Ds. W. Chr. Hovius sprak in Kampen over de menswording van Christus

Woensdag 19 april werd de tweede lezing gehouden van de cyclus vóór jaarslezingen die de Hervormd Gereformeerde Ambtsdragersvereniging voor dit jaar heeft georganiseerd.

Ds. W. Chr. Hovius uit Ede hield een referaat over artikel 18 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. In zijn inleiding merkte ds. Hovius op, dat de Bijbel het boek is van de wonderen Gods. De schepping en de onderhouding zijn een groot wonder. Ver daar bovenuit gaat het wonder van de vleeswording van de Zoon van God, aldus ds. Hovius.

Voorbereiding

Aan de vleeswording van de Zoon van God is een lange tijd van voorbereiding vooraf gegaan. In de periode van voorbereiding was Gods Zoon aktief werkzaam. Hij sprak door de profeten, want zij spraken door de Geest van Christus. Na Zijn opstanding leidde Christus Zijn discipelen in. Zijn woorden hen indachtig makend, in hetgeen van Hem geschreven stond, nl. dat al deze dingen moesten geschieden opdat de Schrift vervuld zou worden'.

’Christus’ komst werd ook afgebeeld in de symboliek van de schaduwendienst. De ark van Noach heeft de betekenis van een wijkplaats, de ark in de tabernakel is het symbool geweest van de aanwezigheid van Zijn genadige gezindheid. Het materiaal waarvan deze ark gemaakt was, hout en goud, waren zinnebeelden van Zijn menselijke en goddelijke natuur. Andere symbolen waren: de koperen slang, het manna, de steenrots, de offers en het paaslam. Dit laatste ziet op de Verlossing die Christus zal teweeg brengen', aldus ds. Hovius.

Typologie

’Het derde punt dat ons treft in deze voorbereiding is de oud-testamentische typologie. Christus wordt voorafgeschaduwd in personen, met deze restrictictie, dat al deze personen slechts gebrekkig en ten dele overeenkomst vertonen met een facet Christus persoon en werk. Melchizedek ziet op Hem als de eeuwige priester en de Vredevorst. Mozes was de middelaar van het oude verbond.

David was het type van het eeuwige koningschap. David zocht iemand van het huis van Saul om weldadigheid aan hem te bewijzen. Christus echter overtreft hem, want Hij geeft de gewisse weldadigheden Davids. Salomo was de koning der wijsheid. In Jona's verblijf in de vis zien wij verzinnebeeld dat de Zoon des mensen drie dagen en drie nachten moet zijn in het hart der aarde.

'Toen na tientallen eeuwen de belofte was volbracht, was het de volheid des tijds.'

Wonder

Over het wonder van de menswording zei ds. Hovius: 'Het verstand kan de vleeswording van Christus niet bevatten. Het geloof daarentegen verstaat dit wel. De menswording is een groot wonder geweest. Allereerst daarom, dat Christus de dienstknechtgestalte aannam. Hij werd Knecht van Zijn Vader, Die Hem zond om Zijn wil te doen. Hij werd gehoorzaam tot de dood des kruises. Alle heerlijkheid en hoogheid werd vaarwel gezegd, en daarvoor in de plaats aanvaardde Hij vernedering, lijden en versmaadheid.

De spits van het verzoeningswerk was gericht op de Vader.'

Het tweede dat ons treft is, dat Hij ons in alles gelijk geworden is. Hij heeft ons vlees en bloed aangenomen, onze menselijke natuur.

Adam ontving zijn natuur ongerept en ongeschonden. Zo was de natuur van Christus niet. Hij is er als het ware ingedoken en er in onder gegaan. Adam was een volwassen schepping. Christus daarentegen is ontvangen en geboren. Dit maakte Hem tot de Zoon des mensen.

De Wederdopers leerden dat Hij Zijn menselijke natuur uit de hemel had meegebracht. Dat is onmogelijk, want dan zou Hij wezensvreemd zijn aan ons', aldus ds. Hovius.

’Het derde wonderlijke feit is: dit alles is geschied zonder toedoen van een man. Het begin van het leven is de conceptie. Wij brengen de erfzonde mee van de ontvangenis. Christus is bij dit begin begonnen. Maar omdat Hij door de kracht des Heiligen Geestes is ontvangen, had Hij geen deel aan de zonde. Hij moest rein en heilig zijn, om te kunnen betalen voor de zonde.

Hierin schuilt een parallel met onze wedergeboorte. Ook die is niet uit de wil des vleses of uit de wil des mans, maar uit God. Om deel te hebben aan Christus moet de mens wedergeboren zijn.’

Noodzaak

’De kerstnacht is de onthulling geweest van onze schande. In die nacht werd Christus geboren met een menselijke ziel en een menselijk lichaam. Waarom? Omdat door de zonde de mens naar ziel en lichaam verloren was. Daarom moest Hij die beide aannemen.'

Nogmaals wijdde ds. Hovius in dit verband veel aandacht aan de dwaling van de Wederdopers; die ontkenden dat Christus een stoffelijk lichaam gehad heeft. De diepere achtergrond hiervan is geweest: zij zagen de zonde in de stof en het stoffelijke. Dit had wereldmijding tot gevolg.

De Bijbel leert ons dat de zonde niet uit de stof voortkomt, maar uit de mens: 'Het gedichtsel van het hart des mensen is te allen dage alleenlijk boos'. 'Daarom moest Jezus noodzakelijk ons vlees en bloed aannemen. Hij maakt nu van een vleselijk mens een geestelijk mens. Hieruit volgt geen wereldmijding. De gelovige heeft de roeping om in woord en daad te getuigen.

Wie loochent dat Jezus Christus in het vlees gekomen is, heeft niet de Geest van God, maar de geest van de antichrist', aldus ds. Hovius.

(Nieuw Kamper Dagblad 21-4-72)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen