De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Vrijheid en verantwoordelijkheid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrijheid en verantwoordelijkheid

Pastorale overwegingen

4 minuten leestijd

3

Schepping en herschepping

De mens is volgens de Bijbel schepsel Gods. De mens is naar Gods bedoeling onder God gesteld. Hoe heerlijk heeft de Heere de mens toegerust met gaven en bekwaamheden om aan zijn bestemming te kunnen beantwoorden. God schiep de mens in vrijheid. Hij wilde geen automatisme, maar vrijwillige liefde. En met de vrijheid is ook de verantwoordelijkheid gegeven. God kan rekenschap vragen. De mens kan zich schuldig maken aan overtreding, evenwel ook volharden in het goede. God roept naar Zijn beschikking de mens als Zijn schepsel tot de keuze, voor of tegen. En de mens heeft gekozen. Het werd een neen tegen God. En dat neen is een schuldig neen. Dat neen is een neen, dat Gods toom en oordeel heeft verdiend. Dat neen is zo radicaal, dat de mens geen vrije wil meer heeft om te kiezen, maar een gebonden wil tot het kwade. Velen achten dit beneden de waardigheid van de mens. Het is ook voor ons verstand en gevoel ergerniswekkend. Ten diepste willen u en ik er niet aan, dat de werkelijkheid van ons leven zo verschrikkelijk is! We zijn niet meer te redden dan door een ingrijpen van de Andere Kant. Zonder Gods herscheppende genade, zonder de verlossing van en in Christus, zonder de levendmakende kracht en de heiligende bediening van de Heilige Geest in ons komen wij niet meer tot een ja tot God.

Maar ook al blijven we onbekeerlijk en leven we zonder God en zonder de Heere Jezus voort, dan staan we nog, al zijn we er stekeblind voor, onder Gods beschikking. Niet dat God ook maar enigszins de schuld daarvoor draagt. Maar de Heere laat er in Zijn voor ons onbegrijpelijke wijsheid toe. De Heere heeft de val van de mens toegelaten. Het is een verborgenheid, dat daardoor al Zijn deugden in Christus zijn verheerlijkt, schoner dan bij de schepping. Niet alsof dat de val minder erg maakt. Niet zo, dat men mag spreken van 'een zalige val'. Dat is een vreselijke, onbijbelse en God-onterende uitdrukking. De val is rampzalig. Dat God deze heeft opgenomen in de volvoering van Zijn heilsraad is wat anders. Dat God, met eerbied gesproken, niet door de val overvallen is, is een complete verrassing, een wonder van Zijn genade. Dat de Heere aan gevallen mensen nog in het paradijs pardon kon afkondigen is om van verwondering neer te zinken voor Zijn aangezicht. Ook de bijbel spreekt een enkele keer van 'Gods toelating'.

God laat de heidenen wandelen in hun eigen wegen. Handelingen 14 : 16, waarbij Hij echter Zich niet onbetuigd liet. God liet naar Zijn voorkennis en raad de Zaligmaker doden door de hand der Joden, Hand. 2 : 23 en Hand. 4 : 28. Dat is voor ons onbegrijpelijk. Daarin blinkt de wijsheid Gods tot eer van Zijn naam en tot behoud van zondaren uit. Maar een geopend oog des geloofs is nodig om het te zien.

De bijbelse tegenstelling

Kent de wijsbegeerte de scherpe tegenstelling tussen de gedachte dat alles bepaald is van te voren dan wel dat de mens zelfstandig en vrij kan kiezen steeds opnieuw, ook de Schrift leert ons een diepe tegenstelling. Enerzijds is zalig worden honderd procent genade en van begin tot het einde eenzijdig Gods werk. Anderzijds is verloren gaan honderd procent eigen schuld en te wijten aan de verharding van het hart. Ik zie geen kans om die beide voor u begrijpelijk in een eenheid te vatten. Maar ik troost me, dat ik niemand vond onder de leraars, die zulks vermocht. Nog meer, dat het ook niet nodig is. Laat u deze tegenstelling maar staan. Nog meer: laat deze ernstig op u inwerken. Behouden te worden leidt bij al Gods kinderen tot diepe en eeuwige verwondering. Verloren gaan voert tot de eeuwige wroeging en zelfaanklacht zonder boetvaardig berouw en bekering.

Nog eens: de Heere stelde éénmaal in het paradijs geen automaten, geen dode stokken en blokken. In onze doodstaat door de zonde zijn we ook actief dood, vijandig dood geworden. En wanneer Hij herscheppend werkt in het mensenleven, maakt Hij evenmin dode werktuigen, die vanzelf doen wat Hij wil. Maakt Hij vrij van de macht en van de schuld van de zonde, en stelt Hij in het nieuwe leven, dan geeft Hij Zijn kinderen een nieuwe verantwoordelijkheid. Daarom kunnen ook Gods kinderen bestraft worden over hun zonde, hun slordige levenswandel, hun ontrouw, hun liefdeloosheid tegenover de Heere en tegenover de naaste. God neemt de zonde ernstig met name in het leven van zijn kinderen. Mozes kwam om één zonde niet in het beloofde land. Hizkia zag om één zonde al de schatten overgaan in de macht van de koning van Babel. Petrus verwekte om één zwakheid uit mensenvrees in Antiochie een gevaarlijke situatie in de gemeente, waarom hij door Paulus te bestraffen was.

K. a. Z.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 augustus 1975

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's

Vrijheid en verantwoordelijkheid

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 augustus 1975

De Waarheidsvriend | 8 Pagina's