De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Boekbespreking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boekbespreking

5 minuten leestijd

Postille 1991-1992, aflevering 43, red. Werkgroep Kerk en Prediking, uitg. Boekencentrum, Zoetermeer, 235 blz., prijs ƒ 46,90.
Vlak voor het begin van het nieuwe kerkelijke jaar verscheen weer een nieuwe aflevering van de bekende 'rood-gebonden' postille. Ieder jaar weer een prestatie van formaat voor de werkgroep Kerk en Prediking, niet in het minst van haar supervisor, dr. A. Noordegraaf. Immers, op hem rust de taak de inhoud van het geheel te bewaken en ervoor te zorgen dat er een verantwoord stuk homiletiek geleverd wordt. We kunnen niet anders zeggen, dan dat men er opnieuw in is geslaagd een degelijk werkstuk met name aan predikanten ter hand te stellen.
Degelijk in de zin zin: grondige exegese, doordachte aanwijzingen voor de prediking. Uiteraard is bij een zo diverse keus aan medewerkers het gevolg voor de gebruiker, dat hij lang niet met alles werkelijk uit de voeten kan. Toch, wie zonder modaliteitsvooroordeel de preekschetsen op zijn werkelijke merites beoordeelt, kan met veel zijn winst doen. Ik doe een greep uit de inhoud. De Christelijk Gereformeerde dr. G.C. den Hertog biedt voor de zondag na Kerst een zeer uitvoerige schets over de perikoop Mattheüs 2 (Wijzen uit het Oosten). Een boeiend stuk werk, waarin hij probeert deze geschiedenis met zijn vele uitlegkundige vragen te relateren aan het levensgevoel van onze tijd. Dr. L.A. Snijders biedt een reeks van vier schetsen over teksten uit het Spreukenboek. In zijn situering van de keuze uit dit bijbelboek, geeft hij aan hoe wij leven in een tijd, die het land heeft aan elke vorm van moraliseren. Snijders, die zelf een uitlegkundig deel schreef over Spreuken in de reeks Tekst en toelichting, geeft aan dat de woorden uit Spreuken vragen om een steeds weer nieuwe toepassing en toespitsing. De Wijsheid is een schoolmeester, een moeder, een verkeersagent. Wie in de nazomertijd een korte reeks praktische preken wil houden, vindt hier veel van zijn gading. Ds. J.W. van der Gronden biedt een zeer bruikbare schets voor een dienst met verstandelijk gehandicapten over de tekst 1 Petrus 2 : 5, 6a. Als geestelijk verzorger werkzaam bij Filadelfia weet hij uit ervaring waar hij over schrijft. Dat is goed te merken aan de adviezen, die hij doorgeeft over de voorbereiding, de instelling op de verstandelijk gehandicapte, de verwerkingsmogelijkheden en de praktische uitvoering.
Als laatste voorbeeld wijs ik op de schetsen van dr. W. Verboom, die zijn praktisch theologische gaven heeft mogen uideven in een viertal schetsen voor achtereenvolgens een doopdienst, een belijdenisdienst, een avondmaalsdienst en een dienst waarin ambtsdragers worden bevestigd. Hij koos daarvoor als teksten achtereenvolgens Hosea 1 : 12, 1 Petrus 2 : 9, Psalm 84 : 6-8 en Johannes 3 : 29.
Met deze greep uit de bijdragen wil ik geenszins anderen diskwalificeren, maar veel meer nieuwsgierig maken om het geheel ter hand te nemen en waar mogelijk te gebruiken bij de preekvoorbereiding.
De postille wordt geopend en afgesloten met een stuk homiletische bezinning. Prof. dr. M.J.G. van der Velden geeft een uiteenzetting over het onderwerp 'Spreken bij een uitvaart' en dr. J.H. van der Laan doet verslag van 'Methodische preekkritiek'. Het bevat een uitvoerige notitie, die hij onlangs schreef ten behoeve van het practicum homiletiek/liturgiek aan de THU te Kampen. Van der Laan wil hiermee richtlijnen verschaffen om eigen en andere kerkdiensten kritisch te analyseren. Mij troffen vele op- en aanmerkingen waarmee we ook on­der ons onze winst zouden kunnen doen. Recent heeft prof. Graafland ernstige kritiek geuit op de prediking, zoals die veelal onder ons geschiedt. Van der Laan biedt concrete richtlijnen waaraan o.a. de preek in de eredienst heeft te voldoen. Is de preek goed te volgen? Is er een heldere, logische opbouw in het geheel? Gebruiken we geen schrijftaal maar spreektaal? Vermijden we gecompliceerde zinnen, moeilijke woorden, abstracte begrippen? Is de boodschap inhoudelijk helder? Doet de predicator zijn hoorders recht met hun vragen, twijfels, verlangens en angsten? Of neemt hij zijn hoorders toch niet werkelijk serieus door hun vragen uit de weg te gaan of ze soms autoritair te beantwoorden. Gaat de preek werkelijk over het leven van déze concrete mensen, levend in deze tijd? Wordt het bijbelgedeelte werkelijk serieus genomen? Mij trof ook wat Van der Laan schrijft over het gebruik van het werkwoord 'willen' in veel preken. Volgens hem kan daar soms een nieuw soort wetticisme achter schuil gaan, zeker als we het te vaak zeggen. Hij geeft als voorbeelden de volgende uitspraken: 'Jezus wil ook ons zijn vrede geven' of 'God wil ook ons zijn heil schenken' of'Jezus wil ook bij ons binnenkomen'. Van der Laan trekt dan terecht m.i. daaruit de conclusie, dat achter dat 'willen' ons 'moeten' schuil gaat. God wil wel, maar wij moeten ook willen. Stilzwijgend wordt zo onze menselijke daad (ons willen, ons ja-zeggen, ons open doen, ons geloven) tot een voorwaarde gemaakt voor het delen in het heil. Een opmerking waar we onder ons ook nog weleens goed over mogen nadenken. Ook Van der Laans kritische opmerkingen over de dienst der gebeden zijn zeer toepasselijk voor de manier waarop we daarin als predikanten vaak bezig zijn: zijn we echt de tolk van de gemeente, bidden we wel echt tot God of gaan we stiekum door met preken, wie spreken we aan in onze gebeden, vermijden van stopwoorden, zeggen we in gebeden dingen die we in de preek niet durfden zeggen etc.
Ik acht dat met name naar aanleiding van Graaflands kritische opmerkingen over de prediking onder ons het gesprek daarover dient te worden voortgezet in alle eerlijkheid. Niet door elkaar slechts verwijten te maken, dat het allemaal zo abominabel slecht is, maar door thetisch aan te geven waar de gebreken liggen en hoe het dan wel zou moeten en beter zou kunnen. Ik acht voor dat gesprek de bijdrage van Van der Laan in deze Postille zeer bruikbaar. We zijn de collega's, die weer tijd hebben geïnvesteerd in het mogelijk maken van deze 43e uitgave van de Postille erkentelijk voor hun vóórwerk. Opdat het Woord Gods in de gemeente geschiede in de arbeid van de verkondiging.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 januari 1992

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Boekbespreking

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 januari 1992

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's