De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

FINANCIËN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

FINANCIËN

10 minuten leestijd

Dat is me geen klein verschil, het reizen in de jaren toen we jong waren en nu. Hier geldt voorzeker ook het spreekwoord : „de gelegenheid maakt den dief". Met het reizen en trekken is het in onze dagen haast zoo erg geworden, dat men zonder vergrooten zeggen mag : daar blijft nu letterlijk geen mensch meer thuis. Het begint al met de schoolkinderen. Deze denken er niet aan, de heele vacantie thuis te blijven. , Zij gaan naar zee of kampeertenten, daaromtrent moet nog eene beslissing worden genomen, maar aan thuis blijven wordt niet gedacht. Nu dan moet het me toch van het hart: dan zijn wij er toch leelijk bij te kort gekomen. Toen ons de jongenskiel nog om de schouders gleed, was er zeker nog geen zeestrand, in elk geval wist men toen van kampementen niet af. Als er zich geen oom of tante over ons ontfermde, dan had men vacantie thuis. En daarbij voelde men zich heelemaal niet ongelukkig. Men was geloof ik, nog wel een tikkeltje meer tevreden dan nu.
Trouwens, het heele leven was veel rustiger. Men kon werkelijk nog eens stilzitten, eens kalm zich neerleggen. Dat is in onze dagen haast niet meer mogelijk. De een jaagt den ander. Het eene is er niet geweest of het volgende staat voor de deur. Het program is vaak zoo overladen, dat men uit verlegenheid vanwege het vele haast geen keuze weet te doen. Dit geldt vrijwel van onze heele samenleving. De lust schijnt onder het genieten nog te groeien. Het nieuwe wordt nooit vol. En nu verwondert me één ding. 'k Stel me zelf vaak de vraag, vanwaar doen die menschen dat alles ? Waar krijgen zij al die gelden voor hun reizen en trekken vandaan ? Wie zal dat betalen ?
Ge hebt het natuurlijk ook wel gelezen, en anders hebt ge 't door de radio zelf kunnen beluisteren, hoeveel duizenden menschen er niet naar Apeldoorn waren opgetrokken, om daar tezamen den radio-dag mee te maken. Meer dan zestig duizend menschen. Autobussen vol. 's Avonds bij het naar huis terug keeren hadden de verkeersagenten handen vol werk om alles eenigszins ordelijk te laten verloopen. Deze dag v/as nauwelijks uit het zicht, of onze menschen werden weer opgeroepen om te gaan naar den Zendingsdag in Rijsenburg. De vrees was wel, of het tijdsbestek niet wat al te kort was, dat tusschen deze beide dagen was gelegen. Enfin, daaraan kon men nu eenmaal niets veranderen. Men zou het moeten afwachten.
En hoe is nu de uitkomst geweest ? Een even drukke Zendingsdag als gewoon, 'k Geloof, dat men van den Apeldoornschen uitgangsdag niet den minsten last heeft beleefd. Er blijkt dus ruimte te zijn voor meer dan eenen dag, ook op korten tijd van elkander, voor onze menschen.
Ik heb den eersten dag niet meegemaakt, wel den tweeden, 'k Heb een heele massa dingen opgemerkt. Onder anderen ook dit, dat men veel over malaise hoort spreken, en dat de een al luider klaagtonen aanheft dan de ander, maar dat in werkelijkheid wat men uitgeeft, geen halve cent minder is dan voorheen, 'k Wil het nog wel eens iets sterker uitdrukken : de zucht naar genot, de begeerte om zich uit te leven is nog heelemaal niets afgenomen. De golfslag van het leven verheft zich nog niets lager, dan toen men van alles te veel scheen te hebben. Daarom kan ik het ook zoo goed verstaan, dat vele kleine menschjes, die het in onze dagen niet heel breed hebben, met een zekere bitterheid de opmerking maken: ik geloof van heel die malaise geen woord. Zij praten het elkander maar voor, en spreken het elkander na. 't Is geen werkelijkheid. Immers van alle kanten wordt nog met geld gesmeten.
Ik kan dat verstaan, zeide ik Alleen mijn conclusie is niet met de zooeven genoemde in overeenstemming, 'k Geloof iets dichter bij de werkelijkheid te zijn, wanneer ik zeg: de dwaasheid Van onze huidige wereld is nog niets afgenomen. Men heeft voor de werkelijkheid nog geen oog. De Heere zegt daarvan in Zijn Woord : Ik heb ze geslagen, doch zij hebben geen pijn gevoeld. De nuchtere waarheid kan en wil de mensch maar zoo niet aanvaarden. Hij bindt zich zelven en een ander telkens den blinddoek voor.
Is dit één ding, dat we opmerken. De wereld, ook ons wereldje, gaat door met veel uit te geven. Ontzettend veel laat men op zulke dagen tusschen de vingers doorglijden. 'k Zou het niet durven begrooten, hoeveel b.v. op zulk een Apeldoornschen dag wel is uitgegeven. Alleen wil ik deze gevolgtrekking maken : als ik mij zelf een doel heb gesteld, ik heb me iets voorgenomen — 't koste dan wat het kost, komen doet het er.
Maar nu wil ik hier iets tegenover plaatsen, 'k Wil een vraag stellen : als de Heere nu eens voor Zijn Koninkrijk beslag wil leggen op een heel klein stukje van Zijn eigen domein, waarvan Hij u als tijdelijk beheerder heeft aangesteld — Hij vordert maar een enkel stukske — wat doen wij dan ? wat doet gij en wat is mijn doen ? Dan trekken we een benauwd gezicht, en zeggen : „neen, dat kan niet. 'k Heb net zooveel noodzakelijke dingen moeten bekostigen. Neen, ge moet mij ongemoeid laten gaan".
Denkt eens aan de uitbreiding van het Godsrijk aan de einden der aarde. Ziet eens op wat onze arbeid vordert en — wat wij daarvoor in onze dagen ontvangen.
Onze bezuiniging wordt benauwend. Over het geheel genomen zijn de toelagen ongeveer met een derde verminderd. Sommigen komen in nog moeilijker impasse.
Ik voor mij meen, dat dit anders zou kunnen. Wel is het aantal van hen, die momentelijk gesteund wonden, voor ons doen, iets hoog, maar ik vraag me toch af, is de nood van onze gereformeerde gemeenten dan nog niet veel grooter ?
Wat zou ik het heerlijk vinden, op de vele aanvragen uit vacante plaatsen te kunnen antwoorden : „straks komen er van onzen Bond zooveel klaar".
Daarom gaat het. Niet om ouders een pleizier te doen bij de opvoeding hunner kinderen, of jonge menschen een eerbare plaats te doen innemen in die samenleving, maar om in de Kerk van Christus weer het Woord Gods in vollen luister te doen flonkeren, 't Gaat om de grootheid Gods en Zijn eere, en het heil van zondaren. Langs den aangewezen weg, zooals het Woord het ons zegt, moet onze arbeid worden gedaan. Doch nu kan dit grootelijks verschillen. Het kan gaan zuchtende en ook anders.
Helpt ons in dezen.
Zijn de offers, welke onze eigen lusten ons opleggen, vaak niet klein, doch groot, de offers, die Christus' zaak van ons vraagt, zijn maar klein.
Geve de Heere, dat zij den naam mogen dragen : offerande des lofs. Immers daarover gebiedt de Heere Zijn rijken zegen.
'k Wil thans rekenschap geven van wat inkwam.
1. Was een collecte, gehouden in de vacante gemeente van Dinteloord. Dat hier wel iets gevoeld wordt van den nood, van de behoefte naar prediking, bleek voldoende uit de collecte zelve.
Cand. Vollebregt uit Delft ging hier tweemaal voor. Met een nagift bracht deze op de prachtige som van ƒ82.55
Wij danken allen recht vriendelijk.
2. Door ds. Leenmans uit Delft werd ons toegezonden een gift van den heer A. C. v. E. te Den Haag ƒ 1.50
3. Ontvangen onder letter N. N. te H., waarvan de helft afgedragen moet worden aan de Evangelisatie-Commissie ƒ 5.—
4. Collecte voor die fondsen, gehouden bij gelegenheid, dat ik collega de Looze van Renswoude hielp met een preekbeurt in de vacantie. Deze bracht , op ƒ 35.521/2
5. Door ds. Westra Hoekzema te Mijnsheerenland kreeg ik van den heer de Jong aldaar voor de Fondsen ƒ 20.— 6. Onder letters H. K. bij U een gift voor 't Studiefonds ƒ 5.—
7. In sommige plaatsen hebben wij van die stille werkers, die niet kijken, wie er aan het hoofd staan, of de Penningmeester Fliehe heet of Jongebreur of van der Snoek of anders, zij werken maar. Het gaat hun om de zaak. En nu is dat het heerlijke, die liefde wordt overgedragen op de kinderen. Zoo hebben wij in Schoonhoven een gezin, waarvan ik den naam niet zal noemen, maar dat jaren achtereen gezorgd heeft voor aangename verrassingen. De zoon des huizes, die als God het mag geven, ook nog zelf gaarne in dit schoone ambt hoopt te staan, heeft de zorg op zich genomen van een busje, dat niet eerder wordt geleegd, dan wanneer het de ronde som van 100 gulden binnen zijn wanden bergt ƒ100.—
Heerlijk, dat dit moment weer daar was. Was hij blij, en zijn zuster, die hem zoo trouw heeft geassisteerd gedurende zijn ziekte, ook mijn blijdschap was niet minder groot.
100 gulden, is dit niet prachtig ? Ik dank de Schoonhovensche vrienden en mijn dubbele dank aan de inzamelaars. Ik durf het enkelvoud niet meer te gebruiken. Deel den idank onder uw tweetj'es, en geve de iHeere u tezamen de begeerte uws harten, inzonderheid inzake de komst van Zijn Koninkrijk.
8. Uit den collectezak van den Haag kreeg ik door bemiddeling van ds. Vreugdenhil uit Gorcum, die aldaar voorging ƒ 1.—
9. Door ds. van Dorssen van Nieuw-Lekkerland f 2.50 contributie en f 3.46 uit een busje nog van de vorige gemeente, tezamen ƒ 5.96
10. In Gorinchem wordt in den regel de collecte, die elders op Paschen wordt gehouden, iets later gesteld. Zij bracht thans op ƒ69.74
Voorganger was ds. Lekkerkerker uit Oldebroek.
We danken ook onze Gorcumsche vrienden.
11. In hetzelfde voetspoor wandelen ook onze Hazerswoudsche menschen. Zij mochten een collecte houden op een Zondagmorgen voor onze fondsen. Voorganger was ds. van Apeldoorn van Leiden. De opbrengst was zooals altijd, verre boven mijn verwachting. Met een enkele nagift, die me op den Zendingsdag ter hand werd gesteld, van 1 en 10 gulden, bedroeg deze ƒ 145.—
Wat voor woord moet ik hieraan toevoegen. Ik was er stil van. En de oude tijden gingen opnieuw aan mijn geest voorbij. God zegene u tezaam.
12. Zooals ge reeds gehoord hebt, ben ik ook op den Zendingsdag geweest. Natuurlijk. Hier vloeien de harten ineen, en zoo komt het, dat menige zendingsvriend zoo heel dicht bij ons komt en vaak met een nauwelijks waarneembaar gebaar me een gift in den zak stopt. Zoo kreeg ik naast de twee nagiften uit Hazerswoude van 1 gulden en 10 gulden, van N_ N. te Achttienhoven fl.—, van N. N. te Bilthoven f2.—, van N. N. te Utrecht f 1.—, van N. N. te Utrecht f2.50, van N. N. te Ederveen fl— van N. N. te Utrecht flO.—, van N. N. te Delft f 10.—, van N. N. f2.50, van N. N. f 1.—, uit IJsselmonde van N. N. f2_—; waarvan fl.— van J. S. C. voor het lezen van de Waarheidsvriend.
Van den heer v. Beek te Slikkerveer den inhoud van het bus'e f 7.50, van N. N. te Utrecht f 2.50, van N N. te Utrecht f 2.50, van N. N. f 2.50, van N N. f2.50, van N. N. f2.50, van N. N. te Papendrecht f 1.—.
Alles voor de fondsen.
Ten slotte nog van N. N. f 1.— voor de Medische Zending.
Door ds. Remme van den heer M. te Rijnsaterwoude f2.50, ontvangen op den Zendingsdag,
Door ds. Klomp te Westbroek evenzoo ontvangen van N. N. te 's-Graveland, een dankoffer van f2.50, waarvan de helft bestemd was voor den Geref. Bond, f 1.25. Verder nog aan huis bezorgd door N. N. voor de fondsen f 2.50.
Dit maakt tezamen ƒ72, 25
Ik dank de vrienden voor al deze blijken van medeleven.
13. 'k Trouwde dezer dagen een paartje, en kreeg van de moeder van de bruid voor de fondsen ƒ Ik dank allen tezamen. 5.—
14. Door ds. Meijer van Utrecht van mej. N. N. voor de fondsen ƒ 2.50
15. Door ds. de Geus van de Bilt, van een vriend uit Bilthoven ƒ 16. Onder letter P. ontving ik uit Weesp, met bijschrift: voor onze A-S. Ds. ƒ 2.50
17. Uit de gemeente van Zegveld kreeg ik van den ds. uit zijn catechisatiebus ƒ 2.50
Terwijl de heer C. Bardelmeijer mij den inhoud van zijn busje voor deze maand toezond. Deze bedroeg niet minder dan ƒ 3.30
Ik ben dankbaar, en beveel onze zaken Gode. De opbrengst van deze twee weken was
f 564.32½
utrecht.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 augustus 1933

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

FINANCIËN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 augustus 1933

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's