Geloofsmoeilijkheden
Pastorale overwegingen
7
Gemis van blijdschap
In gesprekken met allerlei mensen over het geloof en het geloofsleven komt nog wel eens de vraag an de orde: is er bij de gelovigen niet veel te weinig blijdschap, want je merkt vaak zo weinig van de echte vreugde'. U weet misschien dat de grote filosoof Nietzsche eens gezegd heeft 'ik zou in Christus wel willen geloven als de christenen er wat verloster zouden uitzien'. Daar ligt ongetwijfeld een kern van waarheid in. De blijdschap hoort als een van de wezenskenmerken bij het geloof. Denk er maar eens aan, dat Paulus als een van de eerste vruchten van de Geest aanwijst 'blijdschap'. En De Prediker wijst er op — die toch bepaald niet luchthartig over de noden van het leven heenglijdt — 'laat uw klederen te aller tijd wit zijn en laat op uw hoofd geen olie ontbreken' hoofdstuk 9 : 8. En de Heiland spreekt over het vasten in het verborgene, orn van de mensen niet gezien te worden, 'maar gij, als gij vast, zalft uw hoofd en wast uw aangezicht', Matth. 6 : 17. Deze woorden mogen we ons echt wel aantrekken. En we zullen ook moeten toegeven, dat daarvan maar al te weinig wordt beoefend onder degenen, die de Heere mogen kennen en vrezen. Wat gaat er van de Kerk uit ? En maken we anderen echt er op jaloers om ook dat nieuwe leven te kennen ?
Bijbelse blijdschap
Zoals ons al bleek, wordt in de Heilige Schrift herhaaldelijk over de geloofsbelijdenis geleerd. Maar het is goed en nuttig dan ook wel naar de Bijbel te leren luisteren. En dan is duidelijk, dat in de Bijbel de vreugde niet maar een soort blij gevoel is, een zekere stemming van opgetogenheid, maar dieper inhoud heeft. Gevoel is erg vaag, maar de bijbelse blijdschap heeft altijd een voorwerp, en wel God, Zijn grote daden. Zijn genade in de Heere Jezus, het heilgeheim der verlossing. In de psalmen wordt blij gezongen van het heil door God bereid. Hoe breekt de vreugde door in de evangeliën over Christus en Zijn genade, door de Heilige Geest geopenbaard en verheerlijkt. Paulus vermaant: 'verblijdt u in de Heere...'. En dan moeten we wel zeggen, dat bij velen, die gebrek aan blijdschap verwijten, dat bij hen dat vaak zo ongrijpbaar is, en de grond niet duidelijk is. Daarbij komt, dat de bijbelse blijdschap menigmaal ook als stille vreugde kenbaar wordt, niet geforceerd, omdat deze er moet zijn, maar stil, in verwondering, spontaan wordt ervaren. En het leven van de gelovige is ook niet rimpelloos glad en vlak, maar bestreden, de bede om voor 't eerst en juist opnieuw de vreugde in God te kennen is als een worsteling aan Gods troon, terwijl met name in de geschiedenis en in de brieven van Paulus opvalt, hoe vertroosting en blijdschap worden ervaren in lijden en verdrukking. Dat is het grote wonder eigenlijk steeds weer. De omstandigheden kunnen benauwend en boos zijn, maar de vreugde is er niet van afhankelijk en ook niet minder echt om. Paulus en Silas zingen in afschuwelijke omstandigheden te middernacht Gode lofzangen. Paulus schrijft aan de gemeente van Korinthe ook bij voorbeeld, dat hij in de verdrukking zo heerlijk van God vertroost wordt dat hij zelf die vertroosting ook weer kan doorgeven aan hen, die in allerlei verdrukking zijn. De oppervlakkige, om niet te zeggen luchthartige blijdschap weet van deze dingen niet en wekt ook niet tot jaloersheid. Soms kan deze zich bitter vijandig betonen jegens het ware leven der genade, omdat men ook zelf wel aanvoelt, dat dit heel anders is, maar er niet voor wil onderdoen.
De prediking belangrijk:
Het zal u duidelijk zijn, dat de evangelieverkondiging hier geweldig belangrijk is. Och, we zijn ook als dominee altijd ergens eenzijdig. De accenten kunnen en mogen ook wat wettig op onderdelen verschillen, omdat ook de leiding van Gods Geest en de mate der kennis verscheiden is. Maar enerzijds is er een groot manco, wanneer de prediking blijft steken in de (kennis der) ellende, waarbij het wonder der zaligheid er niet uitkomt, om maar te zwijgen van de dankbaarheid. Het is geen schema, maar wel tekenend, dat de Heidelberger verreweg de meeste zondagen onderwijst in het stuk der ver lossing, een groot deel wijdt aan de dankbaarheid, enige zondagen aan de ellende. 'Zeker, zonder wezenlijke kennis en hartelijke inleving van onze verlorenheid is er geen behoefte, aan de Borg geen verwondering over Zijn onuitsprekelijke liefde. Maar nog is ter waarschuwing, wat wijlen ds. I. Kievit schreef in 'voorwerpelijke-onderwerpelijke prediking': Mozes krijgt een half uur, Christus een kwartier, de Vader ach '. Hier wordt wel de vinger bij een gevaarlijke wondeplek gelegd, die ook in de hervormd-gereformeerde prediking ter harte is te nemen. Dan is de prediking bijbels als de drie stukken aan de orde komen, zonder dat we een maatstok of een zandloper bij ons hebben hoe breed of hoe lang elk der stukken behandeld wordt. In de totale veroordeling van ons goddeloos ik voor God komt het wonder van Gods vrijsprekende genade in Christus naar voren. Voor het geloof is zalig worden steeds weer een wonder, voor de godsdienst niet meer dan een berekende grootheid. Anderzijds zal de prediking ook niet eenzijdig de verlossing ën de dank verkondigen zonder de kennis der ellende door de wet Gods. Een oppervlakkige prediking biedt 'op dit punt en voor deze nood geen uitkomst, maar maakt de kwaal alleen maar veel erger.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 augustus 1976
De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 augustus 1976
De Waarheidsvriend | 12 Pagina's