Het werelddiaconaat in de eredienst
DIACONAAT OVER GRENZEN [2]
Ontmoeting
De kerkdienst is een ontmoetingsgebeuren. We komen als gemeente voor Gods aangezicht in het vertrouwen dat Hij zich tot ons wendt. In dit samenkomen van de gemeente op de zondag is er dus sprake van een heen en weer gaande beweging. In die beweging is de Heere, de God van het verbond, de Eerste. Hij roept ons tot Zich. Hij is het Die ons zijn vriendschap biedt. Hij dient ons met zijn heil. Rondom Woord en sacrament vindt de dienst van de verzoening plaats (2 Kor. 5 : 18v). Het heil in de gekruisigde en opgestane Christus wordt ons aangezegd en verkondigd, opdat we in de weg van het geloof ingaan op wat de Heere ons belooft en aannemen wat Hij ons schenkt.
Daarmee ben ik bij het tweede aspect van die ontmoeting: het antwoord van de gemeente die in Christus' naam bijeengekomen is. Dat antwoord bestaat niet alleen uit de activiteit van het horen. De gemeente mag ook spreken tot God in smeekbede, lofprijzing, voorbede, lied, belijdenis en in het geven van de gaven.
Liturgie en leven
Nu is het eigen aan een gereformeerde visie op de kerkdienst om de samenkomst op de zondag ingebed te zien in het hele leven van de christen. Er is een verbinding tussen de liturgie van de zondagse eredienst en de 'redelijke godsdienst' (Rom. 12 : 1) in het leven van elke dag, de liturgie op straat in dienstbetoon en levensheiliging. Het is juist met het oog op ons onderwerp - werelddiaconaat en kerkdienst - van belang die verbinding vast te houden. De samenkomende gemeente staat in de werkelijkheid van deze wereld. Een kerkdienst is geen eiland waar we ons terugtrekken ver van het gewoel van de wereld. De gemeente komt samen als deel van de wereld, als een door de Heere geroepen gemeenschap die weet heeft van de noden en vragen van de tijd. Daarom is de kerkdienst op zich dienst aan God en de naaste, dicht bij en ver weg.
Omgekeerd belijden we in de kerkdienst dat de Heere God de koning is van de ganse aarde, dat alles Hem moet eren. We getuigen van de hoop en de verwachting voor de volken der aarde.
Diaconaat
Het laat zich vanuit deze grondbeseffen verstaan dat het diaconaat een plek heeft in de kerkdienst. Dat wordt zichtbaar in de ambtelijke vertegenwoordiging van de diaken in de eredienst. Het is de grote betekenis van de Hervorming, met name van Calvijn, dat de dubbele functie van de diaken - liturgisch en sociaal - door haar in ere hersteld is. Elders heb ik er op gewezen hoe dat vooral vanuit het avondmaal gestalte krijgt. Vanuit de tafel des Heeren mag de diaken de gemeente voorgaan in dienstbetoon jegens de broeders en zusters en allen die in nood verkeren.
Ik wil nu binnen het hierboven aangegeven kader de plek van het werelddiaconaat in de kerkdienst schetsen. We kunnen daarvoor in de leer gaan bij Paulus. In 2 Korinthiërs 8 en 9 spreekt de apostel over de collecte die de gemeenten uit de volken moesten houden ten gunste van de armen van Jeruzalem als een teken van verbondenheid en wederkerigheid. Vanuit Jeruzalem is het evangelie van de Messias Jezus naar de volken gegaan. Omgekeerd mogen de christenen uit de volken hun gaven geven voor de stad van God en daarin de profetie van de volkenpelgrimage vervullen. We mogen aannemen dat de brieven gelezen werden in de samenkomsten van de gemeente. De Schrift zelf gaat ons er dus in voor om de diaconale opdracht een plek te geven in de liturgie.
De preek
In een gereformeerde eredienst neemt de preek een centrale plaats in. We leggen de Schrift uit met het oog op de situatie van de hoorders. We verkondigen Jezus Christus als de enige troost in leven en sterven voor verloren mensen. Maar we mogen daarbij de thematiek niet versmallen. Jezus Christus is de Heere der wereld. Door Hem zijn alle dingen geschapen. Gereformeerde prediking heeft oog voor de diepte maar ook voor de breedte van het heilswerk van God. Werelddiaconale thema's hebben in de context van Gods scheppend en herscheppend handelen dan ook een legitieme plaats. Want de aarde, de volken zijn des Heeren! Daarbij maak ik de volgende kanttekeningen. Men hoede zich ervoor de preek te gebruiken als een verkapte vorm van collecteaankondiging. Prediking op de zondag van het werelddiaconaat is bediening van de verzoening, evangelieprediking. Stellen we het werelddiaconaat aan de orde dan moeten we niet vervallen in de valkuil van het moralisme. Ook hier is de apostel onze gids. 'Want gij weet de genade van onze Heere Jezus Christus' schrijft hij, 'dat Hij om uwentwil arm geworden is, daar Hij rijk was, opdat gij door zijn armoede rijk zoudt worden' (2 Kor. 8 : 9). De aanbeveling van de collecte wordt verbonden met het hart van het heilsgebeuren.
