KERK SCHOOL VEREENIGING

NEDERLANDSCHE HERVORMDE KERK.

Beroepen te Spijk (Gron.) A. Groot te Oudeschoot — te Arum K. H. Sikkema te Brouwershaven — te Hilvarenbeek J. A. R. Terlet Czn., O.-I. pred. te Amsterdam — te Wierden W. Vroegindewey te Hoogeveen — te Rozenburg C. de Ru te Biggekerke.

Aangenomen naar Zuidzande (toez.) cand. A. Everts te Hemmen.

Bedankt voor Zierikzee M. C. van Wijhe te Vught — voor Lienden J. C .Terlouw te Garderen.

GEREFORMEERDE KERKEN.

Beroepen te Uithuizen D. A. Zijlstra te Nieuw Beets — te Paessens ca. cand. M. Feenstra, hulppr. te Den Helder — te Enkhuizen C. M. van der Loo te Rijnsburg.

Aangenomen naar Zierikzee Gijsb. Leene te Baarland — naar Delfzijl M. Wilschut te Ooster- Nijkerk — naar de Hey-Tuindorp (Rotterdam) cand. R. de Vries te Grootegast.

CHRISTELIJKE GEREFORMEERDE KERK.

Beroepen te Alphen a/d Rijn C. Smits te Sliedrecht.

GEREFORMEERDE GEMEENTEN.

Beroepen te Enkhuizen M. Hofman te Moercapelle.

AFSCHEID, BEVESTIGING EN INTREDE.

Zwolle en Utrecht.  Ds. M. N. W. Smit preekt Zondagavond 12 Mei (Pinksteren) afscheid te Zwolle. Gelijk we reeds meldden, is de bevestiging te Utrecht gesteld op Zondag 19 Mei en zal deze geschieden door dr. G. Smit, emer. pred.. te Zeist. De intrede heeft plaats op Woensdagavond 22 Mei.

AFSCHEID Ds. K. H. E. GRAVEMEIJER.

Ds. K. H. E. Gravemeijer, die inmiddels is opgetreden als Secretaris van de Algem. Synode der Ned. Hervormde Kerk, heeft Zondagavond in de Groote Kerk te 's-Gravenhage afscheid genomen van zijn gemeente aldaar, die hij sedert 17 Oct. 1920 dienen mocht. De Groote Kerk was tot de laatste plaats bezet. Ds. Gravemeijer opende den dienst op gebruikelijke wijze, tot zijn tekst kiezende Rom. 10 vers 17. Hij deelde mede dat, aangezien de gemeente opgekomen was om het Woord Gods te hooren, hij geen toespraken houden zou, hoezeer zijn hart hem daartoe ook drong. Spreker dankte voor al de hem bewezen genegenheid. Aan het einde van den dienst zong de gemeente haar scheidenden voorganger staande toe de zegenbede uit Psalm 121.

Ds. Gravemeijer dankte daarvoor met een enkel woord en verzocht ten besluite staande te zingen Gezang 2 vers 5.

De plechtigheid werd bijgewoond door de heeren H. van Boeijen, Minister van Binnenlandsche Zaken, den ruim 90-jarigen oud-hofprediker ds. W. L. Welter, het Tweede Kamerlid den heer W. Wagenaar, ds. H. E. Gravemeijer van Amsterdam, jhr. mr. J. M. M. van Asch van Wijck, advocaat-diaken van de Haagsche Herv. Gem. ; dr. J. P. de Bie, emer. pred. ; de Haagsche collega's P. J. Molenaar, M. M. den Hertog, D. A. van den Bosch, J. Ravesloot, W. J.. de Wilde, A. J. Wormgoor, Jac. Poort, G. P. van Itterzon, L. D. Terlaak Poot, H. J. Dijckmeester en J. Schoneveld, gemeenteleden uit Giessen- Oudekerk en Voorburg, de beide vorige standplaatsen van ds. Gravemeijer, en een deputatie van den, Kerkeraad van Voorburg.

INTREE Ds. TH. G. TONNON.

In de Westerkerk te Amsterdam is Zondagmorgen ds. Th. G. Tonnon, gekomen van Vlaardingen, bevestigd in zijn ambt van herder en leeraar der Ned. Herv. Gem. in de hoofdstad.

Ds. R. Dijkstra, de bevestiger, had tot tekst gekozen Joh. 21 vs 17, naar aanleiding waarvan hij o.m. wees op het predikambt, door Calvijn genoemd een zwaar en moeilijk werk. Alleen wanneer de prediker zich geroepen weet door de liefde van Christus, kan hij zijn moeilijke taak naar behooren vervullen.

Na de bevestiging zong de gemeente haar nieuwen leeraar Psalm 119 vers 9 toe.

Des avonds deed ds. Tonnon in een stampvollen dienst, eveneens in de Westerkerk zijn intrede. Tekst voor dit uur was Matth. 28 vers 18 en 19 : de macht en het recht van den Heiland, en. daardoor de bevoegdheid Zijner dienaren, om op te treden in een Gode vijandige wereld. Spreker die komt wel uit een groote, doch bij Amsterdam vergeleken, toch kleine gemeente, heeft uit zijn tekstwoord troost en bemoediging geput om zijn dienstwerk in de hoofdstad aan te vangen. Het Evangelie houdt het uit tegen de vijandschap van alle tijden, omdat Christus alle macht heeft, in hemel en op aarde.

Alle predikantsplaatsen in Amsterdam zijn nu weer bezet.

INTREDE Ds. H. C. TOUW.

Gekomen van Eerbeek, heeft ds. H. C. Touw Zondag te Leiden zijn intrede gedaan bij de Ned. Herv. Gem. aldaar. Des morgens was hij bevestigd in de Pieterskerk door dr. K. H. Miskotte van Artisterdam, die tot tekst had Lukas 24 vers 25—27. De gemeente zong haar nieuwen leeraar Gezang 215 vers 4 toe.

Voor zijn intrede had ds. Touw tot tekst gekozen 2 Petrus 1 vers 19. Toegezongen werd Psalm 134 vers 3. Na den dienst is ds. Touw in de consistorie toegesproken door den oudsten predikant ds. M. J. Punselie. Aanwezig waren o.m diverse hoogleeraren van de Leidsche Academie, het Eerste.Kamerlid mr. P. E. Briët en dr. Ph. J. Idenburg ; ook gemeente­leden uit Eerbeek.

Ds M. VAN GRIEKEN 40 JAAR PREDIKANT.

Ds. M. van Grieken te Rotterdam zal Maandag 22 April mogen herdenken, dat hij vóór 40 jaar door wijlen ds. C. J. Lammerink van Amsterdam te Nieuwerkerk a/d IJssel in het ambt werd bevestigd. Het ligt niet in het voornemen dit feit in het openbaar te gedenken en het tot een jubileum; te maken. Wel zullen ds. en mevr. Van Grieken— Hagenaar Donderdag 18 April, hun trouwdag, 's. middags 3—5 en 's avonds 7—9 uur gelegenheid tot felicitatie geven in hun woning Schiekade 121b.

Ds. D. DEN BREEMS.

Treedt af als Secretaris van de Algem. Synode. In een buitengewone vergadering van de Algem. Synodale Commissie heeft ds. D. den Breems, sinds 1 April 1927 Secretaris der Synode, als zoodanig afscheid genomen. Ds. K. H. E. Gravemeijer is in diezelfde vergadering als opvolger geïnstalleerd.

Dr. J. H. GUNNING J.Hzn.

Amsterdam, 29 Maart. Dr. J. H. Gunning J.Hzn. deelt in „Pniël" mede, dat van wege een kleine attaque hem alle werkzaamheid is verboden. Naar wij heden vernemen, is de toestand van den nu 82-jarige zeer gunstig te noemen. Er bestaat alle hoop dat dr. Gunning met enkele weken de gevolgen van deze zeer lichte attaque geheel te boven zal zijn.

Ds. J. J. KLOOTS.

Donderdag j.l. is ds. J. J. Kloots, Ned. Herv. pred. te Maassluis terwijl hij zich in de Wagenstraat bevond, door een beroerte getroffen. Nadat hem de eerste geneeskundige hulp was verleend ten huize van de familie B., werd hij later op den middag per ziekenauto naar de pastorie aan den Noordvliet 151 overgebracht. Zijn toestand is ernstig, doch op het oogenblik niet zorgwekkend. Ds. Kloots is 54 jaar oud. Wanneer ds. Van Garderen gemobiliseerd zal zijn als reserve-Veldprediker, heeft de Ned. Herv. Gem. te Maassluis momenteel maar één predikant in actie­ven dienst in ds. Bosman.

Ds. G. A. VAN DER HOOFT ONGESTELD.

Ds. G. A. van der Hooft, Ned. Herv. pred. te Overschie, is sinds eenigen tijd ongesteld. Zijn toestand is verbeterend, doch het laat zich aanzien dat een volledig herstel nog wel even op zich zal laten wachten.

De tweede predikant van Overschie is gemobiliseerd als reserve-Veldprediker.

NED. HERV. GEM. TE LEIDEN.

In verband met den financieelen toestand had de Gemeente-commissie der Ned. Herv. Gem. te dezer stede besloten, dit jaar geen gelden beschikbaar te stellen voor de a.s. vac. ds. M. J. Punselie.

Naar ons thans van zeer betrouwbare zijde wordt meegedeeld, zijn er pogingen in het werk gesteld om toch het beroepingswerk na het vertrek van ds. Punselie ter hand te nemen. Deze pogingen, zoo hoorden wij, zijn reeds zoo goed als geslaagd.

DE IN HET LAATSTE JAAR OVERLEDEN PREDIKANTEN.

Op de Ned. Herv. Predikantenvergadering te Utrecht zijn herdacht „zij, die heengingen" en bij dat „in memoriam" werden de volgende namen van dienstdoende en emeriti predikanten in herinnering gebracht : D. M. Blankhart van Hillegersberg, J. W. Groot Enzerink van Leiden, M. B. Verkerk van Daarle, W. J. Roscam Abbing van Valburg, A. W. Feenstra van Lollum, J. D. de Lind van Wijngaarden van De Bilt, L. v. Dijk van Uitwierda, G. P. A. Ruysch van Dugteren van Zonnemaire, A. B. te Winkel van Den Haag, J. Beers van Vlijmen, A. J. Splinter van Oldemarkt, G. Stoel van Vrieschelo, H. J. C. Pierson van Ressen en F. T. Tammens van Makkinga, en de emeritus predikanten : W. van den Bijtel van 's-Gravenzande, C. A. Lingbeek van Urk, J. C. Wissing van Tiel, D. J van Brummen van Bergeijk, W. C. L. Schulte van Hierden, A. de Visser van Groningen, P. J. Wouters van Kleverskerke, L. J. van Apeldoorn van Jutrijp, C. Waardenburg van Bruinisse, H. H. Barger van Utrecht, A. J. Ruys van Oegstgeest, J. Rookmaker van Etersheim, L. van Nugteren van Giessen Nieuwkerk, G. Tichelaar van Lisse, J. J. Homburg van Goes, D. Meerburg van Aarlanderveen, L. Aalders van Etten, B. J. van Heyningen van Bussum, K. Kloosterman van Hantum, J. Kwint van Utrecht, J. Nierstrasz van Leiderdorp, R. Torenbeek van Dordrecht en C. J. Warners van Hoogland.

GEREFORM. ZENDINGSBOND.

Het Hoofdbestuur van den Geref. Zendingsbond heeft besloten opnieuw over te gaan tot de uitgifte van een Gedenkboek, nu het vorig jaar 25 jaar geleden was, dat de Bond zijn arbeid onder de Toradja's op Celebes aanving door de uitzending van wijlen Zendeling A. A. v. d. Loosdrecht, die als eerste Zendeling van den Bond ook zijn eerste mar­telaar is geworden, wijl hij door een speerstoot van een Toradja doodelijk werd getroffen

Toen de Bond, die in 1910 werd opgericht, 25 jaar bestond, verscheen een Gedenkboek van den Zendingsdirector ds. W. Bieshaar. Waar sindsdien 14 jaar verliepen, hebben vele afdeelingen van den Bond en personen gevraagd om een nieuw Gedenkboek, dat wat de feiten betreft bijgewerkt kan worden tot den huldigen stand van het werk. 

Thans zal een nieuw Gedenkboek verschijnen in een oplaag van 4000 exemplaren, waarin de Zendelingen van den Bond ieder over zijn eigen werk een hoofdstuk hebben geschreven. Het boek zal meer dan 200 pagina's tellen en met vele foto's worden verlucht.

VERGADERING KERKVOOGDIJEN AFDEELING ZUID-HOLLAND.

Dinsdag 16 April zal in „Tivoli" te Rotterdam de jaarlijksche vergadering gehouden worden van de Provinciale afdeeling Zuid-Holland der Vereeniging van Kerkvoogdijen in de Ned. Hervormde Kerk, onder leiding van mr. F. A. Nelemans, te Rotterdam.

Behoudens huishoudelijke zaken komt aan de orde een referaat van ds. mr. C. J. Bartels, van Zevenaar, over „De beteekenis der scheiding tusschen bestuur en beheer in de Ned. Hervormde Kerk". In verband met dit onderwerp zijn ook predikanten en kerkeraadsleden welkom.

CHR. M.U.L.O. SCHOOL TE KLUNDERT.

De pogingen tot oprichting eener Chr. M.U.L.O.- School te Klundert, zijn thans zoover gevorderd, dat een Vereeniging kon opgericht worden voor Klundert en omstreken.

UNIE-COLLECTE.

De totale opbrengst van de 61ste Unie-collecte voor de Scholen met den Bijbel van 892 locale comité's bedraagt ƒ 73.481.15.

KARL BARTH.

Prof. dr. Karl Barth, te Bazel, is tot eere-lid van het Britsch- en Buitenlandsch Bijbelgenootschap benoemd, zulks om zijn verdiensten voor theologie en Kerk te huldigen.

Reeds eerder werd dezelfde eeretitel aan prof. dr. Adolf Keller te Geneve verleend.

GIFTEN EN LEGATEN.

Kerkvoogden der Ned. Herv Gem. te Vlaardingen werden dezer dagen verrast met een bankbiljet van ƒ 1000.—, afkomstig van „een eenvoudig man" (J. v. d. L.) voor een zilveren Avondmaalsstel. De Ned Herv. Gem. van Lettelbert ontving een legaat, groot ƒ 3000.—, van wijlen den heer J. Valkenborg, aldaar.

Ter gelegenheid van haar zilveren jubileum ontving de Ned. Herv. Evangelisatie te Nieuw-Roden twee giften van ƒ 500.—.

Ter bestrijding van de tekorten over de jaren 1937 en 1938 heeft de Ned. Herv. Gem. van Lemmer van een gever, die onbekend wenscht te blijven, een gift ontvangen, groot ƒ 1000.

STATENVERTALING EN NIEUWE VERTALING.

Vergelijkende opmerking en van prof. L. H. van der Meiden.

Ape1doorn. Voor de afd Apeldoorn van het Ned. Bijbelgenootschap heeft prof. L. H. van der Meiden, hoogleeraar aan de Theol. School der Chr. Gereformeerde Kerk eenige vergelijkende opmerkingen gemaakt over de Bijbelvertaling van 1637 en 1939, waarbij spreker aan de hand van vergelijkende teksten tot de volgende conclusie kwam :

De Statenvertaling vormt een eenheid zonder eenvormigheid. Of dit zoo is bij de Nieuwe Vertaling, zal de geschiedenis moeten uitmaken. De Statenvertaling is strak en stoer ; voor de Nieuwe Vertaling is dit nog niet vast te stellen. De Statenvertaling draagt 't stempel van geloofswerk ; is een stoer monumentale vrucht des geloofs. Om dit voor de Nieuwe Vertaling vast te stellen, is noodig, dat de Kerk door deze studie dit uitmaakt.

De Statenvertaling is gedreven door één geest en één doelwit ; geeft niet alleen op klassieke wijze leiding, maar ook in godvruchtige vorm ; haar taak is teeder, wat bij de Nieuwe Vertaling op vele andere plaatsen niet het geval is. De laatste geeft soms een minder goede vertaling, b.v. spuwen voor verfoeien ; redden voor zaligmaken, enz. De geloovigen denken in de taal der Statenvertaling ; daarom mag geen ruwe hand dit rijke bezit minder eerbiedig benaderen.

De Statenvertaling is gezien als een geloofswerk, bezittende iets van de zalving des Heiligen Geestes ; ze spreekt onmiddellijk tot het gemoed en is in dit opzicht door geen enkele vertaling overtroffen of geëvenaard. De Nieuwe Vertaling geeft soms verbeteringen door meer inzicht in den tekst. Bij waardeering voor het goede, zijn vele vertalingen van teksten niet als een verbetering te beschouwen. De Statenvertaling is meer in overeenstemming met het gewijde karakter der Heilige Schrift.

Tekst-critiek drong de vertalers der Nieuwe Vertaling b.v. in Handelingen gedeelten weg te laten ; beter ware geweest, dit tusschen haakjes te zetten. Tamelijk groote stukken zijn in de Nieuwe Vertaling disputabel gesteld. Sommige gedeelten kunnen door theologen in binnen- en buitenland ter staving hunner theorieën worden aangehaald.

Zoolang de Kerk geen uitspraak heeft gedaan bij monde van principieele en der zake kundige mannen, blijve de Statenvertaling op den kansel primair. Het monument van 1637 mag niet verkocht worden aan sloopers. De Nieuwe Vertaling staat als geloofswerk niet hooger dan de Statenvertaling. Om dit alles is de Kerk geroepen tot naarstig biddend voortarbeiden, want de Bijbel als allerhoogste boek, heeft recht op de allerbeste vertaling.

Tenslotte waarschuwde spreker er tegen, dat de Nieuwe Vertaling een splijtzwam zal worden.

(De Standaard.)

LEZEN BIJ DE AVONDMAALSVIERING.

Psalm 22 vers 1—7, 20—27. Psalm 23, 25, 27, 32, 36, 42, 116, 130, 142, 145, 146. Jesaja 40 vers 1—11, 22—31 ; Jes. 53 vers 1—12. Matth. 5 vers 1—16. Joh. 3 vers 14—21, 29—36 ; Joh. 10 vers 1—14 ; Joh. 15 vers 1—11. Rom. 5 vers 1—11 ; Rom. 8 vers 1—14, 28—39. 2 Cor. 5 vers 1—11a ; 2 Cor. 12 vers 1—10. Galaten 3 vers 18—29 ; Efeze 1 vers 15—23 ; 2 vers 1—10, 11—22. Filipp. 3 vers 12—21 ; Coloss. 3 vers 1—15. Hebreen 4 vers 11—16 ; 10 vers 1—10. 1 Petrus 1 vers 3—9 ; 13—25. Openb. 22 vers 1—7.

VAN EEN ROOMSCHEN GENERAAL.

Ds. Gerritsma, Geref. pred. te Aalten, veldprediker nu, schreef in de „Geldersche Kerkbode" over den pas zoo plotseling overleden Generaal-Majoor jhr. J. Th. Alting von Geusau :

„Vol ontroering vernam ik Woensdagavond 13 Maart, dat op dien zelfden dag, 's morgens tijdens een groote oefening, de commandant van het eerste legerkorps, Generaal-Majoor jhr. J. Th. Alting von Geusau, plotseling was overleden. Ik kon het me niet voorstellen. Bijna vijf maanden lang had ik als veldprediker van I L. K. met dezen Geaeraal onder één zelfde dak mogen werken en mocht ik de geestelijke verzorging van de onder zijn commando staande troepen mede regelen. En dag op dag mocht ik dezen vromen Generaal meer leeren waardeeren.

Alting von Geusau was — dat zeggen allen, die 't kunnen beoordeelen — een kranig officier. Opgeklommen tot één der hoogste posten in onze weermacht, bekleedde hij zijn plaats met eere. Alting von Geusau was bij iedereen bemind. Hij was zelf de vriendelijkheid in persoon en hij was schier kinderlijk dankbaar voor elke vriendelijkheid, hem bewezen. Maar Alting von Geusau was vooral Christen. Deze vrome Roomsch-Katholieke generaal toonde ook zijn levendige belangstelling in de geestelijke verzorging van zijn Protestantsche manschappen. Hij hield zich met alles op de hoogte. Als veldpredikers vonden we bij hem alle hulp en steun.

Ik denk aan de avonden, dat hij met ons uittrok, om tijdelijke Tehuizen voor militairen te bezoeken op zijn terrein. Hoe waardeeren de jongens zulk een bezoek ! De auto met de generaalsvlag vóór hun „Tehuis". De generaal zelf met zijn adjudant in hun midden.

En dan zijn toespraken in die Tehuizen. Alting von Geusau was een redenaar. Wat luisterden onze jongens. Hun generaal sprak als een kameraad, als een Vader, als Christen, waarschuwend troostend, opbouwend.

Ik hoor nog zijn woorden in dat Tehuis, „ergens in Nederland" : „Mannen, onthoudt dit van jullie oude generaal : een goed soldaat van den grooten Koning is ook een goed soldaat van H. M. onze Koningin". Ik zie nog die groote schare militairen, spontaan de zegenbede uit Psalm 134 aanheffen : „Dat 's Heeren zegen op u daal".

Wat waren die avonden mooi voor onze jongens. Wat deden ze den generaal zelf goed.

Zaterdag 13 Januari, toen ik I L. K. verliet, nam ik op zijn kamer afscheid van onzen generaal. Ik vergeet dat oogenblik nooit, 't Is de laatste maal geweest dat ik Alting von Geusau ontmoette. Precies twee maanden later. Woensdag 13 Maart, ging hij van deze aarde heen. Plotseling ; geheel onverwacht.

Wij danken onzen God voor alles, wat Hij in dezen Christen-oficier aan onze weermacht, aan ons Nederlandsche volk heeft geschonken".

KAPITEIN EN SOLDAAT.

Het Heilig Avondmaal zou worden gevierd. We wonen een half uurtje van de kerk, dus hadden vrienden mij even met hun auto opgehaald. Vroegtijdig waren we er al, om plaatsen te kunnen zoeken in de nabijheid van de Avondmaalstafel ; het is niet prettig, onnoodig de aandacht op zich te vestigen. Links en rechts van me hoorde ik de menschen door de gangpaden naar hun plaatsen gaan, lichte vrouwen-voetstappen, ook zwaardere van mannen en nog andere, van soldaten ongetwijfeld. Terwijl ik zoo stil zat te luisteren naar de geluiden om me heen, stootte mijn buurman me aan en ze : „Er komen veel militairen". Ginds zitten twee soldaten, naast hen was nog een plaats open. Een kapitein kwam zooeven binnen, keek rond, zag de leege plaats en ging naast zijn jongens zitten. Maar voordat hij zich zette, gaf hij beiden een hand.

Deze sympathieke geste van dien meerdere greep mij aan. In het huis Gods stelde hij zich gelijk met zijn minderen. Reeds vóór de dienst begon, had ik een zegen ontvangen. (Overgenomen uit : „Woord en Geest").

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen