BOEKBESPREKING
Dr. L. de Jong: Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog, deel 2, Neutraal; Uitgave Martinus Nijhoff, 's-Gravenhage, 1969, 540 pagina's; ƒ 38, —.
In februari van dit jaar verscheen het eerste deel van de omvangrijke studie die dr. L. de Jong ter hand genomen heeft over het koninkrijk der Nederlanden in de tweede wereldoorlog. Thans is het tweede deel verschenen. Het behandelt de periode waarin Nederland nog niet in de oorlog betrokken was. In Polen, Finland, Denemarken en Noorwegen was er de strijd maar in Nederland dacht men nog buiten schot te blijven, evenals dat in 1914—1918 was gebeurd. Er heerste een geest van gerustheid. De schrijver merkt op: „Geen van de Kamerleden achtte het wijs de alarmklok te luiden en in alle drie de radiotoespraken die de ministerpresident tijdens de neutraliteitsperiode hield, overheerste het element van de vaderlijke geruststelling. En voorzover de ministers van werkelijke bezorgdheid vervuld waren (het gold voor Dijxhoom, het gold voor Gerbrandy, het gold voor Van Kleffens), meenden zij dat de wenselijkheid Duitsland niet te provoceren, het hun onmogelijk maakte, in het publiek van deze bezorgdheid te getuigen op een wijze die geen misverstand toeliet."
Misschien is deze zinsnede wel kenmerkend voor al datgene wat in dit boek aan de orde komt, te weten de algemene neiging zich geen rekenschap te geven van de gevaren die dreigden. En dit terwijl Hitler al enkele malen een moment voor de aanval op Nederland had vastgesteld.
Aan het begin van dit boek wijdt de schrijver een prachtig hoofdstuk aan koningin Wilhelmina. Daarin staat centraal dat het koningschap voor haar allerminst een formaliteit was. Ze was betrokken bij alles wat zich in internationaal verband afspeelde en heeft, aldus dr. De Jong, de tweede wereldoorlog als een worsteling ervaren, die in betekenis slechts te vergelijken viel met de tachtigjarige porlog. Haar vastberadenheid, haar besliste optreden ook tegenover ministers en andere leidinggevende personen komt duidelijk uit de verf. En niet in het minst ook haar geloofsovertuiging. Ze voelde zich tegenover God, haar geweten en haar voorgeslacht verantwoordelijk voor het lot van de natie. Ze heeft zich, aldus de schrijver, aan de bijbel vastgeklemd. Groen van Prinsterers Geschiedenis van het Vaderland had een ereplaats in haar boekerij.
Maar men leze dit boek zelf. Het biedt bijzonder veel informatie, maar wat belangrijker is, een periode van onze nationale geschiedenis gaat open waarvan we, nu we wat op afstand staan van wat toen is gebeurd, zeggen moeten dat slechts door enkelen ten volle is gepeild wat Europa en daarmee ook ons land te wachten stond.
Prof. dr. C. A. van Peursen: Wetenschappen en werkelijkheid; Uitgave J. H. Kok N.V., Kampen; 247 pagina's; f 19, 75.
Op indringende wijze geeft prof. Van Peursen in dit boek een overzicht van de werkwijze en de uitgangspimten van de moderne wetenschap. De wiskunde, de biologie, de fysica en de sociale wetenschappen passeren de revue. De schrijver schetst deze wetenschappen in hun onderling verband en bovendien typeert hij ze vanuit filosofisch standpunt. Op zichzelf is datgene, wat de schrijver zo aan materiaal aandraagt vanuit de wetenschap zelf, voldoende aanleiding om grote bewondering te hebben voor de grote kennis van zaken op uiteenlopende terreinen.
Op scherpzinnige wijze benadert prof. Van Peursen vaak het begrippenmateriaal dat in de diverse wetenschappen wordt gehanteerd. Zo zegt hij van natuur en natuurwetenschap: „Met de groeiende distantie tot de dagelijkse werkelijkheid ontstaat een toenemende theoretische zeggingskracht der wetenschap. Maar dan is de „natuur" in de term „natuurwetenschap" zeker niet meer de werkelijke natuur maar een netwerk van relaties, waarin de onderzoeker constructief velden van mogelijke gebeurtenissen in schema brengt."
Ten aanzien van de gewone dagelijkse ervaring wordt dan ook gezegd dat deze veel minder methodisch gereguleerd is dan de wetenschappelijke weergave zou doen vermoeden. In ieder geval geven de wetenschappelijke theorieën geen volledig beeld van de werkelijkheid, alleen maar ingeperkte modellen. De totaliteit van de werkelijkheid wordt mede bepaald door geloof, ethische overtuiging en sociaal-politieke visie.
De lezing van dit boek vereist een grote mate van filosofische voorkennis. Voor diegenen die zich echter willen verdiepen in de wijsgerige achtergronden van de wetenschappen geeft dit boek een overvloed aan materiaal. Al met al geen eenvoudig boek, wel een diepzinnig boek en daardoor interessant en boeiend.
D. van der Stoep: Het grote kerstboek; Uitgave Bosch en Keuning N.V., Baarn, 240 pagina's.
Dit boek bevat een aantal verhalen en gedichten uit de literatuur, die betrekking hebben op het kerstgebeuren. Uit de grote overvloed die op dit gebied bestaat heeft de samensteller een keus gemaakt. Die keus is sterk gevarieerd. De namen van de schrijvers, zowel uit protestantse als rooms katholieke en andere kring, wijzen daarop. Er staan verhalen in van b.v. Kaj Munk, Selma Lagerlöf, Heinrich Böll, Antoon Coolen, Aart Romijn, Felix Timmermans. En gedichten van bijvoorbeeld H. M. van Randwijk, Muus Jacobse, Guido Gezelle, Boris Pasternak, Gabriel Smit e.a.
De verhalen hebben alle een goed niveau, maar niet altijd is de relatie met het kerstgebeuren even duidelijk. Van sommige verhalen geldt — ondanks wat de samensteller in het voorwoord zegt — dat de enige relatie met kerst is dat ze zich op kerstavond afspelen. Zoals bij voorbeeld De slapeloze kerstnacht, van Simenon. In andere verhalen gaat het wel over kerst zonder dat echter de diep bijbelse betekenis van het kerstgebeuren uit de verf komt.
Het boek bevat echter ook verschillende treffende verhalen. Bij voorbeeld van Aart Romijn, De Opdracht en van Selma Lagerlöf, de kinderen van Bethlehem. Tenslotte moet nog worden opgemerkt dat de verhalen bestemd zijn voor lezers die de kinderschoenen zijn ontgroeid. Het bevat geen kerstverhaaltjes voor kinderen. Al met al een boek voor selectief gebruik. De uitgever heeft de uitgave keurig verzorgd.
H. J. v. d. G.
„Kees zoekt katjes" door C. J. v. Doornik-Lengkeek; „O, die Katurka", beide met leuke plaatjes voor de allerkleinsten 2 a 3 jaar. Prijs p. st. ƒ 0, 80.
„Annelot en witje" door Liesbeth Lems; „Annelot en de opblaasbal" ƒ 2, 25 en ƒ 2, —. 2 a 4 jaar. Prettige lectuur met goede strekking.
„Kijk mee bij Joost en Joekie" door G. v. d. Hout ƒ2, 15. Keurig uitgegeven, een boekje met kerststemming.
„Vlucht door het oerwoud" door J. Hidding ƒ 2, 15, wat avontuurlijk, dus voor kinderen 4—6 jaar. Heel goed!
„Met z'n drietjes" door C. Jongejan-de Groot, ƒ 2, 50. Wel en wee van 2 vriendinnen, waarbij een derde komt. 5—8 jaar. Gevoelig en levensecht. Aanbevolen!
„Saskia's vlucht" door C. v. d. Berg-Akkerman ƒ 2, 30. Het oudere zusje kan vlug leren, Saskia niet. Met een slecht rapport komt ze de volgende morgen als een verstekelinge uit een gesloten vrachtwagen. Het eindigt goed.
„De brand in de blokhut" door H. Henszen-Veenland, ƒ 3, 25. Een verhaal over cowboys, de zoon van de boss en een pelsjager. Goede strekking, verantwoorde lectuur.
„Bootsman en galeislaaf" door H. te Merwe, ƒ 3, 25. Een spannend jongensverhaal uit de tijd van de zeerovers. Zal graag gelezen worden door jongens tot 10 jaar.
