal hebben. En een bemoediging: alle volken zúllen met het Evangelie bereikt worden.
Liefde zal verkillen, waar het Evangelie terugwijkt, liefde wordt gewekt waar het Evangelie verschijnt.
Jezus gaat in dit Schriftgedeelte verder niet in op wat er in en met Israël na de verwoesting van de tempel zal geschieden. Hij volstaat met te zeggen, dat het Evangelie van het Koninkrijk moet worden gepredikt. Is Israël echter niet mede in dat Koninkrijk begrepen?
'Zult gij in deze tijd aan Israël het Koninkrijk weer oprichten?', vragen de discipelen aan Christus vlak voor Zijn hemelvaart (Hand. 2 : 6). Ook hier ontvangen ze geen rechtstreeks antwoord. Maar Christus ontkent niet, dat ook dat moment komt. 'Het komt u niet toe te weten de tijden en gelegenheden, die de Vader in Zijn eigen macht gesteld heeft', zegt Hij. De Vader weet er alles van. Zij mogen er zich intussen tevreden mee stellen in de kracht van de Heilige Geest getuigen te zijn: zo te Jeruzalem, als in geheel Judea en Samaria, en tot aan het uiterste der aarde'.
Vol
En dan, als de volheid der heidenen zal zijn ingegaan, zal gans Israël zalig worden (Rom. 11 : 26). Dan, als het Evangelie van het Koninkrijk in de hele wereld gepredikt zal zijn, en het 'totdat' voor Israël is aangebroken, zal het einde komen.
'Het zal in die dagen geschieden, dat tien mannen, uit alle tongen der heidenen, grijpen zullen, ja, de slip grijpen zullen van een joodse man, zeggende: wij zullen met ulieden gaan, want wij hebben gehoord, dat God met ulieden is' (Zach. 8 : 23).
Beloofde zegening voor Israël! Er staan nog Messiaanse beloften uit.
v. d. G.
Dit artikel werd eerder geplaatst in 'Christenen voor Israël'.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 juni 1999
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 juni 1999
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's