De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

FEUILLETON.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

FEUILLETON.

SCHETSEN UIT HET FRIESCHE DORPSLEVEN

5 minuten leestijd

Kleine Luijden
— DOOR IDSARDI —
54)
Met den hoogen zijden hoed op, precies als wanneer hij naar het heilig nachtmaal gaat, is Sander reeds vroeg op de boerderij gekomen om van de heele plechtigheid getuige te zijn. Domlné Randwijk heeft de jongelui bij deze gelegenheid bizonder mooi toegesproken, en bovenal den nadruk er op gelegd, hoe zij samen langs wonderlijke wegen één waren geworden in den Heer, en nu bovendien nog handlangers Gods zijn geworden, om Hem in Zijne gemeente te dienen.
Daarop is men weer naar „Olga-State" gereden, waar Sien met de meid reeds voor dag en voor dauw aan het bakken en braden was, en waar toen verder den geheelen dag een prettige stemming heerschte, waar bij dankbaarheid den grondtoon vormde. Toen 's avonds de jonggehuwden naar hun nieuwe woning vertrokken — van afscheid nemem was geen sprake — zei Rijpkema: ,,jullui zult zien welk een gelukkig huwelijk dat wordt", — en dat is uitgekomen ook. Hun verbond was voor de eeuwigheid, omdat zij één waren in het geloof.
Sander bleef de huisvriend. Alleen was 't voor Griet wel eens vervelend, dat er geen vrouw bij was. „Waarom neem je toch geen vrouw, Sander" — heeft zij meermalen gezegd. Maar dan stuurt hij haar met 'n kluitje in 't riet, of lacht eens. Maar Jasper zegt: „wacht maar; 't komt wel".

Hoofdstuk VII. 
OP THEEVISITE.
„De groetenis van vrouw Deelstra, en of de vrouw Woensdagmiddag op een kopje thee kwam".
Met die boodschap werd de meid van den bakker er op uitgestuurd om de beste klanten van het dorp, volgens plaatselijk gebruik, op theevisite te vragen. In den volksmond werd deze pret ook wel „groot asjeblieft" genoemd, omdat het bij dergelijke gelegenheid niet ontbrak aan alles wat maar zoet en lekker was. Gewoonlijk maak ten de genoodigden, dat er gelegenheid was om goed te gebruiken, daar de disch hier steeds overvloed van alles had, en men immers bij den bakker „te gast" was. Want dat het zoo'n dag niet bij een kopje thee bleef, zooals de meid het bescheiden aankondigde, spreekt van zelf. Daar zorgde Deelstra wel voor, die nooit nauw was, maar vooral niet tegenover zijn klanten, van wie hij het immers in zijn zaak hebben moest.
Eigenlijk werden er twee zulke visites gehouden; als het eenigszins kon, dag op dag. De eerste dag kwam dan de dorpselite, voorzoover die hiervoor in de termen viel, zooals eenige boerinnen met breed gouden oorijzers en zilveren beugeltasschen en zijden japonnen, en een paar rentenierkes, die het bedrijf aan kant hadden gedaan en de vrouw van den timmerman, die ook nog al van kom-af was, en de juffrouw van den meester. Den anderen dag waren het meer arbeidersvrouwen, zooals Doede Jantje, en Johannes Klaske, en dergelijke. In vroeger jaren was Syke ook altijd van deze partij geweest, maar sinds haar huishouding zulk een uitbreiding kreeg, tengevolge waar van het wel eens spande om in een geschikte jurk te verschijnen, had zij de vrouw gevraagd, haar maar te willen passeeren. „'t Was even goed gemeend, en als de vrouw er dan maar eens om denken wilde of er ook wat overschoot, dan was zij al dubbel en dwars tevreden".
Eerlijk gezegd, was dit de vrouw heel goed. Omdat Syke wel fleurig was op zoo'n theedrinkerij, vooral wanneer de likeurglaasjes gevuld werden, maar het óók wel eens gebeurde dat zij dan dingen ging zeggen die niet altijd door den beugel konden, of konden worden waar gemaakt.
Trouwens dat was een euvel, 't welk ook kleefde aan die eerste visite, waarbij dan de meer gegoede stand genoodigd werd. Een jaar of wat geleden werd mevrouw van den dominé ook altijd gevraagd, en de vorige mevrouw had de gewoonte deze uitnoodiging aan te nemen, maar mevrouw Randwijk had gemeend te moeten bedanken. Vooreerst, omdat zij niet veel van die fuifjes hield; dan omdat zij zoo slecht de Friesche taal verstond en de overige gasten zich toch het beste hierin konden uitdrukken, maar vooral omdat zij begreep den meesten genoodigden er geen ondienst mee te doen, door te berichten dat zij voor de vriendelijke uitnoodiging bedanken moest. En dat laatste was waar. Over het algemeen gevoelde men zich wat vrijer, wanneer de vrouw van den dominé d'r niet bij was; men moest zich onwillekeurig voor zulke grootelui wat meer in acht nemen, en zou ook niet graag willen dat dominé alles weer verteld werd wat zoo'n middag in dubbelen zin over de tong kwam. Dus ging 't zonder mevrouw van den dominé. Meesters juffrouw kon er wel op door, want die was ook maar een eenvoudige vrouw, en evenals de anderen, achter de koeien groot gebracht.
Wat vrouw Deelstra zelf betrof, zij had het ook niet erg met die gezelschappen op. 't Waren haar minste dagen in het geheele jaar, omdat dan vooraf het geheele huis als met bezemen moest worden gekeerd en alles tot in de puntjes moest schitteren en blinken, daar anders allicht op dit of dat aanmerking gemaakt kon worden, en het bij de genoodigden thuis zoo prima in orde was. Maar dan ook, omdat de gesprekken bij zulke gelegenheden haar zoo slecht bevielen. Gewoonlijk ging het dan over alles en nog wat. Meermalen had zij getracht eenige leiding hierbij te geven, niet 't minst om zóó bij elkaar te zijn dat er nog iets goeds van hangen bleef door over geestelijke dingen te spreken, maar meestal kwam hier niet veel van terecht.
(Wordt vervolgd).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 mei 1929

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

FEUILLETON.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 mei 1929

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's