FINANCIËN
Postgiro 138421.
Zie zoo, de drukke dagen zijn weer voorbij, en de uitslag is u zeker ook niet tegen gevallen. Op een klein scheurtje na zijn de Anti's er werkelijk nog al aardig zonder kleerscheuren afgekomen. Of ik er dan bezorgd voor was? Nu, eerlijk gezegd, was ik er niet gerust op. Als je zoo eens enkele kranten opsloeg, die men zoo vriendelijk was je thuis te sturen, en als je bovendien dan ook nog wel eens een ongeteekenden brief kreeg, dan dacht ik soms: jongen, jongen, wat is het toch eigenlijk een zootje waar ik bij hoor, en wat zijn er toch een menschen die God kunnen danken dat zij heel wat beginselvaster zijn. Daar was er zelfs één die schreef dat hij nog nooit iets gezegd had dat met de waarheid in strijd was. Ik dacht: nou, nou, daar zou ik m'n hoed, als ik hem op had, voor afnemen. Neen, zulke menschen zijn er in de Antipartij niet. Ik heb wel eens gehoord dat zij daar belijden dat God alléén waarachtig is, maar dat alle menschen leugenachtig zijn. Maar dat hebben zij dan zeker ook alweer mis gehad. Er schijnen tegenwoordig ook menschen te zijn, die waarachtig zijn en die dus niet dwalen kunnen. Natuurlijk zitten die niet in de Anti-partij. Wel nee, mensch, kan je begrijpen, daar zitten alleen leugenaars en lasteraars en verdrukkers van „Gods arme volk". Daar zitten allemaal van die lichtmutsen die zeggen dat zij het wel eens mis gehad hebben en dat zij het gedurig weer verkeerd doen. Menschen van „geloofsdaden" moet je daar heelemaal niet zoeken. En daarom dacht ik wel eens: moet je nou met zoo'n schip dat aan alle kanten lek is, de verkiezingszee op? Mannetje, mannetje, weet wat je doet; daar komt geen spaan van terecht.
En ziet daar, onder Gods voorzienige leiding is het schip wel door den storm gebeukt maar toch nog weer tamelijk zonder averij in de haven teruggekeerd. Slechts één man sloeg overboord — en dat is natuurlijk wel jammer — maar de bemanning keerde toch nog met 12 „koppen" terug. En van die 12 zijn er niet minder dan 3 die met onzen Bond in zeer nauwe relatie staan. De anderen ook wel, maar hen toch in 't bijzonder wenschen we dan ook van harte geluk. In de eerste plaats denken we aan onzen hooggeachten tweeden voorzitter. Hij heeft op dit terrein zijn sporen verdiend. Als het op de verdediging onzer beginselen aankwam, stond hij steeds op de bres. Wij verheugen ons dan ook van harte dat „onze Generaal" zijn plaats in onze Volksvertegenwoordiging op eervolle wijze behield. Naast hem zien wij nu als nieuw lid optreden onzen Doctor Theologiae uit Dordrecht. Al zal hij van zich zelf niet zeggen dat hij een volmaakt man is, toch zullen, — ik zou haast zeggen — allen het er over eens zijn dat het hem aan wetenschappelijke bekwaamheid om in onze Tweede Kamer zitting te nemen, niet ontbreekt. En als wij bedenken dat hij hieraan paart een onkreukbare trouw aan onze beginselen, dan twijfelen we niet of ook dr. Severijn zal in ons Parlement een goed figuur maken en de rechte man op de rechte plaats blijken te zijn.
En niet het minst zien we natuurlijk op „onzen Professor". Het verblijdt ons dat ook hij zijn oude plaats weer zal innemen. Als altijd zal hij zich ook nu weer toonen niet alleen „de man met den Geuzenkop", maar ook als „de man met het Geuzenhart". En als wij echt Geuzenbloed in de aderen hebben, dan droogt het zoo gemakkelijk niet op. Dat Geuzenbloed kruipt altijd waar het niet kan gaan. Daarom gelooven we ook dat „onze Professor" zijn oude plaats in onze Kamer weer op waardige en eervolle wijze zal innemen. Jongen, als hij wil, dan kan hij de dingen zoo meesterlijk zeggen. Dat hebben we hier den laatsten avond vóór de verkiezingen nog ondervonden, toen wij 't genoegen hadden hem hier te zien optreden met ds. Hilbers, van Enschedé en ds. Remme, van Amsterdam. We hadden toen een bidstond in onze Nieuwe Kerk. — We staan hier dus niet op het Doopersche standpunt, dat de Kerk te heilig is voor de politiek en de politiek te onheilig voor de Kerk. — Met aandacht werd geluisterd ook naar het warme en bezielende woord van de beide andere sprekers. Maar toen „onze Professor" aan 't woord was, was het alsof ieder gevoelde: daar staat de Man, die ook op dat terrein Meester op alle wapenen is. Machtig was de wijze, waarop hij ons teekende hoe het Westersche cultuurleven onzer dagen bedreigd wordt door den geest uit den afgrond, en we voelden den innerlijken zieledrang waarmee hij ons opriep om dien geest te bezweren door één te zijn onder de vaan van het Kruis. Nu, hier in 't Veen is zijn woord dan ook niet zonder invloed geweest. Bijna twee-derde van de stemmen bleken hier uitgebracht op de lijst, waarvan ,,onze Professor" de aanvoerder was. Ja, als er collecte is en als er stemming is, dan staan de Veenendalers niet ten achter. Dan zou ik haast trotsch op ze worden en zeggen: doet het hun maar eens na. Immers ik dacht zoo: als dat nu in heel ons Vaderland eens zoo was, twee-derden van de stemmen op de lijst van hen, die het Staatsgezag willen binden aan de ordinantiën Gods! Neen, dan zouden we nog geen volmaakte Regeering krijgen en dan zouden we nog niet alle idealen bereiken kunnen, maar dan zouden we toch zooveel meer kunnen verkrijgen dan nu, nu ieder vaak loopt voor zijn eigen huis.
Maar kom, laat ik er nu maar weer een punt achter zetten en laten we nu maar weer eens, inplaats van de stembus, het laatje open gaan doen. En dan blijk ik deze week ontvangen te hebben uit
's-G r a v e n h a g e, van ds. Van Dorp ƒ 1.50 van de familie van E. voor 't Leerstoelfonds; ƒ 1.— van mej. P. D. voor het Studiefonds en ƒ 1.50 van den heer van E. voor den G.B.; tezamen een bedrag van ƒ 4.—.
H a z e r s w o u d e, van den heer Jac. v. Pijlen van N.N. voor het Studiefonds „uit dankbaarheid voor ontvangen zegeningen" een bedrag van ƒ 5.—.
Z e i s t, van ds. Bartlema, door hem ontvangen: 1 April van N.N. voor het Studiefonds ƒ 2.50; 14 April van een onbekende ƒ 1.—; 24 April van een onbekende ƒ 2.50; 25 April dankoffer echtpaar 25-jarig huwelijksfeest voor 't Studiefonds ƒ 10.—; 16 Juni deel dankoffer van een zuster der gemeente, ƒ 5.—; 20 Juni van K. R. Wz. voor het Studiefonds ƒ 1.—. Tezamen een bedrag van ƒ 22.—.
F e ij e n o o r d, van den heer Jb. Bot een collecte, gehouden op het 8ste jaarfeest van de Meisjesvereen. „Hanna" aldaar, ƒ 7.—, en nog een paar nagiften op de Paaschcollecte, ook ƒ 7.—. Tezamen dus een bedrag van ƒ 14.—.
P u t t e n, van ds. Van Amstel. Huwelijksbelasting van N.N. van ƒ 12.50. Dat is een heele tijd geleden dat we zoo'n belasting gehad hebben. Ja, in zoo'n tijd zijn de menschen nog al eens vergeetachtig. Dan zingen ze soms wel: „Vergeet nooit één van Zijn weldadigheden", maar — Daarom verblijdt het ons dat er in Putten een echtpaar was dat 't niet alleen zong.
Z e g v e l d, van mijn vriend Bardelmeijer den Juni-inhoud van busje no. 20 ƒ 2.64. Voor 't eerst was hij een paar dagen te laat, maar ik denk dat hij het ook al druk gehad heeft met de verkiezingen. De vorige week, toen ik het genoegen had ook in Zegveld een avondje over deze dingen te praten, heb ik wel gemerkt dat ook hij er niet stil onder zat en — dat ook hij de oude wijn nog maar de beste vond en daarom nog geen nieuwen begeerde.
M a a s s l u i s, van den heer P. Don uit dankbaarheid voor het Studiefonds een gift van ƒ 25.—.
A l p h e n a.d. R ij n, van den heer G. Verhagen, Penningmeester onzer afdeeling aldaar, uit het busje der afdeeling ƒ 5.50. En dan kreeg ik nog van een Waarheidsvriendlezer te Z — maar ik mocht er den naam en de plaats niet bij zetten — een bedrag van ƒ 30.—, zijnde voor ieder Fonds ƒ 15.—, en bovendien nog een bedrag van ƒ 40.— voor de Gereformeerde Zending, welke ik reeds doorzond naar ds. Bieshaar. Zoo kom ik dus weer tot een eindcijfer van ƒ 120.64. Bovendien ontving ik nog uit
A l p h e n a.d. R ij n een contributiebedrag van ƒ 42.— en op verschillende borderels van verspreide leden een contributiebedrag van ƒ 355.75, zoodat ik aan contributies ontving ƒ 397.75. Voegen we dit bij de som van ƒ 120.64, dan komen we weer aan een eindbedrag van
f 518.39
waarmee ik zeer tevreden ben en waarvoor ik allen hartelijk dank.
De Penningmeester, M. JONGEBREUR.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 juli 1929
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 juli 1929
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's