De Waarheidsvriend cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van De Waarheidsvriend te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van De Waarheidsvriend.

Bekijk het origineel

De plaatsvervanging geloochend

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De plaatsvervanging geloochend

Dr. E. Stern in Militia Christi

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Gereformeerde Kerken hebben al enkele jaren de kwestie Wiersinga inzake de verzoening. Wij als Hervormden hebben het ons gepermitteerd ons daarover uit te laten en ons er dus mee in te laten en we hebben met droefheid geconstateerd, dat de Gereformeerde Kerken inzake de door Wiersinga gebrachte leer niets of hoegenaamd niets (kunnen) ondernemen. Zeker in praktische zin blijft alles bij het oude.

Er is alle aanleiding ditmaal het net ter anderer zijde te werpen, zij het dat de opbrengst een minstens zo bedenkelijke is. Hoe het dan ook zij, de Gereformeerde Kerken hebben dan nog een kwestie Wiersinga en doen er nog wat aan. De Hervormde Kerk verbergt zulke kwesties in veelbetekenend stilzwijgen. Wij schijnen er niet eens meer mee te zitten. Maar de leer van Wiersinga is binnen de Hervormde Kerk evengoed waarneembaar.

Dr. E. Stern

In het blad Militia Christi heeft dr. E. Stern, Hervormd predikant te Amsterdam zijn gedachten over de bijbelse leer van de verzoening door voldoening wel duidelijk verwoord. We kunnen er niet aan denken het hele artikel hier weer te geven maar volstaan met de kern ervan. Naar aanleiding van de belijdenis in het Apostolicum, dat Christus is gekruisigd, gestorven en begraven en nedergedaald ter helle, zegt Stern dat het geloof in geweld hier zijn stevigste steunpunt vindt.

We citeren nu letterlijk:

(•••) maar voor het protestantisme geldt nog steeds dat christelijk geloof is: geloven 'dat Jezus voor jouw zonden gestorven is'. Om de kerken der reformatie te demilitariseren, zou het dus voldoende zijn om dit leerstuk te ontdoen van het geweld geloof dat er zo innig mee verstrengeld is geraakt.

Maar dat is een moeilijke operatie, want je haalt dan wel erg veel overhoop. Het feit ligt er, dat de meerderheid van de uitleggers van 't evangelieverhaal in het conflict tussen Jezus en Pilatus eigenlijk aan de kant van Pilatus staan. Maar dat zie je pas als je die vraag stelt: aan welke kant staan ze eigenlijk? Ik heb die vraag als kind leren stellen in de oorlog van 40-45, en we horen nu dezelfde vraag over óns stellen door de bevrijdingsbewegingen in de onderdrukte landen.

De god waar de uitleggers in geloven, blijkt een, god te zijn die Pilatus dekt en Jezus laat vallen. Zorgvuldiger uitgedrukt: de god die men belijdt, in belijdenisgeschriften en prediking is een god die door middel van Pilatus zijn toom heeft doen neerkomen, d.w.z. zijn woede heeft gekoeld, op de ene rechtvaardige, zulks met het doel om genadig (vriendelijk, liefdevol) te kunnen zijn jegens alle zondaren.

Iets anders kan toch niemand eruit opmaken, als hij leest: 'Waarom heeft hij onder den rechter Pontius Pilatus geleden ? Opdat hij, onschuldig onder den wereldlijken rechter veroordeeld zijnde, ons daarmede van het strenge oordeel Gods dat over ons gaan zou, bevrijden zou (Heidelbergse Catechismus, vraag en antwoord 38).

Toch zal de kerk moeten leren, hier iets anders uit op te maken. Want mensen met zo'n god kunnen niet zonder geloof in geweld. De vriendelijke blik waarmee hun god kijkt naar degenen die hem niet gehoorzamen — waar zij zichzelf zeker bij rekenen — is te danken aan de genoegdoening (satisfactie) die deze god beleefde aan het martelen en het doodbloeden van de ene die hem wel gehoorzaamde. Een ijzeren logica maakt dat dan verder aannemelijk. God heeft zijn vernietigend oordeel voltrokken zonder daarmee tussen zondaars te discrimineren; dat laatste is rechtvaardig. Bovendien heeft hij ze allemaal gespaard terwijl hij ze allemaal had kunnen doden. Dat is genadig. God is dus rechtvaardig én genadig — vooral genadig. Wraak nam hij eigenlijk maar één keer, nl. toen hij Jezus naar de hel liet gaan. Of toch nog eens, straks ? Ja, straks toch nog, want ook na de kruisiging van Jezus bleef de kerk beducht voor 'de toorn Gods’.

De Heidelberger Catechismus haalt hierbij aan dat Jezus aan het kruis schreeuwde: 'Mijn god, mijn god, waarom hebt ge mij verlaten'. Dat zou dan de hel zijn ?

’Door de helse kwalen waarin hij in zijn ganse lijden, (maar inzonderheid aan het kruis) gezonken was, mij van de helse pijn en benauwdheid verlost heeft'. H.C. vraag en antw. 44).

De protestanten denken dus bij 'hel' aan de helse kwalen en de helse pijn van de godverlatenheid, die mensen op aarde elkaar aandoen in dit leven. Maar dan pijn voor anderen, ongelovigen; want zij zelf ontkomen daar immers aan, dank zij Jezus die de toorn gedragen heeft die voor hen bestemd was, dank zij deze uitwisseling van krijgsgevangenen ! Ja, een militair denkpatroon is het eigenlijk. God bevrijdde de mensen van hun terdoodveroordeling zodra zij Jezus aan hem uitgeleverd hadden. Kijk maar bij Paulus, zegt men dan: Hij die geen zonde gekend heeft, heeft God voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechheid Gods in Hem' (2 Cor. 5 : 21). Daar staat toch duidelijk dat God de personen verwisseld heeft. Plaatsbekleding heet dat. De god van het rechtzinnig protestantisme wordt beschreven als degene die zijn eigen zoon overgaf in moordenaarshanden met de vooropgezette bedoeling om die te doen boeten voor de zonden van anderen. Waarom zou een vader die in zo'n god gelooft, zijn eigen zoon dan niet in dienst laten gaan met het doel dat hij mensen doodt voor de zonden van anderen ? 

De toepassing die Stern dan verder maakt ligt door de hand. Met Wiersinga zegt Stern dan dat niet God het kruis heeft gewild maar de mens. (Men lette overigens op het consequente gebruik van de kleine g in de naam, als hij het heeft over de God van de rechtzinnige uitleggers.) .

Pilatus vertegenwoordigt de politierechter. Voor pacifistische christenen — en hier komt dan Sterns visie op de verzoening — zijn dan ook de woorden 'die geleden heeft onder Pontius Pilatus (...) een solidariteitsverklaring met allen die onder welke politiechef dan ook geleden hebben’.

Zal de kerk blijven zwijgen ?

We willen hier kort zijn en vijf klemmende vragen op tafel leggen.

1. Zal onze kerk zwijgen nu hier door één van haar dienaren des Woords openlijk de verzoening door voldoening wordt geloochend ? Prof. dr. P. Smits heeft het jaren geleden met zijn geruchtmakende uitspraak 'geef mijn portie maar aan Fikkie', daarbij doelend op de plaatsvervanging, uiterlijk genomen bonter gemaakt, maar de visie van dr. Stern verschilt in genen dele van deze geruchtmakende uitspraak. Er gaat een streep door de ontroerende belijdenis aangaande Hem, die in onze plaats kwam staan, om Wiens striemen ons genezing werd, de Hogepriester onzer belijdenis.

2. Zal onze kerk zwijgen, terwijl zij beoogt te weren al wat haar belijden weerspreekt ? Er gaat hier een streep door de belijdenis van de kerk der eeuwen. De ombuiging van interpretatie door dr. Stern van de belijdenis in het apostolicum is tekenend. Eerder heeft (N.B.) prof. dr. H. M. Kuitert dr. Stern gekapitteld, omdat hij een exegese van Romeinen 13 (de zwaardmacht van de overheid) gaf die met Paulus niet waar te maken is, waarbij prof. Kuitert dan overigens opmerkte 'zeg dan liever het niet met Paulus eens te zijn'. Hier treffen we dezelfde methode. Een exegese van een deel van de belijdenis, die met de belijdenis zelf vanuit de Schrift niet waar te maken is. Kan de kerk deze breuk met het (belijdend) verleden der kerk laten passeren ?

3. Zal onze kerk zwijgen nu één van haar dienaren hele Schriftplaatsen in zijn visie op de verzoening terzijde laat. Dr. Stern heeft weet van 2 Cor. 5 : 21 'Hij die geen zonde gekend heeft heeft God zonde voor ons gemaakt. Natuurlijk weet hij dit en hij noemt deze tekst ook. Maar het belet hem niet ondanks deze tekst en parallelle schriftplaatsen de plaatsvervanging te loochenen. Wat doen we als kerk met 2 Cor. 5. Wat doen we met de vele klare uitspraken inzake de verzoening in de Hebreeën brief.

De kerk is de kerk van het Woord. Zal zij het ten aanzien van God kunnen verantwoorden te, zwijgen waar het diepste geheimenis wordt geloochend ?

4. Zal onze kerk zwijgen nu zij samen op weg wil zijn met een kerk die dan hoe dan ook, althans nog bezig is met het belijden inzake de verzoening ? De eerlijkheid gebiedt toch wel deze vraag te stellen.

5. Zal onze kerk zwijgen als zo aan de gemeente, zijnde de Bruid van Christus, de troost ontnomen wordt van het 'Hij voor ons daar wij anders de eeuwige dood zouden moeten sterven ? ’

Het gaat om eeuwig wel en eeuwig wee. Wij dan wetende de schrik des Heeren bewegen de mensen tot het geloof. God heeft de kerk de bediening der verzoening gegeven. Wat moeten we nog onder die bediening verstaan als dienaren zeggen er geen boodschap meer aan te hebben ?

We mochten deze 'pacifistische theologie' niét stilzwijgend laten passeren. De bediening der verzoening is hier in het geding.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 november 1976

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

De plaatsvervanging geloochend

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 november 1976

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's