De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Financiën.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Financiën.

6 minuten leestijd

Op 18 Maart zullen wij D.V. de jaarvergadering hebben. Ik heb nog de laatste hand te leggen aan de rekeningen, dan zijn we daarmede klaar. Dat is tegenwoordig anders geen werk dat ge in een achtermiddag in elkaar zet. Maar dat helpt. Ik doe het met genoegen en gewillige arbeid valt niet zwaar. Die rekening van het laatste jaar geeft Maar neen ! daar zeggen we nog niets van. Dat bewaren wij voor de vergadering. Daar hopen wij de belangrijke cijfers en feiten, die op onze rekening voorkomen mede te deelen, daar is het de aangewezen plaats, hoewel de verleiding groot is, om er reeds nu een en ander over te vertellen. Wij hopen daar al onze vrienden te ontmoeten. We beleven belangrijke tijden op maatschappelijk en niet minder op kerkelijk gebied en dan is het goed dat zij die bij elkander behooren zich dicht aaneensluiten. Vooral voor ons Gereformeerde Hervormden is dat noodig. En als wij dan eens per jaar elkanders aangezicht eens zien en met elkander kunnen spreken over zoo menige zaak waarin wij belangstellen, dan is dat toch niet te veel. Wij rekenen er dan ook op dat de jaarvergadering druk bezocht zal worden, evenals ten vorigen jare.Wat de Zendingsdag is voor den Gereformeerden Zendingsbond, dat is de jaarvergadering voor ons. Daar komen er wel 5 of 6 duizend. Wij zijn met minder tevreden. Als wij zooveel honderden bij elkander zien, als daar duizenden, dan hebben wij niets te zeggen. Maar dat kan. Minder moet het niet zijn.

Ik weet nog niet of er voorstellen bij den secretaris zijn ingekomen, wel weet ik wie een referaat zal houden. Als er geen verandering is gekomen, dan zal dr. Severijn, van Leerdam, spreken over :

HET GEZAG VAN GODS WOORD.

Mij dunkt een gelukkig gekozen onderwerp dat aantrekt. Waar het ongeloof en verachting van dat Woord hand over hand toeneemt en alle vijandige machten, fijne en grove, samentrekken om dat Woord zijn gezag te ontnemen, daar is dit onderwerp juist op zijn plaats en valt er voor ons nog wat te leeren, dat ons in 't dagelijksch verkeer met andersdenkenden kan te pas komen

Nu hebben wij in onzen referent wel een „Zeer geleerde" maar nog geen „Hoog geleerde." Wat in dit geval een voordeel kan wezen. Wij loopen dan misschien minder gevaar dat, evenals vorig jaar mijn vriend Dirk tot mij moest zeggen : „Het was mooi, maar jongen, soms ging het wel een beetje boven m'n pet." Daar hebben eenvoudige menschen zooals Dirk en ondergeteekende al gauw last van en misschien zijn er nog wel meer. Dr. Severijn is echter iemand, die onze luidjes kent, want hijzelf is een der onzen en hij zal er ongetwijfeld rekening mee houden dat 't voorgedragene niet al te zeer boven de bevatting van zijn gehoor zal gaan. Daar kunnen wij wel gerust op zijn en behoeft u niet weg te blijven om de gedachte : Och, ik kan dat toch zoo goed niet begrijpen. Wij gaan dus vol verwachting ter jaarvergadering en ik hoop, dat allen zullen zeggen : Wij gaan met u mede. Allen I !

Wij zullen nu eens gaan zien wat de post ons heeft gebracht. Om te beginnen een aangeteekenden brief uit:

Oldebroek, met een bedrag waar wij de dikke letters voor noodig hebben. Jongen I Dat was een verrassing. Het loopt alweer op het eind van de spreekbeurten en ik had gemeend dat ik al de grooten te pakken had. Maar ik had niet gedacht aan Oldebroek. Ja dat is tegenwoordig een gemeente waar we op rekenen kunnen. In de laatste paar jaar is daar veel veranderd. Vroeger (de menschen hebben het mij zelf verteld) wist men op z'n best dat er een Gereformeerde Bond of Zendingsbond bestond. Maar tegenwoordig weten ze het goed. En het blijkt dat er liefde ook voor bestaat. Dat bleek mij niet alleen uit het bedrag der collecte, maar uit een bijgevoegd voorstel waar ik eerst nog meer van moet weten om er publiek over te schrijven.

Ja het is toch maar waar : „zoo de priester, zoo het volk". Nu staat deze priester op een 3-tal naar Leiden heb ik in de courant gelezen. Wat er gebeuren zal weet ik niet. En al wist ik het, ik zou er mij toch niet mee mogen bemoeien en er vooral niets over schrijven, want ik zou bepaald aan alle kanten mijn vingers branden. In zoo'n geval, hoe 'n bemoeial ik volgens sommigen ook ben, houd ik mij altijd neutraal, al vind ik dit overigens nog zoo'n leelijk woord. Maar toch ben ik niet zoo neutraal dat ik niet van heeler harte hoop, dat er in Oldebroek ten allen tijde een flinke Bondsdomine zal zijn, al waren het er twee. Als penningmeester heb ik daar het grootste belang bij en daar mag ik toch voor opkomen, niet waar ? De Oldebroekers willen dat ook het liefste. Dat weet ik en dat hebben ze getoond, door mij een collecte te zenden voor onze fondsen van

HONDERD TWEE GULDEN 781/2 cent.

Waar inbegrepen is een nagift van A. v. d. M. van ƒ 2.50.

De spr., ds. Jongebreur, schijnt goed voldaan te hebben en 't gesproken woord ingeslagen te zijn. Dat zien we niet alleen aan deze collecte, maar ik heb ook gelezen, dat hij er 8 dagen later beroepen is. Ge ziet, het, met halve krachten zijn ze daar ook al niet tevreden. Nu, de Bondsbelangen zouden hem daar ook wel toevertrouwd zijn, daar twijfelt toch zeker geen mensch aan. Maar laat ik oppassen voor mijn vingers en liever met de postwissels verder gaan.

Tholen, door ds. van Luttervelt, ƒ2.50 „voor het Geref. Leerstoelfonds van een werkman, door verhooging van zijn weekloon. Deze geest is voorzeker beter dan die der staking en der voortdurende ontevredenheid."

Ermelo-Veldwijk. „Geachte penningmeester. Ik hen een lezeres van de „Waarheidsvriend" en vergeet dan natuurlijk niet om „Financiën" te lezen. Ik heb al meermalen geprobeerd om een abonné te werven, wat mij altijd mislukte. Maar ik heb ondervonden, dat de aanhouder wint, want nu heb ik er een gewonnen. Ik doe er ƒ 1 bij voor het Studiefonds. Met hart. groete,

Een lezeres van de W^rheidsyriend".

Wie volgt ?

Kampen, door J. de Groot, w.n. penningm. van de vereen. „Uw Woord is de Waarheid", ƒ45.10 voor het Studiefonds als opbrengst van de spreekbeurt op 26 Febr. in de Broederkerk gehouden door ds. C. B. Holland.

Slikkerveer, ƒ 1 van mej. M. Landersloot voor contributie 1920, waarvoor u mij kunt inschrijven als lid van den Geref. Bond. Ferm zoo I Hierboven, hebben wij een zuster, die een abonné wint. Hier hebben wij er weder een, die lid wordt. Zoo gaan de vrouwen ons voor.

Huizen, ƒ45.15, afgezonden door den heer G. Magrijn (is dit van een spreekbeurt ? ) Van dit bedrag ƒ 42.95 voor het Studiefonds en ƒ2.50 voor het Leerstoelfonds.

Bolnes, door den heer P. A. Joen ƒ47, zijnde de collecte voor het Leerstoel-en Studiefonds gehouden op 29 Febr. j.l. op de spreekbeurt van ds. M. van Grieken.

En hiermede ben ik aan het einde van mijn verantwoording voor deze week. Moge de Heere de gaven en de gevers zegenen.

De Penningmeester,

Arnhem, Pels Rijckenstraat 28.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 maart 1920

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Financiën.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 maart 1920

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's