De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Vragenbus.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vragenbus.

5 minuten leestijd

Vraag: Waarom wordt het zalven met olie, wanneer iemand ziek is, onder ons niet meer gedaan, terwijl toch Jac. 5 vers 14 en 15 er van spreekt? En is er „geloofsgenezing op het gebed"?
Antwoord. Twee vragen dus, waarop we zullen trachten te antwoorden. In de eerste Christengemeente was het anders gesteld dan later het geval is in het midden van Christus' Kerk. Dat moeten we aanvaarden, anders zitten we met heel wat dingen verlegen. En die verandering lijkt achteruitgang, verarming, maar inderdaad is dat toch niet 't geval; maar de buitengewone, wonderlijke dingen maken plaats voor de gewone werking van Gods Geest en Gods Woord. De buitengewone ambten b.v. keeren nooit terug; de gewone ambten blijven. De Heere Jezus deed allerlei wonderen en gebruikte daarbij slijk, speeksel, enz. Ook de Apostelen deden wonderen, „wierpen vele duivelen uit en zalfden vele kranken met olie en maakten ze gezond" — zooals we lezen o.a. Marc. 6 vers 13. En in 1 Cor. 12 vers 9 lezen we nadrukkelijk van „de gaven der gezondmakingen, door denzelfden Geest".
Die gaven des Geestes van spreken in vreemde talen, van gezondmaking van zieken, van duivelen uitwerpen, enz., hebben opgehouden. Niet omdat God veranderd is, noch omdat de Heilige Geest veranderd en verarmd zou zijn, maar omdat de Heere nu ons in den weg des Woords en des Geestes in den gewonen weg des geloofs en der liefde leidt.
De Evangelische leer — zoo schrijven onze Vaderen in de Kantteekening bij Jac. 5 vers 14 en 15 — is nu genoegzaam door wonderen bekrachtigd en nu is „de wonderbaarlijke gezondmaking niet meer noodig". Onze Gereformeerde Vaderen veroordeelen dan ook in de Kantteekening, dat zulke zalving met olie aan de hand gehouden wordt door Rome als een bondszegel, wat tot bijgeloovig misbruik is gemaakt. Rome heeft in het laatste Oliesel iets van die zalving met olie willen behouden tot verzoening van de zonden aan de stervenden door de Kerk, maar niet dus tot genezing van de zieken! Zij doet het juist bij de stervenden! Natuurlijk heeft Jacobus ook niet bedoeld noch gezegd, dat de olie zou gezond maken; hij zegt nadrukkelijk „en de Heere zal hem oprichten" (vers 15).
Het buitengewone van de zalving met olie is dus nu vervallen onder ons, ook „de geloofsgenezing op 't gebed".
Niet het gebed voor de zieken. Natuurlijk niet. En dat men den predikant of den ouderling roept, om den zieke te bezoeken en met den zieke te bidden, is goed. Maar het bidden om de genezing moet niet gezet worden in 't buitengewone van de wondere genezingen van den Heiland en de Apostelen. Laat men den Heere aanroepen in den gebede, daarbij echter ook bedenkend, dat wij niet geroepen zijn wonderen te doen, maar er naar te staan, dat men zich aan den Heere overgeve, Die gezegd heeft: „Wentel uwen weg op Mij en Ik zal het maken." In dat geloof te mogen liggen op 't ziekbed: „de Heere zal het maken!" dat is heerlijk. Ook al gaat het dan naar den dood, dan mag het in den Heere gaan tot het le­ven, tot het eeuwige leven, met de gezondmaking die alles overtreft; waarin al Gods kinderen hier boven deelen zullen, waar niemand ziek is!

Vraag: Is Jezus werkelijk timmerman geweest vóór Zijn optreden in 't openbaar als profeet en leeraar?
Antwoord: In Marc. 6: 3 lezen we, dat de schare vraagt: Is deze niet de timmerman, de zoon van Maria, en de broeder van Jacobus en Joses, en van Judas en Simon? En zijn zijne zusters niet hier bij ons? En zij werden aan hem geërgerd". Hieruit blijkt dus, dat Jezus broers en zusters had. En hieruit blijkt, dat Hij werkelijk het ambacht van timmerman, loopend met hamer en hout, heeft uitgeoefend, vóór zijn 30ste jaar. Iets wat héél gewoon te achten is, aangezien ieder een bepaald hand werk uitoefende vroeger; denk aan Paulus, die aan de voeten van Gamaliel onderwezen, een Farizeer en eens Farizeërs zoon zijnde, het beroep van tentenmaker uitoefende. Jezus werd dus niet alleen „de zoon des timmermans" genoemd, maat heette nadrukkelijk „de timmerman".
Vraag: Is de slang in het paradijs werkelijk een slang geweest of is het de duivel geweest?
Antwoord: De duivel, de Satan of overste der duivelen, heeft zich bediend van een slang. Te midden van het land der nieuwe, wonderlijke dingen hoorde Eva de slang spreken, vertrouwd als zij was met al de dieren des velds. Gelijk nog het kind vertrouwelijk omgaat met de dieren, zoo gingen Adam en Eva met de dieren om. En de Satan bediende zich van een slang, dat een heusche slang was, gelijk er staat: „en de slang was listiger dan al 't gedierte des velds" Gen. 3:1. Ook uit de straf blijkt, dat het een heusche slang was. Want er staat niet, dat de duivel op z'n buik zou kruipen voortaan, maar er staat, dat de slang vervloekt was boven al het vee en boven al 't gedierte des velds en op zijn buik zou kruipen. 3: 14. De duivel heeft zich dus bediend van een slang. En zoo is de mensch gevallen, verleid zijnde door den duivel, door middel van een slang. De duivel is de groote werkmeester hier. De slang is het instrument geweest, dat hij heeft gebruikt.

Vraag: Wat beteekent het woord zondvloed?
Antwoord : Het woord zondvloed wil niet zeggen „vloed om de wille van de zonde" (hoewel het dat wel i s geweest), maar algemeene of groote vloed; het moet dan ook eigenlijk zijn zontvloed = algemeene vloed en niet zondvloed, d.i. vloed om de wille van de zonde. (In het Hoogduitsch is het: Sintflut).
Opmerker.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 juli 1928

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Vragenbus.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 juli 1928

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's