FINANCIËN

Gironummer 138421.
Hier zit ik weer, omringd door een heelen stapel brieven, briefkaarten, girobiljetten, stortingsbewijzen, postwissels, enz. enz. Ik denk terug aan m'n kinderjaren. Als het dan Sinterklaas was geweest en we kwamen den 6den December 's morgens op, dan was natuurlijk het eerste: gaan kijken wat er 's nachts in de klomp was gekomen. En jongens, dan wist je ook heusch niet wat je 't eerst zou aanpakken, als je daar dan soms een heel varken van suiker zag staan en nog zooveel andere dingen van suikergoed en marsepijn, dan dacht je wel eens: daar is geen opkomen aan. Neen, 'k weet wel, wat wij toen in onze kinderjaren kregen, dat zouden „onze kindertjes" van tegenwoordig heelemaal „niet veel" meer vinden; — ook in dat opzicht is onze tijd zoo heel anders geworden — maar — — wij waren er in die dagen best mee tevree; en dat we „sparen" konden, nee maar, met Kerstmis en Nieuwjaar hadden we 't in den regel alles nóg niet op, hoewel dan gewoonlijk het laatste varkentje er wel aan moest.
Dat beeld uit mijn kinderjaren — hoe lang liggen ze al achter mij — rees voor mij op, nu ik eigenlijk ook niet weet wat ik het eerste moet aanpakken van al die paperassen, die ik als stukken suikergoed en marsepijn om mij heen zie liggen, 'k Zal dezen keer dan ook maar niet lang preeken. Daar heb ik geen geduld voor en gij zeker ook niet, want gij zijt zeker ook wel nieuwsgierig wat er uit die klomp van drie weken te voorschijn komt.
'k Moet alléén maar even wat zeggen aan het adres van een heelen goeden vriend van ons allen, die bij het verschijnen van ons blad nog in de feeststemming is. Gij hebt het al begrepen, dat is ds. Batelaan, van Utrecht, die Donderdag 10 Januari zijn zilveren ambtsjubileum viert, en die zich dan ook omringd ziet van allerlei rijke weldaden, waarmee de Heere hem in al die jaren gezegend heeft. In het vorig nummer van ons blad hebben wij reeds iets kunnen lezen van den persoon en van het werk van dezen broeder, die niet alleen in onze predikantenwereld een eervolle plaats inneemt — getuige de onderscheidene gemeenten die hij reeds met eere heeft gediend — maar die ook in ons Bondsleven steeds een warm en waardig pleitbezorger was van de beginselen die wij als zoodanig voorstaan. Wij verblijden ons dan ook van harte in de vreugde, hem dezer dagen zoowel in zijn huiselijk als in zijn ambtelijk leven bereid, en spreken ook in deze rubriek gaarne den wensch uit dat God hem bij het klimmen zijner jaren zegenen zal en dat de Heere naar lichaam en geest zijn levenskracht moge vernieuwen, opdat hij nog vele jaren niet alleen voor onzen Bond, maar ook voor onze Kerk, en bovenal voor den Naam en de zaak des Heeren, tot een rijken zegen zal mogen zijn.
Maar nu geloof ik dat ik niet beter kan doen dan eens aan het uitpakken te gaan. Mij dunkt, wij moesten, net als wij vroeger met Sinterklaas deden, maar met 't kleinste beginnen. Ik wil daarmee natuurlijk heelemaal niet zeggen, dat het kleinste ook altoos het minste is. O neen, net zoo min als het grootste altoos het meeste. Maar er moet in al ons doen en laten nu eenmaal een zekere lijn zijn, tot in het maken van een optelsommetje toe. En daarom, eerst de giften onder de 10, dan die onder de 20 gulden, enz. enz.
R o t t e r d a m, van H.A. Ambrosius — misschien nog wel een afstammeling van den Kerkvader van dien naam — een gift van ƒ 1.—.
V o o r t h u i z e n, van ds. Mulder, gevonden in de collecte aldaar ƒ 5.—, plus nog ƒ 0.50, dus samen een bedrag van ƒ 5.50
F e i j e n o o r d, van J. Bot. Ontvangen van iemand door middel van ds. Kijftenbelt ƒ 5.-.
C h a r l o i s, van ds. Koolhaas gevonden in de collecte voor het Studiefonds ƒ 1.—, en later hem ter hand gesteld door N.N. voor het Studiefonds ƒ 2.50.
H e t e r e n, van ds. D. Th. Keek ƒ 1.— voor lidmaatschap Geref. Bond.
T e r  A a, een Oudejaarsgift van ƒ 1.50, van iemand, die zijn naam niet noemt.
O o s t e r N ij k e r k, van mej. Joh. Faber namens de Meisjesvereeniging „Dorcas" aldaar verzameld een bedrag van ƒ 8.91.
A m e r s f o o r t, van ds. Van den Berg, gecollecteerd in het Wijkgebouw Philaletes ƒ 2, 50.
N u m a n s d o r p, van den Godsdienstonderwijzer A. Heemskerk de helft van een gift op den Isten Kerstdag in de collecte gevonden, ƒ5.—. Amsterdam, van G. Bonnes een bedrag van ƒ5.—.
Z e g v e l d, van C. Bardelmeijer uit busje 25 een bedrag van ƒ 2.70.
's-G r a v e n m o e r, van ds. Bolkestein op 1sten Kerstdag gecollecteerd voor het Studiefonds ƒ 1.— en op 2den Kerstdag weer ƒ 1.—, samen dus ƒ 2.—; en waarlijk op Nieuwjaarsdag weer een dankoffertje van ƒ 1.—. Dus samen ƒ 3.—.
P u t t e r s h o e k, van ds. Bax gevonden in de Oudejaarsavondcollecte ƒ 1.— met de verblijdende mededeeling dat daar spoedig een spreekbeurt met collecte gehouden zal worden door ds. Remme. Van verwachting klopt dus ons hart.
H u i n e n (bij Putten), van de familie B. aldaar ƒ 2.50. Het andere komt in orde hoor! Er zal voor gezorgd worden.
D e l f t, van G.Th. Vollebrecht een bedrag van ƒ 3.75, zijnde de opbrengst laatste halfjaar '28 fietsenbewaarplaats.
V o o r t h u i z e n. Alweer van ds. Mulder. Nu ƒ 10.— bij hem aan huis bezorgd door N.N., en ƒ 2.50 gevonden in de collecte voor ondervonden zegen onder de prediking des Woords; samen ƒ 12.50.
Z w o l l e, van H. Hollander opbrengst fietsenbewaarplaats gebouw Elim een bedrag van ƒ 17.15.
's-G r a v e n h a g e, van ds. Van Dorp de volgende giften: van den heer v. E. voor het Leerstoelfonds ƒ 1.50, van mej. T. voor beide Fondsen ƒ 2.50, van mej. H. te R. voor het Studiefonds ƒ 10.—, en gevonden in de collecte Regentessekerk ƒ 1.—; samen een bedrag van ƒ 15.—.
O o s t e r N ij k e r k, van Th. A. Faber uit busje no. 49 een bedrag van ƒ 13.21.
Z e i s t, van ds. Bartlema van N.N. op 8 Nov. ƒ 10.—, van N.N. op 3 Dec. ƒ 1.25, van N.N, op 10 Dec. ƒ 2.50, samen een bedrag van ƒ 13.75.
K i n d e r d ij k, van D. van Vliet ƒ 10.60. Het stond er niet bij, maar waarschijnlijk is dit contributie van het vorig jaar.
V e e n e n d a a l, gecollecteerd op 1sten Kerstdagavond in de Oude Kerk voor het Studiefonds een bedrag van ƒ 20.—.
V l a a r d i n g e n, van Diaken J. de Blois een collecte bij een spreekbeurt van ds. Enkelaar te Monster ƒ 24.—.
G o u d a, van G. Krook een collecte bij een spreekbeurt van ds. Van den Berg te Amersfoort, ƒ27.48.
G a m e r e n, van Diaken Joh. van Keulen een collecte bij een spreekbeurt van ds. Goverts te Oldebroek, ƒ 37.08.
S o e s t, van G. van Esch een contributiebedrag van het vorig jaar van ƒ 31.75.
E e m n e s B u i t e n, van Diaken A. Koelewijn een collecte bij een spreekbeurt van ds. Mulder te Voorthuizen, ƒ 39.—.
L e e r b r o e k, van Diaken W. Sterk een collecte bij een spreekbeurt van ds. Remme te Amsterdam, ƒ 46.25.
R o t t e r d a m (Delfshaven), van den Penningmeester onzer afdeeling, M. Rodenburg, een collecte gehouden bij een bijbellezing door ds. Van Lokhorst te Hilversum, ƒ 47.03.
E d e, van ds. Van de Graaf een collecte bij een spreekbeurt van ds. Van Amstel te Putten, ƒ 52.30.
N ij k e r k, van ds. Van der Graaf een collecte bij een spreekbeurt van ds. Steenbeek te Kampen, ƒ 56,08.
S o m m e l s d ij k, van ds. Van Ameide een collecte bij een spreekbeurt van ds. Rappard te Dinteloord, ƒ 63.24.
D i r k s l a n d, van ds. Van der Wal een collecte bij een spreekbeurt van ds. Rappard te Dinteloord van ƒ 95.— en nog een nagift van ƒ 10. Dus daar komen de vette letters
HONDERD EN VIJF GULDEN (ƒ 105.—)
Deze collecte was gestort op mijn persoonlijk gironommer. Dat is natuurlijk niet zoo erg, want het komt wel over, maar ik mag ds. Van der Wal gemakshalve zeker wel even doen opmerken dat mijn gironommer dat ik als Penningmeester van den Geref. Bond heb, niet is 85636, maar wel 138421. In 't vervolg houdt hij hier wel rekening mee.
L e e r d a m, van Diaken J.W. de Veer een collecte bij een spreekbeurt van ds. Remme te Amsterdam
HONDERD GULDEN EN VIJFTIG CENTS (ƒ 100.50). Dat zijn dus de vette letters voor den tweeden keer. En nu komen zij nog eens, en nog wel uit de Residentie.
's G r a v e n h a g e, van ds. Van Dorp door hem ontvangen onder letter A een bedrag van
HONDERD GULDEN (ƒ 100.—).
Kijk, dat is nu een douceurtje, waar ik niet van kan zeggen, dat ik er heelemaal niet op gerekend had. Onze vorige Penningmeester kreeg ook wel eens zooiets tegen dat het jaar ten einde liep. En ik dacht al — — — neen, een mensch moet niet alles zeggen wat hij denkt. Maar 'k had altoos nog zoo'n klein hoopje, al wist ik natuurlijk niet waar de vervulling vandaan zou komen. En ziet, daar komt de verrassing nu, misschien wel langs een klein omwegje, uit Den Haag. In ieder geval ben ik zoowel den gever als den zender zeer dankbaar voor deze mooie gift.
