'Hoe houden we de jongeren bij de kerk?' (5)
Met het oog op de jongeren
Intermezzo
Voordat ik het volgende antwoord op bovenstaande vraag formuleer, wil ik het volgende opmerken.
Het is u bij het lezen van de voorgaande artikelen misschien wel opgevallen, dat ik de vraag die ons in deze serie bezighoudt, in een heel breed kader plaats. Dat doe ik niet zó maar. Ik wil dit graag als volgt toelichten.
U weet dat er in verband met de prediking wel gesproken wordt over tekst en over context. Voor een preek wordt een bepaalde tekst gekozen. Die tekst mag niet los van de context, dat is het verband waarin de tekst staat, aan de orde worden gesteld. De context dient bij de exegese helemaal te worden betrokken en werpt dan ook vaak een helder licht op de tekst.
Welnu, de jongeren vormen in deze serie artikelen - bij wijze van spreken - de 'tekst'. En de 'context' is: het gezin, de gemeente en de wereld van vandaag. Deze 'context' is dat brede kader, waarbij vragen aan de orde komen die met name ook ouderen betreffen en vragen rond de bezinning in kerkeraden, de erkenning van het Schriftgezag, het gemeente-zijn, het functioneren van het ambt der gelovigen, de leefwereld van de jongeren, de taak van ouders, enz. Wij mogen deze 'tekst' niet lospellen uit en isoleren van zijn 'context', want dan krijgen we een vertekening van wat er met de 'tekst' aan de hand is. Helaas gebeurt dit maar al te veel in artikelen en discussies met het oog op jongeren en de problemen die bij hen gesignaleerd worden. We kunnen er niet om heen, dat problemen betreffende de 'tekst' alles te maken hebben met problemen betreffende de 'context'. Daarom is de opzet van deze serie artikelen zo gekozen, dat de 'context' ook duidelijk bij de 'exegese' van de 'tekst' betrokken wordt, om zo aan het licht te laten komen, dat deze 'context' in sterke mate bepalend is voor onze 'tekst'.
En dan nu het volgende antwoord op de vraag in de titel:
3. Door voor hen te bidden
Misschien is uw eerste reactie: maar dat is toch vanzelfsprekend! Zou er 'vanzelfsprekend' veel voor de jongeren worden gebeden? En wat houdt deze voorbede dan in? Zonder dat ik een verhandeling over het gebed wil geven, wil ik de volgende punten aanstippen:
a) Het gebed is het voornaamste stuk der dankbaarheid. Hoeveel tijd trekken wij er voor uit? Hoe bewust is ons bidden? Hoe staat het met de verhouding tussen de verschillende aspecten van het gebed (aanbidding en lofprijzing, dankzegging, schuldbelijdenis, voorbede, toewijding)? Hoe weten wij ons in onze gebeden bij de jongeren betrokken?
b) Er is een zeer nauw verband tussen ons bidden en het werk van de Heilige Geest. In Hand. 1 en 2 zien we bijv. dat de Heilige Geest via de gebeden van de discipelen Zijn weg kiest naar en in de gemeente.
c) Hierbij blijkt de eenheid in en de ontmoeting binnen de gemeente van centraal belang te zijn. We lezen in deze hoofdstukken van eendracht en volharding, van volharding in eendracht... van groei naar binnen en van groei naar buiten.
De Heilige Geest gebruikt de eenheid/de gemeenschap in de gemeente... Hij gebruikt het lichaam van de gemeente om in het leven van ons en onze kinderen Zijn werk te doen... om ons en onze kinderen te leiden in het concrete leven van elke dag en toe te rusten met de zalving van Christus.
d) Door te bidden belijden wij onze afhankelijkheid. Nergens zijn wij zo klein als in ons gebed. En nergens hebben wij meer te verwachten dan wanneer wij in ons bidden onze lege handen uitstrekken naar een veelbelovend God en wij in een gehoorzaam zien op Hem de wegen gaan die Hij ons wijst.
e) In ons bidden aanvaarden wij ook verantwoordelijkheden die wij dragen. Als wij bijv. in het 'Onze Vader' bidden 'Uw Naam worde geheiligd', dan spreken wij hiermee tegelijk uit, dat wij medeverantwoordelijk zijn voor het heihgen van de Naam. Dit kunnen wij op elke bede van het 'Onze Vader' toepassen.
