De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Globaal bekeken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Globaal bekeken

5 minuten leestijd

In een historische studie over het Noordhollandse dorp 'Graft in de zeventiende eeuw' van de hand van prof. dr. Th. van Deursen (Een dorp in de polder, uitgave Bert Bakker, Amsterdam) lezen we het volgende over enkele vonnissen:

'De Rijper schoenmaker Heyndrick Aelbertsz., die een spotrefrein schreef op wat hij de Geneefse inquisitie noemde, moest voor die aanklacht tegen gereformeerde vervolgzucht zijn voorbeelden ontlenen aan Friese en Groningse plakkaten. In het toleranter Noord-Holland kwam hij er af met een boete van 25 Kennemer ponden, niet zozeer omdat hij de kerk gelasterd had, als wel omdat zijn verdachtmakingen zich hadden uitgestrekt tot de Staten van Holland.
Een werkelijk streng vonnis wegens verachting van de religie is in die zeventiende eeuw op het Schermereiland slechts eenmaal geveld. Het trof de tweeënveertigjarige Jop Jansz., afkomstig uit Schermerhorn en woonachtig te Graft. De man was dus al lang tot de jaren des onderscheids gekomen, maar desondanks had hij samen met enkele vrienden een spelletje gedaan. In het huis van Claas Sloten aan het Noordeinde hadden ze kerkje gespeeld. Jop was de dominee geweest en had zijn rol vervuld met grote kennis van zaken. Hij had het eerste vers van psalm 100 laten zingen, en vervolgens gepreekt over Jacobus 4 : 11, "na sijn goet duncken recommanderende de armen". Tarnis Jansz. was toen met de collectezak rondgegaan. De dienst werd besloten met de doop van vier houten poppen. Daarna begaven de spelers zich samen naar de kroeg om de opbrengst van de collecte in drank om te zetten.
De moderne mens zal de afstand in tijd tot de zeventiende-eeuwse Grafters zelden zo sterk voelen als bij het lezen van dit vonnis. Aanstoot geven aan de vromen is immers juist een standaardmotief in de hedendaagse cultuur, en al zou men menen dat de goede smaak in dit geval flink te kort kwam, wat is het meer geweest dan een breed uitgesponnen kinderachtige grap? We zijn daarom totaal niet voorbereid op de conclusie waarmee het vonnis besluit: Jop Jansz. wordt veroordeeld tot zes jaar verbanning. Het lijkt een buitensporige straf, ook in vergelijking met de 25 Kennemer ponden die de Rijper schoenmaker betalen moest voor zijn spotrefrein. Zijn de twee spotters niet met twee maten gemeten?
Het verschil schuilt dunkt mij in de aard van de bestrijding. Als schoenmaker Heyndrick Aelbertsz. de calvinisten inquisitiepraktijken verwijt, herhaalt hij een beschuldiging die in de polemiek van de tijd dikwijls wordt uitgesproken. Dat kon een rechtbank van Hollandse regenten hem niet verbieden. Er waren genoeg rechters die het zelf zo zeiden. Als hij niet de Staten van Holland mede aansprakelijk had gesteld, dan zou hem vermoedelijk niets in de weg gelegd zijn. Jop Jansz. echter heeft iets anders gedaan. Hij stelde de gereformeerde kerk niet op enig concreet punt in gebreke. Hij maakte de hele eredienst belachelijk, in prediking, gemeentezang, sacramentsbediening en oefening van barmhartigheid. Hier was niet langer sprake van min of meer zakelijke bestrijding, doch enkel van bespotting. Jop Jansz. nam geen stelling tegen een bepaald godsdienstig gevoelen. Hij had de godsdienst als zodanig belachelijk gemaakt en aldus een grens overschreden die de Rijper schoenmaker had geëerbiedigd.


Hier volgen enkele 'woorden van zegen, troost of geborgenheid' uit gelijknamige boekjes van Peter Hahn (uitgave Callenbach, Nijkerk):

• Alleen een vaste overtuiging geeft echte geborgenheid.
De zekerheid van de eeuwigheid geeft zekerheid tijdens het leven.

Dat is geen wereldvreemdheid.
Wie uit de rust van de eeuwigheid leeft,
is toegerust voor het leven van alledag.

Wie zeker is van zijn toekomst,
kan in het heden leven.
In geborgenheid.

• Omdat Jezus Christus de vrede is, laat Hij onrustige harten tot rust komen. Niet de stilte als van het graf, maar de rust van de laatste geborgenheid. Geen geruststelling, maar bescherming in Gods hand.

• Mijn tijd ligt in Gods hand. Wie de eeuwigheid heeft, heeft ook tijd. Met God winnen we alles; zonder God gaat alles verloren – ook de zegen van de tijd.

Geen tijd hebben is de geloofsbelijdenis van het moderne heidendom. Het is het verlies van de eeuwigheid, dat ons er toe aanzet in dit leven vooral niets te verzuimen.

Wie de tijd doodt, verdoet het leven.


In een kerkblad trof ik een gedicht van Willem de Merode, getiteld 'De Godsman', dat geplaatst werd met het oog op diegenen, die vandaag zich inzetten voor mensen in de marge van de samenleving.

Met dat hij hen genas, maar leerde duiden
Het euvel waarmee God hun vleesch bezocht,
Dat zijn gebed hun opstand overmocht.
En 's Heeren vreê hun bange ziel vervulde;

Dat zij na slapeloozen nacht, den dag
Doorstroomd van zaligheid en zachtheid dragen,
Dat de bezoekers slechts zichzelf beklagen
En van hen zeggen: zij zijn Gods geslacht,

De boeven en de schobbers en de kranken,
Het uitschot van de stad dat vloekt en kermt,
Over wie Christus zich alleen ontfermt,
De hongerige slapers op de banken,
De stervenden in vodden en In stanken,
De heilige drom die onze deugd omzwermt.

v. d. G.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 december 1994

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Globaal bekeken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 december 1994

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's