FINANCIËN
Wat vliegt die tijd. Nu ligt Pinksteren ook al weer achter ons. De zomer deed op zulk een kostelijke wijze zijn intrede — ook al komt de origineele datum nog een heel eindje achteraan — dat wij Paschen al heel ver achter ons voelen.
Wat ik met dit zeggen bedoel, zult ge zoo dadelijk wel hooren.
Op het Paaschfeest werd als een eenigszins vaststaand gebruik in onze Gereformeerde gemeenten gecollecteerd voor het Studiefonds van den Gereformeerden Bond. En waar dit moeilijkheid opleverde, werd onder de vrienden een rondgang gedaan, eene inzameling gehouden, die geen slechtere resultaten vaak opleverde. Deze Paaschcollecte bedroeg in de jaren, toen de vacatures angstwekkend vele waren, een heele som. 't Was geweldig, hoeveel steun op deze wijze aan den Bond werd geboden. Wij werden door tal van corporaties hierom benijd. Dit is door allerlei oorzaken in den laatsten tijd niet weinig verminderd. Wat te betreuren is, want al is het waar, dat de grootste leemte is weggevallen, daar komen tal van andere dingen zich aanmelden, die niet minder zorg zullen baren. De tijden, zooals wij het zien, zullen 't kwade zien groeien.
En nu zijn het niet alleen de mindere inkomsten, waarop wij uw aandacht willen vestigen, maar wat als een onafscheidelijke schaduw hieraan verbonden is, de liefde voor de zaak gaat zoo gemakkelijk tanen. Onze tijden bieden hiervan illustraties te over. Wij zouden daartegen onze waarschuwende stem willen laten hooren.
Weest voorzichtig met de al te goedkoope raadgevingen, om toch maar niet meer uwe gaven te offeren aan allerlei dingen, waarvoor ge tot nu met; zooveel liefde gegeven hadt. Voordat ge 't weet, is er iets teeders verschrompeld.
Geve de Heere ons tezamen een opmerkenden geest, die voorzichtig leert wandelen.
1. Van de Paaschcollectes heb ik bij mijne mededeelingen van een vorige keer opgemerkt, dat deze gewoonlijk nog 'n heelen tijd bleven nadruppelen. Zoo was het elk jaar. Ook thans bleek het niet anders. Vanuit Ouddorp werd me deze nu toegezonden. Deze bedroeg niet minder dan ƒ 41.27
2. Door ds. Fokkema te Delft werd me ter hand gesteld een couvert met 30 gld. : 20 gld. van de catechisanten en 10 gld. uit de catechisatiebus „30.— 3. Van den kerkeraad van Dordt werd op mijn giro 5 gld. geplaatst voor het Studiefonds „ 5.—
4. De penningmeester van de afdeeling Amsterdam zond me een prachtige bijdrage, n.l. als Paaschinzameling de som van , ., 63.— terwijl de busjes hadden opgebracht niet minder dan „78.05 'k Laat ze hier volgen : no. 2 ƒ 3.84, no. 3 ƒ 3.05, no. 4 ƒ 4.—, no. 6 ƒ 1.—, no. 7 ƒ 17.45, no. 8 ƒ 5.50 no. 9/1.—, no. 10 ƒ 2.05, no. 13 ƒ 2.50, no. 14 ƒ 14.—, no. 15 ƒ 9.50, no. 16 ƒ 1.85, no. 18 ƒ 1.89, no. 19 ƒ 1.97 no. 21 ƒ 2.—, no. 24 ƒ 2.75, no. 25 ƒ 1.—, no. 26 ƒ 2.70.
5. Nagekomen Paaschgiften uit Kralingen van mej. S. 1 gld. en vanuit N.N. ook 1 gld. Samen „ 2.—
6. De Paaschcollecte te Delfshaven bedroeg de som van „61.32
7. De Paaschcollecte te Den Haag bedroeg de som van „55.90 Wanneer ik zeg, dat wij gewoonlijk nog wel iets ontvangen, ook al ligt het beginpunt reeds een vrij grooten tijd achter ons, is dit niet te sterk gesproken. Ge ziet het uit al deze bijdragen, 't Werd nog een heele som. Nog geloof ik niet, dat wij het eindpunt hebben gekregen, 'k Blijf nog uitzien naar verschillende posten.
Intusschen mag ik niet achterblijven met mijn dank uit te spreken voor wat onze vrienden in al deze onderscheidene posten hebben gedaan, 'k Betuig mijn groote erkentelijkheid voor al dezen arbeid en voor de groote offervaardigheid in dezen betoond.
8. Thans, waar een enkele afdeeling reeds de inhoud van de busjes me deed geworden, laat ik meerdere volgen. Mej. C. Qualm te Hazerswoude zond ons ouder gewoonte weer den inhoud van haar busje.
Elk kwartaal doet zich deze post voor. Hoeveel jaren zij dit doet, kan ik wel uit de boeken nagaan, doch dit ligt thans niet in mijn bedoeling. Hetgeen zij in dezen weet te bereiken, is geen kleine zaak. ledere drie maanden bedraagt dit om en bij de 25 gulden. Zoo ook thans was het „24.26
'k Zeg de inzamelaarster inzonderheid hartelijk dank, terwijl ik de Hazerswoudsche vrienden persoonlijk m'n warmen dank hoop te betuigen als ik weer eens in hun midden mag zijn. 9. Te Zegveld heeft de heer Groenendijk de zorg voor het busje, dat ook voor ons van geen kleine beteekenis is geweest gedurende een lange reeks van jaren, op zich willen nemen. Hij zond mij ook thans „ 7.25 waarvoor ik hem met de vrienden hartelijk dank zeg.
10. In het Noorden hebben wij in tal van plaatsen nog trouw meelevende vrienden. Dit blijkt telkenmale. Ook nu weer zond me N.N. uit Sneek een verzamelpost n.l. ƒ 12.50 voor het Studiefonds, ƒ 10.— voor de Evangelisatie en ƒ 7.50 als Pinkstergave. Dit maakt tezamen de som van „30.— 'k Ben voor deze gedurige steun en giften.
11. Vanaf het Kampereiland ben ik sedert langeren tijd gewoon onder letter S. zijn geregelde bijdrage voor onze fondsen te ontvangen. Zoo ook nu weer kreeg ik per postwissel de som van..., 4.— Mag ik hem mijn vriendelijken dank betuigen ?
12. Van ouder gewoonte gesproken, IS het voor velen van onze vrienden een geregelde gang geworden om mij blijken te geven van hun dank aan den Gever alles goeds, door het toezenden van hun bijdrage voor onze fondsen. Onder letters S. H. mocht ik weer boeken de som van „10.—
13. De laatste post, welke ik thans te verantwoorden heb, zou ik gaarne
willen gebruiken als een aanloopje. Deze post heeft n.l. betrekking op de jaarlijksche contributie voor onze fondsen.
'k Ontving van den heer H. te G. zijn contributie, bedragende „ 1. Nu is het niet mijn bedoeling om te vragen of ieder lid van den Bond dit ook zou doen. Neen, als dit gebruikelijk was, dat iedereen dit deed, was het mij natuurlijk zeer wèl, maar waar dit niet zoo is, veeleer een uitzondering vormt, bestaat de kans op verwarring. De mogelijkheid bestaat, dat men dan daarna nog een kwitantie zich zag gepresenteerd, omdat die twee elkander hadden gekruist. Maar wat ik vragen wil is dit, dat elke afd.-secretaris of -penningmeester (d. i. mij het zelfde) mij een lijst van de contribuanten, liefst alphabetisch, met de bedragen er achter, wilde toezenden.
Dat is voor mij zoo geheel aangewezen. Ge zoudt er mij een geweldige dienst mee bewijzen.
'k Héb dus de Afdeelingen op 't oog. Wanneer men het tot, nu toe nog niet heeft gedaan, zoo mag ik op uw spoedige hulp rekenen, nietwaar ?
Wanneer ik aan het einde van mijn overzicht de posten, welke ik ontving, optel, kom ik tot de som van
f 413.05
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 juni 1939
De Waarheidsvriend | 10 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 juni 1939
De Waarheidsvriend | 10 Pagina's