De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Eén woord voor het éne Woord

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Eén woord voor het éne Woord

Studie H. v. d. Belt over geloofwaardigheid Bijbel

7 minuten leestijd

Op woensdag 4 oktober jl. promoveerde H. van den Belt aan de Universiteit Leiden tot doctor in de theologie (dogmatiek). Het onderwerp waarop hij promoveerde, is de meeste lezers van De Waarheidsvriend stellig zeer vertrouwd. Het boek gaat namelijk over de geloofwaardigheid van de Bijbel. Een belangrijk onderwerp waarover reeds veel is nagedacht.

Het proefschrift laat zien dat dr. Van den Belt, hervormd predikant te Nijkerk, in staat is dit belangrijke onderwerp breed en boeiend te belichten. Hij doet dit vanuit discussies in de reformatorische traditie. Hij laat de lezers (aangenomen dat ze Engels kunnen lezen) intensief meelezen in de geschriften van Calvijn en diverse latere reformatorische theologen en ook in die van de latere theologen Benjamin Warfield en Herman Bavinck. Een echte dogma-historische studie dus, waardoor de lezer beter zicht krijgt op de diverse standpunten en de nuanceringen daarbinnen met betrekking tot een moeilijk onderwerp.
Hoe immers kunnen we de geloofwaardigheid van de Bijbel beschrijven? Is de Schrift gezaghebbend, omdat de kerk het zegt (Rome)? Of voorzover het Woord ons als gelovigen iets zegt (subjectivisme)? En wordt die geloofwaardigheid onderbouwd met argumenten en bewijzen of is het de Heilige Geest die ons innerlijk overtuigt? Na de Grote Reformatie werden deze vragen klemmend. Men had zich losgemaakt van het gezag van de kerk. Opeens bleef men achter met ‘alleen de Bijbel’. Een sterk wapen tegen allerlei scheefgroei in de kerk, maar ook een eenzaam wapen zonder het overkoepelende dak van het kerkelijk leergezag. Dat men de Bijbel niet op gezag van de kerk voor geloofwaardig houdt, was gemakkelijk gezegd. Maar wat is dan voortaan wél de reden om de Bijbel als kompas aan te houden?

In één woord te zeggen?
Calvijn heeft veel geschreven over de betekenis van de Heilige Schriften en hij heeft ook veel nagedacht over het onderwerp van de geloofwaardigheid. In de 1559-editie van zijn Institutie gebruikt hij terloops ook een Griekse term om zijn bedoeling duidelijk te maken.
Hij zegt dat de Bijbel autopistos is. Dit Griekse woord betekent zoiets als ‘geloofwaardig vanuit zichzelf ’. Wanneer je suiker proeft, bewijst de smaak vanzelf dat het suiker is en geen zout. Zo bewijst de Bijbel zichzelf wel aan de gebruikers als ‘goddelijk en majesteitelijk’. De Bijbel zorgt dus zelf voor zijn geloofwaardigheid! Later heeft men dit incidentele woordgebruik van Calvijn meer dan eens geciteerd en het werd daardoor enigszins een standaardterm, ook al is het dat (nog) niet bij Calvijn zelf. Het feit dat de Bijbel zijn eigen geloofwaardigheid bewijst, werd na Calvijn wel steeds vaker kortweg aangeduid als ‘de autopistie van de Bijbel’.
Dit éne woord is nu de kern van het proefschrift van Van den Belt geworden. Hij vertelt zelf dat zijn gemeenteleden zich ooit met verbazing afvroegen hoe je over één woord een heel boek kunt schrijven. Het verwonderde de schrijver zelf ook, maar hij verklaart toch dat dit woord hem steeds meer fascineerde. Nu is dat mijns inziens niet zozeer aan dit woord te danken als wel aan het feit dat de schrijver altijd al geïnteresseerd was in de verhouding tussen objectieve waarheid en subjectieve zekerheid. Een studie over dit onderwerp als geheel bleek te veelomvattend te worden. Het was noodzakelijk om een begrenzing aan te brengen. Deze werd gevonden in de concentratie op het woordautopistie. Het proefschrift is echter (gelukkig maar) niet wérkelijk alleen maar een boek over dit éne woord geworden. Van den Belt is in feite trouw gebleven aan zijn bredere onderwerp (‘waarheid en zekerheid’) maar hij probeert dit onderwerp nu te ‘overmeesteren’ met behulp van één enkel woord.

Bergbeklimmer
Het is bij dit proefschrift als met een bergbeklimmer die geen andere kans ziet om het bergmassief te beklimmen dan door gebruik te maken van een klimtouw. Dit beperkt hem behoorlijk, maar wanneer hij eindelijk boven is gekomen, kan hij het klimtouw oprollen en van het uitzicht genieten. Iets dergelijks voltrekt zich gelukkig ook in dit boek. Wanneer Van den Belt aan het einde is gekomen, rolt ook hij het klimtouw van het éne woord autopistie op en kijkt om zich heen naar het veel wijdere uitzicht.
De auteur besluit zijn studie met een hartverwarmende alinea waarin we (vertaald uit het Engels) lezen: ‘Als filosofische noodzaak is de autopistie de Achilleshiel van de gereformeerde theologie, maar als belijdenis van geloof is het er de hoeksteen van, want de zwakheid van de Schrift is zijn kracht. Een gereformeerd christen kan slechts

N.a.v. H. van den Belt:
Autopistia: The Self- Convincing Authority of Scripture in Reformed Theology. Dissertatie Universiteit Leiden 2006.

één antwoord geven op de vraag waarom hij de Bijbel gelooft: Omdat de Heilige Geest hem overtuigt dat hij in de Schrift de levende stem van God hoort en daarom daarin rust vindt.’ (p.344)
In feite zegt Van den Belt hier drie dingen.
1. Eigenlijk is de term autopistie ongeschikt voor het beoogde doel.
2. De belijdenissen hebben zonder die term de zaak goed verwoord.
3. Het is een abstractie om de complexe werkelijkheid van God die mensen terugwint te willen ophangen aan één typering van de Bijbel.
De behendige manier waarop Van den Belt heeft voorkomen dat zijn proefschrift een korte en saaie analyse werd van één term, heeft echter ook een nadeel. Hij kijkt, hangend aan het touw van deze term, enerzijds ver om zich heen en ziet dat de bergwand wijder is dan het touw, maar anderzijds mist hij het zicht op andere berghellingen.

Het wijdere uitzicht
Concreet gezegd: bij het overtuigende werk van de Heilige Geest kunnen we ons niet abstract beperken tot de Schriften, maar we moeten ook zien hoe vaders en moeders gebruikt worden en heel de rij van voorgaande heiligen en profeten. De kerken van de Reformatie liepen het gevaar dat zij de Bijbel niet alleen losmaakten van de ketting van de paus, maar haar ook meenamen naar het vrije veld, ver van de heilige, algemene, christelijke kerk der eeuwen. Zouden we de Heilige Schriften die ons wijs kunnen maken en die we vaak van kindsbeen af voorgeleefd krijgen, meer beschouwen binnen die totale context van Gods werk in de geslachten, dan zou een verenging tot de term autopistie nog minder toereikend worden dan zij in feite ook volgens Van den Belt al is.
Het zou ook nuttig zijn geweest om bij de bespreking van de term autopistie als zodanig ook na te gaan in hoeverre de zekerheid over de Schrift binnen de kring van de gelovigen op een andere manier bewaard blijft dan dat zij buiten die kring verworven wordt. Misschien dat, om één punt te noemen, argumentatie in de éne richting niets uitwerkt en in de ándere richting juist wel belangrijk is. Kortom: niet alleen het onderwerp is complex, de werkelijkheid van de mensen die met dit onderwerp hebben te maken, is ook niet uniform. En het gaat toch om subjectieve zekerheid!
We zien daarom met belangstelling uit naar verdere publicaties van de jonge doctor, waarin hij zich wat vrijer zal kunnen bewegen dan in dit meesterstuk. Hij heeft reeds bewezen dat hij het aangesneden onderwerp verder overziet dan de éne term autopistie op zichzelf mogelijk maakte. Hij zal dan bij een volgend boek ook aan zijn gemeenteleden kunnen vertellen dat zijn boeken nu niet meer gaan over één woord voor het éne Woord. Vervolgstudies kunnen in de toekomst breeduit gewijd zijn aan de heilige profeten en apostelen achter de Schriften en aan het éne Woord van deze voorgangers dat vandaag door vele heiligen wordt aangereikt aan nogal uiteenlopende mensen. Het is tenslotte niet toevallig dat de apostolische geloofsbelijdenis geen apart artikel kent over de Heilige Schrift. De Twaalf artikelen spreken over de Heilige Geest en over de gemeenschap der heiligen. Daarheen verwijst ons ook de Bijbel zelf.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 november 2006

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Eén woord voor het éne Woord

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 november 2006

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's