De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

DE GEGREPENE TOCH DE BEVRIJDER

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE GEGREPENE TOCH DE BEVRIJDER

4 minuten leestijd

EN ZIJ GREPEN HEM. LUKAS 22 : 54

Judas wist dat hij Jezus die nacht vinden kon in Gethsemané, buiten Jeruzalem. Hij ging dan ook daarheen met de overpriesters, de ouderlingen en de hoofdmannen des tempels, met soldaten en knechten. Allemaal mensen met gezag en macht. Wat een groot aantal tegenover die Ene. Wat een machtsvertoon tegenover die Ene, dit het Lam Gods is. Was dat nodig? Of ze Hem ook vreesden.

Judas' opzet gelukte. Hij wees Jezus aan met een kus, gemener kon het al niet, en de soldaten grepen Hem.

Jezus viel dus in de handen van Zijn vijanden. Wat een lijden voor Hem, die altijd allen had liefgehad! Hij, de rechtvaardige, wordt behandeld en mishandeld als een onrechtvaardige. Waarom toch? Waarom liet de hemel dat toe? Waarom greep de God der liefde niet in, toen de vijanden Jezus, Gods geliefde Zoon grepen?

De Schriften moesten vervuld worden. Zo was het naar Gods wil en recht. Aan Jezus wordt het woord vervuld: de zondaar zal sterven. De Heere heeft Hem, die geen zonde gekend heeft, zonde voor ons gemaakt. Zie in Jezus toch u zelf! U en ik hebben die banden verdiend om onze zonde. De ware vrijheid is onderworpenheid aan God. De ongehoorzaamheid is de gevangenis, de dood. Wie redt zich uit de boeien? Of knellen ze ons helemaal niet, omdat wij de zonde van harte als een lust doen? Ja, dan worden de bevrijder en de bevrijding niet gezocht. We hebben nooit iemand gediend als slaaf, zouden we dan bevrijd en vrij moeten worden? We zijn het al. Die vrede is toch wel de vrede met de zonde, in de banden en met de dood. Gevaarlijke vrede! Dodelijke rust. Wie zal ons dan uit die slaap wakker schudden? We zijn toch al zo vaak gewekt en we slapen maar door! Waarom toch? ? ? ! ! !

Wie ontwaakt uit die slaap gaat de banden zien en voelen. Waarin hebben wij toch onszelf gebracht! Hoe benauwend die banden, hoe rechtvaardig die nood! We deden het zelf. De Heere is volmaakt, ook in Zijn straffen. Wie redt me ? ? ?

Jezus Christus redt, want zij grepen Hem, opdat Hij een gebonden volk uit de boeien des doods verlossen zou. Dat is het geheim van het lijdens-evangelie, te zien met het oog des geloofs, want het geloof is een zien op Jezus alleen. We zien Hem dan als Borg. Hij rechtvaardig voor de onrechtvaardigen. Wat een Borg en dat voor schuldigen, voor verlorenen! Wie had dat ooit gedacht, ooit verdiend? Zo groot was Zijn liefde dat Hij deze ruil deed toen de Vader Hem daartoe riep.

Zij grepen Hem. Dat was mogelijk, alleen omdat Hij zich liet grijpen. Jezus viel niet door de overmacht van de soldaten. Hij was machtiger dan zij allemaal. Eén woord van Hem deed hen ter aarde vallen. Jezus boog voor de wil Gods. Hij liet zich grijpen.

De bede van Gethsemané: Uw wil geschiede, werd in woorden beleden en in daden waargemaakt. Hij liet zich grijpen. Dat is nog eens gehoorzaamheid, aan de Vader. Bij ons zou alles ertegenin-gaan, ons vlees en hart. Wat een schande je vrijheid te verliezen en dat nog wel door en aan een bende raddraaiers en hun knechten. Maar Jezus liet zich grijpen. Die schande nam Hij op Zich (onze schande) omdat Hij liever den Vader gehoorzaamde dan Zichzelf bevrijdde. Dat is nog eens liefde, echte, zuivere liefde, tot God en in Hem tot Zijn volk.

Jezus' liefde en Jezus' lijden zijn beide het middel om een zondaar voor eeuwig te bevrijden. Hij droeg de straf en voldeed de schuld. Zijn wij over beide even bezorgd, over onze schuld als over onze straf? De straf verdienen wij. Maar waaraan verdient de Heere het dat Hij alles aan ons tekortkomt? Hij vraagt liefde en gehoorzaamheid en wij geven Hem het tegengestelde. Onze onmacht heft onze verantwoordelijk niet op. Niet-kunnen-geven betekent nog niet: niet behoeven-te-geven. De Heere vraagt en Hij mag vragen, moet vragen en de gehoorzaamheid is beter dan offerande en de liefde is de vervulling van de wet. Moet hier de schuld ons niet gaan aanspreken en gaan aanklagen? Schuld en straf moeten ons gelijkelijk beauwen, daar zij beide realiteiten zijn uit ons leven. Wie zal de schuld betalen, wie de straf dragen? Hij kan die prijs der ziele dat rantsoen, voor God in tijd noch eeuwigheid voldoen. Hij, die mens, niet. Hij, Jezus, wel.

En zij grepen Hem. Hij liet zich grijpen. Die gehoorzaamheid, van ons gevraagd, heeft Hij volbracht. Wat een liefde! Wat een offer! Wat een gezegende Hogepriester! Hier past ons alleen aanbidding en geloof.

De gegrepene is toch de bevrijder, de enige.

Is Hij ook de uwe?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 februari 1964

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

DE GEGREPENE TOCH DE BEVRIJDER

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 februari 1964

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's