De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Gericht op Hem

Bekijk het origineel

Gericht op Hem

Zes leessleutels bij de Bijbel – offers, reinheid en Gods geboden (5)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

In Deuteronomium 22 klinkt het gebod om geen kleding van twee soorten stof aan te trekken. Moet je dit opvolgen? ‘Nee’, zeggen we. Maar waarom niet? Dit hangt samen met de vijfde leessleutel: let op wat blijft en op wat voorbijgaat. Ik spits dit toe op drie terreinen: offers, reinheid en Gods geboden.

Bij de vijfde en de laatste leessleutel komt opnieuw de verhouding tussen Oude en Nieuwe Testament naar voren. We hebben ontdekt dat een helder zicht op deze nauwe relatie onmisbaar is voor een goede omgang met de Bijbel.

Onrein

Artikel 25 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis verwoordt dat de komst van de Heere Jezus Christus veel betekent voor het verstaan van de Bijbel en dus ook voor het bijbellezen. Omdat allerlei ‘ceremoniën, figuren en schaduwen’ van het oude verbond zijn opgehouden, zijn christenen niet meer verplicht deze te houden. Tegelijk belijdt het artikel ook dat voor ons de ‘waarheid en substantie daarvan in Christus Jezus’ bestaan. Ondanks de vervulling in Christus heeft deze schaduwdienst van het Oude Testament ons nog steeds iets te zeggen.

Ik spits de belijdenis van artikel 25 toe op de offers, de reinheidswetten en met name op het gebod tot naastenliefde. Omdat de offers van het Oude Testament zijn vervuld in het ene offer van Christus voor de zonde, hoeven wij deze niet meer te brengen. Toch is de offergedachte in het Nieuwe Testament niet verdwenen. Op grond van de verzoening door Christus’ offer worden gelovigen opgewekt om hun leven aan de Heere te wijden (Rom.12:1). De geestelijke relatie met de Heere Jezus betekent vooral een leven van dank voor Zijn verlossing.

Een ander voorbeeld heeft betrekking op rein en onrein (Lev.12-15). Als Israëliet kon je onrein worden door de aanraking met onreine voorwerpen, evenals met melaatsen en doden. Je moest dan een aantal reinigingsvoorschriften volgen om weer zuiver te worden. Hoewel deze concrete wetten niet meer op ons van toepassing zijn, komt de geestelijke strekking ervan in het Nieuwe Testament terug.

Terwijl elk mens door de zonde onrein staat voor God, wordt elke gelovige geestelijk rein in Christus door vergeving en vernieuwing. Toch kun je opnieuw verontreinigd raken door allerlei zondige verlangens en praktijken als geldzucht, roddel, wraak, overspel en dronkenschap. Daartegen waarschuwt de apostel om Christus’ wil (1 Kor.6:12-20), terwijl hij tegelijk tot concrete geestelijke reinheid opwekt (2 Kor.7:1).

Verstoorde relatie

Het boek Deuteronomium geeft in de hoofdstukken 21-24 allerlei concrete voorschriften voor de omgang met het bezit, de naam en het leven van de naaste. Het Nieuwe Testament spreekt niet meer over Gods geboden als burgerlijke wetten binnen een land, staat of bevolking. Bij het lezen van de Bijbel moeten we beseffen dat allerlei concrete geboden in het Oude Testament onderdeel uitmaken van het Sinaïverbond. Deze hadden een tijdelijk karakter en zijn met de komst van Christus dan ook vervallen.

Terwijl allerlei burgerlijke wetten verdwijnen, blijven de Tien Geboden centraal staan in het Nieuwe Testament. Ze hebben in elke tijd zeggingskracht in het licht van Christus’ weg en werk. Daarom blijft de roeping om de naaste lief te hebben voluit bestaan in de christelijke gemeente.

Ik noem enkele voorbeelden van de eerste en van de tweede tafel van de wet. Ook in het Nieuwe Testament klinkt het gebod om de ene ware God te dienen. Daarom waarschuwt Jezus Zelf tegen de mammon, de geldgod (Matt.6:25), terwijl de apostel Johannes zijn eerste zendbrief eindigt met de woorden: ‘Lieve kinderen, wees op uw hoede voor de afgoden.’ (1 Joh.5:21) Met het oog op de naaste wijst Jezus op verzoening. Je kunt pas offeren als je de verstoorde relatie met je broeder hebt hersteld (Matt.5:21-24). In Efeze 4 wekt de apostel Paulus zijn lezers op tot een leven van bekering. Daarbij hoort geen leugen of diefstal, geen vuile taal en geen woede, toorn, geschreeuw en laster, maar vriendelijkheid, barmhartigheid en vergevingsgezindheid (vs.25-32). De Tien Geboden komen dus terug, maar in het licht van Christus’ leer en verlossing.

Begeerten

Twee aspecten krijgen dan een verdiepte betekenis. Ten eerste gaat het bij gehoorzaamheid om een zaak van je hart. In de Bergrede geeft Jezus verschillende voorbeelden hiervan, zoals de omgang met een vrouw (vs.27-29). Het is niet voldoende om je uiterlijk aan het zevende gebod te houden en geen overspel te plegen. De bedoeling van het gebod is dat je begerige blikken tegengaat en met een zuiver hart naar een vrouw kijkt. Dit is een voorbeeld van ‘overvloediger gerechtigheid’ dan die van schriftgeleerden en Farizeeën (vs.20).

Ten tweede staat de liefde centraal. Dit is ook in het Oude Testament al cruciaal (Lev.18:19), maar door Jezus’ weg en werk krijgt de liefde alle nadruk. Zoals bijvoorbeeld in Romeinen 13:8-14; daar verkondigt Paulus dat de tweede tafel van de wet voluit blijft staan. Tegelijk benadrukt hij dat de goede omgang met de naaste alleen in liefde kan gebeuren, want ‘de liefde is de vervulling van de wet’ (Rom.13:10). Deze woorden betekenen: in de liefde komt de diepste bedoeling van Gods gebod aan het licht.

Aan het einde van Romeinen 13 verbindt Paulus deze opwekking met Christus: ‘Maar bekleed u met de Heere Jezus Christus, en verzorg het vlees niet om begeerten op te wekken.’ (vs.14) Gelovigen zijn gestorven en opgewekt met Hem om in een nieuw leven te wandelen. Dit is een leven vanuit de verlossing, in het spoor van Hem.

Hoewel de Tien Geboden dus ook in het Nieuwe Testament voluit gelden, is de geloofsverbondenheid met Christus beslissend voor een wandel in het spoor van de wet. Zijn volbrachte werk en voorbeeld van nederige liefde vormen de prikkel om Gods geboden te doen uit hartelijke liefde en dankbaarheid.

Scheppingsorde

Wat voorbijgaat en blijft, zien we ook in de scheppingsorde van het huwelijk. Jezus geeft aan dat de tijd van de echtscheidingsbrief van Mozes voorbij is. Er is geen reden meer om een huwelijk zomaar te ontbinden, behalve vanwege overspel (Matt.19). Waarom is Jezus daarin zo radicaal? Omdat deze unieke relatie al in de schepping aanwezig is. In het Oude Testament is daarvan tijdelijk afgeweken vanwege praktische knelpunten en scheefgroei, maar vanaf het begin is het zo niet geweest. Er is nog een reden dat Jezus de heiligheid van het huwelijk onderstreept. Juist op dit terrein krijgt de liefde als vervulling van de wet een belangrijke plaats. Het huwelijk is een eigen afspiegeling van de liefde waarmee Christus Zijn Vader en zondaars heeft gediend (Ef.5:22-33).

Paulus belicht twee dingen. Ten eerste dat man en vrouw in een bepaalde scheppingsorde staan. Hij wekt vrouwen namelijk op om ‘onderdanig’ te zijn aan hun mannen (vs.22), want de man is het hoofd van de vrouw. Ten tweede is deze opwekking nauw verbonden met Christus. Zoals Hij het Hoofd van de gemeente is, zo is de man het hoofd van de vrouw. Maar er is nog iets wezenlijks in de opdracht van de man. Zoals Christus Zich heeft opgeofferd voor de gemeente, zo zal de man zich opofferen voor zijn vrouw door haar liefdevol voor te gaan.

Liefde is dus het hart van de omgang tussen man en vrouw. We zien hier wat voorbijgaat en wat blijft. De scheppingsorde blijft bestaan, waarin de man als hoofd van de vrouw de taak heeft gekregen om haar liefdevol en dienend te leiden. Van de aansporing tot liefde is Christus’ overgave tot in de dood het geheim.

Zo wordt zondige ontsporing tegengegaan. Ook een scheppingsinstelling als het huwelijk krijgt vanuit Christus een nieuwe betekenis. Hij heeft immers laten zien hoe zelfopofferende liefde het geheim is om in het spoor van Gods bedoeling te gaan.

Neem en lees

We kunnen niet dankbaar genoeg zijn voor de gave van de Bijbel. Voluit belijden we: ‘Uw Woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad.’ (Ps.119:105) Of met de woorden van de apostel Petrus: ‘Wij hebben het profetische woord dat vast en zeker is.’ (2 Petr.1:19) Daarom is het belangrijk om de goede verbanden in de Schrift, de heilshistorische lijnen en vooral de rode lijn (steeds meer) te ontdekken. Daarbij zijn leessleutels dus belangrijk, anders kunnen we zomaar verdwalen. Deze sleutels helpen om op allerlei manieren te ontdekken dat God en Zijn werk het centrum van de Bijbel vormen. Alle lijnen daarvan zijn gericht op Hem. Van Hem lezen we na Pasen toen Hij in gesprek was met de Emmaüsgangers: ‘En Hij begon bij Mozes en al de profeten en legde hun uit al wat in de Schriften over Hem geschreven was.’ (Luk.24: 27) Neem daarom en lees! Hiervoor is een goede geestelijke houding onmisbaar.


Zes leesregels

1. Lees de Bijbel als een betrouwbaar boek

2. Neem het gezag van de Bijbel aan

3. Lees de Bijbel als een historisch getuigenis

4. Lees de Bijbel als het getuigenis van Jezus Christus

5. Let op wat blijft en op wat voorbijgaat

6. Lees de Bijbel als geestelijk voedsel waarvan je leeft

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 november 2024

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Gericht op Hem

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 november 2024

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's