Maar nu geloof ik dat ik er ben. Eens kijken of er nog niets is blijven liggen. Als er zooveel is, sla je zoo licht wat over. Ja, waarlijk, daar heb je 't al. Neen, 'k ben er nog niet, nog heelemaal niet zelfs. Daarvind ik n.I. nog uit
V e e n e n d a a l ƒ 2.50, een dankoffer, gister gecollecteerd in de Julianakerk voor het bedanken van ds. Van Wijngaarden voor het beroep naar Ooltgensplaats. Gelukkig is die wolk dus ook weer voorbijgedreven en blijft mijn waarde collega nog maar liever een poosje 't Veen poetsen dan de Plaat. Maar die Veensche Julianakerk heeft gister nog iets meer opgeleverd. Gij weet dat mijn andere collega daar gisteravond voor de microfoon heeft gepreekt. Van heinde en ver heeft men hem toen natuurlijk beluisterd. En, zooals gewoonlijk, mocht hij ook nu gehoord worden. De vruchten bleven dan ook niet uit. Toen ik vanavond even bij hem inliep, had hij al verschillende brieven van hartelijke instemming ontvangen en in een er van, die uit
K r a l i n g e n  kwam, van C.G.S., was ingesloten een biljet van ƒ 10.— voor „de kindertjes van den Penningmeester, die blijkbaar nooit genoeg kregen". Ja, 't zijn echte „schrokoppen" hoor, dat stem ik dadelijk toe. Een enkele maal schaam ik mij er wel eens voor, maar zelf schamen zij zich nooit. Maar bij die ééne ƒ 10.— bleef het niet. Immers toen ik thuis kwam had de post mij ook een paar brieven gebracht en in de eene was ook ƒ 10.— ingesloten in den vorm van een cheque. Deze ƒ 10.— kwam van een vriend van mij, dien ik dezen zomer voor 't eerst ontmoet had op den Zendingsdag. Toen had hij mij ook wat in de hand gestopt en nu kreeg ik deze ƒ 10.— als Nieuwjaarsgift, maar ik denk ook nog zoo'n klein beetje als dankoffer voor de radio-preek van ds. Van der Snoek, want hij schreef er onder: „Hè, zoo'n bondspreek doet 'n man in 'n puur moderne gemeente levend, goed". — Gij moet n.l. weten dat deze vriend v. B. woont in K., dat ergens in het donkere Noord-Holland ligt. Daarom deed hij mij ook een vraag en wel deze: hebben we nog veel radiopreeken te goed? Ja, wat zal ik daarop antwoorden? Als onze Gereformeerde gemeenten zich ook voor dit Evangelisatiewerk maar wat meer geven wilden, dan wel. Maar nu hebben wij als Hervormd-Gereformeerden op niet meer recht dan op een 5 a 6-tal preekbeurten per jaar.
Dan is er verder nog ƒ 25.—, die ik vandaag kreeg door bemiddeling van iemand, dien gij allen heel goed kent, van een ander hooggeplaatst persoon in ons Vaderland, wiens naam ik maar niet noem, anders zoudt ge misschien zeggen: dat had ik niet gedacht dat die ook al voor uw kinderen zorgt.
Maar nu ben ik dan toch werkelijk aan 't eind. Neen, nog ƒ 7.02 aan contributies van verspreide leden, en dan uit
V l i s s i n g e n nog een bedrag aan contributies van ƒ 28.37 van den Penningmeester onzer afdeeling A.M. Luitwieler, aldaar.
Doch nu kan ik heusch aan 't optellen gaan. Hè hè, dat is een heel werk dezen keer. Gij moet mij maar eens narekenen, want 't kan best zijn dat ik een fout heb gemaakt. Als ik het goed gedaan heb dan kom ik tot een bedrag van
f 956.67.
Nu, wat zegt ge er van? Is mijn varkentje wel tegengeslacht? Zeker, 't is van drie weken tegelijk. Maar door 3 gedeeld kom ik toch tot bijna ƒ 319.— per week. Ik ben er best mee tevree hoor, en dank allen die er aan meegewerkt hebben, er heel harte­ lijk voor.
De Penningmeester
Veenendaal.
Ds. M. JONGEBREUR.

POSTZEGELS, CAPS. EN ZILVERPAPIER
Ontvangen van:
1e. kinderen van 't Verlaat, Hardinxveld, postzegels, capsules, zilverpapier, ƒ 2.50 en 230 halve centen. Dit pakje word reeds eenige weken terug ontvangen, doch omdat het briefje waarschijnlijk verloren was geraakt, eerst nu verantwoord.
2e. Marie en Jan de Jong, Vlaardingen, postzegels, capsules, zilverpapier en eenige oude munten.
3e. Jan en Gerrit Bloemers, Haarlem, een doos postzegels.
Met hartelijken dank.
Mejufr. J. DEN HARTOG.
Krommedijk 60, Dordrecht.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen