De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Door de Geest van God geleid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Door de Geest van God geleid

Pastorale overwegingen

9 minuten leestijd

4

We willen in dit laatste artikeltje stilstaan bij de vraag: waaraan kunnen we weten of de Geest die ons leidt, de Geest van God is? De Schrift wijst er ons immers op dat er naast de Geest van God ook andere geesten zijn die een greep doen naar het leven der kinderen Gods.

Voor de beantwoording van deze vraag stuiten we op een woord dat in het Nieuwe Testament veelvuldig gebruikt wordt: beproeven, toetsen. Ik denk aan het bekende woord van Johannes: Geliefden, gelooft niet een iegelijke geest, maar beproeft de geesten of ze uit God zijn, want vele valse profeten zijn uitgegaan in de wereld' (1 Joh. 4:1).

Het leven van een christen staat onder de onderzoekende ogen Gods. Een christen heeft te onderzoeken wat de wil van God is. Met die wil van God heeft hij alleen te maken. Aan die wil van God is hij alleen onderworpen. De door Gods Geest vernieuwde mens krijgt de opdracht mee: ... opdat gij moogt beproeven, welke de goede en welbehagelijke en volmaakte wil van God zij' (Rom. 12 : 2). De wil van God doen is de bestemming van de mens. Door de zonde is dat doel gemist. Door de wederbarende genade Gods wordt echter dat doel hersteld. We worden veranderd door de vernieuwing van het gemoed.

Dat is niet in één keer voor elkaar. Nee, dat is een proces wat op gang wordt gebracht. Die vernieuwing gaat steeds door. En een wezenlijk bestanddeel van die vernieuwing is de voortdurende beproeving wat de wil van God is. Steeds vragen en onderzoeken: Heere, wat wilt U dat ik doen zal.

Beproeven wil dan ook zeggen: onderscheiden, keuren, afwegen. Er steeds mee bezig zijn om er achter te komen wat God wil. Want wat God wil, dat wil ook alleen maar ons vernieuwd gemoed. Er is steeds de vrees iets te doen wat tegen Gods wil ingaat. Het is de vrees van de liefde die geen kwaad wil doen tegen degene die bemind wordt. Dat brengt tot het gebed: En dit bid ik God, dat uw liefde nog meer en meer overvloedig worde in erkentenis en alle gevoelen, opdat gij beproeft de dingen die daarvan verschillen, opdat gij oprecht zijt en zonder aanstoot te geven, tot de dag van Christus' (Filipp. 1:9). Het gaat daarbij om de onderkenning van 'de dingen die daarvan verschillen'. Verschillen, afwijken van de wil van God.

Maar hoe kan nu een mens de wil van God kennen? Hoe kan een nietig sterveling de wil van God beproeven? 'Dat kan op allerlei manieren. De kern van alles ligt in de omgang met God. Wanneer wij langdurig in een geestelijk leven met de Here God verkeren, dan wennen wij aan Hem. De mystiek is de grondslag van alles' (A. A. van Ruler). Het beproeven en onderzoeken wat de wil van God is, wordt gevonden in de verborgen omgang met God. Nauw en dicht bij de Heere leven, doet ons Zijn wil kennen. Zoals een man en een vrouw die veertig jaar samen in de nauwe band van het huwelijk met elkaar hebben geleefd, weten wat ze aan elkaar hebben, zo leert de gelovige in de nauwe omgang met zijn God de wil van God kennen.

Onmisbaar daarbij is een dagelijkse omgang met de Schriften. 'Daarin moeten we ingedompeld zijn. We moeten ervan doordrenkt zijn' (A. A. van Ruler). Door dat Woord worden we gericht Op God alleen, op Zijn wil. En dan krijgen we er ook behagen in om die wil van God te doen. 'Wandelt als kinderen des lichts, beproevende wat de Heere welbehagelijk zij' (Ef. 5 : 8, 10). Eertijds duisternis, wandelend naar eigen wil en genoegen. Maar nu licht in de Heere geworden. Onderworpen aan Zijn wil.

We leren in die weg alleen maar te willen wat God wil. Wij krijgen een afkeer van alles wat tegen Gods wil ingaat. Hem hebben we immers lief gekregen. En daarom willen we niets liever meer dan wat God wil. We worden een mens 'die gedurig vreest' (Spr. 28 : 14). Dat wil niet zeggen: die voortdurend in een angstige kramp leeft. Maar die vanuit de hartelijke liefde tot de Heere voortdurend in liefdevolle onderworpenheid vraagt naar de wil en de weg van de Heere.

Een kenmerk van dat leven is om steeds te toetsen alles wat op ons afkomt, alles wat ons onder de ogen komt. Is het wel in overeenstemming met de v^dl van God? In dit verband staat de vermaning: Beproeft alle dingen; behoudt het goede' (1 Thess. 5 : 21). In de wereld waarin we staan overspoelt ons een massa woorden en dingen. Maar de gelovige slikt niet alles voor zoete koek. Hij eet niet alles op. Hij drinkt niet alles in. Nee, hij beproeft. Hij test, hij onderzoekt. Alle dingen. Veel blijkt waardeloos. Niet naar de wil van God. Dat laat hij los. Daar houdt hij zich niet mee op. Daar laat hij zich niet mee in.

Een belangrijk deel van dat beproeven van de dingen is wat Johannes noemt 'het beproeven van de geesten of ze uit God zijn'. Dat beproeven van de geesten is vereist omdat 'vele valse profeten in de wereld zijn uitgegaan'.

Pseudo-profeten staat er letterlijk. Bedoeld zijn mannen die zich ten onrechte uitgeven voor door God geroepen en door Gods Geest gedreven profeten. Een profeet speelde in de vroeg-christelijke gemeente een belangrijk rol. Hij verkondigde Gods wil. Wees deze concreet aan. Maar op het terrein van de profetie was ook surrogaat, bedrog. Daarom zegt Paulus in één adem: Veracht de profetieën niet. Beproeft alle dingen (1 Thess. 5 : 20, 21). Want niet alles wat zich aandient met de naam profetie, is het daarom ook echt. Er zijn ook valse profeten, pseudo-profeten. En naar Johannes zegt, in de laatste tijd zullen er steeds meer komen. De laatste dagen zullen er zelfs door gekenmerkt worden. En daarom wordt de gemeente opgeroepen de geesten te beproeven of ze wel uit God zijn. Ze mag niet elke geest geloven. Zomaar, blindelings, op de klank af. Eer ze gelooft, moet ze beproeven. Het zijn niet allen profeten die als profeten optreden. Hoe geestelijk ze ook kunnen spreken, het is nog geen garantie dat ze uit de Geest van God spreken. Want de vorst van het rijk der duisternis inspireert ook zijn mensen. Maar zijn inspiratie is er een van een leugengeest. Daarom moet de gemeente voorzichtig zijn, scherp onderscheiden, toetsen al wat ze hoort. Is het wel uit God? Is het niet in strijd, met de wil van God? Is het wel uit de Geest van God? De geesten ook beproeven op hun daden. Aan hun vruchten zijn ze te kennen. En het zegt niets, al zeggen ze nog zo vaak: Heere, Heere, hebben we niet in Uw Naam geprofeteerd.

In het raam van ons onderwerp een belangrijke zaak, ook nu. Er is op godsdienstig gebied van alles te horen en te lezen. Een stroom van religiositeit spoelt op ons af. Het een dient zich nogal geestelijker aan dan het andere. Maar de gemeente Gods heeft te beproeven of de geesten wel uit God zijn. Ze mag zich niet laten imponeren door klanken en geestelijk klinkende woorden. Wat is het belangrijk door wie we geleid worden. Beproef al de geesten, zegt de Schrift. Laat u niet zomaar meeslepen. Want de geesten oefenen groot geweld uit. Ze zijn de wereld ingegaan, staat er. Dat betekent: ze treden vol zelfbewustzijn op. Iedereen moet naar ze luisteren. Ze werken door heel de wereld. Maar onbeschaamd bedriegen ze. En ze zijn een spreekbuis van de satan. Daarom, waakt en beproeft. Luister of ze wel het Woord Gods spreken. Het volle Woord Gods en niet maar een deelwaarheid. Wie denkt in dit verband niet b.v. aan de zog. Jehova-getuigen. Er zijn veel meer valse profeten dan zij. De Schrift roept op al deze geesten te beproeven.

Johannes geeft een criterium in handen waaraan de geesten beproefd moeten worden. De Geest van God leert belijden dat Jezus Christus in het vlees is gekomen. Het gaat hier om de belijdenis van het waarachtig-mens zijn van Jezus Christus. De Zoon van God in ons menselijk vlees. Wie deze belijdenis ontkent, is niet uit God. Verdient geen gehoor bij de gemeente Gods. Jezus Christus. Hij is het hart van het geloof der gemeente. De geesten moeten beproefd worden op de belijdenis aangaande Hem. Dat was toen zo. En het is heden niet anders. Die door de Geest van God geleid worden, woi^den tot Jezus Christus geleid. Waar Hij niet de plaats krijgt die Hem toekomt in belijdenis en beleving, daar is een geest aan het woord die niet uit God is. Want de Geest van God zal het alleen uit Christus nemen en het de gemeente verkondigen. Hij is de Geest der waarheid. En Jezus heeft gezegd: 'Ik ben de Waarheid'.

Het onderscheiden van de geesten wordt door Paulus in 1 Corinthe 12 een gave van de Geest genoemd.' Een gave niet aan elke gelovige gegeven. Een gave waar we om bidden mogen. De Geest wil deze gave schenken. We kunnen hem niet missen om recht de geesten te kunnen beproeven. 'Opdat wij dan bekwame rechters zijn, zo moeten wij noodzakelijk van de Geest des onderscheids begaafd en geregeerd wezen... De Geest der voorzichtigheid zal de godvrezende nimmer ontbreken, zo zij die alleen van de Heere begeren. Maar alzo zal ons de Geest eerst tot recht onderscheid drijven, zo wij al onze zinnen aan het Woord onderwerpen' (Calvijn).

Zo leidt de Geest allen die van Christus geworden zijn. Deze Geest leidt de gemeente van Christus. Haar toetssteen en fundament is het Woord alleen. Door de Geest en door het Woord. Wat een zekere Gids en een betrouwbare Leidsman. Ons gebed zij daarbij: En dat Uw Geest mij ware wijsheid leer, mijn oog verlicht, het donker op doe klaren.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juni 1975

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Door de Geest van God geleid

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juni 1975

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's