Over creationisme en geologie (3)

In een aansluitende lezing besprak prof. Roth de tot nu toe gevonden 'bewijzen' voor een mogelijk zondvloedmodel, in allerlei afzettingen over het rond der aarde. Veel illustratiemateriaal gebruikte hij daarvoor uit onderzoek in de Grand Canyon in Amerika. De Grand Canyon is een geweldige insnijding in een vrijwel vlak liggend landschap. Daardoor zijn over grote afstanden de opeenvolgende lagen blootgelegd, waardoor deze goed toegankelijk zijn voor wetenschappelijk onderzoek. Zijn de daar voorkomende lagen nu heel langzaam of juist heel snel gevormd? Roth gaf op overtuigende wijze een aantal argumenten weer, die alle duiden op een snelle vorming. Voor een wereldwijde catastrofe als een zondvloed benadrukte Roth onder andere: zeeafzettingen op het land (ongeveer 50% van alle afzettingen); het weinig of niet aanwezig zijn van erosie (afbraak) tussen lagen met grote verschillen in ouderdom; het wereldwijd voorkomen van dezelfde afzettingen en fossielen en het voorkomen van zaden en resten van planten in lagen die ontstaan zijn vóórdat de planten aanwezig waren en het voorkomen van fossiele verschijnselen van zogenaamde troebelingsstromen op het vaste land. (Troebelingsstromen zijn bekend van zeebevingen; het zijn modderstromen die zich met grote snelheid kunnen voortbewegen over een zeer gering hellend oppervlak.) Op grond van de gepresenteerde gegevens komt Roth tot de conclusie dat een groot deel van de geologische kolom onder catastrofale condities is gevormd.

Prof. Brand werkte in een volgende lezing een alternatieve geologische kolom uit. Het gaat te ver om daar in dit kader uitvoerig op in te gaan. Het gepresenteerde alternatief biedt mijns inziens een redelijk alternatief voor de geologische-evolutionaire kolom, die in vrijwel alle geologische, biologische en archeologische standaardwerken, maar ook in velerlei schoolboeken voorkomt. De opzet van de gebruikelijke geologische kolom is gebaseerd op de gangbare verklaring voor de orde van fossielen in geologische afzettingen. Als de evolutiehypothese en de daarop gebaseerde geologische kolom wordt afgewezen, moet er een alternatieve verklaring zijn voor de orde in de fossielinhoud in de aardlagen. Prof. Brand liet aan de hand van onderzoeksresultaten over de gedragingen en eigenschappen van dieren in relatie tot hun leefmilieu zien, hoe de fossiele resten van deze dieren nu in verschillende lagen van de aardkorst worden gevonden. Prof. Brand publiceerde hier eerder over in het blad 'Bijbel en wetenschap' van de Evangelische Hogeschool. Uitgaande van een bepaald verloop van de wereldomvattende zondvloed en de daarbij optredende natuurkundige verschijnselen, is het voorkomen van fossiele resten goed te verklaren. Niet overal is een sluitend antwoord op te geven. Herinterpretatie geeft in veel gevallen een betere verklaring voor allerlei problemen waarvoor met de evolutiehypothese geen sluitende verklaring is te geven.

Nederlandse bijdragen

De eerste Nederlandse bijdrage werd ver­zorgd door de heren A. P. van der Wolf en T. Zoutewelle. Zoutewelle behandelde het al of niet ter plaatse gevormd zijn van fossiele flora. Tijdens hun studie hebben zij onderzoek gedaan in het noordelijk gedeelte van het 'Yellowstone National Park' in de staat Wyoming, Verenigde Staten van Amerika. In dit park komen zogenaamde 'versteende bossen' voor van hoge geologische ouderdom. Deze bossen worden in het algemeen gezien als ter plaatse gegroeid en geconserveerd. Reeds in 1878 werd over deze bossen gepubliceerd. De 'bossen' komen in 24 verschillende lagen en niveaus voor. Het ter plaatse groeien en begraven worden enz. enz., moet enorm veel tijd hebben gevraagd. Zoutewelle ging daarna in op een ontstaanswijze onder catastrofale omstandigheden. Onder die omstandigheden moet aan een aantal randvoorwaarden zijn voldaan, die ook elders van toepassing zijn. Ook hier werden veel gegevens gebruikt die verkregen zijn uit het onderzoek naar de verplaatsing van materiaal bij de uitbarsting van de Mount St. Helens. Ingegaan werd op de wijze van transport van boomstronken in watermassa's en de afzetting in lagen sediment.

Van der Wolf ging in op het ontstaan van steenkoollagen. Ook voor de vorming van steenkoollagen zijn enorme tijdsruimten nodig. Als er dan gebieden zijn waar meer dan zestig afzonderlijke steenkoollagen worden gevonden is de constructie van een langdurige ontstaanstijd begrijpelijk. Tenminste als wordt uitgegaan van het feit dat alle vormen van vegetatie ter plaatse zijn gegroeid, begraven, weer zijn gegroeid enz. enz. De gepresenteerde onderzoeksresultaten maken een vorming onder catastrofale omstandigheden zeer aannemelijk. De resultaten van hun studie zijn vastgelegd in een Nederlandstalige publikatie met de titel: 'De paleontologische en geologische aspekten van het kreationisme' (Doctoraalverslag 1985).

Van der Louw ging in zijn lezing in op recent in het kustgebied van Noord-Groningen gevonden geologische verschijnselen. In de lezing werd gebruik gemaakt van dia's, schematische bodemdoorsneden en ander materiaal. Het betreft komvormige kuilen ineen zandondergrond, die later zijn opgevuld met een afwisseling van klei-, veen-en zandlaagjes. Deze vorming is vrij recent en kan niet gebruikt worden in een zondvloedmodel. Toch kan de argumentatie over de ontstaanswijze model staan voor een creationistische aanpak van wetenschappelijk onderzoek. Binnen de geologische wereld wordt tot op heden uitgegaan van een langzame vorming in relatie tot een bevroren bodem. In een kustgebied zijn de catastrofes geen uitzondering. De vorming van de Dollard als gevolg van stormvloeden in de dertiende eeuw is daarvan het tastbare bewijs. Een groot bewoond gebied met 37 dorpen werd toen weggevaagd. Allerlei aardlagen zijn toen losgespoeld en later elders afgezet. Aan de hand van experimenten werd aangetoond dat vorming van aardlagen — en ook de vervorming ervan — in zeer kort tijdsbestek kan plaatsvinden. De benodigde tijd voor het ontstaan van een dergelijke vorming wordt dan van eeuwen terugge­bracht naar enkele dagen of misschien zelfs uren. Stormvloeden en de daarbij voorkomende waterverplaatsingen vormen daarom een goede verklaring voor het ontstaan van de gevonden verschijnselen. Het een en ander houdt opnieuw in het herzien van gangbare geologische verklaringen.

Creationisme in Nederland

Door een forum, bestaande uit de Nederlandse sprekers, aangevuld met ing. H. Wiegers, werden een aantal vragen aan de congresgangers voorgelegd en werden reacties gevraagd op de verdere voortgang van eventueel creationistisch onderzoek en vooriichting.

Uit de discussies kwam naar voren dat er met name bij het onderwijs behoefte bestaat aan goed documentatiemateriaal. Hier zou in de vorm van lesbrieven in kunnen worden voorzien. Daarvoor zijn financiële middelen nodig, die niet direct voorhanden zijn. De mogelijkheid werd geopperd om voor financiële middelen aan te kloppen bij de Stichting Zuiver Wetenschappelijk Onderzoek. Verschillende sprekers drongen aan op het vormen van een vereniging. De behoefte hiertoe zal ook buiten de congresgangers worden gepeild. Wiegers gaf nog een toelichting op de mogelijkheid om met zuiver creationistisch onderzoek bezig te zijn in de geologie, zonder daarbij gebonden te zijn aan evolutionistische tijdskaders. Waar een dergelijke werkwijze mogelijk is behoeft een christen niet af te haken.

Enkele kanttekeningen

Uit de vrij uitvoerige bespreking blijkt wel dat het congres veel onderwerpen in de belangstelling heeft geplaatst en veel stof tot nadenken heeft aangereikt. Wie meer hierover wil weten kan contact met mij daarover opnemen. Ook suggesties in deze zijn bijzonder welkom. De zaak is te belangrijk om te doen alsof er niets aan de hand is en vervolgens weer over te gaan tot de orde van de dag.

— Enkele kanttekeningen zijn nog wel te maken. In de bespreking heb ik er al op gewezen dat de mens nooit het scheppingsgebeuren zal kunnen reconstrueren. Wij hebben eerbiedig te geloven wat God ons daarover in Zijn Woord heeft geopenbaard. Daarnaast zou het een overschatting zijn van ons door de zonde verduisterde verstand om te denken dat we dit wel zouden kunnen. Creationisten doen er daarom goed aan om niet te spreken van een 'Scheppingsmodel', maar van een 'Catastrofemodel';

— Door de bijdrage van de Amerikanen is een belangrijke aanzet gegeven voor de verdere voortgang van creationistisch onderzoek en voorlichting in Nederland. Binnen Nederland zullen christen-wetenschappers gevonden moeten worden, die zich in willen zetten voor genoemde aspecten. Het creationisme in Nederland moet niet een uit Amerika geïmporteerd product worden;

— Het spreken over geologisch onderzoek in het buitenland en dan met name in Amerika, sluit een confrontatie met de Nederlandse wetenschappelijke wereld vrijwel uit. Alleen dan is een discussie zinvol als het gaat over een andere interpretatie van Nederlandse geologische gegevens van Nederlandse onderzoekers op Nederlandse bodem;

— Op het congres werd soms beluisterd dat als mensen op geologische gronden gaan inzien dat de bijbel toch gelijk heeft, daardoor tot geloof kunnen komen en God als Schepper zullen erkennen. Dat dit niet mogelijk is wil ik niet ontkennen, maar het creationisrne mag, naar mijn oordeel, niet als evangelisatiemiddel worden gebruikt. Welke wegen God soms kan gaan om mensen tot bekering te brengen is alleen in Gods hand;

— Bij een vervolgdiscussie dient ook het Gereformeerde volksdeel te worden betrokken, ook voor wat betreft de uitleg en interpretatie van de eerste hoofdstukken van Genesis.

Tenslotte

In het voorgaande is uitvoerig ingegaan op de stand van zaken met betrekking tot het creationisme. Aan het slot van het congres werd aangekondigd dat het in de bedoeling ligt om tweejaarlijks een dergelijk congres te beleggen. Bijdragen uit Gereformeerde kring zijn dan uitermate wenselijk, opdat het creationisme op bijbels gefundeerde wijze inderdaad mag bijdragen tot eer van God de Vader, de Schepper van hemel en aarde, waarvan we belijden in de Twaalf artikelen van het algemeen ongetwijfeld Christelijk geloof: 'Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper van hemel en aarde. En in Jezus Christus zijn eniggeboren Zoon, onze Heere'. Want: 'In den beginne schiep God de hemel en de aarde'!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen