De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

KERK, SCHOOL, VEREENIGING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KERK, SCHOOL, VEREENIGING

20 minuten leestijd

NEDERLANDSCHE HERVORMDE KERK.
Drietal :
te Deventer (vac. ter Haar) J. C. Fischer te Ede, D. T. Los te Heerenveen en G. Westmeijse te Rotterdam.
te lerseke M. Bons te Colijnsplaat — te Gouderak J. W. V. d. Linde te Kootwijk — te Zwammerdam W. Willemse te Muiderberg — te Haulerwijk (Fr. ) cand. J. de Groot te Windesheim — te Koudum W. Aalders te Oosterzee en Echten — te Oostwold (Wk.) Joh. Aalbers te Amersveen — te Vlijmen en Hedikhuizen J. Beers, gep. O. I. pred. — te Wehe en Zuurdijk G. J. ten Broek te Warder — te IJselmonde C. Warmolts te Heemse.
Aangenomen :
naar Haulerwijk (toez.) cand. J. de Groot te Windesheim — naar Vlijmen en Hedikhuizen J. Beers, gep. O. I. pred. te Utrecht — naar Birdaard cand. D. J. Burgersdijk te 's-Gravenzande — naar Varsseveld E. Jansen Schoonhoven te Lichtenvoorde — naar Nieuw-Beerta cand. B. J. Ader te Amsterdam — naar Deersum ca. cand. H. J. E. Caron te Rijswijk (Z.-H.).
Bedankt :
voor Wijk (N.-Br.) I. Schipper te Kockengen — voor Ophemert A. W. Lazonder te Westmaas — voor Winschoten (2e pred. pi.) J. B. Cannegieter te Eext.

GEREFORMEERDE KERKEN.
Tweetal :
te Oud-Loosdrecht cand. G. Th. Koopman te Utrecht en cand. W. Loopstra te Groningen - te Wissekerke cand. A. A. Oostenbrink te Kampen en cand. J. Bos. hulppred. te Schermerhorn — te Soest (vac-Alkema) dr. H. N. Ridderbos te Eefde-Gorssel en H. Vogel te Loppersum.

H. Vogel te Loppersum.
te Hijken cand. W. de Graaff te Groningen, cand. W. Loopstra te Groningen, cand. Jac. v. Nieuwkoop te Rijnsburg en cand. R. W. Popma, hulppred. te Heenvliet.
Beroepen :
te Baarn J. Bos te Rijssen — te Mechelen (België) W. Fijn van Draat, hulppred. aldaar — te Oud-Loosdrecht cand. G. Th. Koopman te Utrecht — te Wissekerke cand. A. A. Oostenbrink te Kampen — te Oosterbierum cand. K. Talsma te Veenwouden — te Kolhorn cand. D. Visch, hulppred. aldaar — te Bergambacht cand. J. G. W. Terhaak, hulppred. aldaar.
Aangenomen :
naar Oud-Loosdrecht cand. G. Th. Koopman te Utrecht — naar Vrijhoeve-'s Grevelduin-Capelle cand. E, J. Dijk te Zwolle — naar Kolhorn cand. D. Visch,

CHRISTELIJKE GEREFORMEERDE KERK.
Tweetal :
te Ede L. S. den Boer te Arnhem en M. W. Nieuwenhuyze te Franeker.
Beroepen :
te Aalsmeer N. Brandsma te Wildervank — te Harlingen W. Meynhout te Nieuwendam.
Bedankt :
voor Groningen M. Holtrop te Hilversum.

GEREFORMEERDE GEMEENTEN.
Beroepen :
te Giessendam M. Heykoop te Utrecht — te Middelharnis H. Ligtenberg te Lisse.
Bedankt.:
voor Borssele H. Lichtenberg te Lisse.

Bevestiging en intrede.
Neder Langbroek

Na des morgens bevestigd te zijn door ds. K. J. van den Berg, van Amersfoort, met een predikatie over Exodus 33 vers 14—l6a, deed Zondag 17 Juli j.l. ds. H. Talsma, gekomen van Kamperveen, zijn intrede te Neder-Langbroek met een predikatie over Joh:10 vers 11. Toespraken volgden door ds. M. Niemeyér en ouderling Van Asselt. Den nieuwen leeraar werd toegezongen Psalm 134 vers 3 en Psalm 20 vers I.
Aanwezig waren de ringcollega's : ds. D. van Lutterveld, ds. D. van der Ent Braat, Verder o.a. jhr. dr. H. W. L. de Beaufort met mevr. de Beaufort— geb. Baronesse van Boetzelaer, mr. C. T. E. Graaf van Lynden van Sandenburg met mevr. Van Lynden van Sandenburg—geb. Labouchère en Burgemeester W. F. van Beeck Calkoen.