Dit geldt ook onze voorbeden. Als wij voor iemand bidden, dan spreken wij uit dat wij een bepaalde verantwoordelijkheid voor die persoon dragen. Als ik de Heere bid voor mijn buurman die geen brood heeft, dan wil Hij mijn buurman voeden met mijn brood, als ik wél brood heb.
Concluderend: wij verstaan dat de Heilige Geest onze persoonlijke en gemeenschappelijke gebeden wil gebruiken in Zijn doorbrekend, levenwekkend en vernieuwend werk. Dit vraagt van ons een ootmoedig en afhankelijk leven en de bereidheid/de gezindheid om binnen de gemeente zó. open te zijn naar elkaar toe, dat wij ons voor elkaar - dus ook voor onze jongeren! - verantwoordelijk weten in het gezamenlijk gericht zijn op het verstaan en doen van de wil van God.
Hiermee heb ik de 'context' aangegeven waarbinnen ik de voorbede binnen de gemeente - en met name ook voor de jongeren - zie functioneren. In het kerkelijk leven leven wij vaak langs elkaar heen. Wij maken ons ook vaak van elkaar af. Dat kan natuurlijk niet. Dat kan helemaal niet, als wij voor elkaar bidden. Want in de voorbede aanvaarden wij een stuk verantwoordelijkheid voor elkaar.
Ik, wil dit nader illustreren. Ik doe dat aan de hand van de vraag: voor wie in de gemeente (ik beperk me tot de gemeente) doen we concreet voorbede?
a) Voor de predikant. We denken aan de bede om inspiratie, om vrijmoedigheid, om Gods zegen op pastoraat en prediking. Deze bede houdt tegelijk ook de bede in om open harten voor onszelf en voor anderen. En wij verbinden onszelf tot het bijwonen van de erediensten en het laten varen van mogelijke vooroordelen en een kritische instelling.
b) Voor de kerkeraad en gemeente. De bede om wijsheid en licht voor de kerkeraad en zegen op het ambtelijk werk. En om groei (naar binnen en naar buiten) van de gemeente, en om gemeenschap en eenheid in de gemeente. In deze bede verbinden wij onszelf om ons in te zetten voor de opbouw van de gemeente. Dus om heel concreet onszelf - met onze gaven en tijd - beschikbaar te stellen.
We raken hier de verantwoordelijkheid van kerkeraden. Zien zij ook hun verantwoordelijkheid in het zoeken en uitwerken van mogelijkheden, waardoor de voorbede in de praktijk van het gemeenteleven ook op een goede wijze kan functioneren?
c) Voor ouders. De bede om wijsheid en echtheid in de opvoeding, om een goede geestelijke relatie tussen ouders en kinderen. Wij denken hierbij ook aan de voorbede voor vaders en moeders die er alleen voor staan, en aan de voorbede met het oog op crisissituaties. In deze bede verbinden wij onszelf tot het zoeken van wijsheid en het betonen van echtheid in ons eigen leven en in de relaties die wij (met onze kinderen en/of met anderen) hebben, en (voorzover mogelijk) tot het meeleven met alleenstaande vaders en moeders en met ouders in hun ouderpijn, als zij op onze weg geplaatst zijn.
d) Voor de jongeren. We zouden nog tal van voorbeelden van mogelijke voorbeden kunnen noemen, met de daarmee samenhangende verantwoordelijkheden. We noemen nu alleen nog de voorbede voor de jongeren en denken hierbij aan de bede om het werk van de Heihge Geest in hun leven, om hun betrokkenheid bij Woord en gemeente, om kracht om de boze te weerstaan, om contact en begrip tussen jongeren en ouderen. We denken ook aan de voorbede voor de jongeren die het Woord losgelaten hebben en voor allen die onder de jongeren werken. In deze bede verbinden wij ons om ons voor jongeren op te stellen, om hen vast te houden, om begrip voor hen en hun vra gen op te brengen, om hun de liefde van Christus te betonen en om onszelf aan hen mee te delen.
Wat is het belangrijk, dat de jongeren zo ook in de gebeden van en in de gemeente 'gedragen' worden. Mag ik aan het eind van dit artikel uw voorbede voor hen vragen?
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 februari 1986
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 februari 1986
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's