ALS CHRISTUS WEDERKOMT.

Als straks door wijde luchten heen De troonwolk komt gevaren, Omstuwd door englenscharen, Dan zullen dooden, groot en klein. Daar de oordeelsdag gaat naken, Ontwaken.
’t Bazuingeschal weerklinkt alom. Elk graf, waar ook gedolven. Schoon zeeën 't overgolven. Hergeeft zijn dooden op Gods „kom !" Ontroerend uur van groot gewicht En gericht.
Verschenen is der dagen Dag, Vol opstandings-gewemel. Met vaart ter hel óf hemel. Verdwenen is der spotters lach. En die in eigen vroomheid blinken : Zij zinken.
Geen zelf-gesponnen deugdenkleed Kan 's Heeren oog behagen. Zoo min als 't altoos klagen Terwijl het hart geen schuld beleed. Blinkende schijn, klinkende klacht. Bij God veracht.
In Christus' bloed is schuts alléén ! Waar berg en heuvel falen En aardsche machten dralen, Doet 's Heilands gunst ten hemel treên. Daar zullen eens al de Zijnen Verschijnen.
Behoedt ons Heer' voor valschen schijn. Maak ons, gebonden slaven, vrij door Christus' bloed. Dan zullen wij In Hem gezaligd, zalig zijn ! Dan vat ons hart vol heimwee vlam; O, dat Hij kwam !

Den Haag, Mei 1935.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen