FINANCIEN

Daar zijn enkele keeren overheen gegaan dat tevergeefs naar de rubriek „Financiën" in ons blad werd gezocht. De oorzaak was niet zoo heel moeilijk te ontdekken. De Penningmeester was met zijn gezin uit met vacantie. En zooals lichtelijk te begrijpen is, brengen financieele verslagen te veel moeilijkheden met zich, dan dat dit zoo maar in den vreemde, zonder meer, zou kunnen worden gedaan. Ons werk moest een oogenblik worden onderbroken.
Nu, ik hoop, dat niemand me zulks zal kwalijk nemen. En onze arbeid in het algemeen èn de zorg voor de financiën van onzen Bond zijn van dien aard, dat naar een kleine onderbreking, naar een wijle rust, hartgrondig werd verlangd.
Wij hebben onze rustdagen doorgebracht in ons eigen land, in Noord-Holland, in 't land boven het IJ. Op kerkelijk en godsdienstig terrein staat dit stuk van ons goede landje niet zoo heel gunstig aangeschreven. Het sloopingswerk van het modernisme heeft hier haast niets meer overeind gelaten. De kerken, waarheen eenmaal der Vaderen voet zich richtte, daaraan gaan die der kinderen van thans voorbij. Er wordt zelfs niet eens meer aan gedacht.
Moeilijk kan iemand, die dit niet van nabij heeft meegemaakt, zich hiervan eene voorstelling vormen, 't Is droevig.
Wij hebben al onze Zondagen in Evangelisaties een onderdak gezocht en gevonden. 'k Heb een tweetal Zondagen zelf mogen voorgaan in dezen kring, terwijl ik den anderen keer heb geluisterd. Telkens traden predikers op van buiten, die evenals wij in deze environs hun tijdelijk verblijf hier hadden.
Naar het ons toescheen waren deze vacantie-weken voor dezen kring van Evangelisatie-menschen in meer dan éénen zin niet ongunstig. De opkomst was dan veel grooter dan gewoon en dientengevolge ook de inkomsten, terwijl in de prediking ook meer dan eens een andere klank zich liet hooren dan men gewend was.
Aan Evangelisatie-arbeid zitten zulke moeilijke kanten. Met moeite begonnen, met nog grooter moeite verder voortgezet, ziet hier 't parool wat op vele plaatsen wordt gehoord. En als zich dan nog — al was 't ook in het verste verschiet nog maar — eenig resultaat voor een gezond kerkelijk leven liet wachten doch bij hoe weinigen wordt hieraan zelfs gedacht.
't Land boven het IJ roept niet de meest vroolijke gedachten wakker. Zal dit soms bij de nieuw te vormen landstreek, bij het pas blootgelegde akkerland van den Wieringermeer-polder anders worden ? Wij vreezen met groote vrees.
Zooals ge begrijpen zult, hebben we, om van alle dingen iets te kunnen meepraten, een kijkje genomen van de Zuiderzeewerken. De afsluitdam, die de Noord-Hollandsche kust aan de Friesche dreven vastlegt, is iets geweldigs, iets groots, iets wat in vroeger dagen eenvoudig een onmogelijkheid zou zijn genoemd. En ik geloof, dat hiermee niet te veel gezegd is. In vroeger jaren zou het ook niet hebben gekund.
Het materiaal, waarover men nu door tal van uitvindingen van den laatsten tijd te beschikken heeft gekregen, scheppen mogelijkheden, welke bij niemand in de dagen van voorheen zouden zijn opgekomen. Door het leggen van dezen afsluitdijk werd de Zuiderzee een meer, nog haast wel hetzelfde watervlak als voorheen, maar toch afgedamd. De Zuiderzee heeft opgehouden te bestaan. En wat daarmee beoogd werd, mag ik als alleszins bekend veronderstellen. De zeebodem zou worden blootgelegd, en waarover de zilte golven zich eeuwen achtereen hebben voortbewogen, daarover zou in de komende jaren de ploegschaar worden getrokken, of de kudde daarin grazen. De zeeman zou de plaats moeten ruimen voor den landman.
Het eerste stuk is blootgelegd, , een groot stuk zelfs, al is het plan in projectie nog aanmerkelijk grooter in omvang. Wij zijn er geweest. Expres hebben we een reis er heen gemaakt, 't Was ons niet alleen begonnen om akkervelden te zien en vee te zien weiden, we wilden persoonlijk eens een indruk krijgen van het werk, dat hier op geestelijk terrein staat begonnen te worden. Tegenstrijdige gewaarwordingen werden wakker geroepen. Iets wonderlijks komt over u, wanneer ge denkt: waarlangs ik me nu voortbeweeg, daar was het kortgeleden nog volop zee; die eindelooze vlakte is land, dat honderden jaren door den zeespiegel was afgesloten. Ge zegt: dat is geweldig. Maar nu die eindelooze, door geen boom of heester onderbroken vlakte daar voor u — waarheen ge ook ziet, 't is overal precies eender. Weet ge wat dit gezicht bij u wakker roept: troosteloos.
Is daar een eindelooze variatie bij al Gods werken, is er geen ding aan het andere gelijk, als de mensch iets maakt, is het stempel van gelijkvormigheid eenvoudig niet te weren.
Nu weet ik wel, dat in den loop der jaren hierin ook wijziging zal komen, maar toch de aanblik, de eerste indruk is bepaald van dien aard dat ge zeggen moet : hier mist ontzaglijk veel.
Zou, wat op geestelijk terrein zich voordoet, hierin geen afbeelding vinden ?
Roept de eerste aanblik ook niet ons meewaren wakker ? Veel er van zeggen past ons niet, alleen een zelfde gewaarwording kwam over ons : weinig van Gods heerlijke schepping is er te merken. Waartegen van onze zijde altijd gewaarschuwd is, blijkt als beginstadium te zijn vastgelegd. Het eerste wat ge u ziet opgedragen is Evangelisatie-arbeid. Het modernisme is zich en wordt zich hoe langer hoe meer bewust, aan welke van deze twee, kerk of prediking daarnaast, de voorkeur moet worden gegeven. Onbewust of bewust wordt de gedachtelijn zóó gesponnen : Wij bezetten de kansels. Wij weren van de wettige plaats het Woord, door hier neer te leggen onze eigene voorstelling in deze.
Overal zien wij en merken wij hetzelfde verschijnsel. De strijd mag niet licht worden geacht. Zoo dikwerf zoeken wij, een ieder op zijne wijze, dezen te ontgaan. Tevreden te zijn met iets minder dan de plaats, welke God er Zelf voor heeft aangewezen, stelt ons schuldig voor Hem. Wat de moderne heeft aangedurfd, in arrenmoede, heeft voor ons en tot ons iets te zeggen : rust niet eer, voor gij de plaats hebt verkregen waar het Woord Gods is neergelegd door Zijne vingeren.
Voor dezen keer breek ik hier af. 't Voorstukje mag niet te lang worden. Een overzicht volge van de inkomsten dezer dagen.
't Valt al weer niet tegen, al is het best te merken dat velen met vacantie zijn geweest.
1. Het eerste wat inkwam werd me toegezonden door ds. Fokkema, van Sprang. Het was de contributie der leden, vermeerderd met een gift, hem ter hand gesteld bij gelegenheid van een kerkelijk huwelijk aldaar, 't Bedroeg tezamen ƒ22.25
2. Door den heer Van Drenth te Utrecht werd afgedragen een gulden, die bij hem als penningmeester van de afdeeling Utrecht van den G.Z.B. was afgegeven ƒ 1.-
3. Door den Penningmeester van de afdeeling Middelburg werd een collecte gezonden, welke gehouden was bij een spreekbeurt aldaar, waar bij voorging ds. Lekkerkerker. De opbrengst was niet klein. Zij bedroeg ƒ49.45
Mag ik weten, waar ds. Lekkerkerker zijn standplaats heeft; er zou een vergissing kunnen plaats hebben bij mogelijke correspondentie.
Bij voorbaat mijn vriendelijken dank.
4. Ds. Vroegindeweij te Zegveld zond mij uit zijn catechisatiebus ƒ 5.-'k Ben hoogst erkentelijk voor zulke giften.
5. Door ds. Heijer te Vlaardingen werd me toegezonden als gecollecteerd op 7 Augustus : voor het Studiefonds 1 gld. en 10 gld. ; op 21 Aug. één vierde deel van 50 gld.=12.50 gld.
Alzoo tezamen ƒ 23.50
6. Door ds. Van Willigen te Rijssen uit den collectezak op 7 Aug. voor den Gereform. Bond ƒ 2.-7. Uit het busje van den Gymnasiast J. L. van der Pauw te Schoonhoven kwam voor den 5den keer, als ik het wel heb, 100 gulden ƒ 100.-Dat is geen kleinigheid. Daarachter schuilt heel wat arbeid en niet anders dan groote toewijding.
Om onzen dank in juiste klanken te vertolken, zal ik niet pogen. De Heere Zelf vergelde het u. Make Hij uw weg voorspoedig, inzonderheid dien van de voorbereiding voor het heerlijk ambt.
8. Door den heer Eilander te Vaassen kwam in de contributie van de leden aldaar ƒ 11.25
9. Uit Schagen kreeg ik bij een preekdienst aldaar „uit dankbaarheid" van de fam. W. f 1.-
10. Door den heer Verheijden te 's-Grevelduin-Capelle uit den collectezak aldaar f 1.-
11. Door den heer H. Zoutendijk te Delft de contributie van de leden aldaar f 50.88
12. Door ds. Heijer te Vlaardingen — zijn naam heb ik al eerder vermeld — van mejuffr. N. 30 nikkeltjes voor het Studiefonds ƒ 1.50
13. Van mej. Van Beek te Oud-Beijerland voor het Studiefonds ƒ 5.-
14. Door den heer Van Kooten te Groenekan voor het lezen van De Waarheidsvriend door mej. Werba ƒ 1.-
15. Spreekbeurt te Herkingen, waar bij voorging ds. Dekker te Nieuwe Tonge ƒ 11.—
16. Gift van J. V. te Maassluis ƒ 2.öu
17. Gift van N.N. te Nijverdal „uit dankbaarheid" ƒ 2.-
18. Door ds. Wolthers te Putten de contributie van leden en begunstigers te Putten en Huinen ƒ40.75 Vriendelijk dank voor de moeite van het inzamelen.
19. Van den heer J. H. Versluis te 's-Gravenhage, uit den spaarpot der kinderen, ten gunste van het Studiefonds ƒ 1.—
Gaarne zullen wij aan uw vriendelijk verzoek voldoen en u een busje zenden.
20. Door ds. Van Willigen te Rijssen werd me ten tweeden male toegezonden een gift uit den collectezak voor de fondsen ƒ 1.—
21. Door ds. Van der Wal te Wageningen een gift van N.N., overhandigd door den heer P. D., voor het Studiefonds ƒ 1.—
22. Door ds. den Oudsten te Elburg uit den collectezak aldaar ƒ 1.—
23. Door ds. Pott te Kralingen van N. N. 5 gld. en van N. N. 2.50 gld.
Samen ƒ 7.50
24. Door den heer A. van Dam te Harderwijk werd ons toegezonden de collecte, aldaar gehouden op 28 Augustus ƒ 50.— Prachtig. Wij houden ons aanbevolen.
25. Door ds. Van Nie te Hoogeveen ontvangen door iemand, die onbekend wenscht te blijven ƒ 5.—
26. Door ds. Van Dorp te 's Hage: van N.N. voor de beide fondsen 4 gld.; van H. voor het Studiefonds 1.50 gld. en voor de Evang. Comm. 1 gld.; van N.N. te Haarlem gecollecteerd bij een huiselijke godsdienst oefening voor het Studiefonds 6 gld. Samen ƒ 12.50
27. Door ds. Van der Zee te Vaassen uit den collectezak ƒ 2.50
28. Door ds. Alers te Dordrecht van den heer C. P. K. „uit dankbaarheid voor het slagen voor de hoofdacte" ƒ 5.—
29. Door ds. Bieshaar te 's Hage ontvangen op den Zendingsdag onder letter N. A. ƒ 5.—
30. Door ds. Van der Wal te Dirksland uit den collectezak voor de fondsen ƒ 5.—
31. Door den heer J. Hokke te Den Bommel werd me de collecte toegezonden, gehouden door ds. Van der Zee, den oud-leeraar aldaar ƒ26.10
32. Gecollecteerd in de Buurkerk 10 gld.; bij een Doopsbediening in het Dienstgebouw 1 gld.; in de Julianakerk 0.50 gld. Samen ƒ11.50
33. Door den heer D. D. van Lokhorst te Hilversum, contributie van de leden ƒ24.—
34. Door den heer v. d. P. te Utrecht werd me ter hand gesteld de contributie van De Waarheidsvriend ƒ L—
Ik heb van uw schrijven nota genomen.
35. Ten slotte nog de inhoud van het busje van de fam. D. te Utrecht over de afgeloopen maand ƒ 5.51
Tezamen geteld maakt dit de 500 gulden bijna vol. 't Is n.l.
f. 495.96.
Onze dank zij Gode.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen