De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

Historisch ogenblik?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Historisch ogenblik?

4 minuten leestijd

Wij zijn van mening dat thans het historisch ogenblik is aangebroken om ons af te scheiden van degenen die niet van de kerk zijn. Deze zinsnede komt voor in een verklaring van de predikanten ds. W. van Benthem (Nieuwlande), ds. C. van Ginkel (Heinenoord) en ds. J. B. van Mechelen (Urk), die verspreid werd op de landelijke vergadering van de vereniging 'Schrift en Getuigenis' binnen de Gereformeerde Kerken.

Al is het er in feite niet (of nóg niet van gekomen) verklaringen als deze wijzen wel op de crisis, waarin de Gereformeerde Kerken zich bevinden.

We behoeven hier niet op te halen wat er in de Gereformeerde Kerken rondom theologen als Kuitert en Wiersinga aan de hand is. De situatie is daarom echter zo moeilijk, omdat het niet op twee theologen — waarom het wèl telkens gaat — vastzit. Die theologen hebben hun aan­ hang. Ze staan niet op zichzelf. Ze zijn exemplarisch voor een ontwikkeling. En waar de zaken er zó voor staan — we kennen dat in eigen kerk — wordt een synode machteloos, omdat ze zelf pro en contra in eigen boezem heeft. De crisis in de Gereformeerde Kerken manifesteert zich vooral in machteloosheid.

In die machteloosheid delen evenwel ook de verontrusten. Ze zien — naar het me wil voorkomen — ook geen weg voor zich. Ze zien geen alternatief. Vandaar dat het blijft bij verklaringen waarin woorden als historisch ogenblik en 'uur der waarheid' herhaaldelijk voorkomen. Maar die woorden krijgen geen concreet vervolg. De woorden leiden niet tot daden omdat men in feite (begrijpelijkerwijs) nog niet weet welke daden. Me dunkt, dat het zal moe­ten komen tot een besliste keuze. Pas als men die gedaan heeft (blijven of gaan) kan men een weg voor zich zien. Nu maakt men pas op de plaats. Enerzijds de verklaring van de predikanten over het 'historisch ogenblik'. Anderzijds een oproep van hun kerkeraden aan de synode (zie ons blad van vorige week) waarin opgeroepen wordt tot trouw aan de belijdenis en verklaard wordt dat men geen gezag zal toekennnen 'aan besluiten van enige kerkelijke vergadering, die leiden tot het voortduren van de ontrouw aan Gods Woord en de gereformeerde belijdenis' (een soort binnenkerkelijke doleantie dus).

Voor ons blijven de twee vragen over. Als men een kerk lief heeft gehad verdwijnt die liefde dan als de kerk ziek is? Men moet wel weten wat men doet voor men naar een andere kerk overgaat. Zal die tweede liefde zo sterk zijn als de eerste? Leert de praktijk vaak niet, dat dit óók een teleurstelling wordt. Leert bovendien de praktijk niet dat het niet zo eenvoudig is om zich als predikant in een ander gelid te voegen omdat men nu eenmaal eigen achtergrond meebrengt en de diverse kerken in de Gereformeerde Gezindte nu eenmaal in sfeer en accenten nogal uiteen gegroeid zijn? Ligt hier ook niet de machteloosheid van de verontrusten, dat men niet weet waar men zich echt thuis zou voelen? Zou de ene kerk niet te bevindelijk, de andere te formalistisch, weer een andere toch ook te vrij en een vierde te cultuurfeindlich zijn?

Het belangrijkste is echter deze vraag: Wanneer slaat het uur der waarheid? Daar waar men zich afscheidt? Of daar waar men met Kohlbrugge zegt: werp het Woord er maar in en ge zult zegen hebben. Of om het met a Brakel te zeggen: wanneer juridische tuchtoefening niet meer mogelijk is omdat men niet zou weten waar te beginnen en waar te eindigen is de tucht die blijft die van de prediking van het Woord! Laat men de Waarheid slechts prediken. Dan zal 't uur der waarheid slaan. Hernieuwde separatie zal ook herhaaldelijk om een 'uur der waarheid' vragen. Maar de vraag is wel of zulk een uur der waarheid wel altijd uit Gods Waarheid voortkomt. Het kan uiteraard wel.

We begrijpen de verontrusting der verontrusten maar zien liever voor hen een weg dan een slop. Die weg zien ze dunkt ons nog niet.

Ook in onze kerk rijst herhaaldelijk de vraag of het uur der waarheid niet geslagen heeft. We kennen die vraag omdat ze mede onze kerkelijke worsteling uitmaakt.

Maar tot hiertoe hebben we een weg gezien die met het Woord begaanbaar is, die het Woord zélf baant. Zo'n weg moet er ook zijn voor de gereformeerde verontrusten. En dan weten we: Christus is de Weg. Hij is ook de Waarheid. Hij is ook het Leven.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 oktober 1975

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Historisch ogenblik?

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 oktober 1975

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's