Ds. J. Maasland in N.D.

'Het leefklimaat van de mens, ook onder ons, is: je hebt het leven toch min of meer in eigen hand. Je probeert zoveel mogelijk geld te verdienen en je neemt het ervan. Als ik hier om me heen kijk, zie ik mensen die zich nestelen in een zo geriefelijk mogelijke woning, die na verloop van tijd met forse winst wordt verkocht zodat een nóg comfortabeler woning kan worden aangeschaft. "Elpenbenen paleizen" zou Amos zeggen, ingericht naar de eisen des tijds. De toekomst is verzekerd dankzij de koopsompolis en je doet wat je kunt om je kinderen maatschappelijk goed terecht te laten komen. Daarbij houd je je aan de code van de kerk en de sociale omgeving. En dat is het dan.
Dan kom je 's zondags in de kerk en daar gaat het over het Koninkrijk van God. Dat is een heel ander verhaal. Het Koninkrijk van God vraagt om soberheid, consequente navolging, je tentpinnen niet vastzetten, toekomstgerichtheid. Als je dat aan de orde stelt in de prediking en catechese, denken mensen dat je een doperse fantast bent met irreële dromen. "Verlangt u dan echt naar de wederkomst van de Heere Jezus?" vroeg een ouderling me in een vorige gemeente. "Dan is alles voorbij hier op aarde. Dan weet je toch ook niet waar je kijken moet." (…)
Catechisanten zeggen: "Het gaat erom dat je in de hemel komt". Is dat het nou? denk ik dan. Dat is óók een kloof met het bijbelse denken. Ook dat houdt verband met de welvaart: ze willen eerst een hemel op aarde, straks een hemel hierboven. Beide moeten het liefst naadloos in elkaar overgaan. Het besef dat je in dit leven een taak en een roeping hebt, dat leeft niet zo.
Hebben we de kloof ook aan onszelf te wijten? Ja. We zijn zó blijven steken in Luthers vraag "Hoe krijg ik een genadige God", dat we niet in de gaten hebben gehad dat de hoorder ondertussen – door de veranderingen in zijn omgeving – ook een ander mens is geworden. De heilsvraag is veranderd in: "Waar is God in deze wereld? Wijs Hem eens aan?" De vraag of God er überhaupt is, kom ik weinig tegen. "Tuurlijk is God er" zeggen catechisanten. Maar ze vragen zich af waar ze iets van Hem kunnen zien. "Je merkt nooit wat van Hem." Ja, als je erg ziek bent en je wordt weer beter. Dat heeft God natuurlijk gedaan. Maar ze zijn bijna nooit ziek. Ze gaan naar school, kijken tv, doen aan sport. Het verhaal op catechisatie staat verschrikkelijk ver van hen af.'

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen