De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Feuilleton.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Feuilleton.

7 minuten leestijd

Van 's levenspad

door COR.

Enkel doornen.

't Leven schenkt mij enkel doornen, Neen, geen roosje is mijn deel, Leer mij, Heere, willig buigen, Want Gij legt nooit op tè veel.

Zoo 'klonk de klacht van een meisje, welker leven was heengegaan wijl! zij niets dan moeite en druk had ontmoet, schier onophoudelijk met tegenspoeden had te kampen. Reeds vanaf haar vroegste kinderjaren herinnerde zij zioh niets dan dat haar leven zoo droevig was, dat zij zich nimmer als andere kinderen kon verheugen en verblijden, dat zij nooit onbezorgd kon spelen. En al was het dat zij eens een enkele maal wat opgewekt was, niet door droefheid werd neepgedrukt, zoodat zij wilde meedoen met andere kinderen, die met hun vroolijk spel bezig waren, dan werd zij van alle zijden geweerd, werd haar toegeroepen dat zij niet mocht meedoen, omdat zij het geheele spel zou bederven, zoodat zij dan toch nog alleen was, waardoor haar neergedruktheid des te spoediger terugkeerde. Alleen dwaalde zij dan weer rond, met haar groote donkere oogen vol droefheid starende op de wondere natuur, geschapen door haar Schepper, Dien zij gedurig miste. Dat was de oorzaak van haar gedurige droefheid, dat de reden van haar onophoudelijke bedruktheid, want hoe jong zij ook was, gevoelde zij den Heere kwijt te zijn, Hem te missen. Dien hare ziel liefhad. Zij kon niet sterven zooals zij geboren was, .niet voor den Heere verschijnen zooals zij nu voortleefde, dat vervulde haar met diepe smart en dat deed haar, nog zoo jong zijnde, reeds voortgaan over 's levenspad schier nimmer blijdschap of vreugde kennende.

In het opgroeien werd dit alles niet beter, ja zelfs .nog erger. Niet zonder oorzaak Idonk haar klacht : 't Leven schenkt mij enkel doornen, Neen, geen roosje is mijn deel.

Steeds opnieuw ondervond zij enikel moeite en tegenspoed, niets dan droefheid en druk. Niet dat zij van het leven nog iets verwachtte, dat haar oog nog gericht was op wat de wereld biedt, o neen, dat wenschte, dat begeerde zij niet, maar zij had een ander doel voor het leven. Het vele lijden rondom haar ziende, het oog slaande op alles wat geleden werd, wilde zij over 's levenspad gaan tot hulp en steun van al die lijdenden, hun pijnen verzachten, hen in hunne droefheid vertroostende. Maar ook dat ideaal werd niet verwezenlijkt, dat werd haar geheel en al ontnomen. Nog nauwelijks den kinderschoenen ontwassen, werd zij op een ziekbed neergeworpen, openbaarde zich een kwaal, welke wel nimmer zou genezen, welke haar wel naar het graf zou brengen. Met korte tusschenpoozen moest zij jaren lang nederliggen, ging haar leven, waarvan zij zioh voorgesteld had dit te besteden in dienst van lijdenden voorbij, terwijl zij zelf op het ziekbed lag uitgestrekt, volgens haar gedachten geheel doelloos en nutteloos. Dat maakte haar zoo droevig, dat deed haar nederliggen met diepe smart vervuld, ziende op zoovelen, wier idealen werden verwezenlijkt en dat deed haar klagen :

't Leven schenkt mij enkel doornen, Neen, geen roosje is mijn deel.

Ofschoon echter menigmaal vol diepe smart nederliggende, toch kende zij ook de dagen, waarin blijde lofpsalmen opstegen van haar ziekbed, wijl zij dan vol vreugde nederlag, het oog geslagen op haren Schepper, Dien zij nu kende als haar Heere en God Die haar in Christus Jezus had vrijgesproken van zonden en schuld, haar had toegeroepen dat zij voor eeuwig de Zijne was. Dat groote, wondere voorrecht was haar te beurt gevallen in den tijd dat zij op het ziekbed nederlag. Zwaar en bang was haar zielestrijd geweest, menigmaal lag zij neer, slechts het eeuwig verderf verwachtende, maar op een dag, waarin haar lichaam zoo zwak was, dat zij meende nu te moeten sterven, om dan voor eeuwig haar Schepper te missen, daalde Die af in hare ziel, sprak haar van Zijn eeuwige liefde voor een zondig schepsel, die Hem Zijn eenigen, dierbaren Zoon deed zenden, om hen met Zijn bloed vrij te koopen, waardoor ook zij verwaardigd zou worden eindeloos bij Hem te verkeeren, eeuwig Hem te aanschouwen. De Heere, haar Koning en haar God, Christus Jezus haar Bong en Middelaar, haar Zaligmaker, dat wetende, mocht zij nu voort gaan over 's levenspad, daarin zich verheugende, het voor haar zoo moeitevolle pad betreden en daarom ooik kon zij zoo gewillig dragen dat het leven haar enkel doornen schonk, dat geen roosje haar deel was.

Maar somtijds waren er ook nog wel tijden, dat zij haar kruis zwaar op zich voelde drukken, dat zij al den tegenspoed zag, welken zij op haar pad ontmoette, wat dan in haar hart het waarom deed oprijzen. Dan zag zij zoovele anderen, wier levens­ pad was 'bestrooid met rozen, die daarop gingen, de vervulling van hun idealen ziende, wat haar dan zoo droevig maakte, wijl dat alles haar werd onthouden. Wanneer zij echter op dit alles blikte, ging klagen over haar tegenspoed, mocht zij steeds weer gedenken dat de Heere Zelf dat kruis op haar schouders lag, dat Die voor haar noodig keurde zoo door het leven te moeten gaan en werd haar klacht altijd onmiddellijk .gevolgd door een bede om berusting en klonk het :

't Leven schenkt mij enkel doornen, Neen, geen roosje is mijn deel.Leer mij, Heere, willig buigen. Want Gij legt nooit op tè veel.

Een leven van enkel droefheid en druk, dat was haar deel, en is dit wellicht ook het uwe bij het gaan over 's levenspad, behoort oo'k gij tot hen, die in dit leven niets dan tegenspoed ervaren ?

Dat het u dan mocht gaan als dat meisje, •dat al uw moeite en druk u steeds dichter bij den Heere mocht brengen. Zoo spoedig rijst het zondige „waarom" in het hart, wil dat u vervoeren het oog tot den Heere op te slaan, Hem-vragende waarom het nu juist zóó moet. Bedenk echter, dat de Heere nóóit lust heeft in plagen, dat al de tegenspoed slechts dient, opdat gij de wereld zoudt verlaten en Hem navolgen. Laat het u dan een roepstem zijn, een waarschuwing om naar den Heere te vragen en te zoeken, opdat niet eenmaal tot u gezegd zal worden „Ik heb u geslagen, maar gij hebt geen pijn gevoeld."

Met den Heere over 's levenspad, hoe moeilijk 't dan ook moge wezen, hoe zwaar uw druk ook is, toch zult gij u dan kunnen verheugen in het vooruitzicht dat weldra alle leed geleden zal zijn, dat de tijd aanstaande is, waarin gij, ontheven van alles wat u nu gebogen doet voortgaan, den Heere moogt aanschouwen, Die u verwaardigt bij Hem te verkeeren, omdat gij van zonden en sohuld zijt gewasschen in het bloed van Christus Jezus. Al klaagt gi| dan nu :

't Leven schenkt mij enkel doornen. Neen, geen roosje is mijn deel,

straks zult gij eindeloos verblijd bij den Heere mogen verkeeren, Hem danken voor 't groote wonder aan u verricht, Hem grootmakende dat Hij in Christus Jezus uw zonden niet meer wil gedenken, maar door dien dierbaren Heiland en Zaligmaker u verwaardigen eindeloos Zijn lof te vertellen.

Indien gij echter over 's levenspad gaat, geen moeite en druk kennende, laat dit u dan toch niet afhouden naar den Heere te vragen, want ook gij zult Hem straks ontmoeten, alles wat gij hebt zult gij moeten achterlaten om voor den Heere te verschijnen als een zondig schepsel. Indien gij dan geen Borg en Middelaar hebt voor uwe ziel, zoo Koning Jezus uw Voorspraak niet is, Die zegt dat Hij de schuld heeft betaald voor u, de straf gedragen, zal het oordeel over u worden uitgesproken : „Ga weg van Mij, gij werker der ongerechtigheid, Ik heb u nooit gekend !"

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 mei 1922

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Feuilleton.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 mei 1922

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's