Dat behoeft geenszins in mindering te komen op de concreetheid van de thematiek. De dingen zoals vluchtelingenzorg, honger, armoede, racisme etc. mogen en moeten bij de naam genoemd worden. Maar altijd vanuit de heilswerkelijkheid van het Woord. Het is mijn ervaring dat hoe dichter we blijven bij de Schrift zelf en de grondwoorden spellen, hoe meer de actualiteit oplicht.
Ik denk bijvoorbeeld aan de psalmen die spreken over recht en onrecht. Juist in de psalmen is een grote aandacht voor het koningschap van de Heere God, de gerechtigheid jegens wie onderliggen. Diaconaat op mondiaal niveau is een zaak van barmhartigheid en gerechtigheid. De Koning der aarde is de God die het recht der verdrukten laat gelden. Zo valt in de prediking het licht van het evangelie en van Gods goede geboden over de werkelijkheid van een geteisterde schepping, een chaotische en vaak verbijsterende wereld. Houden we dat in het oog dan is er ook ruimte gevoelens van moedeloosheid en verlegenheid te verwoorden. Immers de nood waarmee we geconfronteerd worden is zo groot, dat je er makkelijk onder verpletterd wordt. Maar in de Schrift heeft het lijden aan de wereldnood als keerzijde de hoop op Gods verlossend handelen (Rom. 8 : 18vv).
Gebeden
Ik wijs vervolgens op de dienst van de gebeden. In de eredienst een uiterst belangrijk onderdeel, dat voor een voorganger niet minder dan een preek meditatie en voorbereiding vraagt. In de dienst van de gebeden richt de voorganger zich namens de gemeente tot God. Juist op de zondag waarop het thema van het werelddiaconaat aan de orde is luistert het nauw. De gemeente in het rijke Westen wordt immers geconfronteerd met de nood van de wereld, de schrille tegenstellingen tussen rijk en arm, ons consumptiepatroon. Dat kan gevoelens van schuld oproepen en tegelijk het verlammende gevoel dat we onmachtig zijn verandering aan te brengen. In een gebed van verootmoediging en ontferming mogen deze gevoelens worden verwoord voor het aangezicht van die God, die ons tevoren gegroet heeft met zijn genade en vrede. De belijdenis van schuld en tekort is geen doem, maar een weg tot bevrijding.
Onze diaconale dienst geschiedt in de gebrokenheid. Het is alles ten dele. Juist de erkenning van dat feit voor Gods aangezicht kan bewaren voor moedeloosheid en berusting beide. Want God is de God die zijn Rijk doet komen.
In de voorbeden, van ouds verbonden met het avondmaal, de maaltijd van de gemeenschap mogen we uitdrukking geven aan de verbondenheid met wie onderliggen. Als één lid lijdt, lijden alle leden. Gewaakt moet worden voor een opstapeling van situaties. Het thema van de desbetreffende zondag en het collectedoel zijn richtinggevend. Laten we in ons gebed voor de nood der wereld ook hulpverleners, diaconale werkers en vooral ook overheden, politici en economen betrekken.
Gaven delen
De voorbede in de kerkdienst zal vrucht moeten zijn van het beraad over de diaconale roeping. Zij kan daarom nooit vrijblijvend zijn of een alibifunctie vervullen. Daarom dienen we de verbondenheid met de inzameling van de gaven te onderstrepen. Helaas zijn er onder ons nog tal van gemeenten die de collecte plaatsen tussen schriftlezing en prediking. Ik noem dit een liturgisch monstrum. Niet alleen wordt op die manier de eenheid van lezing en prediking verbroken, maar bovendien ontneemt men zich de mogelijkheid de dienst van de gaven en de gebeden als antwoord te accentueren. Wat de aankondiging betreft, laat die liefst zo concreet mogelijk gebeuren. Laat een diaken of een diaconale werkgroep iets vertellen over het collectedoel. Het is dan wel zaak dat dat goed voorbereid wordt. Soms zal het mogelijk zijn vanuit een gemeentecontact met de kerk in Oost-Europa of de Derde Wereld iets van wederkerigheid in te brengen in de vorm van een brief, een groet, een handtekeningenactie of het verslag van een bezoek. Een waakzame en creatieve diaconie of diaconale werkgroep zal stellig de wegen vinden om op die wijze de zaak van het werelddiaconaat zakelijk en bewogen aan de orde te stellen. Een oud woord voor de kerkdienst is godsdienstoefening. Het is goed beschouwd een prachtig woord. We oefenen ons in het gemeente-zijn, gericht op de wereld en haar noden. We mogen dat doen op de toonhoogte van het evangelie en in de wijde horizon van het gekomen en komende Koninkrijk van God.
A. NOORDEGRAAF, EDE
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 januari 2001
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 januari 2001
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's