„Spoken in Afrika" door S. M. v. d. Galiën. Dit boek vertelt over de Kongo, en naar wat ik uit enkele reizen kan onderstrepen: het behandelt het probleem van de enorme moordpartijen. De macht van het zwarte hoofd, na het vertrek van de blanken, de medicijnmannen, de twisten tussen de onderlinge stammen, alles brak los en het onbegrijpelijke (in onze ogen) bijgeloof is in onze wereld ondenkbaar. Dit jongensboek geeft een antwoord op de vragen over Kongo, Nigeria enz. Voor jongens boven 10 jaar. Het zou goed zijn als ook oudere en ouders het lazen. Prijs ƒ 3, 50.
„Zigeunerinnetje aan banden" door D. Kloek. Secretaresse Lindelou moet haar baas vaak op reis vergezellen. Ze geniet enorm van dat leven, maar voelt ook, dat dit geen inhoud geeft. Tenslotte vindt ze aan de hollandse plassen haar jeugdvriend terug die door een operatie „vleugellam" werd en dit wordt haar ware roeping. Vlot geschreven, aardig verhaal. Meipocket ƒ 1, 75.
„Alstublieft en beterschap" door C. Blei-Strijbos. Greet kan de duitsers de dood van haar vader niet vergeven, maar ze wordt door vriendin Miep overgehaald met een jeugdreis naar een Jugendheim te gaan. Ze genieten van de natuur en worden o.a. door een vrouwenvereniging uitgenodigd een dagtocht op de Rijn mee te maken. Ze maken ook een kerkdienst mee en er komt begrip en wederzijdse sympathie. Goed verhaal, en waarschijnlijk uit eigen ervaring geschreven. Meipocket ƒ 1, 75.
Al deze boeken zijn van W. D. Meinema n.v., Delft. De catalogus van nieuwe en herdrukte christelijke jeugdboeken wordt gaarne op verzoek gratis toegezonden. Adres W. D. Meinema N.V., Delft.
C. S. S.
Dr. Werner de Boor, Das Evangelium der Johannes, 1 Teil, Kapitel 1 bis 10, ing.; 334 blz.; Wuppertaler Studiënbibel; Uitg. R. Brockhaus-Verlag, Wuppertal.
Het was de bedoeling, dat Frits Rienecker de uitleg van het Johannes-Evangelie voor zijn rekening had genomen. God nam hem weg. W. de Boor nam deze taak over. De Boor ziet er vanaf een wirwar van meningen weer te geven en concentreert er zich op de lezers alleen te laten luisteren naar de tekst. Wat voor dit horen naar de tekst bevorderlijk is, wordt verwerkt.
De inleiding omvat niet meer dan 18 blz. Daarin erkent hij de apostel Johannes als de schrijver op grond van het getuigenis van de Schrift. De tegenstand tegen dit auteurschap komt voort uit de z.g. tegenstelling tussen de synoptici en het evangelie naar Johannes.
De schets van de werkzaamheden van Jezus en het verschil in de weergave van de redevoeringen, kortom het eigene van dit evangelie sluit niet 't auteurschap van Johannes uit. Hij dient zich aan als oor- en ooggetuige. Na nog geschreven te hebben over het begrippenmateriaal in dit Evangelie, over 't doel en over de innerlijke eenheid, gaat de schrijver spoedig over tot de verklaring.
Voor deze verklaring kunnen wij diep respect hebben. Hier is opening van de tekst en daarmee van de Schrift. Het bijzondere van deze commentaar is, dat waar gemaakt wordt, wat in de inleiding beloofd is, n.l. dat wij in het luisteren naar de tekst niet gestoord worden door elkaar weersprekende stemmen van allerlei verklaarders uit vroeger of later tijd. De voetnoten geven een schat aan informatie van allerlei aard. De Boor heeft vele commentaren op zijn naam staan. Ook deze commentaar mag er zijn. Dit is een „preekcommentaar" van de goede soort, die wij de predikanten hartelijk aanbevelen.
K. a. Z. G. B.
All Vogelaar-van Amersfoort, Tekko en de witte man; 108 blz., ƒ 5, 30. Dineke Daudey: Een kleine vluchteling, 92 blz., ƒ4, 95; Uitgeverij De Banier, Vianen.
Het eerste boekje vertelt van de ontmoeting van Tekko met de zending en het conflikt van de zwarte tovenaar met de zendingsarts. Het tweede werkje verhaalt van de kleine jongen, die bij een aardbeving in Turkije zijn familie verloor en na vele avonturen een nieuw thuis vindt bij zijn oom en tante in Canada. Goede lectuur voor onze kinderen (tot 10 jaar).
U. Bt.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 december 1969
De Waarheidsvriend | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 december 1969
De Waarheidsvriend | 8 Pagina's