De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Een ongelukkige beslissing

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een ongelukkige beslissing

Sectie werelddiakonaat onder de G.D.R.

6 minuten leestijd

Het is al weer enige tijd geleden dat er in De Waarheidsvriend een artikel van mijn hand stond over het werelddiakonaat, waarin de achtergronden en tendenzen in het huidige werelddiakonaat onder de loep werden genomen en de conclusie werd uitgesproken dat het zo langzamerhand niet verantwoord meer is om aan de februari collecte voor het werelddiakonaat als Hervormd Gereformeerde gemeenten mee te doen. Steeds meer is het werelddiakonaat in de politieke sfeer terecht gekomen, hetgeen onder andere in het geheel van de Kerken een spits kreeg in de steun die geboden wordt — moreel of financieel — aan vrijheidsbewegingen in Zuid-Afrika en dergelijke.

Nu is het zo dat in de Hervormde Kerk het werk voor het werelddiakonaat was toevertrouwd aan een aparte sectie Werelddiakonaat, die zelfstandig op dit terrein werkte. De naam van mej. Kohlbrügge — een kleindochter van dr. H. F. Kohlbrügge — was in deze sectie een begrip en ik meen te mogen stellen dat het niet in het minst door haar inbreng was dat deze sectie ook in Hervormd Gereformeerde gemeenten in de loop van de jaren vertrouwen heeft gehad. Anderzijds was het niet mogelijk deze sectie geïsoleerd te zien. Ze stond duidelijk in het hele kader van de ontwikkelingen op het terrein van het werelddiakonaat. Vandaar ons advies van om alle bijeengebrachte gelden voor het werk van barmhartigheid overzee via de zending te laten lopen, waarbij we met nadruk hebben geattendeerd op de G.Z.B. Zo is het ook in vele gemeenten gebeurd, terwijl in andere gemeenten bij de sectie werelddiakonaat bepaalde projecten werden aangevraagd, waar men ten volle achter zou kunnen staan. In dit opzicht waren er vanuit verschillende gemeenten contacten met mej. Kohlbrügge en werd bij voorbeeld gecollecteerd voor een project achter het ijzeren gordijn of in Vietnam e.d.

Er heeft zich echter een ontwikkeling voorgedaan die zeer te denken geeft. In de synode is met 38 tegen 22 stemmen besloten de sectie werelddiakonaat onder te brengen bij de Generale Diakonale Raad, zeer tegen de wil van de Sectie Werelddiakonaat in. Dat zal derhalve betekenen dat het beleid inzake het werelddiakonaat geheel in handen komt te liggen van de Generale Diakonale Raad en dat de Sectie Werelddiakonaat alleen over de verdeling van de gelden zal mogen beslissen, gegeven het beleid dat door ds. Alons CS. van de G.D.R. wordt bepaald. En wat die verdeling van de gelden betreft: eerst zal een gedeelte van de binnengekomen gelden door de sectie moeten worden afgedragen als subsidie aan andere organen, b.v. de Stichting Oecumenische Hulp aan Kerken en Vluchtelingen en dergelijke. In dat en dergelijke — zoals het officieel is geformuleerd — ligt bovendien nog een ruime marge voor onbepaalde afdracht van de gelden aan andere instanties.

Deze beslissing is door de synode genomen zeer tegen de wil van de sectie werelddiakonaat in, bovendien ook zonder dat de sectie hierin gehoord is. Over u, zonder u, heet dat! Het is onvoorstelbaar dat in de kerk op deze wijze met mensen gemanipuleerd wordt en hen beslissingen worden opgelegd, waarop ze zelf geen invloed hebben kunnen uitoefenen, terwijl de G.D.R. dit wel kon door er op de synodevergadering over te mogen spreken. Hopelijk heeft dit element ook meegespeeld bij de bespreking in de commissie voor bezwaren en geschillen. De hele sectie heeft intussen aangekondigd — met het bureaupersoneel — te zullen aftreden als dit werkelijkheid wordt. Er is nog een mogelijkheid dat het niet doorgaat, namelijk als de commissie van bezwaren en geschillen, die zich nu met de zaak bezig houdt (de commissie is 7 maart bijeen geweest) anders zou besluiten.

Een kwalijke kant aan deze zaak is nog dat in deze hele kwestie de Raad voor de Zending (Oegstgeest) wel is gehoord en de G.Z.B. niet. En dan te bedenken dat de G.Z.B, inzake het totaal van de zendingsgelden die uit de Hervormde gemeenten komen een derde deel ontvangt. Dan mocht de G.Z.B, toch wel als gesprekspartner gehoord zijn om zo ook de stem van een aanzienlijk deel van de kerk te mogen vernemen. Dat dit niet is gebeurd is een nalatigheid van de eerste orde.

Consequentie

De gang van zaken, zoals ik die in het kort heb geschetst, heeft nu onvermijde­ lijk consequenties voor het beleid. Er was inzake het beleid al jarenlang een sterke tegenstelling tussen de Generale Diakonale Raad en de Sectie Werelddiakonaat. De Generale Diakonale Raad heeft zich, in tegenstelling tot de Sectie Werelddiakonaat, gesteld achter de Wereldraad van Kerken inzake de steun aan bevrijdingsbewegingen. Daarover heeft namelijk de Sectie Werelddiakonaat aan de synode in afwijzende zin geadviseerd, terwijl de G.D.R. de synode verzocht instemming te betuigen met dit initiatief van de wereldraad. In een brief van november 1.1., die door de G.D.R. aan alle diakonieën werd verzonden, is bovendien één en ander nog eens vastgelegd. Wie het beleid van de G.D.R. inzake deze kwestie wil weten kan in deze brief terecht. Aan de diakonieën werd gevraagd om behalve voor het werelddiakonaat, de zending . en de ontwikkelingssamenwer-, king ook nog eens een collecte te houden voor de zogenaamde bevrijdingsbewegingen. Het zal dan ook duidelijk zijn dat, als de Sectie Werelddiakonaat definitief in de G.D.R. zal zijn ondergebracht, dit een beleid tot gevolg zal hebben waarachter wij onmogelijk kunnen staan.

We menen trouwens dat werelddiakonaat een zaak van de zending is. Wanneer de sectie werelddiakonaat ergens bij onder gebracht had moeten worden dan onder de zending en niet onder de G.D.R. Ik zeg niet dat een integratie bij de huidige Raad van de Zending practisch tot een beter resultaat zou leiden maar principieel is dat wél de geboden opzet. Werelddiakonaat mag niet los staan van de zending. Dat de tendens van loskoppeling van het zendingswerk er steeds meer is gekomen is een bedenkelijke zaak. Te vrezen is dat de koers naar een koppeling aan politieke stromingen steeds duidelijker zich zal aftekenen, ten koste van het zicht op het verband met de evangelieverkondiging overzee. Het is dan ook nodig dat de gemeenten zich rekenschap geven van de ingrijpende consequenties, die de integratie van de Sectie Werelddiakonaat in de G.D.R. tengevolge zal hebben. We menen in de huidige situatie met des te meer klem te moeten zeggen: het geld voor het internationale werk van barmhartigheid moet lopen via de zending, met name via de G.Z.B.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 maart 1972

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Een ongelukkige beslissing

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 maart 1972

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's