De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

KERK, SCHOOL, VEREENIGING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KERK, SCHOOL, VEREENIGING

18 minuten leestijd

NEDERLANDSCHE HERVORMDE KERK.
Beroepen :
te Meeuwen J. W. v. d. Linden, cand. te Utrecht — te Veere P. Fagel, cand. te 's-Gravenhage — te Voorthuizen J. Lekkerkerker te Oldebroek — te Wijngaarden cand. H. K. van Wingerden te Gorinchem — te Arnemuiden cand. J. Slok te Delft — te Eemnes-Binnen cand. C. J. Roosendaal te Utrecht.
Aangenomen :
naar Zwijndrecht—Groote Lindt B. Baks, cand. en hulppred. te Rotterdam-Vreewijk — naar Beuningen G. J. de Geus, cand. te Hees.

GEREFORMEERDE KERKEN.
Tweetal :
te Uithuizermeeden W. de Graaf te Ommen en F. J. Scholten te Onstwedde — te Terneuzen C. Boon te Duurswoude en G. W. van Houte te Nijeveen.
Beroepen :
te Valthermond cand. T. de Haan te Buitenpost.

CHRISTELIJKE GEREFORMEERDE KERK.
Tweetal :
te Sneek J. B. G. Croes te Steenwijk en P. W. Dam te Onstwedde — te Nieuw-Vennep K. Groen te Rotterdam-West en J. P. Meijering te Zwijndrecht.

GEREFORMEERDE GEMEENTE.
Tweetal:
te Rijssen M. Heikoop te Utrecht en B. v. Neerbos te Vlaardingen.
Beroepen :
te Tricht H. Ligtenberg te Lisse.

Afscheid, Bevestiging, Intrede.
Proponent W. H. Beekenkamp te Leiden, die het beroep naar de Ned. Herv. Gemeente te Heinenoord aannam, hoopt daar zijn intrede te doen op Zondagmiddag 26 Juli. In den bevestigingsdienst, 's morgens te houden, zullen voorgaan ds. mr. E. D. G. van der Horst, van Oud-Gastel, tot voor kort te Heinenoord, en dr. J. D. de Lind van Wijngaarden, te De Bilt.
Zondag was het voor de Gemeente Linschoten een goede dag. Na een vacature van bijna twee jaren, mocht zij weer een eigen herder en leeraar ontvangen door de overkomst van ds. J. J. V. d. Berg, uit Dussen. Na des voormiddags bevestigd te zijn door ds. J. H. Koster, van Montfoort, consulent dezer gemeente, met een predikatie over Ps. 90 : la, alleen deze woorden : „Een gebed van Mozes, den man Gods. O Heere, Gij", verbond ds. v. d. Berg des avonds zich aan zijn nieuwe gemeente met een leerrede over Efeze 2 vers 17 : „En komende, heeft hij door het Evangelie vrede verkondigd u, die verre waart, en dien, die nabij waren", waarin wij mochten beluisteren eene taal des harten, die ook een ontvankelijk oor mocht ontmoeten. Na de gebruikelijke toespraken sprak de consulent den nieuwen herder en leer aar hartelijk toe, daarbij wijzende op de nietigheid der aarden vaten, die deze schatten dragen, maar ook op de kracht en de heerlijkheid van het Godswerk. Ook de praetor van den Ring, ds. Plantinga, van Harmelen, sprak den nieuwen leeraar namens den Ring, waarvan ook ds. Van Rootselaar, van IJsselstein, mede tegenwoordig was, hartelijk toe en werd deze plechtigheid besloten met het zingen van Psalm 90 vers 9.
Stelle de Heere ds. v. d. Berg voor onze gemeente, met haar eigenaardige moeilijkheden, tot een rijken zegen.
Ds. J. A. Raams, Ned. Herv. pred. te Kloetinge, die een beroep aannam naar de Ned. Hervormde Gemeente te Feijenoord (vac. dr. A. H. Edelkoort) zal Zondag 7 Juni van zijn tegenwoordige gemeente afscheid nemen en Zondag 14 Juni te Feijenoord zijn intrede doen, na bevestigd te zijn door ds. E. Raams, te Heek (Zeel.).
Zondagavond nam ds. J. E. Klomp, wegens vertrek naar Barneveld, na een verblijf van ruim een jaar, onder groote belangstelling afscheid van de Ned. Herv. Gemeente te Oud-Beijerland. De afscheidstekst was Deut. 33 : 27a. Ds. Klomp hield geen toespraken en wenschte niet toegesproken te worden. Aanwezig waren : ds. Rijnsburger, plaatselijk predikant, en ds. Jonkers, van Goudswaard, voorzitter van den Ring Oud-Beijerland. Toegezongen is Psalm 121 vers 4.
De gemeente ziet dezen, om zijn persoon en arbeid zeer gewaardeerden herder en leeraar, slechts noode vertrekken. (De Rott.)

Afscheid prof. dr. A. Noordtzij.
Prof. dr. A. Noordtzij, hoogleeraar in de faculteit der godgeleerdheid aan de Rijks-Uuniversiteit te Utrecht, gaf Woensdag 27 Mei 1.1., des namiddags drie uur afscheidscollege in de Senaatszaal van het Universiteitsgebouw.
Het Huldigingscomité, dat opgericht is om den scheidenden hoogleeraar te huldigen, bood tijdens deze plechtigheid het geschilderd portret, door den kunstschilder J. Boon te Bilthoven vervaardigd aan.
Wa dit college recipieerde professor Noordtzij in een der zalen van het Universiteitsgebouw.

Opheffing van een predikantsplaats te Zaltbommel.
Nadat de kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente van Zaltbommel, omdat het College van Kerkvoogden het verplichte plaatselijke tractement niet kon verzekeren, de gevraagde diligentverklaring inzake beroep (deze liep 27 dezer af) had ontvangen van het Classicaal Bestuur van Zalt-bommel, heeft een gecombineerde vergadering van kerkvoogden en notabelen met den kerkeraad, met algemeene stemmen besloten de combinatie der twee standplaatsen aan te vragen. De daartoe noodige stappen zullen nu gedaan worden.

Algemeene Synodale Commissie Ned. Herv. Kerk Een voorstel tot benoeming van een reorganisatie-commissie.
In de Maandag gehouden zitting van de Alg. Synodale Commissie der Ned. Hervormde Kerk is namens de commissie van informatie rapport uitgebracht over de besprekingen, welke in den loop van dezen winter zijn gehouden tusschen „Kerkherstel" en „Kerkopbouw".
De Synodale Commissie besloot aan de Algemeene Synode voor te stellen een reorganisatiecommissie te benoemen, die met het gemeenschappelijk voorstel van „Kerkherstel" en „Kerkopbouw" ernstig rekening zal hebben te houden.

Giften en legaten.
Wijlen de heer O. van Drie te Utrecht heeft aan de Vereeniging „Kinderzorg" in de provincie Utrecht ƒ 2000.— gelegateerd.
Het Kinderhuis der Ned. Herv. Gemeente te Rotterdam ontving een legaat groot ƒ 1500.—, onder letters M. F.

Mooie gift.
Ds. M. van Grieken te Rotterdam ontving van iemand uit zijn gemeente ƒ 400.—, waarvan ƒ 100.— voor den Geref. Bond, ƒ 100.— voor den Gereform. Zendingsbond, ƒ 100.— voor het Kinderhuis te Rotterdam en ƒ 100.— voor het Christelijk Onderwijs.
De rede van dr. K. Dijk. Wat verstaan wij onder een School met den Bijbel ?
Het Moderamen van den Schoolraad voor de Scholen met den Bijbel heeft met bekwamen spoed voldaan aan den wensch van de Algem. Vergadering van 15 April jj., om het toen door dr. K. Dijk, van Den Haag, gehouden referaat, waarin zeer actueele vragen betreffende de School met den Bijbel behandeld, werden, afzonderlijk uit te geven.
De rede is nu, als een eigen uitgave van den Schoolraad, in druk uitgekomen en zoo onder het bereik van belanghebbenden gebracht. Gelijk men zich herinnert, voert de rede van dr. Dijk als titel: „Wat verstaan wij onder een School met den Bijbel ? "
Ter verspreiding op groote schaal zal deze brochure voor een paar centen te verkrijgen zijn bij den Schoolraad, Sweelinckstraat 39, Den Haag

Het optreden van den Secretaris van den Bond van Nederlandsche Predikanten. De Raad van Beheer vraagt om een vervroegde Synode.
Naar aanleiding van de artikelen van ds. p. Boer, te Den Haag, secretaris van den Bond van Ned. Predikanten, in het Maandblad van den Bond, waarin beschuldigingen voorkomen aan 't adres zoowel van kerkelijke instanties als personen, heeft de Raad van Beheer voor de Predikantstractementen in de Ned. Hervormde Kerk aan de Algemeene Synodale Commissie der Ned. Hervormde Kerk eén brief gericht, waarin de Raad zegt het te gevoelen als een plicht, zich tot dit college te wenden naar aanleiding van de artikelen in genoemd, orgaan van Dec, Jan. en Febr. j.l., van de hand van ds. Boer, waarin „een aantal artikelen van zeer beleedigenden aard voorkomen, die o.m. ook t.a.v. den Raad van Beheer door niets gestaafde beschuldigingen en verdachtmakingen inhouden". De Raad twijfelt er niet aan, of de Synode van dit jaar zou, tot het inzicht gekomen dat door bedoelde artikelen gezag en waardigheid harer voorgangers wordt aangetast, het werk van den Raad van Beheer wordt ondermijnd en daarenboven groote onrust in de Kerk wordt veroorzaakt, tot het nemen van de door haar gewenscht geoordeelde maatregelen zijn overgegaan.
„Wij zijn er van overtuigd, dat in deze groote belangen voor de Kerk op het spel staan, en deze het noodwendig maken zonder uitstel den eisch te stellen de geuite beschuldigingen en verdachtmakingen door bewijzen te staven, maar daarnaast ook voor den Raad van Beheer de gelegenheid te openen op alles een volledig en helder licht te doen vallen.
De Raad van Beheer veroorlooft zich daarom de vrijheid tot uwe commissie het verzoek te richten : te willen overwegen of er geen aanleiding bestaat niet tot samenkomen der Synode-1936 aan het eind van Juli a.s. te wachten, doch reeds thans de Synode in bijzondere vergadering bijeen te roepen of .— wanneer daartegen uwerzijds bezwaar mocht bestaan — zonder verwijl zoodanige andere maatregelen te nemen als noodig zullen zijn om het voortwoekeren der zonder bewijs daarheen geworpen beschuldigingen en verdachtmakingen te voorkomen".
De , roeping der Overheid in het licht van Art. 36. Stellingen van ds. C. van der Zaal.
Ter conferentie van Chr. Geref. predikanten, zal het Tweede Kamerlid ds. Van der Zaal de volgende stellingen verdedigen :
I. Al is het geschiedkundig verklaarbaar, toch blijft de vraag, of het juist was, om zich in een geloofsbelijdenis uit te spreken behalve over het wezen, ook over de ambtelijke werkzaamheid der Overheid.
II. Daar het een klemmend vraagstuk is, wordt hier alleen besproken dat deel van artikel 36, waarin over de roeping van de Overheid in betrekking tot afgoderij, valschen godsdienst en het rijk van den Antichrist gehandeld wordt.
III. Waar het zoogenaamde „ongewijzigde artikel 36" een gewijzigd artikel is en van den tijd, waarin het opgesteld werd, tot heden een strijdpunt was, ja zelfs tot een politieke leuze verheven werd, verdient het de volle aandacht.
IV. De bekende zinsnede eischt desnoods een gewelddadig optreden van de Overheid, om afgoderij en valschen godsdienst te weren en uit te roeien en om het rijk des Antichrists te gronde te werpen.Het bestaan van deze zinsnede verraadt den invloed van de antieke Staatsbeschouwing.
V. Andere belijdenissen en verklaringen van vooraanstaande theologen uit dien tijd bewijzen, hoe de vraag om gewelddadig optreden van de Overheid in religiezaken door Gereformeerden gesteld werd.
VI. De Gereformeerden van lateren tijd konden zich met dit inzicht niet vereenigen. Eer dr. Kuyper een gravamen had tegen de bekende zinsnede, werd aan de Synode van de Chr. Afgescheiden Kerk om een duidelijke verklaring van artikel 36 gevraagd.
VII. Of men die zinsnede schrapt uit de belijdenis, of verzachtend verklaart de roeping van de Overheid inzake de religie, blijft een niet opgelost vraagstuk.
Een oplossing is dringend gewenscht. Een Studiecommissie, bestaande uit personen, behoorend tot verschillende Chr. politieke partijen, en een, waarin zitting hebben theologen uit verschillende kerken, zouden hier van voorlichting kunnen dienen.
Het al of niet wijzigen van de belijdenis blijft uitsluitend de roeping en taak der Kerk.
VIII. De Heilige Schrift geeft richtlijnen aan. De theocratische Staat van Israël heeft voor ons geen normatief gezag. Het Nieuwe Testament geeft èn door hetgeen verboden wordt èn door hetgeen geboden wordt, de juiste richting aan.
lx. Staat en Kerk zijn in oorsprong, wezen en taak onderscheiden. Ondanks deze onderscheiding komen ze met elkander in aanraking. In de handhaving van beider wezen en in de getrouwe vervulling van eigen roeping, ligt tevens het heil voor beide.

Möttlingen.
Dr. Jasperse, van Leiden, heeft te Delft gesproken voor de Gereform. Jeugdcentrale over Möttlingen. In de Delftsche Kerkbode stond het volgende verslag :
Spreker wil „Möttlingen" dezen avond meer van medische zijde bezien en in. het bizonder nagaan of de z.g.n. „geloofsgenezingen"' de „roepstem van Möttlingen versterken, ja of neen. De „roepstem" van Möttlingen bestaat hierin, dat men de Christenheid op wil wekken den Bijbel toch weer voor de volle lOO % te durven aanvaarden ; óók teksten als Matth. 10 vers 8 en Marcus 16 vers 17 en 18 en Jacobus 5 vers 14. Voor wie weer waarlijk gelooft, voor dien zal niets onmogelijk zijn ; Stanger b.v. verzekerde aan zijn volgelingen in de Reddingsark, dat zoolang hij kon bidden er geen Fransche soldaat in Duitschland. zou komen ! Voor dit geloof moet ook alle ziekte wijken, tenzij God met die ziekte iets anders bedoelt, als b.v. bij Paulus, die de doorn in zijn vleesch moest 'blijven dragen. Möttlingen ziet in deze „geloofsgenezingen" een bewijs hiervoor, dat de Heilige Geest weer werkt en men stelt deze „genezingswonderen" gelijk met de wonderen, die de Heere Jezus en Zijn Apostelen verrichtten.
Spreker wijst er op, dat er ook wonderlijke dingen kunnen geschieden door een geloof, dat met het Christelijk geloof niets te maken heeft, b.v. de Mohammedaan Kuda Box, die blootsvoets liep over een heet gestookte bodem (427" O, waarbij de voeten telkens 5 seconden met die bodem in aanraking bleven, zonder dat verbrandingsverschijnselen optraden; ook op de voetzool geplakte kleefpleister schroeide niet!
Behandeld worden dan de bekeering van Vader Stanger, waarbij geconstateerd wordt een zekere neiging tot nabootsing van een opzienbarende bekeering uit de H. Schrift (Paulus, wien schellen van de oogen vielen) en het ontstaan van de Reddingsark. Verder wordt een enkele illustratie gegeven van het werk in de „spreekuren", waar de menschen verlost worden van den last hunner zonden. Is het nu waar, dat, als de zonde vergeven wordt, daardoor ook ziekte en allerhande narigheid verdwijnt, en als deze niet verdwijnen, dat men dan mag constateeren on-of kleingeloof bij zoo'n patiënt ? In het Nieuwe Testament is hiervan niets te vinden ; integendeel; Christus heeft in beginsel den dood overwonnen aan het kruis, maar alle menschen moeten nog sterven.
Spreker wil dan nagaan, of de „genezingswonderen" van Möttlingen gelijk te stellen zijn met die uit het Nieuwe Testament. Karaktertrekken van de Nieuw-Testamentische wonderen, die Jezus en de Apostelen verrichtten, zijn :
1. de genezing door inwerking des Heiligen Geestes is definitief; is nooit een schijn-of maar een tijdelijke genezing ;
2. de genezing voltrekt zich a.h.w. in een punt des tijds ; een genezing door den Heiligen Geest duurt altijd korter dan op welke andere wijze ook ; het is ondenkbaar, dat de Heilige Geest voor een genezing 6 dagen noodig zou hebben, terwijl een dokter het klaar zou spelen in 3 dagen ;
3. bij de genezing door inwerking des Heiligen Geestes bestaat in het geheel geen risico. Spreker toetst dan een paar ziekte-geschiedenissen, die wat meer uitvoerig de „genezing" van duidelijke organische aandoeningen behandelen aan deze drie eischen, nl. het geval van de kaakkyste (eenige pag. verder kaakkanker) genoemd) van mevr. Wirth en de z.g. „wervelvertering van br. Geiger. In het eerste geval blijkt, dat terwijl gezegd wordt, dat God de kyste „wegnam", deze er eenigen tijd later nog onveranderd zat; zelfs wordt hij dan als kanker bestempeld ; dit was dus een schijngenezing, en later blijkt, dat er in de Reddingsark twee jaar voor noodig is geweest, haar te genezen (het is, net als de eerste keer, de vraag, öf zij nu genezen is !), terwijl men veilig aan mag nemen, dat patiënte onder behandeling van een chirurg in 2 a 3 weken beter geweest zou zijn.
In 't geval van br. Geiger blijkt van een „wervelvertering" niets, alleen maar wordt duidelijk de mishandeling van een groot (koud ? ) abces, waardoor patiënt noodeloos zeer ernstig ziek geworden is en ook veel langer ziek geweest is, dan bij doelmatige behandeling het geval zou geweest zijn.
Ook uit eigen omgeving noemt spreker enkele gevallen, die in Möttlingen genezen zouden zijn, maar die in het geheel niet genezen bleken te zijn. Ook een enkel geval van 'n geloovig iemand, wier geloofsleven ernstig geschokt werd in Möttlingen, omdat de verwachte genezing maar niet intrad en men haar toen verweet, dat haar geloof te klein was !
Van de gelegenheid tot het stellen van vragen maakten een 10-tal der aanwezigen gebruik. Spr. antwoordt, dat er voor zoover hem bekend, niet een speciale opleiding tot broeder in de Reddingsark is, hoewel men wel scherp toeziet, dat geen gasten mogen gaan behandelen.
Het groote meerendeel der patiënten zijn „zenuwpatiënten", die dikwijls zeer gevoelig zijn voor suggesties, die hier tijdelijk wel eenigen invloed uit kunnen oefenen. De genezingen staan op één lijn met die in Lourdes; moesten we beide gelooven, dan zou Maria in Lourdes heen wijzen naar de Roomsche Kerk en de H. Geest in Möttlingen naar het Protestantsche Christendom Natuurlijk wil spr. niet de waarde van het gebed onderschatten ; het is echter de vraag of God de gebeden om beterschap niet altijd verhoort via den weg der middelen. Spr. gelooft ook, dat het zaligmakend geloof tot zeker veel grooter dingen in staat zal blijken te zijn, als welk natuurlijk geloof ook (b.v. van dien Mohammedaan). Het bezeten zijn door duivelen in den tijd van Jezus' omwandeling mogen we niet opvatten als epilepsie, etc. De Evangeliën spreken hier duidelijk en het is wel verstaanbaar, dat in de volheid des tij ds ook de duivel een bizondere machtsontwikkeling vertoonde. Plotselinge wijzigingen ten goede van geestelijke stoornissen komen veelvuldig voor ; een definitieve genezing is echter bij geestelijke stoornissen objectief haast niet aantoonbaar, vandaar dat spr. zich in zijn referaat juist bepaald heeft tot een paar uitvoeriger meegedeelde organische ziektegevallen. Spr. wil in geenen deele den indruk vestigen, als zouden de Möttlingen-broeders bedriegers zijn ; spreker gelooft dat zij volkomen te goeder trouw handelen en dwalen ; zij zien werk van aardsche krachten aan voor direct werk des Heiligen Geestes.
Spr. gelooft ook wel, dat er in de natuur nog meer krachten schuilen dan die wij nu kennen ; vroeger kende men b.v. geen Röntgenstralen, maar juist aan de Röntgenstralen is te illustreeren, hoe gevaarlijk het kan zijn, als onbevoegden krachten gaan gebruiken bij den zieken mensch, van wier werking men maar zeer weinig weet.

Drie paar klompjes.
De „Maasbode" geeft het volgende stukje: We zien uit over de vlakke, polders van Noord-Holland, tot waar de blik stuit op de huizen en hoeven en het hoog geboomte van den dijkrand. Daar staat dan nog een klein en verkommerd kerkje, dat het bedehuis is der Protestanten van deze streek. „Er wordt nog maar ééns in de maand dienst gedaan", zegt mijn begeleider. „Dan komt er een predikant van elders, maar veel animo om daar in de gemeente voor te gaan, is er niet. Het aantal kerkgangers is zelfs op dien eenen Zondag te klein. De bedienaar des Woords vindt buiten den kerkeraad, de stovenzetster en nog enkele verplichte functionarissen maar enkele getrouwen, die de moeite voor een godsdienstoefening over hebben en het geduld voor een preek kunnen opbrengen".
„En de rest? "
„De rest voelt er niet meer voor en is volslagen van Kerk en geloofsleven vervreemd "
Ik ben benieuwd, hoe zich dat dan moet afteekenen in het maatschappelijk leven, hier in dit vlakke land, waar de principieele scheidingslijnen scherp getrokken zijn als de wegen en de slooten links en rechts in den polder.
„Ik wil één ding zeggen", zoo licht mijn begeleider mij in. „Als ge ergens drie paar klompjes op een vloermat bij de huisdeur ziet staan, dan kun je er van verzekerd zijn dat daar Katholieken wonen".
Bij Protestanten worden blijkbaar geen kinderen geboren ; dan zijn er maar twee paar klompen noodig, voor vader en voor moeder. De wieg is afgeschaft.

Nieuwe veldtocht van Kagawa.
De toekende Japansche Christen-reformator Toyohiko Kagawa, heeft een tien-jaarsprogram voor de Evangelisatie van het Japansche platteland opgesteld. Hij wil overal kapellen stichten, die overdag bewaarschool moeten zijn, 's avonds cursussen bevatten en Zondags voor godsdienstoefeningen dienen. Evangelisten voor leiding van dit werk moeten worden gevormd. De cursussen moeten zoowel aan den Bijbel als aan landbouw worden besteed ; het moet bijbelsche, maar ook sociologische plattelandsarbeid zijn. Zijn program zegt, dat in deze tien jaren 9600 dorpen aldus „bezet" moeten worden, iedere maand 80.

Een groot legaat.
De Methodistische kerkelijke Hoogeschool te Evanston, bij Chicago, kreeg van den overleden industrieel Roger Deering, een legaat van 7 millioen dollar. Tijdens zijn leven schonk Deering reeds 3 millioen aan deze zelfde school.

Dr. Johannes Sung.
In Zuid-China doet een Christelijk propagandist, dr. Johannes Sung, veel van zich spreken. Hij weet in boeiende volkstaal de massa's te trekken en te winnen. Een geheele reveilbeweging is ontstaan, die tienduizenden omvat.

Het einde der Kerk?
De Centrale Godloozenraad pulbliceert, dat in de 18 jaren van het bestaan der Sovjet-Unie 11000 geestelijken der Russisch Orthodoxe Kerk hun ambt hebben neergelegd ; 18% zwoeren de Kerk daarbij af en werden propagandisten in dienst der Sovjets; een groot deel legde het ambt neer wegens geldnood, wijl de gemeenten niet meer in staat zijn de priesters te onderhouden.

Geen Bolsjewisme.
Mussolini heeft verordend, dat in Italië op geenerlei wijze een vertakking van de Russische Godloozenbeweging mag geduld worden. „De Staat"' — aldus de Italiaansche dictator in de toelichting op dit hernieuwde verbod — „heeft weliswaar geen theologie, maar wel een moraal. In den fascistischen Staat wordt de religie als een der diepste levensuitingen van den geest beschouwd. De religie wordt daarom niet slechts gerespecteerd, maar ook verdedigd en beschermd

Geestelijke zorg voor het leger.
In Italië is de geestelijke zorg voor het leger door een nieuwe wet nieuw geregeld. Het aantal leger-geestelijken is belangrijk uitgebreid. Aan 't hoofd staat een armeebisschop, die den rang van divisie-generaal heeft.

De Rijnsche Zending.
De Rijnsche Zending herdenkt op 29 Juli ajs. dat haar Zending onder de Bataks op Sumatra dan 75 jaar bestaat. Sinds 1914 rees het ledental der Batakkerk met bijna 250.000 zielen en is thans tot 356.000 zielen in totaal gestegen.
Den 19den Mei gingen 15 nieuwe Zendingskrachten naar Sumatra en Nias. De herdenking op Sumatra vindt op 6 October plaats.

Sloopen van kerken.
Te Odessa, in Rusland, zullen alle kerken worden afgebroken, zoo wordt uit Moskou gemeld. Reeds is de Petropaulowkerk met den grond gelijk gemaakt. De Mesjtsjanskerk volgt nu. Te Rostov, aan den Don, zijn van de vijf kerken er reeds vier afgebroken. De dom te Petrosawdsk is door dynamiet in een puinhoop veranderd, welke thans opgeruimd wordt; op de plaats komt een monument voor Kirow.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 mei 1936

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

KERK, SCHOOL, VEREENIGING

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 mei 1936

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's