Een scherpe aanklacht

Een ezel en een engel worden ingezet om Bileam stil te zetten. Ook ons kan de Heere plotseling stilzetten, bijvoorbeeld door ervaringen van teleurstelling, tegenslagen of grote zorgen. Maar let op het doel: verootmoediging en (vernieuwde) aanbidding.

Het eerste verzoek van Balak om het volk Israël te komen vervloeken heeft Bileam op Gods bevel geweigerd. Na het tweede verzoek gaat Bileam wél op reis. God geeft daarbij een duidelijk instructie: ‘Sta op, ga met hen mee, maar u mag alleen dat doen, wat Ik tot u spreken zal.’ (vs.20) Is Bilaem echt bereid om alleen de Heere te gehoorzamen?

Onlogisch

Nadat Bileam met de goedkeuring van God is vertrokken, lezen we: ‘De toorn van God ontbrandde echter, omdat hij op weg ging...’ (vs.22) Dat is opvallend, onlogisch en kan ons verwarren. Eerst komt er toestemming en vervolgens afkeuring van Gods kant. Is de Heere God zo veranderlijk? Of heeft Bileam de boodschap verkeerd begrepen?

Misschien herkent u het wel. Biddend hebt u gezocht naar wat de Heere van u vraagt en na verkregen inzicht ging u de weg die de Heere u voorhield. En dan volgt er toch tegenslag.

Drie keer

De ezel waarop Bileam rijdt, geeft tot drie keer toe ‘problemen’. Drie keer slaat Bileam de ezel. De derde keer gaat de ezel liggen en vlamt bij Bileam de woede op. Als lezer zien we hoe de ruimte om de confrontatie te ontwijken steeds kleiner wordt, maar Bileam heeft nog niets door.

Nadat de Heere ingreep door Zijn engel te zenden, volgt nu een tweede ingrijpen: de ezel gaat spreken en klaagt Bileam aan voor drie mishandelingen. Bileam lijkt niet verbaasd te zijn over de mogelijkheid van een gesprek met een ezel. Paste dit bij zijn ‘spirituele’ gaven? Opvallend is hoe hij de ezel verwijt dat deze met hem spot. Hij zou de ezel het liefste hier doden. De ezel roept Bileam echter op tot bezinning. ‘Was ik ooit gewend u zo te behandelen? Hij zei: Nee!’ (vs.30) Bileam, zou je niet eens even verder door moeten denken over wat hier gaande is? De ezel blijkt gezien te hebben wat de ‘ziener’ zelf niet ziet: een engel met een zwaard blokkeert de weg.

Dit inzicht ontvangt Bileam pas als de Heere de ogen van Bileam opent. Dit derde ingrijpen van de Heere laat Bileam zien wat eerder voor hem verborgen bleef, wat hij niet kón zien. Pas nu ziet Bileam de engel van de Heere met zijn zwaard in de hand. Het gebruikte Hebreeuwse woord voor ‘openen/ ontsluiten’ wijst erop dat een deksel wordt weggenomen. Dit doet ons denken aan de woorden van de apostel Paulus, die getuigenis geeft dat bij Gods verbondsvolk Israël een deksel op het hart ligt, wanneer zij Mozes lezen. (2 Kor.3) Maar Christus doet die bedekking teniet. Wij bidden dat dit ook spoedig voor Israël werkelijkheid zal worden.

Bezinning

Pas bij het derde ingrijpen van de Heere komt Bileam tot bezinning. Hij ziet de engel en hoort de scherpe aanklacht over het onterecht slaan van de ezel. Het vreemde gedrag van de ezel heeft eerder bij Bileam niet tot bezinning geleid. Laten wij hierdoor gewaarschuwd zijn: zijn wij opmerkzaam op Gods tekenen? De engel legt uit dat de weigering van de ezel Bileam behoedt voor het zwaard. (vs.33) De Heere zoekt geen wraak, maar vraagt wel volledige gehoorzaamheid. Zo komt Bileam tot bezinning en op de knieën belijdt hij zijn schuld.

Hoe dubbelhartig was Bileam met de mannen van Balak meegegaan? Wilde hij én God én Balak dienen? Ernstig kritisch wordt in 2 Petrus en in de Judasbrief over Bileam gesproken. In die laatste staat ten aanzien van de dwaalleraars dat zij zich ‘om loon in de dwaling van Bileam gestort’ hebben. Hoe snel dreigt dubbelhartigheid in ons leven, ook in ons geloofsleven. Hoe snel gebeurt het niet dat we naast de Heere nog andere ‘goden’ aanhouden of dat we, bewust of onbewust, toch denken dat het volgen van de Heere ons veel aardse zegen en voorspoed zal geven. Wat als we dan stilgezet worden? Bileam kwam door de aanklacht op de knieën terecht voor God. Ook wij moeten ons steeds verootmoedigen onder het belijden van onze schuld. Wij mogen op het Lam Gods zien. Juist door Zijn totale gehoorzaamheid heeft de Heere Jezus Christus ons heil bereid. Daardoor worden we stilgezet. Dubbelhartigheid kán niet bestaan. Heere, open mijn ogen, opdat ik Uw heerlijkheid mag zien. Nu al, in brood en wijn, en straks voor eeuwig.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen