STAAT EN MAATSCHAPPIJ
HET CRISISKABINET.
Zooals wij de vorige week schreven, is de poging van dr. Colijn tot vorming van een parlementair Kabinet op breeden grondslag, niet geslaagd.
Wat de vorming betreft van een parlementair-Kabinet op smalle basis, een Kabinet dat uitsluitend rust op de drie rechtsche partijen, mag worden aangenomen, dat de Kabinetsformateur ook deze oplossing van de Kabinetscrisis zal hebben overwogen, doch dat hij voor het hachelijke van deze onderneming : eene verhouding in de Tweede Kamer van 52 voorstanders tegen 48 tegenstanders, zal zijn teruggedeinsd.
Eene meerderheid van vier stemmen scheen te gering, met het oog op den omvang van de te verrichten taak en de groote onzekerheid van de levensvatbaarheid van zulk een rechtsch Kabinet.
Hoe dit intusschen zij, dr. Colijn heeft de vorige week aan de Koningin medegedeeld, dat hij niet geslaagd was in het vormen van een parlementair Kabinet.
Na advies te hebben ingewonnen, heeft de Koningin daarna dr. Colijn een nieuwe opdracht verstrekt, thans tot vorming van een Crisis-Kabinet.
Een Crisis-Kabinet is een extra-parlementair Kabinet ad hoc, een Kabinet, dat zich alleen zal hebben bezig te houden met de crisis, en met alles wat daaraan vastzit.
Het is te verwachten, dat dr. Colijn thans in zijne opdracht zal slagen, zoodat binnenkort de Kabinetscrisis weer tot het verleden zal behooren.
Toch is het eene groote teleurstelling, dat de Kabinetsformateur in het vormen van een parlementair Kabinet niet geslaagd is.
Het moge juist zijn, wat hier en daar beweerd wordt, dat het niet slagen van het vormen van een parlementair Kabinet dit keer geen invloed uitoefent op de vraag, of een parlementair Kabinet ook nog in de toekomst mogelijk zal zijn, doch dit staat wel vast, dat het parlementaire stelsel door deze nieuwe mislukking niet versterkt is geworden.
Terecht merkte de Limburger Koerier dezer dagen naar aanleiding van de politieke moeilijkheden op : „Ook onze Tweede Kamer ziet de avondschemering van het parlementairisme in zijne nadagen over zich heenvallen. Partij versnippering en belangenstrijd onder democratische leuzen zijn, ook in ons land, bezig de groote partijen te verzwakken en het parlementaire stelsel ten grave te dragen".
Zoo is het! Het zal bovendien ook wel blijken, dat het regeeren met zoovele heterogene bestanddeelen als het Crisiskabinet in zich zal opnemen, nog niet zoo eenvoudig en gemakkelijk zal zijn.
Intusschen zijn wij op één punt goedsmoeds. De leiding zal zijn in handen van dr. Colijn. Dit geeft vertrouwen. Misschien krijgt het Crisis-kabinet nog wel een parlementairen grondslag, waardoor dan de kwade stee wordt weggenomen.
Moge Gods zegen op den arbeid van dr. Colijn rusten en zoeke het Kabinet haar kracht in het volbrengen van Zijn wil.
DE OPENBARE WEG.
Het wordt meer en meer gewoonte, om de openbare weg voor doeleinden te gebruiken, waarvoor hij niet bestemd is.
Communisten en Sociaal-Democraten en tegenwoordig ook Fascisten beschouwen de straat als particulier domein, waarover zij alleen de beschikking hebben.
Naast de demonstraties, die moeten dienen om vrees aan te jagen, wordt de openbare weg misbruikt om onderlinge geschillen uit te vechten.
Dat het bij deze vechtpartijen dikwijls spaansch kan toegaan, is weer onlangs gebleken bij de opstootjes en de relletjes te Enschedé en te Deventer.
De ordeverstoringen zijn meestal het gevolg van acties van Communisten en Socialisten eenerzijds en Fascisten anderzijds.
Van dit soort ongeregeldheden dragen de fascisten door hun uitdagend en uittartend optreden voor een groot gedeelte de schuld. Het moge juist zijn, dat de actie van de communisten en de socialisten tot reactie van den kant der fascisten leidt, doch de houding van deze laatsten is ook in niét geringe mate provoceerend.
In het bijzonder zijn het de uniformen der fascisten, die den tegenstander prikkelen. Het zwarte hemd werkt irriteerend.
In het buitenland blijkt het, tot welke groote moeilijkheden en ernstige gevolgen de opstootjes op den publieken weg op den duur kunnen leiden.
In Duitschland, Oostenrijk en Denemarken zijn de moordpartijen aan de orde van den dag.
Stormafdeelingen, fronten, partijweerbaarheidskorpsen of hoe men deze verweerinstellingen wil noemen, veroorzaken den burgerkrijg.
Daarom keert zich het eene land na het andere tegen het dragen van partij-uniformen.
Eerst kwam Denemarken, daarna Oostenrijk.
In beide landen is een uniform-verbod uitgevaardigd geworden, voor zoover daardoor een politieke overtuiging tot uiting wordt gebracht. Ook hier te lande zal het tot een dergelijk verbod moeten komen.
De openbare weg moet gezuiverd worden van alle dingen, die de veiligheid in gevaar kunnen brengen.
De straat toehoort niet aan de knokploegen. Zij is uitsluitend bestemd voor het rustig en veilig verkeer.
En dit moet zoo blijven.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 mei 1933
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 mei 1933
De Waarheidsvriend | 4 Pagina's