Rondom de Leestafel.

Langer dan ons lief is liggen er enkele boeken op de leestafel te wachten op een aankondiging en bespreking in ons Bondsblad. Wij hadden gehoopt dat er in de vacantiemaand wat van komen zou. Maar om dat het vacantie was kwam er geen bespreking. Wij haasten ons nu, om voor deze rubriek iets te schrijven.
Allereerst ligt te wachten een mooi leesen studieboek „Luther onze huisvriend" dat in afleveringen wordt uitgegeven door J. van der Wal te Bruinisse. Van dezen uitgever hebben we den laatsten tijd al méér boeken aangekondigd, denk maar eens aan „Teun de Strooper", dat aardige boekje dat ons verplaatst in de dagen der Afscheiding en aan „De Geestelijke mensch" door Ds. Florentius Costerus, dat ons een breede beschrijving geeft van de bekeering des menschen en het geestelijk leven van Gods kinderen. Nu ligt dan dat boek over Luther daar voor ons, althans het eerste gedeelte van dat boek (III afleveringen) en hoemeer de afleveringen elkaar volgen, hoe meer we moeten zeggen : hier is goed en degelijk werk, dat verdient door ons te worden aanbevolen, 't Is een boek dat uit het Duitsch vertaald is (door Paul Scheurlen geschreven) en dat ons het huiselijk leven van Luther in den breede teekent. De komende wintermaanden zijn er bij uitstek geschikt voor, om dit boek te lezen. (4 Afleveringen zijn verschenen).

Een heel ander boekje, dat om bespreking vraagt, is Het boek der Psalmen, ten behoeve van het rythmisch zingen bewerkt door Dr. J. C. de Moor, uitgegeven door Gebr. Zomer en Keuning te Wageningen. Wat dit voor een boekje is ? In het woord „ter inleiding" geschreven staat o.a.: „Terug naar den oorsprong ; terug naar het karakter onzer Psalmmelodieën ; terug naar Calvijn en Voetius, die ook een warm verdediger van deze methode was." Dit boek, bewerkt door Dr. de Moor, wil het zingen van de Psalmen tot de aloude, gereformeerde wijze terug* brengen ; wat men noemt „op heele en halve noten zingen". N u zingt men zóó, dat alle noten een gelijken tijdduur hebben — dikwijls vijf kwart Maar dat is niet de rechte manier. Dat behoort mee tot de gevolgen van de inzinking van het calvinisme en komt voort uit de zucht van den modernen tijd. De oude manier is veel beter, daar toen de melodieën gezongen werden op een manier, die geheel met haar wezen overeenkomt. Het is eigenaardig dat de Synode der Ned. Herv. Kerk zich daar reeds jaren voor geïnteresseerd heeft, in aansluiting aan de studie van Prof. Acquoy van Leiden. In het jaar 1892 heeft zij aan dien professor opgedragen, de uitgave te bezorgen van „een Psalmboek, waarin de oorspronkelijke melodieën zouden worden hersteld en zooveel noodig naar de eischen der Nederlandsche versmaat ingericht, opdat zij, zooals dit in de dagen van Calvijn geschiedde en nog door Voetius krachtig werd aanbevolen, wederom rythmisch zouden kunnen worden gezongen." Prof. Acquoy heeft de opdracht vervuld in 1895 en sinds is een psalmboek van dien hoogleeraar verschenen bij de Nederl. Bijbelvereenlging (J. Brandt en Zn., Amsterdam). De Syn. Commissie heeft dat boek aanbevolen en schrijft o.a. dat ieder die dit boek gebruiken zal, zal bemerken „hoeveel kloeker en krachtiger, bovenal hoeveel bezielder en bezielender, de Psalmen, in den tijd der Hervorming en nog lang daarna hebben geklonken."
Wat Dr. de Moor nu bedoelt met de uitgave van dit, zijn Psalmboek ? Om voor vereenigingen — jongelings-en meisjesvereenigingeni enz. — maar ook voor catechisatie en huisgezin, ja ook voor de kerk een handig, mooi en duidelijk boekje te geven, waarin ieder, jong en oud, gemakkelijk kan zien, hoe, op welke zangwijze, onze Psalmen eigenlijk moeten worden gezongen. Voor dat doel lijkt ons deze handige uitgave uitnemend geschikt. Want het no.tenschrift is duidelijk, ook voor muzikaal minder ontwikkelden. En niet alleen het notenschrift spreekt, maar ook de woorden, die, wanneer zij langer moeten worden aangehouden bij het zingen cursief of schuin gedrukt zijn. B.v. 't Hijgend hert, de jacht ontkomen. Schreeuwt niet sterker naar 't genot Van de frissche waterstroomen. Dan mijn ziel verlangt naar God. Ja, mijn ziel dorst naar den Heer : God des levens, ach ! wanneer Zal ik naadren voor Uw oogen; In Uw huis Uw naam verhoogen ?
Dit vers moet dus gezongen worden : lang, kort, lang, kort, kort, kort, lang, lang enz.
Laat men het eens probeeren in de huiskamer, op onze scholen, op de vereenigingen en men zal zien, dat men spoedig niet weet of 't hoort zoo. „Terug naar den oorsprong ; terug naar het karakter onzer Psalmmelodieën ; terug naar Calvijn en Voetius, die ook een warm verdediger van deze methode was." zegt Dr. de Moor. Wie zou dat niet willen ?

Van de hand van Ds. D. A. van den Bosch, Ned. Herv. pred. te 's-Gravenhage is bij H. Veenman en Zonen een preek uitgekomen met het oog op het jubileumfeest. Dat mooie feest is al weer voorbij. En in zooverre is het „mosterd na den maaltijd". De vacantietijd heeft ons in het aankondigen van deze J u b i 1 e u m-b e d e naar aanleiding van Ps. 134 : 3a „De Heere zegene u uit Sion") parten gespeeld. Maar degenen die Oranje liefhebben kunnen ook nu nog wel dat boekje bestellen, want het is een goed woord, dat ook bij andere gelegenheden dienst kan doen.

Bij J, H. Kok te Kampen is een nieuw deeltje van „Korte verklaring der Heilige Schrift" verschenen en wel De profeet J e r e m i a, opnieuw uit den grondtekst vertaald en verklaard door Prof. Dr. G. Ch. Aalders (1ste deel, hoofdst. 1-24). Wij hebben er vroeger reeds onze blijdschap over uitgesproken, dat door hoogstaande gereformeerde theologen van onzen tijd (meest hoogleeraren te Amsterdam en te Kampen) een nieuwe bijbelverklaring gegeven wordt van al de boeken van het O. en N. Testament, voorzien van korte verklaring. En hoe meer we van dit werk zien, hoemeer wij het leeren waardeeren en willen prijzen en aanbevelen. Ook dit boekje, zoo keurig gebonden in slappen band, is zoo bij uitstek geschikt, om deze uitgave van den heer Kok te prijzen en aan te bevelen. Wat ziet het er in alle opzichten keurig uit ! En de inhoud is daarmee in overeenstemming. Het is geen mooie vlag met een bedenkelijke lading. Het is alles eerste klas ! Eerst geeft Prof. Aalders (hoogleeraar aan de Vrije Universiteit) een breed stuk over den persoon, den tijd, het werk en het boek van den profeet Jeremia. En daarna komt dan de vertaling van het boek met de verklaringen.
Wij bevelen dit boek van Prof. Aalders gaarne aan en zijn er van overtuigd, dat het allen, die deze studie willen gebruiken, tot verrijking van kennis zal wezen en ook een beter inzicht zal geven in de profetieën van den grooten Godsman Jeremia.
De voortgang van dit werk van Prof. Aalders (het 2de stuk moet nog komen) gelijk van gansch deze grootsche onderneming tot vertaling en verklaring der H. Schrift hebbe een goeden voortgang door de gunste onzes Gods !

Van de jubileumuitgaven willen wij — al is 't laat — ook nog gaarne vermelden de mooie boekjes die de heer J. N. Voorhoeve van Den Haag op de markt heeft gebracht. Klein en toch groot is door Prof. van Nes van Leiden geschreven en het mag er zijn. De Feestklok luidt van den heer B. L. Bijlsma en O n z e V r e-d e-K o n i n g i n door D. Rot zijn eveneens zeer mooi en degelijk, al zijn ze van een ander genre dan het eerstgenoemde. Wij hopen dat deze boekjes in veler handen mogen zijn of komen — .b.v. door uitdeeling — want vooral voor jonge menschen is het zoo goed op deze wijze de laatste bladzijden van het boek van ons Vaderland en Vorstenhuis te lezen. Wat heeft de Heere ons toch rijk beweldadigd !

Het J u b i 1 e u m-n u m m e r v a n T i m o t h e u s hebben wij ontvangen van de uitgevers La Rivière en Voorhoeve te Zwolle. Een echt feest-nummer in feestgewaad ! Een mooi portret van de Koningin. „Door Mij regeeren de koningen". Artikelen als „bij de gratie Gods", „de wentelende eeuwen", „de School" (mooi overzicht van de geschiedenis der chr. school van de laatste 25 jaren door den onderwijzer-journalist Drewes van Amsterdam), „beloften, die in vervulling zijn gegaan" (van mej. H. S. S. Kuyper), „de geest der eeuw", „voor vijf-en-twintig jaar" (van P. Brouwer) enz. enz. Dan die mooie portretten van Prins Willem I, Prins Willem III, de Koningin-Moeder, de Prinses, den Prins enz. Heel veel lof hebben wij voor alles en wij grijpen deze gelegenheid graag aan om nog eens de aandacht te vestigen op dit degelijk en gezellig geïllustreerd weekblad „Timotheus" Natuurlijk kunnen we niet van alles melding maken wat de jubileum-nummers van couranten en tijdschriften betreft. Laat ons alleen noemen Panorama, Staat en Kerk, De Ster, De Reformatie, de Standaard en de Nederlander. Wat is er veel over Oranje geschreven. En ja, er was oorzaak voor. Veel, héél veel meldt onze landshistorie van Gods groote daden. Er was oorzaak voor een opgewekt, nationaal feest met opgewek te, nationale lectuur!

Op onze leestafel ligt ook nog een ander gedenkboek. En wel van mej; Johanna W. A. Naber : Na XXV jaren, 1898—1923. Het Feminisme in zijn bloei en in zijne voleinding ; uitgave van H. D. Tjeenk Willink en Zoon, Haarlem. Dit is een deftig boek. 't Ziet er zoo deftig uit, wat formaat betreft en het is zoo deftig gedrukt. En de inhoud is naar verhouding. Breed, kloek, zakelijk, belangrijk. Mej. Naber voelde zich geroepen, waar nu, met de viering van het zilveren Regeeringsjubileum onzer geëerbiedigde Vorstin, van ieder gebied, als het staatkundig, maatschappelijk, kerkelijk Leven een overzicht gegeven wordt, ook te wijzen op 't geen gedurende dit vijf en twintig jarig tijdperk heeft plaats gevonden op het gebied der vrouwenbeweging. En dat zij stof had voor zoo'n overzicht is gemakkelijk te begrijpen als we 1898 met 1923 vergelijken wat betreft de publieke positie der Nederlandsche vrouw. Wie zich in deze op de hoogte wil stellen van allerlei kan hier te gast. Natuurlijk zal men in onze kringen de dingen anders zien en voelen dan mej. Naber dat doet. Maar dat neemt niet weg, dat het de moeite waard is dit zoo kloek geschreven en zoo royaal uitgegeven boek te lezen.

Nog een jubileum-nummer. Maar andersoortig. Een jaarverslag 1922 van „Rekken". En dan, om te gedenken het 12'/2jarig bestaan der inrichtingen daar. Kent gij Rekken met de Christelijke inrichtingen voor verpleging van volwassen zwakzinnigen en psychopathen ? Niet ? Dan raden wij u aan dit mooie jubileum-jaarverslag eens te lezen. Wat een stuk werk is dat ! Wat gaat het over belangrijken arbeid in het midden van Gods Koninkrijk. Wat zijn er toch veel ongelukkige menschen, ook in het midden van óns land en wat is het heerlijk, dat er gevonden worden die zich het lot van deze stumperds aantrekken, om ook hen te spreken van 't geen in Christus als het hoogste goed voor tijd en eeuwigheid is geopenbaard. Wij hebben dit jubiieum-jaarverslag met klimmende belangstelling gelezen. Gods zegen ruste in ruime mate op de stichtingen van Rekken, waarvan Dr. Slot, vroeger Hervormd predikant te Rekken, directeur is.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen