Pastoraat in het Verborgene (slot)
Negatieve reakties
Deze zijn er ook, hoewel niet veel en eigenlijk meestal met uiteindelijk positieve uitkomsten. Er worden wel eens kritische vragen en opmerkingen gemaakt; begijpelijk en vanzelfsprekend met zo'n breed 'gehoor' van allerlei mensen. Maar er zijn meermalen verrassende uitkomsten. Iemand belde mij na een programma eens op om te zeggen, dat het 'niks' was: die liedjes niet en dat 'gewauwel' niet. 'k Herinnerde mij zijn naam uit mijn jeugd en er kwam wederzijds een herkenning: o zeg, joh, ben jij dat? 'k Vroeg hem in een wat soepeler gesprekje: waarom bel jij? Stel je voor, dat ik een presentator van een radio- of t.v.-programma, dat ik 'niks' vind, zou opbellen om hem dat te vertellen. Dat doe je toch niet, of.. het moest zijn, zoals in ons geval, dat er bij jou een rood lampje is gaan branden door wat je gehoord hebt. Antwoord toen was: ja, iets herinnerde mij aan mijn kerkelijke jeugd, maar ik heb 'die troep over boord gezet'. Reaktie na een maand of acht was een bewogen excuus, met de bekentenis: toen is er toch bij mij wat gaan veranderen: God is terug in mijn leven en ik bij Hem. 'k Zou in dit kader voorbeelden kunnen noemen van een excuusreaktie met zegenrijke gevolgen, najaren. Het is wel waar wat prof. Berkelbach ons studenten altijd op het hart bond in zijn colleges praktische theologie: wanneer men de moeite neemt om op God, kerk en geloof te schelden, houd er rekening mee, dat dit teken kan zijn, dat de Heilige Geest bezig is met een mens; zijn eerste reaktie op Gods roep is als regel negatief.
Bidden in een telefoongesprek
Wie telefonisch kontakt zoekt in een behoefte aan een gesprek, een geestelijke handreiking, een vertroosting, een antwoord op vragen, het wijzen van een uitweg in onontwarbare problemen, heeft zélf dikwijls grote moeite met het gebed. Ik kan niet zeggen hoe vaak ik het hoor: ik kan niet (meer) bidden; en ook: mijn bidden helpt niet; ik krijg geen antwoord. Ook komt het voor, dat iemand soms heel laat, soms erg vroeg, omdat opgezien wordt tegen de nacht of... tegen de nieuwe dag, dringend vraagt: bidt u alstublieft met mij. Een roep daartoe uit diepe nood heb ik ook veel vernomen van langdurige zieken, met voortdurende pijn, die niet meer verder konden; door een eenzame, bedrogen man of vrouw vanuit een diepe huwelijksellende; van mensen, die net gehoord hadden ongeneeslijk ziek te zijn, blijvend invahde, van het vooruitzicht hadden gehoord totaal blind te zullen worden, of geheel doof en 'er is niets meer aan te doen'. De vraag 'waarom? ' is levensgroot. Het is een vraag - onder u, lezers, zal dit wel bekend zijn - die keihard gesteld kan worden, met een ondertoon van opstandigheid; maar die - onuitgesproken - ook niet minder klemmend kan leven, diep in het hart. En dan komt daar meestal bij: bidden kan ik nu beslist niet, doet u het met mij!
En dan komt er meestal nog een vraag bij: mag dat? Mag je tegen God zeggen: waarom? Sommige van de luisteraars, die bellen, hadden al van een zielzorger vernomen, die een antwoord haastig klaar gemaakt had: nee, dat mag je beslist niet vragen. Je mag alleen bezig zijn met de vraag: waartoe? Dat is natuurlijk mooi gezegd, maar irriterende theorie. Bovendien: wie is meester van zijn of haar gedachten? Daden kun je nalaten; woorden inhouden, maar gedachten... die kun je niet terugdringen. Die zijn er; ze komen op, ook de vraag in je gedachten allereerst: waarom? Maar wat is het dan een heerlijke taak om als pastor, te vertellen van het grote begrip van de hemelse Vader voor het 'waarom' van Zijn mensen-kinderen. En wat is het een zegen, die de Bijbel ons biedt in duidelijke getuigenissen o.m. van de Psalmdichters, die ook wisten van het 'waarom' in hun leven: één bekend voorbeeld in Psalm 42, waar de dichter verzucht: God, mijn Steenrots... waarom vergeet Gij mij? Waarom ga ik in het zwart...? En zo ben ik bezig te schrijven hoe we in onze telefonische kontakten met elkaar bezig zijn, met veel luisteraars, die echt gebedsnood kennen. Zij vormen een deel van degenen, die bellen en vragen om een gebed. Trouwens uit mijzelf stel ik ook meermalen voor: zullen we samen bidden; dit omdat aan deze mogelijkheid meestal niet eens wordt gedacht. Bidden per telefoon, het maakt misschien op het eerste horen, een vreemde indruk. Maar: waarom eigenlijk? Zoals we een gesprek voeren met elkaar, waarom zouden we dan niet de grote Derde er bij betrekken en samen bidden: spreken met onze God? Ik heb het alle jaren gedaan, soms met diepe ontroering, omdat je een wondere gebedsgemeenschap beleefde met elkaar, op grote afstand, verbonden met iemand uit Friesland, Zeeland, Limburg, België, enz. Ik denk wel te kunnen zeggen, dat we ongeveer de helft van alle gesprekken besluiten met gebed. 'k Heb mij daarbij vaak diep verwonderd over wat de Heere doet en geeft in een gebedsgemeenschap met iemand , die je niet ziet, en die je ternauwernood of helemaal niet kent. Dit geeft altijd vrijmoedigheid: de Heere kent de noden van ieder mens, ook van die vele eenzamen, die het met die man van Bethesda moeten zeggen: Ik heb... géén mens!
Uit de rijke schat van ervaringen in deze licht ik uit onze correspondentie, altijd per telefoon, met een luisteraarster, die ik al wel tien jaar ken, die ik ook meermalen persoonlijk heb ontmoet. Zij is meervoudig gehandicapt, verzorgde trouw haar moeder, die, enkele jaren geleden, gestorven is. Een heel ingrijpende operatie onderging zij in Rotterdam - zij woont in Friesland. Zij moet daarna, nu al weer meerdere jaren, telkens terug naar een ziekenhuis voor controle. De berichten, die zij dan verneemt, zijn weinig belovend. U kunt zich indenken, dat zo iemand, die laat op de dag terugkeert uit een ver ziekenhuis, met de zoveelste teleurstellende tijding en thuis niemand treft, aan wie zij iets kwijt kan, al is het laat, opbelt. Zo doen meerderen het en wat een zegen dan als je met zo iemand een paar woorden uit de Bijbel mag bespreken en samen bidden vóór de nacht, waar tegenop gezien wordt.
Er zijn ook heel wat gezonde mensen, van ziekte herstelden, die vragen om een gebed, en dan graag ook: dankzegging. Een enkele maal treft het mij - en ik vind dat ook al helemaal niet vreemd meer - dat na mijn 'amen' de dankbare luisteraarster zelf verder gaat met danken en bidden, en dan speciaal om kracht en zegen bidt voor het veelzijdige werk, waarvoor het 'Pastoraat in het Verborgene' mij telkens plaatst. In onze grote E.O.-familie is het in bepaalde kringen gewoonte om echt samen te bidden. 'k Heb daar veel positiefs in ontdekt. Het gaat dan zo: er is één, die opent en daarna sluiten allen, die, als de kring niet groot is, mee bidden, zich aan om wat bij hen leeft, in het persoonlijk gebed de Heere te zeggen. Je wordt daarbij wel eens op verrassende wijze herinnerd, dat wij wel eens iets vergeten in ons gebed. Veel steun ontvang ik ook van enkele hartelijk meelevende Kinderen Gods, waarvan er één afkomstig is uit de Oud Gereformeerde Gemeente, die door hun gebeden ons werk rond het programma gedenken en daarbij alle Woorddienst van de Evangelische Omroep dagelijks de Heere opdragen. Twee van dezen wonen in Zeeland, waar ik hen verschillende malen heb mogen bezoeken, wat altijd weer een dankbare blijde ontmoeting is.
Voorbede in de kleine uren
Uit de kring van luisteraars komen ook geregeld verzoeken om hen in de voorbede te gedenken, in hun beproevingen, moeiten en zorgen van allerlei aard, het dragen van een zwaar kruis, of staande voor een ziekenhuisopname en een operatie; rouwdragenden, bejaarde eenzamen (wat zijn die er veel!) en zo velen meer. 'k Heb een lijst, die doorgaans zo'n tachtig namen bevat - er komen er bij en er vallen er af - en de daarop genoemden worden elke morgen in het gebed de Heere opgedragen. Dat is dan ongeveer 5 uur of vroeger. Dit is mijnerzijds geen prestatie, want al jaren moet ik om die tijd medicijnen innemen, in verband met een chronisch kwaaltje,
'k Heb geleerd van deze nood een deugd te maken en die vroege uren te vullen: ze een stille tijd te doen zijn, aan het begin van de nieuwe dag. 'k Kan het ieder aanbevelen. De Heere is dan heel nabij met Zijn Geest. Hierdoor is het een geschikte tijd voor meditatie, het maken van een preek of het schrijven van een artikel. In de vroege uren schrijf ik ook altijd de tekst voor 'Licht en Uitzicht', mede ook omdat je dan geconcentreerd kunt werken, niet onderbroken door de telefoon. Behalve voor hen, die het gevraagd hebben, bidden we ook voor hen, van wie we weten hoe moeilijk zij het hebben, al hebben zij niet om voorbede gevraagd. Bovendien heb ik geleerd uit de problemen in eigen pastoraat, voorbede te doen voor allen, die staan in de dienst van de Heere, over de hele wereld, en die dag ergens en op een bepaalde wijze pastoraal werk zullen doen. Overigens om geen over-ijverige indruk te maken, zo tegen zes uur zetten we de nachtrust nog enige uren voort.
Dit waren zo enige indrukken van het Pastoraat in het Verborgene, dat mij erg lief geworden is en dat mogelijk is door de opzet van dit radioprogramma van de Evangelische Omroep, van welke we in onze dagen wel mogen zeggen, dat zij is gegeven als een zegen van de Heere in ons land, in het geheel van de media.
De taak en tegelijk de zegen van de Evangelische Omroep heb ik eens bijzonder sprekend vertolkt horen worden, en daarmee ga ik besluiten.
Het was in 1977, toen ik in Hierden met emeritaat ging, enige jaren voor mijn 65e, omdat het niet doenlijk was bij het gemeentewerk ook het radiowerk, met het Nazorg-Pastoraat naar behoren te doen. Bij het afscheid, in de kring van kerkelijke medewerkers sprak de oud-ouderling W. Kleermaker, al enige jaren nu ingegaan tot de eeuwige rust, een opmerkelijk slotwoord en verzocht daarbij te zingen: psalm 108 : 2, een vers, zoals hij zei, dat het werk van de E.O. zo rijk weergeeft en hij voegde er de wens bij voor allen, die bij het werk betrokken waren, dat zouden mogen doen met die begeerte en dat verlangen:
Ik zal, o Heer, Uw wonderdaan.
Uw roem den volken doen verstaan;
want Uwe goedertierenheid
is tot de heemlen uitgebreid;
Uw waarheid heeft noch maat noch perk,
maar streeft tot aan het hoogste zwerk.
Verhef U boven 's hemels kringen
en leer al d' aard Uw grootheid zingen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 mei 1985
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 mei 1985
De Waarheidsvriend | 16 Pagina's