De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

FEUILLETON

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

FEUILLETON

Kleine Luijden

5 minuten leestijd

SCHETSEN UIT HET FRIESCHE DORPSLEVEN
door IDSARDI.
35) 
,,Daarom zeggen de menschen ook wel eens, dat hij een ongeschikt koopman is, en dat hij daarvan niet leven kan, maar dan lacht hij eens, of beroept zich soms op een bijbeltekst, om te bewijzen dat hij in de richting is, welke de Heiland voor de Zijnen heeft aangegeven, en waarom hij ook niet zoo bang is voor een klein bankroetje, als hij het maar niet van eens andermans geld behoeft te doen. Want de handel is voor Sander niet het levensdoel. Hij is voor hem het middel om het doel te bereiken. Levensdoel is voor hem, in deze vergankelijke en arme wereld iets te brengen van de heerlijkheid Gods, en zoo voor zijn eigen toekomstig leven steeds meer van die hemelheerlijkheid verzekerd te worden. Daarom gaat er van dezen eenvoudigen man zooveel kracht uit.
't Spreekt vanzelf, dat elk, die het goede zoekt voor een ander, in hem zijn man vindt.
Toen indertijd eenige jongelui uit Zorgvliet, in navolging van andere plaatsen een fanfarekorps zochten op te richten, waren zij zeker, bij hem aan geen doovemahsdeur te kloppen. „Dat moet altijd wezen" — heeft hij gezegd — ,,want er staat in de psalmen: „Looft den Heere met geklank der bazuin, looft Hem met de luit en de harp, looft Hem met de trommel en de fluit, looft Hem met snarenspel en orgel, looft Hem met helklinkende cymbalen".
Hij zelf heeft van muziek in het geheel geen verstand en van zingen eigenlijk evenmin, doch dat neemt niet weg dat hij er veel van houdt. „Waar goed gezongen wordt, daar wijken de booze geesten", zegt hij. In den hemel gaat ook alles op in een lofzang ter eere Gods, en wat hij hier op aarde daarin tekort schiet, hoopt hij eenmaal in den hemel dubbel en dwars te krijgen, als het volmaakte zal gekomen zijn. Voor de rest stoort hij er zich niet aan, als men hem wel eens uitlacht, omdat hij den koers meermalen, kwijt raakt bij 't zingen. Hij zegt, dat de vogeltjes ook alle niet even mooi zingen, maar dat God zelfs acht geeft op het gekras der raven en het gekir der duiven, evengoed als op het gejubel van den leeuwerik, die al in de morgenvroegte omhoog stijgt, of op het slaan van den nachtegaal. Het komt er maar op aan, dat het lied opkomt uit het hart. Als hij 's morgens zijn luiken opent, — en Sander is nooit laat — dan staat hij soms langen tijd te luisteren naar de stemmen, die hem uit de onbewuste schepping tegen klinken, en die een mensch zoo stil kunnen maken. Dan hoort hij de sprake Gods in het lied van 't vogelenkoor, waarmee het hemelheir den dag begint voor het uitgaat tot den arbeid, evengoed als in den wind van den dag of in de stilte van den nacht. Hij ziet Zijn blinkende majesteit in de schittering van het zonlicht en in de blinkende sterren, die in naamloos getal als diamanten het hemelruim stoffeeren. Hij vindt heerlijkheid in het zomerkoeltje, maar ook in den herfststorm, als de regenvlagen hem striemen in het gezicht, of in de snerpende winterkou, als door onzichtbare hand de ijsbloemen worden geteekend op het vensterglas. „Wat van Boven komt, is altijd goed" — zegt hij, als de menschen het maar niet bederven. Daarom vertoeft hij graag buiten, en is de natuur voor hem de tweede bladzijde uit het groote Boek, waarin God Zich aan allen, die Zijn schrift leeren kennen, openbaart.
Of Sander zich ook met de politiek be­moeit? Eerlijk gezegd, weet hij daar niet veel van af. Zij is hem te hoog — zegt hij, en daarom begrijpt hij ook altijd lang niet wat die geleerde heeren in Den Haag doen. 't Lijkt hem wel eens wat raadselachtig toe, maar verder spreekt hij er niet over. Als men zich maar leiden laat door het Woord, dan acht hij dat ook degenen, die regeeren of de wetten van het land moeten maken, als eerlijke menschen dienen te worden beschouwd, die het goede zoeken voor land en volk.
Doch wat hij wèl is? Een vurige Oranjeklant, 't Is wel niet zoo'n fijne vlag, — lang niet zoo mooi en zoo lang als die van den burgemeester en den dokter — maar geregeld hangt hij voor den gevel van zijn huis als een der leden van de Koninklijke familie verjaart, en vast komt hij dan met een oranjelintje in 't knoopsgat naar buiten. Dat komt, omdat hij de geschiedenis van ons land kent, bizonder die gedeelten, welke handelen over onzen vrijheidsoorlog en onze vrijmaking van de Spaansche overheersching. Hij heeft gelezen van de heldendaden der Nassau's, en van hun liefde voor dit land en dit volk. Hij weet, hoe de Prinsen van Oranje goed en bloed hebben opgeofferd voor de natie, en hoe de Vader des Vaderlands, toen het moordend lood hem trof, met stervende lippen nog bad voor zijn arm volk. Daarom raakt hij in geestdrift als het er op aankomt de liefde voor 't nageslacht van den Zwijger te toonen. ,, Een volk, dat zijn geschiedenis niet kent, is niet waard te blijven bestaan" —-zegt hij, en daarom kan hij het niet hebben als ook maar even iets ten nadeele van ons Vorstenhuis wordt gesproken.
Een enkele maal heeft iemand wel eens tegen hem gezegd, dat het er niet op aan komt, of wij geregeerd worden door een Vorstin of door een President, en dat wij dus hebben een Koninkrijk of een Republiek, maar, o wee, dan kan hij loskomen! Hij noemt dat een verachten van de leiding Gods, een kleineeren van Zijn daden, en een ondankbaar vergeten van wat in dagen van benauwdheid door ons roemruchtig Vorstenhuis is verricht tot heil van ons volk. En daarom is Sander een vereerder van Oranje, die vast niet ontbreekt wanneer Friesland de eer geniet zijn Koningin in de provincie te hebben.
(Wordt vervolgd).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 november 1928

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

FEUILLETON

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 november 1928

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's