Prof. dr. Joh. de Groot.
Prof. dr. Joh. de Groot, hoogleeraar in de faculteit der Godgeleerdheid aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, waar hij de Hebreeuwsche taal en letterkunde, de uitlegging van het Oude Testament, de geschiedenis van den Israëlietischen godsdienst en de Israëlietische oudheden doceert, herdacht Woensdag 27 dezer den dag, waarop hij vóór 25 jaar het predikambt in de Ned. Hervormde Kerk aanvaardde.

Geestelijke verzorger „Licht en Kracht".
Ds. G. J. Sanders benoemd.

Tot geestelijk verzorger van de Inrichtingen „Licht en Kracht" en „Port Natal" te Assen, is, naar „De Ned." verneemt, benoemd ds. G. J. Sanders, te Weesp. Ds. Sanders werd in 1903 geboren, in 1926 candidaat in Utrecht, was sedert i Mei 1927 predikant te Nijega, vertrok .in 1929 naar Ee, en staat sinds 24 September 1933 te Weesp.

Gedenksteen op het graf van ds. T. Kloosterman.
De Wijkcommissie van Wijk VI der Ned. Herv. Gemeente te Amsterdam heeft besloten op het graf van haar zoo plotseling' overleden predikant, ds. T. Kloosterman, een gedenksteen té plaatsen.

Nieuwe pastorie.
De Kerkeraad der Ned. Herv. Gem. te Ouderkerk a/d IJsel besloot over te gaan tot den bouw van een pastorie bij het Wijkgebouw der gemeente aan den Lageweg, op een langs genoemden weg gelegen akker, die" gratis daarvoor afgestaan werd door landbouwer M. A. Hoogevonk. Het werk is 27 Juli j.i. aanbesteed en moet op i December voltooid zijn.

De Uniecollecte.
Ook thans is weer uitgegaan een opwekking om de jaarlijksche Uniecollecte (de 6oste) te steunen. Deze collecte, waarvan de opbrengst steeds kleiner werd, maar die het vorige jaar weer iets meer opbracht, bevelen wij natuurlijk hartelijk aan. Want wij mogen niet denken, dat het Christelijk Onderwijs onze gaven, onzen financieelen steun, niet meer noodig heeft. Dé strijd voor het Christelijk Onderwijs is nog niet uitgestreden En daarom ook nu : Volhouden

Giften en legaten.
Voor de nieuw te bouwen Hervormde kerk te Bergentheim (Ov.) werden drie giften van ƒ looo.— en twee van ƒ 100.— ontvangen.

„Aanpakken".
Te Den Haag is dezer dagen onder presidium van dr. C. Hille Ris Lambers de jaarvergadering van het fonds „Aanpakken" gehouden.
Het kapitaal der vereeniging bedraagt momenteel in totaal ƒ 730.334.—. Aan de Synode der Ned. Hervormde Kerk kon ƒ 24, 000.— worden uitgekeerd. De Doodehandsbelasting bedroeg ƒ 1373.— Zij het dan ook langzaam, toch stijgt het bezit van „Aanpakken" voortdurend.

Hervormd Zuidlaren.
De kerkvoogden van de Ned. Hervormde Kerk te Zuidlaren besloten het inwendige van hun kerkgebouw grondig te restaureeren. Tegelijk zal dan aangebracht worden een centrale verwarming. De kerkdiensten zullen worden gehouden in Ons Gebouw.

Het Schippersonderwijs.
Volgens de laatste statistiek maken van de 11.345 leerplichtge schipperskinderen slechts 3358 geregeld gebruik van het Schippersonderwijs. Er is wel vooruitgang te constateeren, maar er valt hier nog heel veel te verbeteren !
Hoe staat de Synode tegenover de Reorganisatie ?
Dr. W. H. Weeda, pred. te Oosterland (Zeeland), heeft als oudste in diensttijd der afgevaardigde predikanten, de 123ste gewone vergadering van de Synode op Woensdag 20 Juli geopend met gebed en het lezen van 2 Corinthe 11 van vers 16 af. Hij wees bijzonder in zijn toespraak op het 28ste vers, waar we lezen : „de zorg van al de gemeenten". Daartoe is de Synode geroepen om zorg te dragen voor al de gemeenten ; 't welk een eer is, maar wat groote verantwoordelijkheid oplegt. Bij het betrachten van ernst en zorgvuldig overwegen, moet de vergadering den moed hebben, naar haar beste weten te handelen. Daarmede gaat ook gepaard moeite ; 't woord zorg bedoelt eigenlijk bezorgdheid. De eerste trek is liefde ; de tweede moeite. Deze tijd is gecompliceerd, vol vragen en spanningen. Het punt d.er reorganisatie is het belangrijkste. De wensch naar verandering en vernieuwing is algemeen ; over het hoe, loopen de meeningen uiteen. Paulus voelde ook, dat de „zorg van al de gemeenten" moeite is, Calvijn kon hier de ontboezeming niet weerhouden, dat het niet gemakkelijk is, de Kerk te regeeren. Met Paulus en den Hervormer, zal het als „moeite" worden ondervonden, maar 's Heeren kracht wordt in zwakheid volbracht.
Na dit openingswoord werd overgegaan tot benoeming van het moderamen. Tot president wordt weder gekozen dr. P. Smit, tot vice-president wordt benoemd ds. J. W. J. Addink, en tot secundus van dezen laatste weder ds. J. Boonstra. Allen nemen deze benoeming aan.
Dr. Smit, optredend als president, dankt dr. Weeda voor diens openingswoord van diepen ernst, dat, weloverwogen, midden in de moeilijkheden dezer vergadering bracht. Het is geen aangename taak, een Synode te presideeren. 't Brengt moeilijkheden mede. In het algeloopen jaar heeft hij er vele gevoeld, hij zal gelegenheid krijgen, hiervan in deze vergadering een en ander te vertellen. Deze vergadering is van groote beteekenis. Een hooggeleerde zeide : Dit wordt de moeilijkste, die er in honderd jaar geweest is. Spreker had hem sceptisch aangekeken. Het onderwerp is moelijk ; moeilijk voor hem zelf als president waagt hij te betwijfelen ; hij doet geen beroep op de welwillendheid, vooruit hiervan overtuigd.
Het moeilijke onderwerp der reorganisatie moet weer onder de oogen gezien ; gewichtige besluiten zullen moeten worden genomen, maar de vergadering zal dit doen met kalm overleg en bezadigde wijsheid. Hij twijfelt geen oogenblik, dat hij zal de vergadering kunnen sluiten met een woord van dank voor den aangenamen geest, die haar kenmerkte.

De behandeling van het Reorganisatie-Ontwerp.
Het moderamen van de Synode heeft zich aanstonds afgevraagd, hoe het Reorganisatie-Ontwerp het best behandeld kan worden in de vergadering. Daar de agenda dit jaar niet overladen is, komt dit aan het moderamen met het oog op de verdere werkzaamheden niet onmogelijk voor.
Het moderamen stelt daarom voor, een afzonderlijke kleine commissie te benoemen, die uitsluitend tot taak zal hebben een rapport uit te brengen betreffende de consideratiën der Kerk over de Reorganisatie-voorstellen.
Kan deze commissie hiermede tijdens deze vergadering niet gereed komen, dan kan zij voorstellen, hiervoor in October a.s. een buitengewone vergadering der Synode te houden, teneinde eventueel de eindstemming in November te kunnen doen plaats hebben.
Na eenige bespreking vereenigt de vergadering zich met dit voorstel. Deze commissie voor de consideratiën betreffende het Reorganisatie-voorstel is als volgt samengesteld: de heeren J. W. J. Addink, president ; L. Boer, H. H. Brucherus Cleveringa en M. ter Stal.
Intusschen zijn er niet minder dan 74 adressen betreffende de reorganisatie ingediend, welke stukken ter hand gesteld zijn aan bovengenoemde Commissie uit de Synode.

Het financieel wanbeheer.
Wat reeds lang bekend was, is nu in een van de eerste zittingen van de Synode officieel meegedeeld, dat n.l. na het overlijden van den vorigen quaestorgeneraal gebleken is, dat de financieele boekhouding allesbehalve in orde geweest is. Door bedriegelijke voorstellingen leefde men in den waan, dat alle bescheiden klopten en de kas in orde was, maar het is nu gebleken, dat de Ned. Hervormde Kerk een financieel verlies heeft van ƒ 84.000.—. Het tekort was nog veel grooter, maar de familie heeft gedeeltelijk bijgepast. Maar met dit al is de Kerk ƒ84.000 kwijt !

De Hollandsche kerkdienst.
Er is een boekje verschenen van den Kaapschen Zendeling Eugene Casalis waarin hij in den vorm van een dagboek, verhaalt van een bezoek aan ons land. Het is al lang geleden. Want de reis valt in de jaren 1849 en 1850. Hij was een vriend van mr. Groen van Prinsterer, Beets, Da Costa, Pierson enz., dus een man van het Reveil. En dan teekent hij ook in zijn dagboek aan :
„Zondag 24 Maart. Het sneeuwt. Ik ging naar ds. van Marken, die in de Amstelkerk preekte. Het gehoor maakte door de groote opkomst veel indruk, het orgel en het gezang waren uitstekend, doch er heerschte weinig orde. Voordat de dienst begon zat men gezellig te babbelen, de menschen die hun plaatsen zochten deden dit niet zonder veel gerucht, het leek wel wat op een synagoge, de preek duurde eindeloos. Tijdens het midden daarvan werden er een tweetal psalmverzen gezongen, om den dominee gelegenheid te geven wat uit te blazen. Tijdens het preeken liepen Ouderlingen de rijen langs, die een zakje aan een langen stok aan de menschen voorhielden voor hun gaven. Onder aan deze zakjes was een zilveren klokje in den vorm van een eikel ; dit getinkel, , dat van verscheidene kanten opklonk veroorzaakte een onaangename afleiding. Ik houd niet van de pralerige en gemaakte toon der HoUandsche predikanten, die ik hoorde".

Christelijke Gereformeerde Kerk in Amerika.
Synode neemt belangrijke besluiten.

De Generale Synode der Christelijke Gereformeerde Kerken in Amerika, te Grand Rapids vergaderd, nam eenige belangrijke besluiten.

Wijziging Artikel 36.
Vooreerst werd artikel 36 der confessie (de Nederlandsche Geloofsbelijdenis) gewijzigd. De Gereformeerde Kerken in Nederland schrapten reeds in 1905 in dit artikel de uitspraak, als zou het de taak der overheid zijn, „om te weren en uit te roeien alle afgoderij en valschen godsdienst, om het rijk des antichrist te gronde te werpen".
De Generale Synode der Amerikaansche Kerk volgde dit thans na en droeg aan een uitvoerend comité op de hiertoe noodige veranderingen in de liturgie enz. ten spoedigste aan te brengen.
Mede besloot de Synode om verwante kerken, die deze schraping nog niet navolgden, aan te sporen om dit alsnog te doen.

Revisie der Confesssie.
Verder werd een voorstel tot algeheele revisie aanvaard op vier gronden : a. omdat het modernisme met zijn evolutionisme en humanisme in de confessie bestreden moet worden ; b. omdat secten, dié op de Schrift zich beroepen, als bijv. het Russellisme, de Christian Science, in de confessie besproken moeten worden ; c. omdat ook andere godsdienstige stroomingen, als b.v. de theosophie, de vrijmetselarij enz., confessioneele weerlegging vereischen ; d. omdat er voorts vele dwalingen zijn.als t).v. de verwerping van de verbondsbeschouwing, "het sabbatisme, het radicale premillennailisme, de geloofsgenézing enz., welke eveneens besproken moeten worden.
De Synode wilde echter niet in Amerika alleen de revisie doorvoeren. Daarom werd besloten een commissie te benoemen, die vooraf contact zal zoeken met de verwante kerkgroepen elders, teneinde tot een gezamenlijke revisie zoo mogelijk te komen. Deze commissie zal op de volgende Synode rapporteeren.

De Jeugdsecretaris.
Aangenomen werd eveneens het voorstel om een door de Jongelingsvereenigingen te benoemen algemeen Jeugdsecretaris kerkelijk te subsidieeren, doch met aansporing aan den Bond van Jongelingsvereenigingen, om zich zoo spoedig mogelijk van dezen steun onafhankelijk te maken ; de bedoelde Secretaris moet bij voorkeur niet een predikant zijn.

De Paedagogische Conferentie voor het Chr. L. O. van 27—29 October op de Ernst Sillemhoeve.
In het Psedologisch Instituut te Amsterdam is op initiatief van de redactie van het weekblad „De School met den Bijbel" een bijeenkomst gehouden van de commissie van voorbereiding voor het hou-•den van een Paedagogische Conferentie .voor het Chr. Lager Onderwijs.
Besloten werd de conferentie te houden van Donderdagmiddag 27 October a.s. tot en met Zaterdag 29 October in het conferentie-oord van de Ernst Sillemhoeve van het N. J. V. te Lage Vuursche. De conferentie zal staan in het teeken van „Onderwijsvernieuwing" en zes onderwerpen behandelen.
Het volgend programma werd vastgesteld, waarbij de preciese formuleering van de onderwerpen door de referenten nader zal worden opgegeven : prof. dr. J. Waterink, onderwerp : „Principieele grondslagen voor onderwijsvernieuwing" ; P. van Nes Czn., onderwerp : „Wettelijke mogelijkheden bij onderwijsvernieuwing" ; S. Stemerding, onderwerp : „Practische mogelijkheden bij onderwijsvernieuwing" ; P. V. Duyvendijk, onderwerp : „Taalonderwijs op de Chr. School" ; dr. G. Kalsbeek, onderwerp : „Geschiedenisonderwijs op de Chr. School" en L. V. d. Zweep, onderwerp : „Het Rekenonderwijs".
Aanmelding voor deze conferentie kan reeds nu geschieden bij den secretaris, den heer J. Nauta, M. H. Trompstraat 9 te Amsterdam.

Calvinistisch Studentencongres van 22—27 Augustus te Lunteren.
Het Calvinistisch Studentenblad publiceert het volgende programma :
Maandagavond : Opening door den congresvoorzitter, E. Kuitert.
Dinsdagochtend : „De Verbondsgedachte in het Oude Testament", door ds. E. T. v. d. Born. „Jezus Christus en het Staatkundig leven", door mr. dr L. W. G. Scholten.
Dinsdagavond: „Christen-student", door G. de Wit. Woensdagochtend : „De Verbondsgedachte in het Nieuwe Testament", door ds. E. T. v. d. Born. Gesprek tusschen drs. H. v. d. Leek en prof. dr. H. Dooyeweerd over „Geloof en Wetenschap".
Woensdagavond : „Student en Kerk", door G. van Andel.
Donderdagochtend : „De Bijbel en ons dagelijksch leven", door dr. K. J. Popma. Sectievergaderingen. Donderdagavond : „Student en roeping", door M. J. C. Blok.
Vrijdagochtend : „De Bijbel en ons gebedsleven", door dr. K. J. Popma. „Sociale gerechtigheid", door Ir. B. ter Brugge.
Vrijdagavond : Sluiting van het congres.

Generale Synode Chr. Geref. Kerk V.S.
De Generale Synode der Chr. Gereform. Kerk in Noord-Amerika, te Grand Rapids vergaderd, besloot in haar volgende zittingen o.a. dat voor den tweeden Avondmaaldienst op eenzelfden Zondag géén verkort Avondmaalsformulier zal worden ingevoerd ; dat de Radio meer dan tot dusver in den dienst der Kerk zal worden gebruikt en dat niet, gelijk door sommige Classes werd voorgesteld, voortaan om de twee jaar zal worden vergaderd, doch gelijk tot dusver jaarlijks.

Opgravingen in Egypte.
Tot dusver werd bij de talrijke opgravingen in Egypte nog niets gevonden betreffende de zeven jaren hongersnood, van welke Genesis spreekt. De Egyptoloog Selion Hassan gelooft thans aan den voet van den sphinx bij de pyramide van Gizeh een inscriptie te hebben gevonden, welke op deze jaren doelt. Onder een Pharao, wiens naam niet wordt genoemd, herhaalden de gewone overstroomingen van den Nijl zich zeven jaar lang niet, hetgeen hongersnood en epidemieën tengevolge had. Het Fransche blad Le Christianisme au XXe ciècle acht deze vondst van bijzonder belang.

Wat Calvijn antwoordde aan den Raad.
In September 1541 werd .Calvijn door den Raad gesmeekt weer terug te keerèn naar Geneve (hij was in 1538 met Farel verbannen). Calvijn wilde wel terugkeeren, maar op één voorwaarde. Hij schreef aan Geneve's Raad : »Wilt Gij mij in uw stad hebben, doet dan de heerschende zonden uit uw midden weg. Zoo gij het ernstig met mijne terugroeping meent, zoo verbant dan de ondeugd, want met eene vervallene Kerktucht en straffeloosheid der zonden kan ik niet binnen Uwe muren wonen. Niet de Paus, niet de tyrannen, die slechts buiten de Kerk kunnen woeden, zijn de ergste vijanden van het Evangelie, neen : wellust, dronkenschap, meineed en dergelijke zonden, die onze leer te schande maken, en de Kerk van haar uitwendigen luister berooven, dat zijn de ergste vijanden. Wanneer gij niet met geweld dit verderf te keer gaat, dan wil ik ten minste mijn ziel daardoor redden, dat ik zeg : ik wil uw bedienaar der religie niet zijn«.
Deze voorwaarden zijn aanvaard. En Calvijn heeft Geneve gediend tot zijn dood toe. Hij stierf 27 Mei 1564, 54 jaar oud zijnde. Aan zijn sterfbed heeft hij van den Raad ernstig afscheid genomen.

De belijdenis niet als een visch op het droge.
Da Costa schreef aan zijn vriend De Clercq (29 Februari 1836) : »Tot de Schrift !« — dat is en blijft de veilige weg, tegenover stelsels, die juist omdat zij stelsels zijn, de waarheden veelal isoleeren. Daarom wil ik steeds die stelsels, hoe goed ook anders, zelfs onze Belijdenisse, telkens opnieuw in de zuivere stroomen der Schrift dompelen. Anders versterft in onze verstandsbeschouwing zelfs de dierbaarste waarheid, gelijk een visch op het droge«.

Da Costa over de Afscheiding.
Da Costa schreef aan zijn vriend De Clercq (2 Januari 1836) : »Aangaande de scheiding wordt mij het beginsel, ons aangewezen, dunkt mij klaarder, bij de overdenking voor den Heere. Geen toetreding tot de scheiding, maar broederlijke aanneming van en vereeniging met de scheidenden, als leden eener zelfde Vaderlandsche Gereformeerde Kerk, waarvan zij door den gedanen stap niet opgehouden hebben leden, ja misschien de kern eener gewenschte, ook kerkelijke, herleving te zijn«.
De Clercq schreef (14 Juli 1837) o.a. : »Het schijnt dat men nu onder de Gescheidenen Gods Woord onder elkander begint te lezen in plaats van oude preeken. Waarlijk, dat is mij een groot bewijs van leven !«

« De Clercq over Kohlbrugge.
Aan zijn vriend Da Costa schreef De Clercq (3 Dec. 1839) het volgende over dr. Kohlbrugge en zijn beschouwingen over Romeinen 7 :
»Ik ben nog zeer bezig met Kohlbrugge's Romeinen 7. Dezelfde aantrekking en afstooting als in alles wat hem betreft, vinde ik ook hier. De waarheid, die hij verkondigt, is waarachtig en wordt mij meer en meer duidelijk. Geen „doe dat !" naast het geloof ! De Wet heeft afgedaan voor die in Christus is. In ons vleesch woont niets goeds. De ruste in Christus moet volkomen zijn.
Maar met dit alles is er iets, dat mij evenzeer afstuit. De geheele vorm mishaagt mij. Paulus wordt uitgerekt en Kohlbrugge steekt er overal zijn hoofd in. Zóó zou Paulus de waarheid, dunkt mij, niet verkondigd hebben. Het is niet als balsem, niet als de vreugde, die al den volke wezen zal, maar het is meer als raadsel, waar en christelijk opgelost. Het is meer een chemisch ontleedde wijn dan een geproefde wijn. Ik voel er de ingewanden der barmhartigheid Gods niet in«.
Hoe moet de nieuwe Bijbelvertaling straks onder ons volk inburgeren ?
Hierover heeft ds. J. W. de Jager, van Zutphen, op de laatste jaarvergadering van het Nederlandsch Bijbelgenootschap als volgt gesproken :
Deze vraag is — aldus spreker — in de afgeloopen jaren in de vergaderingen van het Genootschap meermalen op het tapijt geweest. Het Genootschap heeft evenwel de invoering van de vertaling niet in de handen. Twee andere instanties moeten hier het beslissende woord spreken : de Kerken en het christelijk volk. Daarom wilde spreker de door hem behandelde vraag speciaal in dit licht zien. Zijns inziens heeft de Kerk hierin het eerst een taak, want de Bijbel is Gods genadegeschenk aan Zijn gemeente. Zij is de hoedster en uitdeelster van het Woord Gods.De kerken zijn — aldus spreker — de eerstaangewezenen om de nieuwe vertaling ingang te doen vinden.
De Kerk moet evenwel rekening houden met het oordeel harer leden. Dictatoriale macht bezit zij ook in dezen niet. Zoowel bij de Kerk als bij het christenvolk moet bereidheid zijn om in plaats van de oude Statenvertaling de nieuwe nationale vertaling te aanvaarden. Hiervoor moet het christenvolk rijp worden gemaakt. Het Genootschap dient de Kerken hiertoe te stimuleeren. Spreker wees op de verschenen proefdeeltjes. Verder dienen de ongeveer 1200 predikanten en andere vooraanstaande personen, die met den arbeid van het Genootschap in verbinding staan, te worden gemobiliseerd. Spreker dacht hiertoe aan een oriënteerende brochure.
Een tweede propagandamiddel zag spreker in de lezing van de nieuwe vertaling op de Christelijke Middelbare Scholen bij den aanvang der lessen. Spr. verwachtte hiervan bij vele leerlingen dezer scholen een beter verstaan van den Bijbel.
Vooral moet verder — volgens spreker — de propaganda voor de vertaling van den geheelen Bijbel worden ter hand genomen. En de jeugd van de door spreker genoemde scholen moet worden gewonnen voor de nieuwe vertaling en uiteraard ook die van de inrichtingen voor gymnasiaal onderwijs.
Spreker verwachtte voorts veel van de onderscheiden kerkelijke bladen en Kerkbodes, terwijl het van het grootste belang ook zou zijn als de Schriftlezing bij de N. C, R. V. in nieuwe vertaling zou kunnen geschieden.
Ten slotte bepleitte spreker de uitgave van een algemeen propagandaboek, en wat speciaal de Kerken betreft, vroeg hij het Hoofdbestuur te willen overwegen om t.z.t. de Kerken te winnen voor het verstrekken van een acte van autorisatie. Het voorbeeld hiervan zag spreker in Zuid-Afrika, waar de invoering der nieuwe vertaling feestelijk is ingeluid.

De drie predikers van Geneve.
In Geneve werkten Calvijn, Farel en Viret. Welk een genade voor een stad, zulk een drietal profeten in haar midden te mogen hebben ! Beza, Calvijn's latere medearbeider en levensbeschrijver, zegt : »Farel onderscheidde zich door een buitengewone grootheid van ziel en door zijne heldhaftige gevoelens. Zijn donderende stem deed zijn toehoorders beven, en zijne gebeden waren zóó innig, dat zij de harten als ten hemel opvoerden. Viret predikte met eene zoó zoetvloeiende en innemende welsprekenheid, dat niets in staat was om de aandacht zijner hoorders af te breken. Bij Calvijn was ieder woord een wijze spreuk en op wezenlijke kunde gegrond. In één woord, de gaven, van den hemel hun geschonken, waren zóó bewonderenswaardig verdeeld, dat het mij" aldus Beza — „menigmaal voor den geest is gekomen, dat er tot een volmaakten Kerkleeraar niets anders zou noodig zijn, dan de vereeniging dier onderscheiden persoonlijkheden in één enkelen persoon«.
»Gods wegen en gedachten zijn anders, en hóóger dan de onze. Deze drie mochten niet bijeen blijven. Hoe spoedig waren zij uiteengeslagen. Niet door ouderlingen strijd. Eénsgeestes waren zij, bij allen verschillenden aanleg en gave. Doch de hardheid des harten der Genèvensen, die onder de tucht des Woords niet buigen wilden, verbande Gods knechten buiten Genève.
Viret verliet nog in vrede de stad, geroepen tot het werk der Reformatie in Lausanne.
Maar toen Calvijn en Farel met onbuigzame doorzetting het volk van Geneve wilden brengen tot onderwerping, niet slechts aan de zuivere leer, doch ook aan de tucht over hun leven ; toen Calvijn in dezen strijd weigerde het Avondmaal te bedienen en ook in conflict kwam met den Raad, werden 25 April 1538 zoosnel Farel als Calvijn uit Geneve verbannen !
Welk een smart heeft het hart dezer Godsmannen vervuld, toen zij aldus van Geneve en van elkander moesten scheiden«.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 juli 1938

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

KERK, SCHOOL, VEREENIGING

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 juli 1938

De Waarheidsvriend | 10 Pagina's