EEN NIEUWE GEZANGENBUNDEL

Zoals u dezer dagen in de dagblad­ d pers hebt kunnen lezen, is er op de laatstgehouden zomerzitting van de Generale Synode der Nederlandse Hervormde Kerk gesproken over de concept-gezangenbundel voor deze kerk.

Was het oorspronkelijk de bedoeling, dat ruim 700 liederen in deze bundel een plaats zouden vinden, na nauwkeurige selectie werd dit aantal teruggebracht tot een totaal van 444.

Daarbij blijkt dat hier vele gezangen uit de bundel van 1938 ontbreken, terwijl ook van „102 gezangen", die in 1964 verschenen zijn, zeer vele in deze bundeling achterwege zijn gebleven of veranderd werden.

De Synode had dus een beslissing te nemen over de vervanging van de bestaande bundel, die in 1938 door de Algemene Synode der Nederlandse Hervormde Kerk werd aangeboden.

Nu was er voor de leden der Synode geen sprake van de mogelijkheid tot grondige bestudering van deze proeve, daar deze bundel op het allerlaatste ogenblik hen werd toegezonden.

Bij een vluchtig onderzoek van de eerste delen — in vijf losse delen werd dit concept toegezonden — bleek dat vele Schriftgedeelten in berijming waren opgenomen. Zo diende een keuze gedaan te worden, wat met dit ontwerp moest gebeuren.

Met algemene stemmen werd besloten deze proeve de kerk aan te bieden (voor het zover komt zal zeer geruime tijd verstreken zijn), opdat de gemeenten kennis kunnen nemen van de inhoud.

Medegedeeld werd, dat een definitieve uitspraak naar schatting over een tien jaar zal plaats vinden.

Vanzelfsprekend zal de vraag rijzen of de afgevaardigden van die gemeenten, die gerekend wensen te behoren tot e Gereformeerde Bond, hun stem aan dit bovengenoemde voorstel gaven, omdat zij over de bezwaren tegen het zingen uit de huidige gezangenbundel zijn heengestapt.

Dit is zeer zeker niet het geval, maar andere drijfveren speelden mee in hun stemmotivering.

Ten eerste is het niet zo, dat het hier gaat om de invoering van het zingen van gezangen in de Hervormde eredienst. Er bestaat een bundel, waartegen zeer velen ernstige bezwaren hebben en houden. Hier ging het om de vervanging van een bestaande bundel.

Ten tweede is het zo, dat niet zoals in het verleden gebeurd is, deze bundel aan welke gemeente dan ook wordt opgedrongen. Het is in de vrijblijvendheid van elke plaatselijke gemeente overgelaten deze concept-gezangenbundel te gaan beproeven, zodat alle zelfstandigheid bewaard blijft.

Ten derde is ter Synode gesteld dat deze bundel overal in de kerk geprobeerd moet worden. Tot voorkoming van alle misverstanden wil ik graag wijzen op het feit, dat ondergetekende een principieel tegenstander is van het experimenteren in de kerkdienst, die waartoe dan ook nooit experimenteerplaats mag zijn.

Wel zal 't zeer aan te bevelen zijn om — zoals het van ouds gebeurd is met allerlei mooie geestelijke liederen — uit deze bundel in allerlei kringen en verenigingen van jongeren en ouderen te gaan zingen en onder de maatstaf van de Schrift deze liederen te beproeven.

Daar wordt aan toegevoegd, dat wij uitzien naar een boekje uit onze eigen kring, dat deskundig en gedocumenteerd en vooral principieel ons over dit probleem en over de inhoud van dit concept zal voorlichten.

Wilnis  J.H. van de Bank

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen