Dagelijks!
'Ze waren volhardend ... en hadden genade bij het ganse volk'. 'De Heere deed dagelijks toe tot de gemeente'. [Handelingen 2 : 42 en 47]
De tijd waarin we leven, is in velerlei opzicht benard. De politieke problemen op het wereldtoneel lijken onoplosbaar. In de kerk scheurt de hervormd-gereformeerde beweging uiteen. Op persoonlijk vlak heeft iedere gelovige, jong of oud, de strijd te voeren om niet meegezogen te worden in de hedendaagse genotscultuur, los van God.
Over de kerk, het lichaam van de Heere Jezus Christus, ligt een sluier van matheid, ook al worden er her en der grote woorden gesproken. Verdriet en pijn overschaduwen het kerkelijke leven tussen vereniging enerzijds en afbraak anderzijds.
Zo kort na de viering van het pinksterfeest stelt dat ons voor vele vragen. Waar is de werking van de Heilige Geest? Hij doet toch gelovigen één zijn in Jezus Christus, de opgestane Heere? Werkt de Heilige Geest niet meer zo krachtig als toen op en na het Jeruzalemse pinksterfeest? De Heilige Geest is toch niet veranderd? Hij werkt toch niet anders of minder krachtig dan toen? Dat past toch niet bij de 'Kracht van omhoog'?
Lukas schetst ons in Handelingen 2 hoe de Heilige Geest Zijn werk verricht in Christus' gemeente. Opvallend is hoe het daarbij gaat om relaties. Die komen tot stand, en blijven ook. In vers 42 blijkt er een sterke band te zijn met de apostelen. Wat zij aan de gemeente leren, heeft voor allen het hoogste gezag. De kerk van die dagen heeft een diep verlangen om gehoorzaam te zijn aan alles wat de Heere heeft geleerd, en wat zij van de apostelen horen.
Door die gemeenschappelijke gerichtheid voelen ze ook een heel sterke band met elkaar. Een band van liefde. Ze leven allen uit dezelfde Bron, Jezus Christus. Het kan niet anders of de gewekte liefde tot Jezus doet de ogen opengaan voor elkaar. Ze steken de handen uit naar elkaar en trekken met elkaar op. Ze helpen waar iemand dat nodig heeft. 'Een kerk die vervuld is van de Heilige Geest, is een liefhebbende, zorgende en delende kerk' (John-Stott).
Die band is er bovenal met God. Hij ziet naar hen om. Hij vond hen in hun zonde en verzet. Hij heeft hen overwonnen, en schenkt hun telkens bevrijding. Daarom wordt Hij aangebeden en verheerlijkt door heel de Kerk. Lofprijzing en aanbidding kenmerken de kerk die door de Geest van God wordt geleid.
Heel opmerkelijk is dat de Geest ook zorgt voor een band met de wereld. De gemeente is gericht op de samenleving waarbinnen zij verkeert. Vlakbij, in Jeruzalem en Judéa, maar ook de samenleving die zich uitstrekt tot aan de einden der aarde. Dat leert Lukas ons hier. Het lijkt in vers 42 alsof de gemeente alleen met zichzelf bezig is: ze volharden in de apostolische leer, de onderlinge gemeenschap, de viering van het Avondmaal, en dat alles biddend.
Maar dan zien we vers 47 over het hoofd. Dat dicht bij de Heere leven en ook bij elkaar, dat valt óp in de omgeving. Ze hebben genade bij het ganse volk. Met gewone woorden: ze staan in de gunst bij alle mensen. Een prachtig getuigenis! De situatie is moeilijk. De volgelingen van Jezus hangt van alles boven het hoofd, nu de leiders van het volk hun niet welgezind zijn. Toch genieten ze de gunst van alle mensen. Hun staan en gaan in de wereld van hun dagen wordt gezegend. Velen voegen zich bij hen. Velen die tot nu toe, ondanks al de woorden en wonderen van de Heere Jezus afzijdig bleven, gaan nu deel uitmaken van de gemeenschap van Christus' gemeente.
Laat dat ons vandaag aanspreken en bemoedigen om ook gemeenschappen van geloof en liefde te zijn. Laten we ervoor op onze hoede zijn dat we ons niet mee laten sleuren in negatief gedoe en gepraat. God roept ons om Zijn zegen en nabijheid uit te stralen naar hen die God op onze weg brengt. Zo doet men het in Jeruzalem. De Geest van God is rusteloos bezig in en door de gelovigen. Ze zijn niet zo vol van hun leren, lofprijzen en bidden, dat ze vergeten hun geloof met anderen te delen.
Is het voor onze tijd niet meer realistisch om zo uit het geloof te leven? We leren in dit gedeelte enkele dingen. Allereerst dat de Heere Jezus Zélf dit bewerkt. De Heere, de Kurios Jezus, voegt dagelijks aan hun getal toe. Natuurlijk doet Hij dat door middel van Zijn volgelingen. Zij getuigen en betonen hun zorgzame liefde. Hun voorbeeldige gemeenschap trekt velen aan. Maar Jezus doet dit Zélf. Ook nu. Als we dit voor onze gemeente(n) niet meer geloven, moeten we maar eens gaan kijken en luisteren in migrantenkerken en evangelisatiegemeenten in onze grote steden.
Niet alleen voegt Jezus hen toe, maar Hij verlost hen ook. Ze worden zalig! Ze gaan er niet bij horen zonder ook echt verlost te worden. Ze worden geen meeloper. Nee, voluit gaan ze delen in het heil. Op hun beurt gaan ze dat ook weer uitdragen. Ze worden dus ook niet verlost zónder erbij te gaan horen.
Nieuwe gelovigen worden toegevoegd en gaan meedoen. Van harte en helemaal!
Als laatste valt op dat de Heere Jezus dit werk dagelijks verricht. Er wordt niet af en toe wat aan zending gedaan. Nee, elke dag gaat het toevoegen en verlossen door. Dat is nu juist het voortdurende werk dat Koning Jezus doet aan de rechterhand van Zijn Vader op Zijn hemelse troon. Zijn de tijden benard? Ja, dat zijn ze! Heel diep en heel dreigend. Maar het werk van onze Heere en Koning gaat door. Daarin mogen we Hem biddend en afhankelijk volgen en dienen. Dan gebeuren er wonderen, ook vandaag. We worden zelf gezegend, verlost en bevrijd. Tegelijkertijd voor vele anderen een zegen. Zo wordt Christus' gemeente gebouwd!
J. van Oostende, Scherpenzeel
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 juni 2004
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 juni 2004
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's