Financiën.

Zie ik het nu goed? Wat staat er nu eigenlijk? Wacht, ik zal eerst m'n bril eens opzetten, want dat is niet te gelooven. Jawel, het is zoo:

HONDERD ACHT EN TWINTIG GULDEN 43 CENTS

uit Putten.

O, zeker van contributie van leden van den Bond, zegt ge. Neen, volstrekt niet. Een collecte! Van honderd acht en twintig gulden, gehouden 11. Zondag in de Herv. Kerk te Putten, afgezonden door Ds. K. J. van den Berg, om gelijkelijk te verdeden tusschen het Leerstoelfonds en het Studiefonds.

Ik kon mijn oogen niet gelooven toen ik dien postwissel uit mijn brievenbus haalde. 't Is toch wel een echt baantje, dat van penningmeester. Ik ben ten minste heel blij dat ik het wezen mag. Men krijgt het goede nieuws altijd het eerst en dan mag ik voor de duizenden lezers van de Waarheidsvriend ook weer een boodschapper zijn van goede tijding.

Maar hoe zit dat nu met die collecte ? Was dat nu een spreekbeurt? Weineen, geen spreekbeurt. Er is natuurlijk wel bij gesproken door Ds. van den Berg: dat is nog al duidelijk. Maar toch niet een spreekbeurt, zooals er 's winters georganiseerd worden vanwege den Bond. Neen, als ik mij niet vergis dan was dit een gewone kerkbeurt, waarin de dominé nu eens terdege gewezen heeft op den plicht van de Gereformeerden in de Hervormde Kerk om het Leerstoelfonds en het Studiefonds te steunen. En ze hebben geweldig goed geluisterd daar in Putten. Of ze! En ze zijn niet karig geweest. In 't geheel niet.

Ik zal het maar beschouwen als een voorspel op de collecten in de spreekbeurten die aanstaande zijn. En het is een keurig voorspel ; het klinkt verbazend goed. Ik verwacht dezen winter meer zulke collecten, om twee redenen. Luister, dan zal ik ze noemen. Ten eerste als protest tegen de uitspraak van de Synode over de bekende schrapping die niet geschrapt zal worden. Tegenstand prikkelt. De Gereformeerden in de Herv. Kerk zullen toonen dat in de Waarheid kracht ligt en dat ze door dezen tegenslag niet uit het veld geslagen zijn, maar zich nauwer aaneensluiten om de Waarheid te verdedigen en te verbreiden in de Herv. Kerk. Daarvoor zijn Geref. predikanten noodig: èn Leerstoelfonds èn Studiefonds te steunen is daarvoor de aangewezen weg. Ten tweede heb ik mij laten vertellen dat ons nationaal vermogen gedurende een jaar met drie milliard is toegenomen. Als daar nu de helft maar van waar is dan is dat toch 1500 millioen gulden. Die er nu niet van meegedeeld hebben, zullen wellicht zeggen: Jammer, penningmeester, dat ik daar niet bij was, want dan had je vast een tiende deel gehad. Ik zou mij aan onze afspraak gehouden hebben. Nu, onthoud het maar als het eens gebeurt. Maar zij onder de Geref. Hervormden, die er wel van medegedeeld hebben, van hen verwacht ik, dat ze gaarne een deel daarvan afstaan voor den dienst van Gods Koninkrijk en zich zullen spiegelen aan den rijken dwaas in de Schrift, die daar zeide: Ziel, gij hebt vele goederen en wat er verder volgt.

Ziet, dit zijn twee voor de hand liggende redenen, waarom ik met vertrouwen de collecten in den a.s. winter bij de te houden spreekbeurten tegemoet zie en waarvan Putten ons reeds een voorproef heeft gegeven.

Terwijl ik dit schrijf brengt de post nog een postwissel uit diezelfde plaats met een gulden, afgezonden door Ds. v. d. Berg van iemand die den vorigen Zondag door ziekte verhinderd was ter kerk te komen. Een tweede voorbeeld dus dat navolging verdient.

Laten we nu eens zien wat er nog meer is: Vlissingen van A. Marinissen, penningm. der atdeeling, f 15.75, zijnde de contributie 1915 der leden na aftrek der 25 pCt.

Asperen van J. J. K. f 2.50 voor den Leerstoel en f 2.50 voor het Studiefonds, samen f 5.

Neder-Hardingsveld van F. Bakker Sz, f 7.15, inhoud van busje No. 36.

Leerbroek door Ds. G. A. Pott f 12.25, zijnde de gezamenlijke inhoud van de Leerbroeksche busjes

Middelburg van F. den Hoedt f 1.75, den inhoud van busje No. 171.

Maassluis door Ds. J. J. van der Grient f 1 van N. N.

Delft door Ds. G. H. Beekenkamp f 2, den vorigen Zondag in de Oude Kerk gecollecteerd met bijschrift: uit dankbaarheid dat De. van Grieken in onze gemeente is gebleven. „Daaraan heeft de penningmeester veel te danken", schrijft deze erbij. „De een geeft omdat ze blijven en de ander omdat ze komen. Een winstgevend bedrijf voor u."

Ja, dat is zoo. Bij het gebrek aan Geref. predikanten alleszins begrijpelijk. Zoo ben ik wel benieuwd vanwaar binnenkort de postwissels zullen komen: uit Oldebroek of uit Delft. Ik zal maar niet zeggen wat ik hoop. De neutraliteit, die overal gepredikt wordt, past mij ook hier. Dè blikken zijn anders in den laatsten tijd wel op de oude prinsenslad gericht. Nu las ik weer dat onze voorzitter op een drietal staat te Amsterdam. Of die beroepen zal worden, weet ik niet (en ik bedoel ook niet zijn persoon), maar toch heeft het mij wel eens verwonderd dat men in een plaats, waar 30 predikanten staan en waar, zoo het schijnt, de Confessioneelen de lakens uitdeelen (zeker toch ook wel met steun van de Bondsmannen) nooit eens een plaats geruimd wordt voor een predikant van den Geref. Bond. Het gereformeerde element zou daardoor toch zeker wel versterkt worden, In Rotterdam schijnt men daarover milder te denken

Maar zeg, penningmeester, waar bemoeit ge u nu weer mee? Dat heeft nu toch met „Financiën" niets uitstaande! Niet? Dat weet ik nog niet. Dat stem ik nog zoo grif niet toe. Denk er maar eens goed over na.

Met hartelijken dank aan allen voor de vele gaven.

J. C. FLIEHE, Penningmeester.

Arnhem, G. A. van Nispenstraat 18.

Oude postz.. Capsules, Züverpapieir.

Gelukkig bemerk ik dat men naar de oproeping tot het bijeenbrengen van f 200, reeds heeft geluisterd; dat geeft moed. Er ontbreken nog ruim 50 gulden aan. Dus nu niet zoo'n onbereikbaar getal. Als allen hun best doen dan komen wij er bepaald. Wij zullen nog maar afwachten en beginnen met onze opgaaf:

Ie. van N. N. uit den Haag een pakje postzegels en 8 stuivertjes met bijgaand schrijven:

Een ernstige klacht Onder d'oogen gebracht.

Geeft schoonmaakgerei En wat stuivers er bij.

2e. van een vriend uit Friesland uit den Noord-Oosthoek 5 ongebruikte postzegels. Bij was niet in de gelegenheid om oude te verzamelen, maar wilde toch iets bijdragen voor de f 200. Als ik het voor 't zeggen heb, dan ontvang ik liever 5 ons ongebruikte dan een kilo gebruikte. Dat gelooft u wel van mij?

3e. van mej. J. Mangert te Delft een pak met postzegels, capsules en zilverpapier;

4e. van mej. Wi lems te Nijverdal een pakje capsules, postzegels en zilverpapier;

5e. van onze bekende Cornelia van Dam een reuzenmassa capsules, postzegels en zilverpapier ;

6e. van H. Tromp te Harderwijk een pak postzegels, capsules en zilverpapier;

7e. van Joh. Bakkeren te Delft een onnoemelijke massa postzegels, capsules en zilverpapier, hoofdzakelijk verzameld door de kinderen van de Wilhelminaschool;

Se. van een oud-leerling van mijn Zondagsschool, die voor eenige weken is overleden, een zakje capsules. Ik was er. door ontroerd toen zijn zusje het mij kwam brengen. Hij had ze voor mij verzameld, zei ze.

Met hartelijken dank en met vriendelijke drang om aller medewerking.

Mej. H. H. VERBEEK,

Kanaalweg 14, Scheveningen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen