De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

FEUILLETON

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

FEUILLETON

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kleine Luijden
SCHETSEN UIT HET FRIESCHE DORPSLEVEN
39)

Sander kent de verschillende geestelijke stroomingen, die zich ook in de kerkelijke wereld openbaren. Hij weet wel, wat er om gaat in de Christelijke pers, omdat hij veel leest, en zoo is hij op de hoogte van de voorname punten waarover het gaat; die vaak de kinderen Gods hier beneden van elkaar gescheiden houden, omdat zij het in alles lang niet met elkaar ééns zijn. Doch dit neemt niet weg dat hij zich aangetrokken gevoelt tot allen, die den Christus belijden. Hij is niet zoo bang voor die veelvormigheid van levensopenbaring, als men elkander onderling maar niet verbijt en vereet. Hier beneden blijft het altijd onvolkomen en slechts ten deele, zegt hij. Daar moge iets pijnlijks in gelegen zijn dat Paulus en Barnabas uiteengaan, en elk zijn eigen weg bewandelt, maar het gevolg wordt dat daardoor vaak meer krachtsontplooiïng komt, dan wanneer alles bijéén bleef. Terwijl voor de toekomst, als de zonde er niet meer zijn zal en de nieuwe hemel en de nieuwe aarde gekomen zijn, de belofte in vervulling zal gaan, dat het ééne kudde onder éénen Herder wordt. Daarom kan Sander alle liefhebbers des Heeren over de kerkmuren de hand reiken, zonder daarbij eigen standpunt of inzicht prijs te geven. Maar daarom heeft hij in alle kerken en richtingen zijn vrienden.
Toen hier indertijd die vreemde vrouw als bij toeval haar intrede in deze gemeente deed, van wie men weinig meer wist dan dat zij Sien heette, is dominé ook naar Sander gegaan om raad. „'k Weet het niet, maar het kon wel eens een afgedwaald schaap van de kudde zijn" — heeft hij toen gezegd, en dat was voor Sander genoeg om al zijn aandacht aan dit geval te wijden en zooveel mogelijk hulp te verleenen. Voor de rest heeft hij de zaak aan haar beloop overgelaten, om echter voortdurend zijn aandacht bij de nieuwe bewoonster van „de Viersprong" te houden, en zoo in het vermoeden te worden bevestigd dat zij werkelijk niet vreemd was aan de dingen des Koninkrijks, al lag er dan ook een dichte sluier over haar leven. Of deze eigenaardige man dan in 't geheel geen strijd en zorgen kende? Of hij dan geen kennis had van de velerlei moeilijkheden die zich vooral in het leven der kinderen Gods menigvuldig voordoen? Maar die dit meenen mocht, vergiste zich.
't Was op een heerlijken zomeravond. Daar buiten over de velden lag een waas van teerheid en zoete zomerweelde, aan geur en kleur zoo rijk. Een ademlooze stilte heerschte alom. Geen blad bewoog zich. Alleen deden de Friesche nachtegalen in machtig koor hun landelijk lied onafgebroken hooren. 't Broeide in de lucht. Rustig zaten de dorpelingen na afgeloopen dagtaak op stoel of bank voor hun woning, om onder het genot van een pijp tabak de nieuwtjes van den dag met elkaar te verhandelen. 't Was zoo éénig buiten, gelijk dat ten plattelande zijn kan, als alles samenstemt om de schoonheid der schepping op 't luisterrijkst te doen uitkomen.
In den pastorietuin zaten dominé Randwijk en Sander onder een groote linde te praten, terwijl mevrouw thee schonk, en de kleine Ernst zich vemaakte met zijn kinderlijk spel. Als vanzelf kwam het gesprek over het kinderleven, de onbezorgdheid der jeugd, het moeten worden als de kinderkens om het Koninkrijk Gods te kunnen ingaan, toen mevrouw op eenmaal zei: „maar Sander, waarom ben je toch nooit getrouwd?"
Het volgend oogenblik echter voelde zij spijt deze vraag gedaan te hebben. Wat beiden nog nooit gezien hadden, gebeurde; d'r kwam een droeve trek over het gelaat van Sander, en het was alsof zijn lippen beefden. Blijkbaar was hier een pijnlijke plek aangeraakt, van welker bestaan men geen kennis had, maar die plotseling als met een ruwe hand was opengereten. Sander werd stil, — iets, wat men van hem niet gewoon was. Ook mevrouw werd verlegen. Terwijl een hoog rood haar wangen kleurde, sprak zij: „Neem mij niet kwalijk, ik bedoelde het niet verkeerd".
„Neen mevrouw, 'k neem het u ook niet kwalijk, maar 't kwam zoo onverwacht" — zei Sander. En toen, na eenig stilzwijgen, wijl Ernst door de meid naar binnen werd gehaald en een plechtige stilte als tot vertrouwelijkheid drong, heeft hij aan dominé en mevrouw het geheim van zijn leven verteld.
„Ik heb eenmaal liefgehad" — zoo begon hij. 't Was wat men een schoon meisje noemt, met een paar mooie oogen vol levenslust, en een gelaat dat mij altijd tegenlachte. Wij waren van denzelfden leeftijd en zagen elkaar véél. Gewoonlijk had zij altijd een vroolijk woord of een aardigen kwinkslag, en ik wist dien te beantwoorden naar haar smaak. Hoe menigvuldiger wij elkaar ontmoetten, hoe vertrouwelijker onze omgang werd. Tenslotte wist ik niet beter of zij en ik pasten bij elkaar. Haar lach was voor mij muziek, en mijn woord streelde haar. Gelijk aan alle jonge menschen eigen is, zoo bouwde ook ik mijn luchtkasteelen. Ik zou met inspanning van al mijn krachten werken om een flinke positie in de maatschappij te krijgen. Zoodra mijn handel, die toen nog in opkomst was, de noodige uitbreiding gekregen had, zou ik een geschikt huis zien te krijgen met ruimen winkel, precies zooals ik dacht dat zij het begeeren zou. Want dat zij niet overal haar intrek nam, begreep ik. In hare kleeding en in geheel haar uiterlijk toonde zij veel smaak, en meermalen had zij schertsend uitgelaten dat een mooie woning, met veel zon en een prachtigen bloemtuin haar lijken zou. Welnu, ik zou dat ideaal trachten te verwezenlijken. Slechts één schaduwbeeld viel op mijn pad, dat een geluksweg scheen te zullen zijn.
(Wordt vervolgd).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 december 1928

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

FEUILLETON

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 december 1928

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's